Artikelen bij COM(2024)571 - - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2024)571 - . |
---|---|
document | COM(2024)571 |
datum | 6 december 2024 |
Inhoud
INLEIDING 2
I. HET NABUURSCHAP VAN DE EU 6
1. MINDER DAN ZEVEN JAAR VISUMVRIJ 6
GEORGIË 6
OEKRAÏNE 13
KOSOVO* 20
2. MEER DAN ZEVEN JAAR VISUMVRIJ 26
ALBANIË 26
BOSNIË EN HERZEGOVINA 30
REPUBLIEK MOLDAVIË 34
MONTENEGRO 38
NOORD-MACEDONIË 42
SERVIË 45
II. OOST-CARAÏBISCHE STATEN 49
III. LATIJNS-AMERIKA 53
CONCLUSIE 58
INLEIDING
Visumliberalisering is een belangrijk onderdeel geweest van het instrumentarium van de EU voor samenwerking op het gebied van migratie, veiligheid en justitie met derde landen. De mobiliteit en de contacten tussen mensen worden erdoor bevorderd. De reis- en toeristische sector en ook culturele en academische uitwisselingen worden erdoor gestimuleerd. Visumliberalisering komt daarnaast diplomatieke betrekkingen en internationale samenwerking ten goede, wat in het ideale geval leidt tot meer politieke interactie op gebieden als handel en economische samenwerking, veiligheid, innovatie en technologie.
Het toezicht van de Commissie op de visumvrije regelingen van de EU wijst echter uit dat visumvrij reizen ook kan leiden tot aanzienlijke uitdagingen uit het oogpunt van migratie en veiligheid, die moeten worden aangepakt. In dit verslag wordt opnieuw bijzondere aandacht besteed aan de afstemming van het visumbeleid, burgerschapsregelingen voor investeerders, samenwerking inzake overname en ongegronde asielverzoeken. De visumvrijstellingen die de EU derde landen heeft verleend, hebben vooral tot doel het reizen gemakkelijker te maken door te voorzien in visumvrije toegang tot het Schengengebied en in kort verblijf voor een periode van ten hoogste 90 dagen binnen een periode van 180 dagen. Personen die een veiligheidsrisico voor de EU en haar lidstaten vormen, mogen niet visumvrij naar het Schengengebied reizen en personen die om internationale bescherming verzoeken of zich voor een langere periode in de EU willen vestigen, moeten gebruikmaken van de toepasselijke regelingen en mogelijkheden.
In oktober 2023 heeft de Commissie een herziening van het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht1 voorgesteld om uitdagingen in verband met visumvrije regelingen en mogelijk misbruik van visumvrij reizen beter aan te pakken door het mechanisme gemakkelijker activeerbaar en afschrikwekkender te maken. De Commissie moedigt het Europees Parlement en de Raad aan de onderhandelingen over het voorstel snel af te ronden en de goedkeuring ervan te verzekeren.
Reikwijdte van het verslag — een nieuwe strategische en globale aanpak
Het voortdurende toezicht van de Commissie op de visumvrije regelingen van de EU is belangrijk voor de goede werking van het visumbeleid van de EU en de algemene veiligheid van het Schengengebied. Op grond van artikel 8, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1806 (de “visumverordening”)2 moet de Commissie zorgen voor een passend toezicht op de voortdurende naleving van de vereisten voor visumvrijstelling door de landen waarvan de onderdanen visumvrije toegang tot het Schengengebied hebben gekregen naar aanleiding van de succesvolle afronding van een dialoog over visumliberalisering, en moet zij op gezette tijden verslag uitbrengen aan het Europees Parlement en aan de Raad. Daartoe heeft de Commissie sinds 2017 in het kader van het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht zes verslagen goedgekeurd3 die betrekking hebben op de visumvrije partners in de Westelijke Balkan (Albanië, Bosnië en Herzegovina, Montenegro, Noord-Macedonië en Servië) en in de regio van het Oostelijk Partnerschap (Georgië, de Republiek Moldavië — hierna Moldavië genoemd — en Oekraïne).
Naar aanleiding van een mededeling van mei 20234 werd in het zesde verslag een bredere aanpak gehanteerd om ervoor te zorgen dat toezicht en rapportage uitgebreider en strategischer zijn, en dus niet alleen betrekking hebben op de buurlanden van de EU maar ook op alle visumvrije derde landen die specifieke uitdagingen meebrengen die, indien zij niet worden aangepakt, kunnen leiden tot het activeren van het opschortingsmechanisme. Daarom heeft de Commissie het geografische toepassingsgebied voor het eerst uitgebreid door ook verslag uit te brengen over zes visumvrije derde landen die burgerschapsregelingen voor investeerders toepassen, namelijk Antigua en Barbuda, Dominica, Grenada, Saint Kitts en Nevis, Saint Lucia en Vanuatu5.
Het nabuurschap van de EU
Dit zevende verslag, zoals vereist op grond van artikel 8, lid 4, van de visumverordening, bevat opnieuw een volledige beoordeling van de voortdurende naleving van de vereisten voor visumliberalisering voor Georgië en Oekraïne, aangezien zij hun respectieve dialogen over visumliberalisering minder dan zeven jaar geleden hebben afgerond. Bovendien bevat dit verslag, na de succesvolle afronding van de visumliberaliseringsdialoog tussen de EU en Kosovo en de toepassing van de visumvrijstelling voor Kosovo vanaf 1 januari 20246, ook een eerste prospectieve analyse van de voortdurende naleving door Kosovo van de vereisten voor visumliberalisering.
Wat betreft de landen die meer dan zeven jaar geleden een dialoog over visumliberalisering hebben afgerond7 (Albanië, Bosnië en Herzegovina, Moldavië, Montenegro, Noord-Macedonië en Servië), wordt in het verslag nog steeds melding gemaakt van specifieke uitdagingen als gevolg van visumvrij reizen en/of specifieke risico’s op het gebied van irreguliere migratie of veiligheid voor de EU, zoals afstemming van het visumbeleid, burgerschapsregelingen voor investeerders, samenwerking inzake overnamen en ongegronde asielverzoeken.
Voor alle acht uitbreidingspartners geldt het volgende: problemen die verband houden met benchmarks die worden behandeld via de afgeronde dialogen over visumliberalisering, worden beoordeeld in het kader van het uitbreidingsproces, in hoofdstuk 23 (Rechterlijke macht en grondrechten) en hoofdstuk 24 (Justitie, vrijheid en veiligheid), en hierover wordt uitvoerig verslag uitgebracht in de jaarlijkse uitbreidingsverslagen van de Commissie. Vanaf 2024 worden ook vier uitbreidingslanden (Albanië, Montenegro, Noord-Macedonië en Servië) in het verslag over de rechtsstaat van de Commissie opgenomen.
Als onderdeel van hun hervormingsagenda in het kader van het groeiplan voor de Westelijke Balkan hebben de partners van de Westelijke Balkan zich ertoe verbonden hervormingen met betrekking tot de “fundamentele kwesties” van het toetredingsproces door te voeren, waaronder concrete toezeggingen inzake de bestrijding van georganiseerde criminaliteit, de bestrijding van corruptie en de afstemming van het visumbeleid.
Wat betreft de Westelijke Balkan bouwt het verslag voort op de lopende uitvoering van het EU-actieplan voor het aanpakken van de migratiesituatie op de Westelijke Balkanroute dat de Commissie op 5 december 2022 heeft gepresenteerd8. Het actieplan ging in op een aantal uitdagingen, waaronder de sterke toename van irreguliere migratie naar de EU via de Westelijke Balkanroute in 2022. Dit grotere aantal overschrijdingen van de buitengrenzen van de lidstaten uit de regio was deels het gevolg van secundaire bewegingen van onderdanen vanuit derde landen die visumvrij in de Westelijke Balkan waren aangekomen en doorreisden naar de EU. De gezamenlijke uitvoering van het actieplan tussen de EU en de regio heeft bijgedragen tot de vermindering van de migratiedruk op de Westelijke Balkanroute met bijna een derde in 2023 ten opzichte van 2022 en volgens voorlopige gegevens met nog eens 79 % in de eerste negen maanden van 2024 ten opzichte van dezelfde periode in 2023. Ze heeft ook bijgedragen tot de verdere versterking van de samenwerking inzake migratiebeheer tussen de EU en de partners van de Westelijke Balkan. Het actieplan behandelt zaken als grensbeheer, asiel- en opvangcapaciteiten, de bestrijding van migrantensmokkel, samenwerking inzake overnamen en terugkeer alsook afstemming van het visumbeleid.
Over het geheel genomen konden op al deze beleidsterreinen op korte tijd resultaten worden geboekt dankzij een grotere betrokkenheid van en bredere contacten met alle partners van de Westelijke Balkan op alle niveaus. De werkzaamheden moeten echter worden voortgezet. Irreguliere migratie blijft een uitdaging voor de partners van de Westelijke Balkan. In de regio werd eind 2022 en begin 2023 na de toename van het aantal irreguliere aankomsten in 2022 voor bepaalde belangrijke nationaliteiten opnieuw de visumplicht ingevoerd. Het blijft echter noodzakelijk verdere afstemming van het visumbeleid te waarborgen en de controles op visumvrije aankomsten in de regio te versterken. De bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel en het zorgen voor effectieve terugkeer blijven belangrijke prioriteiten. De Commissie heeft haar financiële steun opgevoerd zodat de totale financiering voor migratiegerelateerde activiteiten in de regio in het kader van het instrument voor pretoetredingssteun (IPA III) momenteel 351,9 miljoen EUR (2021-2024) bedraagt. Dit omvat regionale programma’s “EU-steun ter versterking van de bestrijding van migrantensmokkel en mensenhandel in de Westelijke Balkan” (36 miljoen EUR), “Regionale steun van de EU voor beschermingsgerichte migratiebeheersystemen in de Westelijke Balkan — fase III” (19,2 miljoen EUR) en “Regionale steun van de EU voor grensbeveiliging in de Westelijke Balkan” (7 miljoen EUR).
Aan het verslag is bijgedragen door de behandelde partners, de Europese Dienst voor extern optreden en de EU-delegaties, de relevante EU-agentschappen voor justitiële samenwerking en binnenlandse zaken9 en de lidstaten10. Via deze bijdragen werd de nodige informatie voor de relevante beoordelingen in het verslag verstrekt. In dit zevende verslag worden maatregelen beoordeeld die door de betrokken partners in 2023 zijn genomen, met updates voor 2024, wanneer ze aanzienlijke gevolgen zouden kunnen hebben voor de aanbevelingen van dit jaar. Ook wordt verslag uitgebracht over de operationele samenwerking met de EU en met de lidstaten11, en bevat het verslag een overzicht van migratietrends12, op basis van Eurostat-gegevens voor het statistische jaar 2023, met inbegrip van de veranderingen vergeleken met 2022.
Latijns-Amerika en Caraïbisch gebied
Zoals in het zesde verslag en reeds in navolging van de nieuwe aanpak die in het wetgevingsvoorstel tot herziening van het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht is uiteengezet13, heeft dit verslag ook betrekking op andere geografische gebieden dan het EU-nabuurschap, met de nadruk op visumvrije landen waar zich specifieke problemen hebben voorgedaan en waar verdere samenwerking nodig kan zijn om specifieke uitdagingen op het gebied van migratie en/of veiligheid aan te pakken die in het kader van het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht kunnen worden beoordeeld. In dit verband wordt in dit verslag verder ingegaan op de visumvrije landen die burgerschapsregelingen voor investeerders in het oostelijk Caraïbisch gebied toepassen en wordt een beoordeling gegeven van de visumvrije landen in Latijns-Amerika.
