Artikelen bij COM(2005)119-1 - Zevende kaderprogramma van de EG voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007 tot 2013)

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.


Artikel 1 - Vaststelling van het kaderprogramma

Voor de periode van 1 januari 2007 tot 31 december 2013 wordt het kaderprogramma voor communautaire activiteiten op het gebied van onderzoek en technologische ontwikkeling, inclusief demonstratie, hierna het “zevende kaderprogramma”, vastgesteld.

Artikel 2 - Doelstellingen en activiteiten

1. Het zevende kaderprogramma ondersteunt de in de leden 2 tot 5 bedoelde activiteiten. De doelstellingen en de grote lijnen van deze activiteiten zijn opgenomen in bijlage I.

2. Samenwerking: ondersteunen van de hele waaier van onderzoeksacties die in transnationaal samenwerkingsverband worden uitgevoerd op de volgende thematische gebieden:

3. Gezondheid;

4. Voeding, landbouw en biotechnologie;

5. Informatie- en communicatietechnologieën;

6. Nanowetenschappen, nanotechnologieën, materialen en nieuwe productietechnologieën;

7. Energie;

8. Milieu (inclusief klimaatverandering);

9. Vervoer (inclusief luchtvaart);

10. Sociaal-economische wetenschappen en geesteswetenschappen;

11. Veiligheid en ruimtevaart.

12. Ideeën: ondersteunen van “door onderzoekers aangestuurd” onderzoek dat op alle gebieden wordt uitgevoerd door op Europees niveau concurrerende individuele teams.

13. Mensen: kwantitatief en kwalitatief versterken van het menselijk potentieel in onderzoek en technologie in Europa.

14. Capaciteiten: ondersteuning van sleutelelementen van de Europese onderzoeks- en innovatiecapaciteiten zoals onderzoeksinfrastructuren; regionale door onderzoek aangestuurde clusters; de ontwikkeling van een volledig onderzoekspotentieel in de convergentieregio’s en ultraperifere regio's van de Gemeenschap; onderzoek ten behoeve van kleine en middelgrote ondernemingen (KMO's); kwesties op het gebied van “wetenschap in de maatschappij”; horizontale internationale samenwerkingsactiviteiten.

15. Het zevende kaderprogramma ondersteunt ook de niet-nucleaire eigen wetenschappelijke en technische acties die door het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek (GCO) worden uitgevoerd zoals bepaald in bijlage I.

Arti kel 3

Het zevende kaderprogramma wordt uitgevoerd via specifieke programma's. Deze programma's stellen precieze doelstellingen en de nadere uitvoeringsregels vast.

Artikel 4 - Totaal maximumbedrag en deelbedrag voor elk programma

1. Het totale maximumbedrag van de financiële deelneming van de Gemeenschap in dit zevende kaderprogramma bedraagt 72726 miljoen EUR. Dat bedrag wordt als volgt verdeeld over de activiteiten en acties bedoeld in de leden 2 tot 6 van artikel 2 (in miljoen EUR):

Samenwerking | 44432 |

Ideeën | 11862 |

Mensen | 7129 |

Capaciteiten | 7486 |

Niet-nucleaire acties van het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek | 1817 |

2. De indicatieve verdeling over de thematische gebieden van elke activiteit bedoeld in lid 1 is opgenomen in bijlage II.

3. De nadere regels voor de communautaire financiële deelneming in dit kaderprogramma zijn opgenomen in bijlage III.

Artikel 5 - Bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen

Voor de op grond van dit besluit gefinancierde communautaire acties zijn Verordening (EG, Euratom) nr. 2988/95 en Verordening (Euratom, EG) nr. 2185/96 van toepassing op elke inbreuk op een bepaling van Gemeenschapsrecht, inclusief niet-nakoming van een contractuele verplichting bedongen op basis van het programma, als gevolg van een handelen of nalaten van een marktdeelnemer dat een nadelig effect heeft of zou hebben op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen of door hen beheerde budgetten door een ongerechtvaardigde uitgave.

Artikel 6

Alle onderzoeksactiviteiten die worden uitgevoerd op grond van het zevende kaderprogramma worden uitgevoerd met inachtneming van de fundamentele ethische beginselen.

Artikel 7 - Voortgangscontrole en evaluatie

1 Uiterlijk in 2010 verricht de Commissie, bijgestaan door externe deskundigen, een tussentijdse evaluatie van dit kaderprogramma en de specifieke programma’s ervan in termen van de kwaliteit van de lopende onderzoeksactiviteiten en voortgang in de zin van de doelstellingen.

2 Twee jaar na de voltooiing van dit kaderprogramma laat de Commissie door onafhankelijke deskundigen een externe evaluatie uitvoeren van de achtergrond, uitvoering en prestaties ervan.

De Commissie deelt de conclusies daarvan, vergezeld van haar opmerkingen, mee aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de regio’s.