Zoals vermeld in de gezamenlijke mededeling van 2023 over een nieuwe agenda voor de betrekkingen van de EU met Latijns-Amerika en het Caribisch Gebied14, zijn de EU en Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied natuurlijke partners die verenigd zijn door unieke historische en culturele, en diepe economische en sociale banden en een gezamenlijke inzet voor vrede, democratie, grondrechten en multilateralisme. Mensen staan centraal in dit partnerschap: mobiliteit en contacten tussen mensen zijn essentieel voor het versterken van deze banden. Tegelijkertijd heeft het toezicht van de Commissie op de visumvrije regelingen van de EU met Latijns-Amerikaanse en Caraïbische partners een aantal specifieke uitdagingen op het gebied van migratie en veiligheid aan het licht gebracht. Deze uitdagingen vloeien met name voort uit de toepassing van burgerschapsregelingen voor investeerders door vijf landen in het oostelijk Caraïbisch gebied, en uit het toenemende aantal ongegronde asielverzoeken die in de EU door onderdanen van sommige Latijns-Amerikaanse landen worden ingediend. In de laatste twee delen van dit verslag wordt de beoordeling van deze uitdagingen door de Commissie voorgelegd en worden aanbevelingen gedaan voor de aanpak ervan.
I. HET NABUURSCHAP VAN DE EU
1. MINDER DAN ZEVEN JAAR VISUMVRIJ
GEORGIË
1. Afstemming van het visumbeleid
Georgië heeft een visumvrije regeling met 25 landen die voorkomen op de EU-lijst van visumplichtige derde landen15: Armenië, Azerbeidzjan, Bahrein, Belarus, Belize, Botswana, China (visumvrijstellingsovereenkomst getekend in april 2024), Dominicaanse Republiek, Ecuador, Iran, Jordanië, Kazachstan, Koeweit, Kirgizië, Libanon, Oman, Qatar, Rusland, Saoedi-Arabië, Zuid-Afrika, Tadzjikistan, Thailand, Turkije, Turkmenistan en Oezbekistan.
Georgië heeft geen vooruitgang geboekt naar een verdere afstemming van het visumbeleid; integendeel, met de ondertekening van de visumvrijstellingsovereenkomst met China in april 2024 werd verder van het visumbeleid van de EU afgeweken. Georgië stelt dat, aangezien het geen directe landgrens met de EU deelt, zijn gebrek aan afstemming van het visumbeleid geen risico vormt voor de EU op het gebied van irreguliere migratie of veiligheid. De Commissie herinnert er echter aan dat afstemming van het visumbeleid een belangrijke doelstelling is voor alle landen van het EU-nabuurschap en landen die EU-lidmaatschap beogen. Daarom verlangt de Commissie dat Georgië vooruitgang boekt bij de afstemming van het visumbeleid.
2. Documentbeveiliging, met inbegrip van biometrie
Georgië geeft sinds 2010 biometrische paspoorten af. Niet-biometrische paspoorten zullen volledig zijn uitgefaseerd tegen 1 januari 2025, wanneer de laatste die momenteel nog in omloop zijn, verlopen16. In het kader van de samenwerking met Interpol wisselt Georgië informatie uit over verloren en gestolen paspoorten.
In december 2023 werd een wet aangenomen op grond waarvan niet-elektronische identiteitskaarten die vóór 28 juli 2011 waren afgegeven, uiterlijk op 1 juli 2024 ingetrokken en door elektronische identiteitskaarten vervangen moesten worden.
3. Geïntegreerd grensbeheer, migratiebeheer, asiel
In maart 2023 heeft Georgië de strategie inzake geïntegreerd grensbeheer voor 2023-2027 goedgekeurd en in augustus 2023 het actieplan voor geïntegreerd grensbeheer voor 2023-2027. Georgië bleef investeren in de ontwikkeling van grensbeveiliging, onder meer door in 2023 een snelle interventie-eenheid in de bergen in het leven te roepen. Met één EU-lidstaat werd een samenwerkingsplan inzake grensbewaking ingevoerd en met een andere EU-lidstaat werd een technische overeenkomst inzake marinesamenwerking ondertekend, waarbij de Georgische kustwacht betrokken was.
Georgië heeft een staat van dienst op het gebied van gestructureerde samenwerking met Frontex. Frontex-waarnemers bevinden zich op vijf grensdoorlaatposten (luchthavens van Tbilisi en Kutaisi, landgrensdoorlaatpost van Sarpi en seizoensmatig op de luchthaven en in de zeehaven van Batumi). In 2023 werden in totaal 28 Frontex-functionarissen ingezet in Georgië. Georgische politiefunctionarissen werden ingezet op luchthavens van 12 lidstaten (24 in totaal in 2023). Deze samenwerking heeft als voornaamste doel te voorkomen dat Georgische burgers misbruik maken van het visumvrij reizen, onder meer door ongegronde asielverzoeken in te dienen (zie onder).
Georgië is lid van het netwerk voor risicoanalyse van het Oostelijk Partnerschap, een door Frontex geleid regionaal platform voor uitwisseling van informatie en inlichtingen. De academie van het ministerie van Binnenlandse Zaken van Georgië heeft sinds 2019 de status van Frontex-partneracademie. Georgië heeft deelgenomen aan de Gezamenlijke operatie Focal Points lucht, land en zee 2023 door de uitwisseling van beste praktijken en bezoeken/inzet van Frontex-deskundigen op het gebied van grensbeheer. De samenwerking met Frontex omvatte ook opleidingsprogramma’s (zoals briefings op maat over documentfraude en oplichters), studiebezoeken, deskundigenadvies en uitwisselingen in het kader van het programma voor de uitwisseling van personeelsleden 2023.
De bilaterale/multilaterale samenwerking met de lidstaten op het gebied van grensbeheer/migratie werd voortgezet, met inbegrip van contacten/bezoeken op hoog niveau, de inzet van verbindingsfunctionarissen van de lidstaten in Georgië, gespecialiseerde opleiding en deskundigenadvies met de nadruk op de opsporing van vervalste documenten en de bestrijding van georganiseerde misdaadnetwerken die gespecialiseerd zijn in migrantensmokkel.
Georgië heeft de aanbeveling van het zesde verslag over het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht uitgevoerd en zich aangesloten bij het operationeel actieplan van het Europees multidisciplinair platform tegen criminaliteitsdreiging (Empact) tegen migrantensmokkel voor de periode 2024-2025. In 2023 nam het deel aan 6 operationele actieplannen (OAP’s) en 77 operationele acties (OP’s). De samenwerking in het kader van de Empact-regeling heeft ook geleid tot de uitvoering van het project “subsidie van een klein bedrag”, dat gericht is op de bestrijding van Georgische georganiseerde criminele groepen in de EU.
Wat overname en terugkeer betreft, wezen verschillende EU-lidstaten en Frontex op de nauwe samenwerking met de Georgische autoriteiten. Georgië aanvaardde regelmatig terugkeeroperaties met charter- en lijnvluchten. Georgië heeft zijn begeleiders op verzoek ook beschikbaar gesteld voor de organisatie van terugkeeroperaties waarbij personen worden opgehaald. Daarnaast hebben de Georgische ministeries van Buitenlandse Zaken en van Binnenlandse Zaken hun samenwerking met Frontex op het gebied van de identificatie van repatrianten zonder reisdocumenten uitgebreid door het permanente korps en de lidstaten te leren hoe het Georgische systeem voor het beheer van overnamezaken kan worden gebruikt voor de elektronische indiening van verzoeken tot identificatie.
Georgië heeft verdere inspanningen geleverd om het probleem aan te pakken van de ongegronde asielverzoeken die Georgische burgers indienen in EU-lidstaten. Op basis van wijzigingen in 2021 van de wet inzake de regels voor Georgische burgers bij het verlaten en binnenkomen van Georgië, bleven de Georgische autoriteiten “uitreiscontroles” aan de Georgische grensovergangen verrichten. Van 1 januari 2021 tot 1 april 2024 werden in totaal 7 910 burgers van Georgië die van plan waren naar de EU te reizen, aan de grens tegengehouden. De Georgische autoriteiten bleven irreguliere migratie aanpakken via de strafrechtelijke vervolging van personen en groepen die betrokken zijn bij migrantensmokkel, met inbegrip van personen die betrokken zijn bij het verstrekken van onjuiste informatie over asielverzoeken in de EU. In 2023 werden drie personen veroordeeld (in 2022 waren dat er elf).
Georgië heeft ook, in partnerschap met het UNHCR, met de IOM samengewerkt aan het project voor effectief migratiebeheer ter ondersteuning van een veilige, ordelijke en duurzame terugkeer en re-integratie van Georgische burgers. Daarnaast heeft het met de IOM/WHO samengewerkt aan gezondheidsgerichte migratie uit Georgië en ongegronde asielverzoeken in het Schengengebied (in het kader van het project “Georgia Cares”).
4. Monitoren van trends op het gebied van irreguliere migratie, verzoeken om internationale bescherming, terugkeer en overname
In 2023 is het aantal verzoeken om internationale bescherming door Georgische onderdanen in de lidstaten met 8 % afgenomen ten opzichte van 2022, met 24 375 ingediende verzoeken in 2023 (26 555 in 2022). Het percentage ingewilligde verzoeken17 bedroeg 7 % in 2023 en is niet veranderd ten opzichte van het voorgaande jaar.
In 2023 waren er tien irreguliere grensoverschrijdingen door Georgische onderdanen naar EU-lidstaten, vergeleken met twintig in 2022. In 2023 is het aantal Georgische onderdanen waarvan is vastgesteld dat zij irregulier in de lidstaten verbleven met 12 % gestegen, 24 595 personen in 2023 tegenover 22 005 in 2022. Het aantal weigeringen van toegang voor Georgische onderdanen in de lidstaten is met 8 % gedaald, van 4 015 in 2022 naar 3 680 in 2023.
In 2023 bleef het aantal jegens Georgische onderdanen uitgevaardigde terugkeerbesluiten stijgen met 20 240 besluiten, tegenover 17 415 in 2022 – een toename van 16 %. Dezelfde trend deed zich voor met betrekking tot het aantal teruggekeerde personen (10 555 in 2023 tegenover 7 725 in 2022, een stijging van 37 %). Het terugkeerpercentage is licht verbeterd van 44 % in 2022 naar 52 % in 2023.
Bron: Eurostat
5. Openbare orde en veiligheid
Georgië heeft zijn samenwerking met Europol voortgezet, met een verbindingsfunctionaris op het hoofdkwartier van Europol, en neemt deel aan zeven analyseprojecten van Europol. Tussen juni 2023 en maart 2024 werden via de applicatie voor veilige informatie-uitwisseling (Siena) 1 124 stukken operationele informatie met betrekking tot meer dan 13 161 personen met Europol-leden en partnerlanden gedeeld. In het kader van de samenwerking met Cepol heeft Georgië van diverse gespecialiseerde opleidingsprogramma’s in het kader van het door de EU gefinancierde project “Opleiding en operationeel partnerschap tegen georganiseerde criminaliteit” (Topcop) geprofiteerd. Georgië heeft zijn samenwerking met Eurojust voortgezet waarbij het aan gemeenschappelijke onderzoeksteams heeft deelgenomen.
Georgië heeft verder uitvoering gegeven aan de nationale strategie ter bestrijding van georganiseerde criminaliteit voor 2021-2024, met bijzondere aandacht voor de bestrijding van drugshandel en cybercriminaliteit. Naar aanleiding van de aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne werd het voorkomen van de handel in en de illegale verspreiding van wapens en munitie met wetswijzigingen op de agenda gezet. Georgië is als lid van Interpol actief aan werkgroepen en projecten blijven deelnemen. Twee EU-lidstaten hebben Georgische rechtshandhavingsfunctionarissen een opleiding aangeboden in het opsporen van vervalste documenten en het identificeren van slachtoffers van seksuele uitbuiting online.
In februari 2023 heeft Georgië de tweede nationale drugsstrategie voor 2023-2030 (rechtstreeks geïnspireerd op de EU-drugsstrategie voor 2021-2025) en het bijbehorende actieplan voor 2023-2024 goedgekeurd. Georgië heeft zijn samenwerking met het Drugsagentschap van de Europese Unie (EUDA) op basis van een werkregeling van 2022 en in het kader van het EU4MD II-project voortgezet.
Georgië heeft verder uitvoering gegeven aan de nationale strategie voor terrorismebestrijding 2022-2026 en het bijbehorende actieplan. In 2023 werden twaalf Georgische burgers en drie onderdanen van derde landen gearresteerd op beschuldiging van lidmaatschap van of steun aan een terroristische organisatie. In 2023 heeft Georgië zich aangesloten bij het VN-programma voor de bestrijding van terroristische reisbewegingen “goTravel”. Georgië is ook de nationale strategie inzake de voorkoming, opsporing en bestrijding van het witwassen van geld, de financiering van terrorisme en de verspreiding van massavernietigingswapens (2023-2026) en het bijbehorende actieplan blijven toepassen. In 2023 heeft Georgië zijn samenwerking met Europol op het gebied van terrorismebestrijding uitgebreid door zich aan te sluiten bij het gezamenlijke verbindingsteam voor terrorismebestrijding (CT JLT) van het agentschap en door deel te nemen aan talrijke analyseprojecten voor terrorismebestrijding.
In het zesde verslag over het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht werd Georgië aanbevolen een nieuwe strategie voor corruptiebestrijding en een bijbehorend actieplan vast te stellen, te zorgen voor de nodige middelen voor de uitvoering daarvan en speciale aandacht te besteden aan het onderzoek, de vervolging en de berechting van corruptiezaken op hoog niveau. Georgië heeft nog geen nieuwe nationale strategie voor corruptiebestrijding of bijbehorend actieplan ontwikkeld.
In het zesde verslag over het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht is bepaald dat Georgië een bureau voor de ontneming van vermogensbestanddelen en een bureau voor vermogensbeheer moet oprichten en zijn inspanningen voor de ontneming van vermogensbestanddelen moet opvoeren. Ondanks de samenwerking van Georgië met de EU-bureaus voor de ontneming van vermogensbestanddelen moet een aanbeveling om een bureau voor de ontneming van vermogensbestanddelen op te richten, nog worden opgevolgd. Er is ook geen speciale entiteit die specifiek belast is met het beheer van teruggevorderde vermogensbestanddelen. In beslag genomen vermogensbestanddelen worden door het nationaal agentschap voor staatseigendommen beheerd.
In het zesde verslag over het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht werd aanbevolen dat Georgië ervoor zorgt dat in de wetgeving inzake het bureau voor corruptiebestrijding, de bijzondere opsporingsdienst en de dienst voor de bescherming van persoonsgegevens gevolg wordt gegeven aan de aanbevelingen van de Commissie van Venetië. De in mei 2024 goedgekeurde wijzigingen van de wet inzake het bureau voor corruptiebestrijding voldoen niet aan de belangrijkste aanbevelingen van de Commissie van Venetië, met name die welke betrekking hebben op de daadwerkelijke onafhankelijkheid, politieke neutraliteit en functies van het bureau voor corruptiebestrijding.
Georgië maakt deel uit van de Groep van Staten tegen Corruptie (Greco). Naar aanleiding van de aanbevelingen van de Greco heeft Georgië in 2023 de wet inzake het openbaar ministerie gewijzigd en het toepassingsgebied van de regeling voor de vermogensaangiften naar alle aanklagers uitgebreid. Het evaluatieverslag van de Greco over Georgië van juli 2024 bevat aanbevelingen met betrekking tot het strategisch kader, integriteitscontroles en transparantie.
6. Externe betrekkingen en grondrechten
In de verslagperiode heeft Georgië wetgeving vastgesteld die de grondrechten ondermijnt. De goedkeuring van de wet inzake transparantie van buitenlandse invloed in mei 2024 en van het wetgevingspakket inzake gezinswaarden en bescherming van minderjarigen in september 2024 ondermijnt het algemene rechtskader voor de handhaving van de grondrechten. Beide initiatieven zijn in strijd met de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, met name het recht op vrijheid van vereniging en meningsuiting en het recht op privacy. De wet inzake transparantie van buitenlandse invloed werd in mei 2024 aangenomen ondanks een advies van de Commissie van Venetië18 en de herhaalde oproepen van de EU om de wet in te trekken. De wet ondermijnt de vrijheid van vereniging en meningsuiting, het recht op privacy, het recht om deel te nemen aan openbare aangelegenheden en het verbod van discriminatie. Omslachtige rapportagevereisten en aan het ministerie van Justitie verleende uitgebreide bevoegdheden bij het controleren van het maatschappelijk middenveld en mediaorganisaties vergroten het risico op selectieve en willekeurige toepassing.
De Europese Raad heeft in zijn conclusies van 27 juni 2024 benadrukt dat de goedgekeurde wet inzake transparantie van buitenlandse invloed een achteruitgang vormt van ten minste drie van de negen stappen in de aanbeveling van de Commissie voor de status van kandidaat-lidstaat (inzake desinformatie, polarisatie, grondrechten en betrokkenheid van maatschappelijke organisaties). De Europese Raad heeft geconcludeerd dat het optreden van de Georgische regering het EU-traject van Georgië in gevaar brengt, wat de facto tot een stopzetting van het toetredingsproces leidt.
Op 17 september 2024 heeft het parlement een wetgevingspakket goedgekeurd dat bestaat uit de wet inzake gezinswaarden en bescherming van minderjarigen en 18 wijzigingen van bestaande wetten, zonder voorafgaande openbare raadplegingen en een grondige analyse van de naleving van Europese en internationale normen. Het wetgevingspakket inzake gezinswaarden en de bescherming van minderjarigen, dat op 3 oktober is ondertekend, ondermijnt de grondrechten van het Georgische volk en leidt tot meer stigmatisering en discriminatie. Als gevolg van de wetgevingsactiviteiten en de aanhoudende homofobe haatzaaiende uitlatingen krijgen lhbtiq’ers in Georgië met een steeds vijandiger en stigmatiserender klimaat te maken.
Het actieplan 2024-2026 voor de uitvoering van de mensenrechtenstrategie werd na een beperkt raadplegingsproces vastgesteld en bevat geen bepalingen met betrekking tot lhbtiq’ers en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. In het actieplan wordt de vrijheid van godsdienst en levensovertuiging ten dele aan de orde gesteld. Er is nog geen begin gemaakt met de uitvoering van het actieplan en het toezicht op de uitvoering is niet duidelijk omschreven. Aanzienlijke lacunes in het strategisch kader ten aanzien van de bescherming van de rechten van minderheden, met inbegrip van de vertegenwoordiging van minderheden, moeten nog worden aangepakt.
In de conclusies van de Europese Raad van 17 oktober 2024 werd bevestigd dat het toetredingsproces van Georgië is stopgezet; ook werden de Georgische autoriteiten opgeroepen democratische, alomvattende en duurzame hervormingen door te voeren, in overeenstemming met de kernbeginselen van de Europese integratie.
De Commissie zal nauwlettend toezien op de uitvoering van de wet inzake transparantie van buitenlandse invloed en het wetgevingspakket inzake gezinswaarden en de bescherming van minderjarigen, aangezien de naleving van de grondrechten, met inbegrip van doeltreffende uitvoering en antidiscriminatiebeleid, specifieke vereisten zijn op basis waarvan aan Georgië visumvrijstelling werd verleend.
Naar aanleiding van de aanbeveling over gegevensbescherming in het vijfde verslag over het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht is in juni 2023 een nieuwe wet inzake bescherming van persoonsgegevens goedgekeurd, die in mei 2024 is gewijzigd. De belangrijkste aanbevelingen van de Commissie van Venetië met betrekking tot de institutionele onafhankelijkheid, onpartijdigheid en bevoegdheden van de dienst voor de bescherming van persoonsgegevens staan nog open.
7. Aanbevelingen
Rekening houdend met de recente ontwikkelingen in Georgië, wordt momenteel beraadslaagd over de mogelijke activering van het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht voor bepaalde categorieën personen. Om aan alle benchmarks voor visumliberalisering te blijven voldoen en de mogelijke activering van het opschortingsmechanisme te voorkomen, moet Georgië dringend verdere maatregelen nemen; alleen op die manier kan het aan de aanbevelingen van de Commissie gevolg geven. Met name moeten de navolgende kwesties worden aangepakt:
a. de bescherming van de grondrechten van alle Georgische burgers waarborgen en handhaven, met inbegrip van de vrijheid van vereniging, vergadering en meningsuiting, het recht op privacy, het recht om deel te nemen aan openbare aangelegenheden en het verbod van discriminatie;
b. wetgeving vermijden en intrekken die de grondrechten en fundamentele vrijheden kan beperken, tegen het non-discriminatiebeginsel indruist en in strijd is met de relevante Europese en internationale normen. Met name de wet inzake transparantie van buitenlandse invloed en het wetgevingspakket inzake gezinswaarden en bescherming van minderjarigen intrekken en de nationale strategie en het nationale actieplan inzake mensenrechten wijzigen om ervoor te zorgen dat de rechten van lhbtiq’ers volledig worden gehandhaafd;
c. het visumbeleid van Georgië afstemmen op de EU-lijst van visumplichtige derde landen, met name wat betreft de landen die voor de EU risico’s op het gebied van irreguliere migratie of veiligheid inhouden;
d. meer actie ondernemen om het probleem van ongegronde asielverzoeken en illegaal verblijf in de lidstaten aan te pakken, zoals voorlichtingscampagnes over de visumvrije regeling voor relevante migrantenprofielen en strengere grenscontroles;
e. een bureau voor de ontneming van vermogensbestanddelen en een bureau voor vermogensbeheer oprichten, alsook de inspanningen voortzetten op het gebied van tracering, bevriezing, beheer, confiscatie en vervreemding van vermogensbestanddelen;
f. een nieuwe strategie voor corruptiebestrijding en een bijbehorend actieplan vaststellen, zorgen voor de nodige middelen voor de uitvoering daarvan en speciale aandacht besteden aan het onderzoek, de vervolging en de berechting van corruptiezaken op hoog niveau;
g. de wet inzake het bureau voor corruptiebestrijding wijzigen om gevolg te geven aan de belangrijkste aanbevelingen van de Commissie van Venetië, met name die welke betrekking hebben op de daadwerkelijke onafhankelijkheid, politieke neutraliteit en functies van het bureau voor corruptiebestrijding;
h. de wet inzake bescherming van persoonsgegevens op het EU-acquis afstemmen.
OEKRAÏNE
1. Afstemming van het visumbeleid
Oekraïne heeft een visumvrije regeling met 15 landen die voorkomen op de EU-lijst van visumplichtige landen: Armenië, Azerbeidzjan, Bahrein, Belarus, Ecuador, Kazachstan, Koeweit, Kirgizië, Mongolië, Oman, Qatar, Saudi-Arabië, Tadzjikistan, Turkije en Oezbekistan.
In 2023 is geen vooruitgang geboekt naar een betere afstemming met de EU-lijst van visumplichtige landen.
2. Documentbeveiliging, met inbegrip van biometrie
Oekraïne geeft sinds 2015 biometrische paspoorten af. De laatste niet-biometrische paspoorten zijn in 2016 afgegeven en de volledige uitfasering ervan zal plaatsvinden in 2026, wanneer ze zijn verlopen. In mei 2022 werd software voor deduplicatie ontwikkeld en in gebruik genomen om duplicaten te definiëren in het nationale systeem voor biometrische verificatie en identificatie van burgers van Oekraïne, buitenlanders en staatlozen, dat onder het beheer van de nationale migratiedienst van Oekraïne valt. Als gevolg van de verrichte deduplicatie werden 4 581 gevallen met een zeer hoog of gemiddeld betrouwbaarheidsniveau aangetroffen. Deze activiteit was van cruciaal belang voor het opsporen van fraude en voor goed informatiebeheer.
Elke burger van Oekraïne ontvangt een uniek nationaal nummer, dat nooit verandert (ook als de persoon in kwestie van naam verandert) en dat in elk identificatiedocument, met inbegrip van paspoorten, wordt opgenomen.
Ondanks de aanhoudende aanvalsoorlog tegen Oekraïne werden in 2023 nog steeds identiteitsdocumenten afgegeven, behalve in gebieden in Oekraïne die tijdelijk door Rusland worden bezet, waaronder de Krim. Na een tijdelijke onderbreking in 2022 heeft Oekraïne in 2023 het register van ongeldige Oekraïense paspoorten weer in werking gesteld; de databank wordt dagelijks bijgewerkt. De uitwisseling van informatie over gestolen en verloren documenten tussen Oekraïne en Interpol werd nooit onderbroken.
3. Geïntegreerd grensbeheer, migratiebeheer, asiel
Sinds het begin van de grootschalige invasie van Rusland zijn grote delen van de Oekraïense internationale grenzen door Rusland bezet. In totaal zijn 110 grensdoorlaatposten aan de grens met Rusland, Belarus en het Transnistrische deel van de grens met Moldavië gesloten gebleven. Nog eens 49 grensdoorlaatposten in gebieden die tijdelijk door Rusland worden bezet, staan niet langer onder het gezag van Oekraïne. In sectoren die onder het gezag van de Oekraïense regering staan, vonden echter geen onderbrekingen plaats in het grensbeheer.
De strategie voor geïntegreerd grensbeheer voor de periode 2023-2025 is in juli 2023 gewijzigd. Het actieplan voor de uitvoering van de strategie is in december 2023 goedgekeurd. In juni 2023 is een nationale methode voor de beoordeling van de kwaliteit van de uitvoering officieel goedgekeurd; deze methode was met de hulp van EU-deskundigen opgezet. Vervolgens is een gezamenlijke werkgroep inzake kwaliteitscontrole bij grensbeheer opgericht, waarvan Frontex en de adviesmissie van de Europese Unie (EUAM) in Oekraïne als waarnemer deel uitmaken.
In 2023 zijn aanzienlijke inspanningen geleverd om de technische uitrusting van alle grensdoorlaatposten die nog onder het gezag van Oekraïne staan, te moderniseren. De Oekraïense grensbewakingsdiensten ontvingen van sommige EU-lidstaten aanzienlijke hoeveelheden uitrusting en gespecialiseerde opleidingen. De Frontex-subsidie van 12 miljoen EUR ter ondersteuning van de nationale grenswacht van Oekraïne is in 2023 met succes aangewend. De aangekochte uitrusting vormde een solide technische bijdrage aan het behoud van de kernfuncties van het geïntegreerd grensbeheer van Oekraïense institutionele partners. Dankzij de subsidie werd de inzet van meer capaciteit mogelijk, met name aan de westelijke grenzen van het land, waarbij de weg werd geëffend voor hernieuwde gezamenlijke operationele activiteiten.
De gezamenlijke patrouilles met grensbewakingsdiensten van enkele EU-lidstaten zijn voortgezet.
In juni 2023 heeft Oekraïne twee nieuwe migratiewetten goedgekeurd, waarbij onder meer de procedures voor het verlenen en intrekken van verblijfsvergunningen en de sancties voor illegaal verblijf zijn geactualiseerd.
Aangezien de toegang door de lucht en over zee tot Oekraïne beperkt was en het hele grondgebied, inclusief de grenzen, onder de staat van beleg viel, nam zowel reguliere als irreguliere migratie naar, van en door Oekraïne af. In 2023 werden in totaal 5 467 irreguliere migranten aan de grenzen met Oekraïne onderschept (12 094 in 2022) en werden 3 389 irreguliere migranten op het grondgebied van Oekraïne aangetroffen (5 062 in 2022); 45 % van hen waren burgers van Rusland, Azerbeidzjan en Moldavië.
Oekraïne bleef mensenhandel bestrijden en bleef betrokken bij de uitvoering van het gemeenschappelijk plan tegen mensenhandel om de risico’s van mensenhandel aan te pakken en ondersteuning te bieden aan potentiële slachtoffers onder de mensen die op de vlucht zijn voor de oorlog in Oekraïne. Oekraïne neemt actief deel aan de regelmatige vergaderingen van het EU-netwerk van nationale coördinatoren en rapporteurs en aan de samenwerking op het gebied van rechtshandhaving en justitie met de lidstaten en de EU-agentschappen. In 2024 nam het deel aan 19 operationele acties die werden georganiseerd in het kader van het Empact en aan verscheidene gezamenlijke onderzoeksteams tegen georganiseerde criminele groepen die betrokken zijn bij mensenhandel. Als gevolg van de economische problemen en de Russische militaire agressie blijven Oekraïense onderdanen kwetsbaar voor mensenhandel. Daarom moeten de maatregelen van het gemeenschappelijk plan tegen mensenhandel van toepassing blijven.
De samenwerking tussen Oekraïne en Frontex is gebaseerd op de in 2007 ondertekende werkregeling. In 2023 bleef Frontex binnen zijn mandaat relevant advies verstrekken om de Oekraïense autoriteiten te helpen in te spelen op dringende behoeften inzake capaciteitsopbouw en na te denken over het nieuwe meerjarige kader voor geïntegreerd grensbeheer.
In 2023 vonden geen vergaderingen van het gemengd comité overname EU-Oekraïne plaats. De samenwerking met de EU-lidstaten op het gebied van overname is in 2023 echter verder uitgebouwd, met de ondertekening van uitvoeringsprotocollen met Roemenië en Letland.
Oekraïne is blijven samenwerken met de IOM, het ICMPD en het UNHCR.
In Oekraïne werd de behandeling van asielverzoeken voortgezet. Sinds de grootschalige Russische invasie op 24 februari 2022 is het aantal verzoeken echter aanzienlijk gedaald; in 2021 waren er 1 198 aanvragen, maar slechts 205 in 2022 en 109 in 2023. Het aantal positieve beslissingen ging van 157 in 2021 naar 46 in 2022 en 53 in 2023. Eind 2023 verbleven in Oekraïne 2 520 erkende vluchtelingen of personen die subsidiaire bescherming genieten.
4. Monitoren van trends op het gebied van migratie, tijdelijke bescherming, verzoeken om internationale bescherming en overname
Na de activering van de richtlijn tijdelijke bescherming19 in 2022 bedraagt het geraamde aantal actieve registraties voor tijdelijke bescherming in de 27 lidstaten, Noorwegen, IJsland en Zwitserland op 5 november 2024 — volgens gegevens die op het platform voor tijdelijke bescherming zijn geüpload en via het EU-netwerk voor paraatheid en crisisbeheer in verband met migratie worden gekanaliseerd — 4 569 496, waarvan 4 424 322 in de EU-lidstaten. Op het platform werden 436 095 inactieve registraties geregistreerd. Duitsland, Polen en Tsjechië blijven de lidstaten die het grootste aantal begunstigden van tijdelijke bescherming opvangen (1,13 miljoen in Duitsland, bijna 1 miljoen in Polen en bijna 400 000 in Tsjechië)20. In 2023 werden er 1 056 020 beslissingen tot verlening van tijdelijke bescherming in de EU genomen, wat overeenkomt met een vierde van het aantal in 2022 genomen beslissingen21.
In 2023 werd aan 16 145 Oekraïense onderdanen de toegang tot de lidstaten geweigerd, wat 46 % minder is dan in 2022 (29 790). Het percentage ingewilligde verzoeken bleef in 2023 stabiel (88 %).
Het aantal Oekraïense onderdanen dat in 2023 op irreguliere wijze de EU-grens is overgestoken, daalde met 11 % (4 579 in 2023 ten opzichte van 5 148 in 2022). In 2023 bleken 40 815 Oekraïense onderdanen irregulier in de EU te verblijven (43 360 in 2022, een daling van 6 %). Het aantal weigeringen van toegang voor Oekraïense onderdanen is met 37 % gedaald, van 28 795 in 2022 naar 18 235 in 2023.
Bron: Eurostat
5. Openbare orde en veiligheid
In mei 2023 heeft Oekraïne het overkoepelend strategisch plan voor de hervorming van de gehele rechtshandhavingssector voor 2023-2027 met ambitieuze doelstellingen goedgekeurd. In september en oktober 2023 heeft Oekraïne herziene wetgeving inzake de bestrijding van het witwassen van geld vastgesteld. In december 2023 heeft Oekraïne nieuwe wetgeving ter bestrijding van het smokkelen van goederen en het ontwijken van accijnzen/douanerechten vastgesteld; daarbij wordt tabakssmokkel door de Oekraïense autoriteiten als een bijzonder ernstig probleem beschouwd. In augustus 2024 heeft Oekraïne het actieplan goedgekeurd, waarmee uitvoering zal worden gegeven aan de overkoepelende strategie voor de hervorming van de rechtshandhavingssector.
De samenwerking met de EU op het gebied van de bestrijding van georganiseerde criminaliteit werd voortgezet, onder meer via vijf gemeenschappelijke onderzoeksteams (GOT’s) met de EU-lidstaten in 2023; begin 2024 werden nog eens acht GOT’s met EU-lidstaten opgericht. Ook vond intensieve samenwerking plaats in het kader van het Empact (122 operationele acties). De samenwerking met de EU via Europol werd voortgezet met meer dan 28 000 via Siena uitgewisselde berichten en met talrijke operationele acties tegen diverse criminele activiteiten zoals cybercriminaliteit (waaronder fraude met cybervaluta’s), smokkel van drugsprecursoren, migrantensmokkel, mensenhandel en illegale handel in vuurwapens.
Er zijn inspanningen geleverd om de registratie van en de controle op de verspreiding van wapens te verbeteren; in juni 2023 is een centraal wapenregister operationeel geworden.
Op 5 juli 2024 heeft het kabinet van ministers zijn goedkeuring gehecht aan door het ministerie van Binnenlandse Zaken uitgewerkte ontwerpregelgeving voor de oprichting van een coördinatiecentrum voor de bestrijding van de illegale verspreiding van vuurwapens, onderdelen daarvan en munitie. Dit centrum moet fungeren als tijdelijk overleg- en adviesorgaan dat valt onder het kabinet van ministers. De belangrijkste doelstellingen van het centrum zijn het coördineren van de inspanningen van verschillende overheidsinstanties die betrokken zijn bij de verspreiding van vuurwapens, het vergemakkelijken van informatie-uitwisseling en het ontwikkelen van regelgeving op basis van internationale beste praktijken. Dit initiatief is in overeenstemming met de aanbevelingen van de Europese Commissie, zoals uiteengezet in het uitbreidingspakket 2023.
Er vindt op dit gebied ook operationele samenwerking tussen de EU en Oekraïne plaats, onder meer door een werkgroep binnen de Groep Europese vuurwapendeskundigen (EFE), bestaande uit Oekraïne, vijf EU-lidstaten en Europol. De EU heeft onder coördinatie van de EUAM opleiding en deskundig advies verstrekt. In 2019 is de EUAM met het thema illegale handel in vuurwapens en andere handvuurwapens en lichte wapens (SALW) aan de slag gegaan, onder meer via een door de OVSE uitgevoerd project (“ter ondersteuning van de inspanningen van Oekraïne ter bestrijding van de illegale handel in wapens, munitie en explosieven”). Het project bouwt voort op de EU-SALW-strategie van 2018 en beoogt de capaciteiten van de nationale grenswacht van Oekraïne, het Oekraïense ministerie van Binnenlandse Zaken en de nationale belastingdiensten/nationale douanediensten van Oekraïne op het gebied van de bestrijding van de illegale handel in wapens, munitie en explosieven in Oekraïne te versterken. De handel in vuurwapens wordt sinds 2023 ook besproken in het kader van de interne veiligheidsdialoog tussen de EU en Oekraïne, naar aanleiding van de toekenning van de status van kandidaat-lidstaat aan Oekraïne.
In overeenstemming met de EU-strategie tegen illegale vuurwapens, handvuurwapens en lichte wapens, en munitie daarvoor van 2018 werkt de EU voortdurend samen met Oekraïne om de omleiding van vuurwapens en SALW, munitie en explosieven te voorkomen. De betrokkenheid van de EU bij het aanpakken van het risico van illegale handel in SALW en munitie daarvoor is toegespitst op de volgende gebieden: a) steun die wordt verleend via lopende GBVB-besluiten van de Raad die worden uitgevoerd door de OVSE, het UNDP/Seesac en Conflict Armament Research; b) de uitvoering van de EU-lijst van maatregelen ter bestrijding van de omleiding van vuurwapens en andere handvuurwapens en lichte wapens in de context van de aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne; en c) toezicht op het eindgebruik van de militaire bijstand die in het kader van de Europese Vredesfaciliteit wordt verleend. De EU werkt ook samen met Oekraïne en internationale partners in het kader van de interne veiligheidsdialoog tussen de EU en Oekraïne, Quad + EU-bijeenkomsten met Oekraïne, Groep directeuren non-proliferatie van de G7 en regelmatige dialogen met derde landen over de beheersing van conventionele wapens.
Wat de bestrijding van drugssmokkel betreft, is de nationale drugsstrategie voor de periode 2023-2030 nog niet goedgekeurd. Oekraïne heeft de internationale samenwerking op dit gebied met het EUDA voortgezet op basis van een werkregeling van 2022, alsook in het kader van het EU4MD II-project, Europol, binnen EUBAM en in het kader van het Empact.
In de strijd tegen cybercriminaliteit (met name diefstal van middelen door misleiding en/of hacking) heeft Oekraïne intensief samengewerkt met de EU-lidstaten, Europol en Eurojust, maar ook met Amerikaanse agentschappen en derde landen (zoals Georgië).
Als gevolg van de aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne werd het rechtsstelsel geconfronteerd met een ongekend aantal zaken in verband met oorlogsmisdrijven en misdrijven tegen de menselijkheid. Hieruit vloeide onder meer de oprichting van het coördinatiecentrum voor de ondersteuning van slachtoffers en getuigen in april 2023 voort. Een ander gevolg van de Russische militaire agressie was een toename van het aantal sabotageacties en terroristische daden (187 in 2023), die specifiek gericht waren op Oekraïense kritieke infrastructuur, waardoor de middelen van rechtshandhavings- en veiligheidsinstanties en die van het hele rechtsstelsel verder onder druk kwamen te staan.
In de strijd tegen corruptie is Oekraïne de anticorruptiestrategie voor 2021-2025 en het nationale corruptiebestrijdingsprogramma voor 2023-2025 blijven toepassen. In augustus 2023 werd de strategie voor de ontneming van vermogensbestanddelen voor 2023-2025 goedgekeurd en in augustus 2024 heeft de regering het actieplan voor de uitvoering ervan vastgesteld.
In december 2023 werd een nieuwe wet goedgekeurd ter versterking van de institutionele capaciteit van het nationale bureau voor corruptiebestrijding van Oekraïne, waarbij het personeel werd uitgebreid van 700 tot 1 000 mensen. Aan de andere kant werd er, ondanks de aanbeveling uit eerdere verslagen in het kader van het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht, nog steeds geen vooruitgang geboekt met de vaststelling van de voorwaarden waaronder het bureau autonoom telefoongesprekken zou kunnen afluisteren. In juli 2023 heeft het nationale bureau voor corruptiebestrijding van Oekraïne een samenwerkingsovereenkomst gesloten met het Europees Openbaar Ministerie (EOM).
Op 1 januari 2024 is de wet betreffende de versterking van de onafhankelijkheid van het gespecialiseerde openbaar ministerie voor corruptiebestrijding vastgesteld. De wet verleent dit openbaar ministerie de status van een juridische entiteit die losstaat van het bureau van de procureur-generaal, en voorziet in de procedure voor vergelijkende selectie voor benoeming in administratieve functies bij het ministerie en in de benoeming van aanklagers, met inbegrip van het hoofd van het ministerie.
In maart 2023 heeft Oekraïne de wetgeving inzake de selectie en voorbereiding van aanklagers gewijzigd, waarmee het mechanisme voor de aanwervings- en tuchtprocedures is verbeterd.
Andere in 2023 vastgestelde wetgevingsmaatregelen in verband met de bestrijding van corruptie betreffen enkele wijzigingen van de wetgeving inzake de regulering van de financiering van politieke partijen en verkiezingscampagnes en het herstel van de verplichtingen van rapportage over de financiering van politieke partijen, alsook wetswijzigingen voor het herstel van de vermogensverklaring door overheidsfunctionarissen.
In 2023 heeft het nationale bureau voor corruptiebestrijding van Oekraïne 257 onderzoeken geopend (tegenover 187 in 2022). Op basis van de resultaten van het onderzoek door het bureau en volgens de procedurele richtsnoeren van het gespecialiseerde openbaar ministerie voor corruptiebestrijding werden in 2023 100 aanklachten bij het hooggerechtshof voor corruptiebestrijding ingediend (tegenover 54 in 2022); de rechtbank heeft 44 definitieve veroordelingen uitgesproken (onder meer tegen vier rechters, een parlementslid, twee onderministers en één ambtenaar van de hoogste categorie (A)).
In juni 2024 is de wet tot herziening van de rechtsgrondslag van het bureau voor economische zekerheid van Oekraïne in werking getreden, waarbij een open, transparant en concurrerend proces is ontwikkeld voor de selectie van management en personeel, de doorlichting van personeel en een onafhankelijke doelmatigheidscontrole; aldus werd bijgedragen tot de versterking van de verantwoordingsplicht, integriteit en vakkundigheid bij de bestrijding van economische misdrijven.
6. Externe betrekkingen en grondrechten
De eerbiediging van de grondrechten is over het algemeen gewaarborgd en Oekraïne heeft laten zien vastbesloten te zijn deze te beschermen en zich verder aan de EU-normen aan te passen, ondanks de beperkingen als gevolg van de aanhoudende oorlog en de staat van beleg. De staat van beleg heeft geleid tot een aantal beperkingen van rechten en vrijheden, maar deze zijn ruimschoots in verhouding gebleven tot de veiligheidssituatie en zijn over het algemeen met de nodige behoedzaamheid toegepast.
Oekraïne heeft aanzienlijke vooruitgang geboekt bij de ratificatie van het Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof door de ratificatiewet voor het Statuut van Rome goed te keuren en heeft stappen ondernomen om de nationale wetgeving op internationale verplichtingen af te stemmen.
Oekraïne blijft uitvoering geven aan het project van de Raad van Europa over de bestrijding van haatzaaiende uitlatingen in Oekraïne voor de periode 2023-2025. Doel van het project is de nationale rechtsmiddelen tegen discriminatie en haat te versterken, onder meer door de bestaande vormen van schadeloosstelling van slachtoffers te verbeteren.
Na de ratificatie van het Verdrag van de Raad van Europa inzake het voorkomen en bestrijden van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld (Verdrag van Istanbul) heeft Oekraïne in mei 2024 wijzigingen van het wetboek inzake administratieve delicten goedgekeurd om de wetgeving inzake het voorkomen en bestrijden van huiselijk geweld met het verdrag in overeenstemming te brengen.
Als gevolg van de grootschalige Russische invasie en de doelbewuste strategie van Rusland om burgers en civiele infrastructuur te treffen, blijft het aantal mensen met een handicap onder militairen en burgers toenemen. In juni 2023 heeft Oekraïne een nieuwe wet vastgesteld inzake de registratie van personen met een handicap die bijstand uit gespecialiseerde fondsen nodig hebben. De nieuwe wet ging gepaard met een begrotingsinspanning om bijstand aan personen met een handicap te financieren.
Op 8 december 2023 heeft Oekraïne de wetgeving inzake nationale minderheden gewijzigd door ingrijpende wijzigingen aan te brengen in de wetten inzake nationale minderheden (gemeenschappen), media, taal van de staat, publicatie en onderwijs, gevolgd door verschillende uitvoeringswetten, routekaarten en methoden.
Als gevolg van de aanvalsoorlog van Rusland zijn er 3,7 miljoen intern ontheemden in Oekraïne. In april 2023 heeft Oekraïne een nationale beleidsstrategie inzake interne ontheemding en het bijbehorende actieplan voor de periode 2023-2025 goedgekeurd. Een van de belangrijkste doelstellingen, behalve huisvesting en werkgelegenheid, is het waarborgen van permanente educatie van kinderen uit ontheemde gezinnen.
7. Aanbevelingen
Over het geheel genomen blijft Oekraïne voldoen aan de vereisten voor visumliberalisering en heeft het land actie ondernomen om gevolg te geven aan enkele eerdere aanbevelingen van de Commissie. Er zijn echter verdere inspanningen nodig, waar mogelijk binnen de huidige context. Met name moeten de navolgende kwesties nader worden aangepakt:
a. het visumbeleid van Oekraïne afstemmen op de EU-lijst van visumplichtige derde landen, met name wat betreft de landen die voor de EU risico’s op het gebied van irreguliere migratie of veiligheid inhouden;
b. de inspanningen in de strijd tegen de georganiseerde misdaad verder opvoeren, met bijzondere aandacht voor de bestrijding van de smokkel van vuurwapens en drugs, de bestrijding van mensenhandel en de financiële dimensie van georganiseerde misdaad, ondanks de uitdagingen die de oorlog met zich meebrengt;
c. het kader voor corruptiebestrijding verder versterken en ervoor zorgen dat de instellingen voor corruptiebestrijding volledig onafhankelijk zijn en in staat zijn een reële en aanzienlijke output te leveren, ook met het oog op de wederopbouw op lange termijn.
KOSOVO
De Commissie heeft op 19 januari 2012 een dialoog over visumliberalisering met Kosovo opgezet en is op 14 juni 2012 gekomen met een stappenplan voor visumliberalisering22 met daarin de wetgevende en andere maatregelen die Kosovo moet vaststellen en uitvoeren. Vervolgens heeft de Commissie vier verslagen goedgekeurd waarin de vooruitgang van Kosovo wordt beoordeeld23. Op 4 mei 2016 heeft de Commissie de Raad en het Europees Parlement voorgesteld24 de visumplicht voor Kosovo op te heffen. Nadat Kosovo aan de twee nog resterende vereisten had voldaan25, heeft de Commissie op 18 juli 201826 bevestigd dat Kosovo alle 95 benchmarks van het stappenplan heeft gehaald en heeft zij visumliberalisering voor Kosovo voorgesteld.
Na onderhandelingen tussen het Europees Parlement en de Raad is op 19 april 2023 Verordening (EU) 2023/85027 vastgesteld, waarbij Verordening (EU) 2018/1806 werd gewijzigd door Kosovo over te hevelen van deel 2 van bijlage I naar deel 4 van bijlage II. De vrijstelling van de visumplicht is van toepassing sinds 1 januari 2024 en geldt voor houders van een biometrisch paspoort dat is afgegeven door Kosovo overeenkomstig de normen van de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO).
Sinds de voltooiing van het stappenplan voor visumliberalisering in 2018 is Kosovo wetgeving op de gebieden van het stappenplan blijven goedkeuren en uitvoeren, waarbij het grotendeels voldoet aan de EU- en internationale normen in overeenstemming met de benchmarks van dat plan.
1. Afstemming van het visumbeleid
Kosovo heeft een visumvrije regeling met 16 landen die voorkomen op de EU-lijst van visumplichtige landen: Bahrein, Belize, Eswatini, Fiji, Guyana, Jordanië, Koeweit, Lesotho, Malawi, Maldiven, Oman, Papoea-Nieuw-Guinea, Qatar, Sao Tomé en Principe, Saudi-Arabië en Turkije. In augustus 2024 heeft Kosovo opnieuw een visumplicht ingevoerd voor onderdanen van Botswana, Namibië en Zuid-Afrika.
Zoals vermeld in de preambule van de verordening op grond waarvan aan Kosovo de visumvrije status is verleend28, moet Kosovo, om ervoor te zorgen dat migratie goed beheerd wordt en om een veilige omgeving te waarborgen, ernaar streven zijn visumbeleid verder af te stemmen op dat van de EU. Het gebrek aan afstemming met het visumbeleid van de EU draagt bij tot een verhoogd risico op irreguliere migratie naar de EU via de Westelijke Balkanroute.
Als onderdeel van zijn hervormingsagenda in het kader van het groeiplan heeft Kosovo zich ertoe verbonden zijn visumbeleid verder af te stemmen de EU-lijst van visumplichtige landen. In afwachting van de volledige afstemming op die lijst zouden niet-visumplichtig onderdanen van derde landen, met name uit landen die een risico vormen op het gebied van veiligheid of irreguliere migratie, bij aankomst strenger moeten worden gescreend, bij wijze van minimale tijdelijke maatregel die van Kosovo wordt verlangd.
2. Documentbeveiliging, met inbegrip van biometrie
Kosovo geeft machineleesbare biometrische persoonlijke reisdocumenten uit die in overeenstemming zijn met de normen van de ICAO en de EU voor de veiligheidskenmerken van en biometrische gegevens in reisdocumenten. Sinds 2011 worden machineleesbare biometrische persoonlijke reisdocumenten afgegeven. De laatste niet-biometrische paspoorten die in 2011 werden afgegeven, zijn in 2021 verlopen. Er zijn dus geen geldige niet-biometrische paspoorten meer in omloop. Eén lidstaat merkte op dat het nieuwe door Kosovo uitgegeven basisreisdocument (biometrisch met chip) weliswaar goede veiligheidskenmerken heeft, maar de documenten gepersonaliseerd worden met inkjettechnologie, waardoor ze gemakkelijker kunnen worden vervalst.
In 2023 kwam Kosovo met twee initiatieven om de beveiliging van documenten te verbeteren: ten eerste heeft de regering een nieuwe wet op identiteitskaarten goedgekeurd en deze ter goedkeuring aan het parlement toegezonden, en ten tweede heeft zij een nieuwe administratieve instructie voor de afgifte van identiteitskaarten goedgekeurd, die de aanvraagprocedure vereenvoudigt en de veiligheidskenmerken van identiteitskaarten versterkt.
De Kosovaarse politie meldt regelmatig verloren en gestolen paspoorten aan Interpol. In 2022 rapporteerde zij 4 440 gestolen en verloren reisdocumenten, terwijl zij er in 2023 4 531 aan Interpol rapporteerde.
3. Geïntegreerd grensbeheer, migratiebeheer, asiel
Wat grensbeheer betreft, heeft Kosovo in december 2023 een nieuwe wet inzake grenscontrole goedgekeurd om de wetgeving verder af te stemmen op het relevante EU-acquis, met name de Schengengrenscode en de richtlijnen inzake op voorhand af te geven passagiersgegevens (API-gegevens) en persoonsgegevens van passagiers (PNR-gegevens). Kosovo blijft geïntegreerd grensbeheer aan zijn grensdoorlaatposten uitvoeren. Dit beheer is in 2013 verbeterd door de oprichting van het nationaal centrum voor grensbeheer, dat tot taak heeft informatie te verspreiden en op te treden als een gezamenlijk multi-institutioneel risicoanalysecentrum. Kosovo heeft in de periode 2009-2024 drie opeenvolgende strategieën voor geïntegreerd grensbeheer opgesteld en goedgekeurd. Momenteel wordt een strategie voor de periode 2020-2025 toegepast.
De grondslag voor de samenwerking met Kosovo is de stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de EU en Kosovo, die in 2016 in werking is getreden. Kosovo heeft ook een aantal bilaterale overeenkomsten inzake grensbeheer met buurlanden ondertekend, zoals de overeenkomst met Albanië van 2018 met betrekking tot gezamenlijke grenscontroles aan de grensdoorlaatpost Morine-Kukes.
Kosovo heeft in 2016 een werkregeling met Frontex ondertekend. Sindsdien heeft Kosovo nauw samengewerkt met Frontex, waarbij de Kosovaarse autoriteiten hebben geprofiteerd van de deskundigheid van Frontex-functionarissen op het gebied van documentcontrole en grensbeheer. Een van de verwachte resultaten van het project “Regionale steun van de EU ter versterking van de capaciteit voor grensbeveiliging in de Westelijke Balkan” is dat Kosovo toegang krijgt tot programma’s en uitrusting voor capaciteitsopbouw, nationale coördinatiecentra bevordert en zijn strategie voor geïntegreerd grensbeheer in overeenstemming brengt met het concept en de strategie van een Europees geïntegreerd grensbeheer.
Wat het beheer van irreguliere migratie betreft, heeft Kosovo in december 2023, dagen vóór de inwerkingtreding van de visumliberalisering, een mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing ingesteld om de migratietrends van burgers van Kosovo in het Schengengebied te monitoren. Het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft het actieplan van de migratiestrategie herzien om het af te stemmen op de recente ontwikkelingen in de EU. Het actieplan is in juni 2024 goedgekeurd.
Wat de samenwerking op het gebied van overname betreft, heeft Kosovo tot 2022 overnameovereenkomsten ondertekend met 24 landen, waaronder 20 lidstaten van het Schengengebied. In 2023 is Kosovo begonnen met onderhandelingen over bilaterale overnameovereenkomsten met Letland, Litouwen en Polen. De lidstaten maakten over het geheel genomen melding van een zeer nauwe samenwerking met Kosovo op het gebied van overname. Eén lidstaat benadrukte dat verbeteringen nodig zijn met betrekking tot bepaalde overnameverzoeken die sinds 2018 steeds vaker worden afgewezen, onder meer bij gebrek aan registratie in biometrische databanken of vanwege onnauwkeurige registratie in de burgerlijke stand.
Na de jaarlijkse oproep van Frontex aan partnerinstellingen van de Westelijke Balkan om als waarnemer aan vergaderingen van de door Frontex beheerde landenwerkgroep deel te nemen, kreeg Kosovo de status van waarnemer bij de landenwerkgroep Algerije, Marokko en Irak.
Het Asielagentschap van de Europese Unie (EUAA) en het ministerie van Binnenlandse Zaken hebben in maart 2022 een routekaart voor samenwerking tussen Kosovo en het EUAA ondertekend ter versterking van het asiel- en opvangstelsel in overeenstemming met de gemeenschappelijke normen van het asielstelsel en de EU-normen. In maart 2024 werd de termijn voor de uitvoering van de routekaart met één jaar verlengd, rekening houdend met het feit dat sommige doelstellingen van de routekaart nog steeds relevant zijn.
4. Monitoren van trends op het gebied van migratie, tijdelijke bescherming, verzoeken om internationale bescherming en overname
Het aantal verzoeken om internationale bescherming dat burgers van Kosovo in de lidstaten hebben ingediend, is tussen 2022 en 2023 licht gedaald (met 4,5 %), met 3 220 verzoeken in 2022 ten opzichte van 3 075 in 2023. Het percentage ingewilligde verzoeken van 14 % in 2022 daalde tot 10 % in 2023.
In 2023 hebben de lidstaten 176 irreguliere grensoverschrijdingen door Kosovaarse burgers gemeld, een aanzienlijke verbetering van 48 % minder dan in 2022 (339), en dezelfde trend geldt voor het aantal burgers van Kosovo dat irregulier in de lidstaten blijkt te verblijven — een daling met 13 % ten opzichte van 2022 (van 5 025 in 2022 tot 4 360 in 2023). Het aantal weigeringen van toegang voor Kosovaarse burgers in de lidstaten is in 2023 met 3 % gedaald (van 1 830 in 2022 naar 1 780 in 2023), wat op een positieve trendwijziging duidt ten opzichte van het afgelopen jaar.
Het aantal in 2023 uitgevaardigde terugkeerbesluiten (4 565) is stabiel gebleven ten opzichte van 2022 (4 455), wat neerkomt op een lichte stijging van 2 %. In 2023 zijn volgens de meldingen 1 465 Kosovaarse burgers teruggekeerd, tegenover 1 540 in 2022 (een daling van 5 %). Het terugkeerpercentage vertoonde dezelfde trend, namelijk een daling van 35 % in 2022 naar 32 % in 2023.
Bron: Eurostat
Aangezien de volledige Eurostat-gegevens voor het jaar 2024 pas medio 2025 beschikbaar zullen zijn, is het nog niet mogelijk om het effect van de inwerkingtreding van de visumliberalisering op de migratie- en asieltrends in het Schengengebied ten volle te beoordelen.
Sommige lidstaten meldden echter dat het aantal ongegronde asielverzoeken van burgers van Kosovo sinds begin 2024 aanzienlijk is toegenomen. In de eerste zeven maanden van 2024 zijn 3 905 verzoeken door Kosovaarse burgers van EU-lidstaten ingediend (+ 108 % ten opzichte van dezelfde periode in 2023). In het kader van de initiatieven die zijn genomen om dit probleem aan te pakken, hebben Kosovo en de groep voor de plaatselijke Schengensamenwerking besprekingen op gang gebracht over de instelling van een mechanisme voor informatie-uitwisseling tussen de autoriteiten van de lidstaten (met inbegrip van lokale diplomatieke missies) en de Kosovaarse autoriteiten met het oog op het monitoren van trends op het gebied van irreguliere migratie en asiel. Dit initiatief houdt ook in dat Kosovo opnieuw een interne communicatiecampagne voert om informatie te verstrekken over de rechten en plichten die voor reizen naar het Schengengebied gelden, en dat Kosovo bilateraal samenwerkt met de zwaarst getroffen EU-lidstaten.
5. Openbare orde en veiligheid
Door het gebrek aan doortastend optreden om de spanningen in het noorden van Kosovo te de-escaleren, voert de EU sinds juni 2023 een aantal maatregelen ten aanzien van Kosovo uit, die ook van invloed zijn op de financiële steun. In 2023 is Kosovo begonnen met de uitvoering van wijzigingen die in 2022 zijn aangebracht in het rechtskader inzake strafzaken en justitie, met inbegrip van het wetboek van strafrecht, het wetboek van strafvordering, de wet op het agentschap voor de preventie van corruptie en de wet inzake de aangifte, oorsprong en controle van vermogensbestanddelen en giften. Kosovo heeft het wetboek van strafrecht en het wetboek van strafvordering in 2023 verder gewijzigd. Mede hierdoor werd het rechtskader van Kosovo op deze gebieden verder op het EU-acquis afgestemd. Kosovo is ook begonnen met de opstelling van de nieuwe anticorruptiestrategie. De nationale strategie en het actieplan voor de preventie en bestrijding van terrorisme voor de periode 2023-2028 zijn in juni 2023 vastgesteld.
In oktober 2023 is een wet inzake speciale vervolging vastgesteld, die met name een rechtsgrondslag biedt voor een speciale onderzoekseenheid binnen de Kosovaarse politie ter ondersteuning van het speciale openbaar ministerie. Deze wet vormt ook de basis voor gezamenlijke onderzoeksteams die strafbare feiten onderzoeken en vervolgen waarvoor het speciaal openbaar ministerie bevoegd is.
De samenwerking op het gebied van veiligheid tussen Kosovo en de EU wordt ondersteund door een in 2020 ondertekende werkregeling tussen Kosovo en Europol, aangevuld met specifieke overeenkomsten voor de uitwisseling van gerubriceerde informatie en het gebruik van Siena. Kosovo heeft sinds maart 2023 een verbindingsofficier bij Europol gedetacheerd. De Kosovaarse politie neemt ook deel aan Empact-activiteiten: Kosovo heeft bevestigd dat het tijdens de Empact-cyclus 2024-2025 aan 12 operationele actieplannen en 70 operationele acties zal deelnemen. De autoriteiten zijn de bilaterale uitvoeringsregeling met de EU voor het gezamenlijke actieplan inzake terrorismebestrijding voor de Westelijke Balkan blijven uitvoeren.
Kosovo handhaaft ook een werkregeling met het Agentschap van de Europese Unie voor opleiding op het gebied van rechtshandhaving (Cepol), die in 2017 is ondertekend. Kosovo neemt deel aan Cepol-activiteiten, onder meer via het door de EU gefinancierde project “Partnerschap met de Westelijke Balkan tegen criminaliteit en terrorisme”.
Kosovo heeft zijn samenwerking met het EUDA op basis van een werkregeling van 2020 en in het kader van het IPA8-project voortgezet.
6. Grondrechten
In het algemeen waarborgt het grondwettelijke en juridische kader van Kosovo de bescherming van de grondrechten en de fundamentele vrijheden. Kosovo heeft een nationale coördinator voor huiselijk geweld benoemd en een centraal secretariaat voor de bestrijding van gendergerelateerd geweld opgericht, overeenkomstig het Verdrag van Istanbul. Wat de bestrijding van gendergerelateerd geweld betreft, heeft Kosovo een nieuw programma voor de rehabilitatie van daders opgezet en wijzigingen in de strafwetgeving goedgekeurd voor het verhogen van de strafmaat en het vaststellen van waarborgen voor de toepassing van de wet. Met de wijzigingen van het wetboek van strafvordering werden ook een aantal tekortkomingen in verband met de naleving van procedurele termijnen en de vertegenwoordiging van de verdediging aangepakt. Resterende punten van zorg zijn de vertraagde en buitensporig lange gerechtelijke procedures. De goedkeuring van het burgerlijk wetboek, waarmee de bescherming van de burger- en grondrechten zou worden versterkt, is nog niet afgerond.
De regering heeft een strategie voor de bescherming en bevordering van de rechten van gemeenschappen vastgesteld, die tot doel heeft de rechten van minderheden te versterken. Verschillende acties hebben echter onevenredig grote negatieve gevolgen gehad voor de rechten en levensomstandigheden van minderheden in het noorden van Kosovo, zoals onteigeningsprocessen zonder juridische procedures, een verordening van de centrale bank ter beperking van contante transacties in andere valuta dan de euro en sluitingen van Servische banken, Servische postkantoren en door Servië gesteunde openbare dienstverleners in Kosovo, die buiten het rechtskader van Kosovo actief waren. Van Kosovo wordt verwacht dat het de bestaande mechanismen ter bescherming van de rechten van minderheden waarborgt en de uitvoering ervan op gecoördineerde wijze en zoals afgesproken verbetert, waarbij gebruik wordt gemaakt van de door de EU gefaciliteerde dialoog over de normalisering van de betrekkingen met Servië. In een langverwacht besluit gaf Kosovo uitvoering aan het arrest van het grondwettelijk hof over de grondeigendom van het klooster Deçan/Dečani.
In juli 2024 heeft het parlement een nieuwe wet inzake de regulerende instantie voor de media goedgekeurd. Deze wet draagt bij tot een betere regulering van de media en de prestaties van de regulerende instantie. De meeste aanbevelingen van de EU en andere internationale partners werden echter niet in de amendementen van het parlement genoemd. Er blijft bezorgdheid bestaan over de onafhankelijkheid, de bevoegdheden en de financiering van de regulerende instantie en over het gebrek aan duidelijkheid en evenredigheid van de wet. De oppositie heeft de wet ter toetsing voorgelegd aan het grondwettelijk hof.
7. Aanbevelingen
Over het algemeen blijft Kosovo voldoen aan de vereisten voor visumliberalisering. Verdere inspanningen zijn echter nodig. Met name moeten de navolgende kwesties nader worden aangepakt:
a. het visumbeleid van Kosovo afstemmen op de EU-lijst van visumplichtige derde landen. In afwachting van de volledige afstemming op die lijst zouden niet-visumplichtige onderdanen van derde landen, met name uit landen die een risico vormen uit het oogpunt van veiligheid of irreguliere migratie, bij aankomst strenger moeten worden gescreend, in het kader van operationele en/of administratieve initiatieven (bijvoorbeeld aan grensdoorlaatposten) of op grond van nationale wetgeving, bij wijze van minimale tijdelijke maatregel die van Kosovo wordt verlangd;
b. de onlangs in samenwerking met de lidstaten opgezette initiatieven voortzetten en versterken om toezicht te houden op de kwestie van ongegronde asielverzoeken van burgers van Kosovo in de lidstaten, onder meer door het intensiveren van voorlichtingscampagnes over de regels voor reizen naar het Schengengebied en door het toepassen van strengere screening bij vertrek;
c. bilaterale overnameovereenkomsten blijven uitvoeren om de huidige goede samenwerking te continueren, en streven naar nieuwe overnameovereenkomsten;
d. het juridische en beleidskader inzake justitie en strafzaken blijven uitvoeren;
e. de bescherming van de rechten van minderheden verder versterken en de uitvoering ervan verbeteren.
2. MEER DAN ZEVEN JAAR VISUMVRIJ
ALBANIË
1. Afstemming van het visumbeleid
Albanië heeft een visumvrije regeling met 13 landen die voorkomen op de EU-lijst van visumplichtige landen, waarvan er 7 een permanente visumvrijstelling genieten (Armenië, Azerbeidzjan, Belarus, China, Kazachstan, Koeweit en Turkije) en 6 een seizoensmatige visumvrijstelling met het oog op toegang tot Albanië (Bahrein, Oman, Qatar, Saudi-Arabië en Thailand — 16 maart tot en met 31 december 2024, en Indonesië — 1 april tot en met 31 december 2024). Verder hebben ook onderdanen van derde landen met een tienjarige verblijfsvergunning in de Verenigde Arabische Emiraten die ten tijde van de binnenkomst nog minstens een jaar geldig is, toegang tot Albanië zonder dat ze een visum moeten voorleggen.
In april 2023 heeft Albanië Rusland, India en Egypte van zijn lijst van seizoensmatige visumvrijstellingen geschrapt. In maart 2024 heeft het echter Indonesië aan de lijst toegevoegd. In mei 2024 heeft Albanië de visumvrijstelling voor Belarus gedeeltelijk opgeschort voor houders van diplomatieke paspoorten en dienstpaspoorten. Deze visumvrije regeling wordt echter gehandhaafd voor alle Belarussische houders van een gewoon paspoort. In juli 2024 heeft Albanië zijn visumvrije regeling met Guyana voor alle paspoorthouders opgeschort.
Het gebrek aan afstemming met het visumbeleid van de EU draagt bij tot een verhoogd risico op irreguliere migratie naar de EU via de Westelijke Balkanroute. De Commissie verwacht dat Albanië verdere vooruitgang boekt bij de afstemming van het visumbeleid. Als onderdeel van zijn hervormingsagenda in het kader van het groeiplan heeft Albanië zich ertoe verbonden zijn visumbeleid verder af te stemmen de EU-lijst van visumplichtige landen. In afwachting van de volledige afstemming op die lijst zou een strengere screening van visumvrije aankomsten van onderdanen van derde landen, met name uit landen met een risico op het gebied van veiligheid of irreguliere migratie, een zinvolle minimale tijdelijke maatregel zijn.
2. Monitoren van trends op het gebied van irreguliere migratie, verzoeken om internationale bescherming, terugkeer en overname
Het aantal verzoeken om internationale bescherming dat Albanese onderdanen in de lidstaten hebben ingediend, is tussen 2022 en 2023 met 30 % gedaald: in 2023 werden 9 100 verzoeken ingediend ten opzichte van 13 020 in 2022. Het percentage ingewilligde verzoeken van 9 % in 2022 steeg licht in 2023 (10 %).
De lidstaten meldden in 2023 639 irreguliere grensoverschrijdingen door Albanese onderdanen, 14 % minder dan in 2022 (746). Dezelfde trend was te zien bij het aantal Albanese onderdanen dat in 2023 irregulier in de lidstaten bleek te verblijven (32 975), een daling van 15 % ten opzichte van 2022 (38 930). Het aantal weigeringen van toegang voor Albanese onderdanen in de lidstaten is in 2023 met 12 % gedaald (van 15 265 in 2022 naar 13 440 in 2023).
Het aantal in 2023 uitgevaardigde terugkeerbesluiten (17 415) is met 28 % afgenomen ten opzichte van 2022 (24 165). In 2023 zijn volgens de meldingen 8 235 Albanese onderdanen teruggekeerd, tegenover 10 020 in 2022 (een daling van 18 %). Het terugkeerpercentage is licht gestegen van 41 % in 2022 naar 47 % in 2023, waarmee de positieve trend van de afgelopen jaren werd voortgezet.
Bron: Eurostat
3. Samenwerking op het gebied van migratie, grensbeheer en overnamen
Albanië is positief blijven meewerken aan de uitvoering van het EU-actieplan voor de Westelijke Balkan. Albanië heeft verder uitvoering gegeven aan een intersectorale strategie voor geïntegreerd grensbeheer voor 2021-2027 en het bijbehorende actieplan voor 2021-2023. In mei 2024 heeft Albanië ook een nieuwe nationale migratiestrategie 2024-2030 en het bijbehorende actieplan 2024-2026 vastgesteld. De werkzaamheden in verband met deze initiatieven waren gericht op het vergroten van de capaciteiten op het gebied van migratiebeheer en de interinstitutionele en internationale samenwerking: op dit gebied werden zes projecten uitgevoerd.
Op het gebied van migratie en grensbeheer worden gezamenlijke operaties (GO’s) met het Europees Grens- en kustwachtagentschap (Frontex) uitgevoerd. Albanië heeft op 15 september 2023 een nieuwe statusovereenkomst ondertekend, die in juni 2024 in werking is getreden en waarmee Frontex opnieuw functionarissen van het permanente korps van de Europese grens- en kustwacht kon inzetten aan de grenzen van Albanië met niet-EU-landen, naast de bestaande inzet sinds 2019 en 2021 aan de landgrens van Albanië met Griekenland en aan de zeegrens met Italië. De lidstaten verklaarden over het geheel genomen nauw met Albanië samen te werken. In Tirana is een verbindingsfunctionaris van Frontex actief met een regionaal mandaat voor Albanië, Kosovo en Noord-Macedonië.
Op het gebied van overname heeft Albanië verder uitvoering gegeven aan de overnameovereenkomst tussen de EU en Albanië alsook aan bilaterale overnameovereenkomsten. Er werden 407 overnameverzoeken van Albanese burgers uit EU-lidstaten verwerkt (33 meer dan in 2022). Over het algemeen wordt gemeld dat Albanië op het gebied van overname in bevredigende mate met de lidstaten heeft samengewerkt. Slechts twee lidstaten meldden dat, hoewel de inspanningen op het gebied van terugkeer zijn opgevoerd, extra inspanningen nodig kunnen zijn om de samenwerking te intensiveren.
In 2023 hebben de lidstaten geen verdere bijstand van Frontex nodig gehad bij de identificatie en verwerving van reisdocumenten voor vermoedelijke Albanese onderdanen. Na de oproep van Frontex aan de Westelijke Balkan om als waarnemer aan vergaderingen van de door Frontex beheerde landenwerkgroep deel te nemen, kreeg Albanië in 2024 de status van waarnemer bij de landenwerkgroep Algerije, Bangladesh, Marokko en Somalië.
Albanië heeft zijn samenwerking met het EUAA voortgezet. De Albanese minister heeft de tweede routekaart voor deze samenwerking voor de periode 2024-2027 in oktober 2024 bekrachtigd.
4. Maatregelen tegen ongegronde asielverzoeken
Albanië heeft een vervolg gegeven aan de maatregelen die in 2022 zijn genomen en die in het zesde verslag in het kader van het opschortingsmechanisme voor de visumplicht worden genoemd. Na de goedkeuring in 2022 van een interinstitutioneel actieplan ter preventie van asielaanvragen van Albanese burgers in Schengen/EU-landen is Albanië in 2023 begonnen met de uitvoering ervan, voortbouwend op eerdere positieve ervaringen met de aanpak van dit fenomeen. Albanië heeft ook verder uitvoering gegeven aan het specifieke bilaterale actieplan om de kwestie van Albanese asielzoekers in Frankrijk aan te pakken. Tevens is het doorgegaan met het aanscherpen van de controles van Albanese burgers die hun nationale grenzen overschrijden om naar het Schengengebied te reizen. In het kader van deze inspanningen werd bijzondere aandacht besteed aan controles op minderjarigen die naar het buitenland reizen, met inbegrip van notariële verklaringen van minderjarigen aan de grens.
Albanië heeft ook verder uitvoering gegeven aan het actieplan voor de aanpak van niet-begeleide Albanese minderjarigen in Italië.
De Albanese grens- en migratiepolitie heeft ook intensief samengewerkt en informatie uitgewisseld met haar tegenhangers in de regio om het fenomeen aan te pakken dat Albanezen via buurlanden reizen om asiel in de EU aan te vragen en aldus uitvoerige controles vermijden die worden opgelegd aan Albanese burgers die vanuit Albanië reizen.
5. Burgerschap via investeringen
In het zesde verslag in het kader van het opschortingsmechanisme voor de visumplicht werd gemeld dat Albanië in 2023 zijn besluit heeft aangekondigd om het initiatief in verband met de instelling van een burgerschapsregeling voor investeerders op te schorten. Albanië heeft namelijk geen burgerschapsregeling voor investeerders vastgesteld en geen nieuwe ontwikkelingen op dit gebied gemeld. De Commissie zal deze kwestie blijven volgen.
6. Samenwerking op het gebied van veiligheid
In 2023 nam Albanië deel aan 20 gemeenschappelijke onderzoeksteams, die zich bezighouden met de bestrijding van verschillende categorieën georganiseerde criminaliteit, met name drugshandel, witwassen van geld en computercriminaliteit. Over het algemeen heeft Albanië goed met alle betrokken landen samengewerkt. Wat de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit betreft, heeft Albanië bijzonder belang gehecht aan samenwerking met rechtshandhavingsinstanties van de EU door de samenwerking met tegenhangers op regionaal en internationaal niveau te versterken en te intensiveren. Deze samenwerking bestond uit de uitwisseling van politie-informatie bij het onderzoeken van strafbare feiten in verband met verdovende middelen, illegale handel, witwassen van geld, economische en financiële criminaliteit, computercriminaliteit en zware criminaliteit, waarbij de informatie voornamelijk via Interpol, Europol en het CARIN-netwerk werd uitgewisseld. In 2023 heeft Albanië een tweede verbindingsofficier bij Europol gedetacheerd.
In 2023 heeft de Albanese staatspolitie de informatie-uitwisseling geïntensiveerd door meer berichten via Siena met internationale partners te delen.
Albanië is nog steeds het actiefste derde land dat aan het Empact deelneemt. De Albanese staatspolitie heeft mede de leiding over de operatie “Taskforce voor migrantensmokkel in de Westelijke Balkan”. Tijdens de verslagperiode heeft de Albanese staatspolitie deelgenomen aan zes gezamenlijke actiedagen met betrekking tot migrantensmokkel, mensenhandel en wapenhandel. Deze operaties en informatie-uitwisseling met partners hebben positieve resultaten opgeleverd als het gaat om inbeslagname en arrestatie van daders. Alle resultaten van de gezamenlijke actiedagen zijn aan Europol gemeld.
De samenwerking met Cepol heeft plaatsgevonden in het kader van het partnerschap met de Westelijke Balkan tegen criminaliteit en terrorisme. In 2023 hebben 52 werknemers van de recherche, de grens- en migratiedienst en het directoraat terrorismebestrijding van de Albanese staatspolitie in het kader van dit project deelgenomen aan activiteiten van Cepol.
Albanië heeft met succes uitvoering gegeven aan de maatregelen van het gezamenlijk actieplan inzake terrorismebestrijding die op de vijf doelstellingen ervan betrekking hebben. Het eerste halfjaarlijkse verslag over de uitvoering voor 2023 is in oktober 2023 bij de Commissie ingediend.
Albanië heeft zijn samenwerking met het EUDA op basis van een werkregeling van 2019 en in het kader van het IPA8-project voortgezet.
7. Aanbevelingen
Albanië heeft maatregelen genomen om gevolg te geven aan de meeste eerdere aanbevelingen van de Commissie. Verdere vooruitgang is echter nodig en de navolgende kwesties moeten worden aangepakt:
a. het visumbeleid van Albanië afstemmen op de EU-lijst van visumplichtige landen. In afwachting van de volledige afstemming op die lijst zouden niet-visumplichtige onderdanen van derde landen, met name uit landen die een risico vormen uit het oogpunt van veiligheid of irreguliere migratie, bij aankomst strenger moeten worden gescreend, in het kader van operationele en/of administratieve initiatieven (bijvoorbeeld aan grensdoorlaatposten) of op grond van nationale wetgeving, bij wijze van minimale tijdelijke maatregel die van Albanië wordt verlangd;
b. initiatieven voor het aanpakken van het probleem van ongegronde asielverzoeken in de EU, met name wat niet-begeleide minderjarigen betreft, voortzetten en versterken.
BOSNIË EN HERZEGOVINA
1. Afstemming van het visumbeleid
Bosnië en Herzegovina heeft een visumvrije regeling met zeven landen die voorkomen op de EU-lijst van visumplichtige landen: Azerbeidzjan, China, Koeweit, Qatar, Rusland en Saudi-Arabië (seizoensmatig) en Turkije.
Met het oog op verdere afstemming op het visumbeleid van de EU heeft Bosnië en Herzegovina in september 2023 een visumplicht ingevoerd voor burgers van Bahrein en, in maart 2024, voor burgers van Oman, waarmee het aantal visumvrije regelingen dat niet in overeenstemming is met het visumbeleid van de EU, wordt verkleind. Bosnië en Herzegovina heeft echter ook zijn seizoensmatige visumvrije regeling van drie maanden, die loopt van juni tot september 2024, voor burgers van Saudi-Arabië met maximaal 30 dagen verlengd.
Het gebrek aan afstemming met het visumbeleid van de EU draagt bij tot een verhoogd risico op irreguliere migratie naar de EU via de Westelijke Balkanroute. De Commissie verwacht dat Bosnië en Herzegovina verdere vooruitgang boekt bij de afstemming van het visumbeleid en dat in de hervormingsagenda van Bosnië en Herzegovina in het kader van het groeiplan strikte toezeggingen zullen worden gedaan. In afwachting van volledige afstemming is een strengere screening van visumvrije aankomsten van onderdanen van derde landen, met name uit landen met een risico op het gebied van veiligheid of irreguliere migratie, een noodzakelijke tijdelijke minimale maatregel.
2. Monitoren van trends op het gebied van irreguliere migratie, verzoeken om internationale bescherming, terugkeer en overname
In 2023 werden in de lidstaten 1 620 verzoeken om internationale bescherming ingediend door onderdanen van Bosnië en Herzegovina, wat neerkomt op een daling van 28 % ten opzichte van 2022 (2 245), waarmee de positieve neerwaartse trend sinds 2021 werd voortgezet. Het percentage ingewilligde verzoeken is gedaald van 8 % in 2022 naar 6 % in 2023.
In 2023 maakten de lidstaten melding van 20 irreguliere grensoverschrijdingen door onderdanen van Bosnië en Herzegovina aan de buitengrenzen van de EU, ten opzichte van 22 in 2022. In 2023 is het aantal onderdanen van Bosnië en Herzegovina van wie is vastgesteld dat zij irregulier in de lidstaten verbleven, met 23 % gedaald, met 3 790 irreguliere verblijven in 2023 tegenover 4 930 in 2022. Het aantal weigeringen van toegang is in 2023 aanmerkelijk gedaald (met 24 %), van 5 265 in 2022 naar 3 985 in 2023.
Het aantal uitgevaardigde terugkeerbesluiten voor onderdanen van Bosnië en Herzegovina (2 430 in 2023 tegenover 2 885 in 2022) en het aantal teruggekeerde personen (1 210 in 2023 tegenover 1 280 in 2022) zijn met respectievelijk 16 % en 5 % gedaald. Het terugkeerpercentage bleef stijgen van 44 % in 2022 naar 50 % in 2023.
Bron: Eurostat
3. Samenwerking op het gebied van migratie, grensbeheer en overnamen
Een nieuwe vreemdelingenwet is in september 2023 in werking getreden. Bosnië en Herzegovina voert momenteel zijn actieplan inzake migratie en asiel 2021-2025 en zijn strategie en actieplan voor geïntegreerd grensbeheer voor 2019-2023 uit. Een nieuwe strategie voor geïntegreerd grensbeheer voor 2024-2029 moest medio 2024 nog worden goedgekeurd. Medio 2024 moest ook een wetsontwerp inzake grenscontrole, dat gericht is op de aanpassing aan het EU-acquis, nog worden goedgekeurd.
De onderhandelingen tussen Bosnië en Herzegovina en de Europese Commissie over de Frontex-statusovereenkomst zijn in februari 2024 van start gegaan en in september 2024 afgerond. De ondertekening van de overeenkomst volgt binnenkort. De verbindingsofficier van Frontex in Belgrado blijft ook voor Bosnië en Herzegovina actief.
Bosnië en Herzegovina is over het algemeen nauw blijven samenwerken op het gebied van overname op basis van een overeenkomst met de EU die wat de meeste lidstaten betreft op een efficiënte manier is uitgevoerd. Sommige lidstaten gaven aan dat Bosnië en Herzegovina in 2023 onvoldoende medewerking heeft verleend op het gebied van overname (hoewel dit ten opzichte van 2022 is verbeterd), wat heeft ertoe heeft geleid dat 55 % van de verzoeken werd ingewilligd.
Ondanks een algemene daling van het aantal irreguliere grensoverschrijdingen naar de EU via de Westelijke Balkanroute, werd er vaker gebruikgemaakt van de subroute van Bosnië en Herzegovina naar Kroatië, met ongeveer 30 % meer grensoverschrijdingen in de eerste negen maanden van 2024 ten opzichte van dezelfde periode van 2023. In de eerste negen maanden van 2024 werd bijna 90 % van alle irreguliere grensoverschrijdingen op de Westelijke Balkanroute langs deze grens geregistreerd. Na de sluiting van de subroute van Servië naar Hongarije hebben criminele netwerken hun activiteiten naar de route van Bosnië en Herzegovina naar Kroatië verplaatst.
Het aantal irreguliere migranten dat door de autoriteiten van Bosnië en Herzegovina werd onderschept, is in 2023 met 25 % gestegen ten opzichte van 2022. De meeste burgers waren onderdanen van Afghanistan, Marokko, Syrië, Pakistan, Turkije (met inbegrip van degenen die gebruikmaken van de mogelijkheid om visumvrij naar Bosnië en Herzegovina te reizen), Bangladesh en Iran.
Kroatië, de enige lidstaat met een grens met Bosnië en Herzegovina, heeft in het bijzonder te maken met irreguliere aankomsten. Kroatië werkt op het gebied van grensbeheer intensief samen met Bosnië en Herzegovina, onder meer via gezamenlijke patrouilles. Beide landen nemen ook deel aan de door Europol ondersteunde taskforce ZeBRA, die gericht is op criminele organisaties die betrokken zijn bij migrantensmokkel. Andere EU-lidstaten hebben ook steun aan Bosnië en Herzegovina op het gebied van migratie en grensbeheer verleend, met inbegrip van opleiding (zoals in het gebruik van biometrische gegevens) en technische deskundigheid voor de verwachte opzet van een systeem voor vooraf af te geven passagiersgegevens en persoonsgegevens van passagiers (API/PNR) en van een documentendatabank om de opsporing van vervalste of nagemaakte documenten te verbeteren (beide in uitvoering).
Bosnië en Herzegovina heeft de vruchtbare samenwerking met het Asielagentschap van de Europese Unie (EUAA) voortgezet, hoewel er nog geen routekaart voor de periode 2024-2025 is vastgesteld.
4. Samenwerking op het gebied van veiligheid
Bosnië en Herzegovina heeft zijn samenwerking met Europol voortgezet. In juni 2023 werd het contactpunt in werking gesteld en in juli werd in Den Haag een verbindingsfunctionaris gedetacheerd. Dit is een belangrijke stap. Het gebruik van producten en diensten van Europol door Bosnië en Herzegovina is sindsdien toegenomen. Zo wordt er intensief informatie uitgewisseld via het communicatiesysteem Siena, voornamelijk over de bestrijding van drugshandel en financiële misdrijven, bestrijding van georganiseerde criminaliteit en migrantensmokkel en voorkoming van terrorisme. Bosnië en Herzegovina heeft in 2023 zijn deelname aan het Empact met twaalf operationele acties opgevoerd. Er is intensief samengewerkt bij de bestrijding van de handel in wapens en munitie via de prioriteit vuurwapens van het Empact. Ook de samenwerking met de EU-lidstaten via Interpol is voortgezet.
Bosnië en Herzegovina heeft verder uitvoering gegeven aan zijn strategie voor terrorismebestrijding voor 2021-2026; in 2023 werden op alle overheidsniveaus actieplannen goedgekeurd. De uitvoering van de bilaterale regeling met de EU in het kader van het gezamenlijk actieplan inzake terrorismebestrijding is gevorderd.
In november 2022 is een strategie voor de bestrijding van terrorisme en gewelddadig extremisme ingevoerd, met actieplannen die in 2023 zijn goedgekeurd. In februari 2024 heeft Bosnië en Herzegovina een wet inzake de bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering goedgekeurd waarin de bepalingen inzake risicobeoordeling worden verbeterd en wordt voorzien in een permanent coördinerend orgaan dat afstemming op het EU-acquis beoogt, alsook een risicobeoordeling voor de bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering ten aanzien van cryptoactiva en een actieplan voor 2024-2027.
Bosnië en Herzegovina heeft zijn samenwerking met het EUDA in het kader van het IPA8-project voortgezet.
5. Aanbevelingen
Bosnië en Herzegovina heeft enkele maatregelen genomen om de eerdere aanbevelingen van de Commissie op te volgen. Verdere vooruitgang is echter nodig en de navolgende kwesties moeten worden aangepakt:
a. het visumbeleid van Bosnië en Herzegovina afstemmen op de EU-lijst van visumplichtige landen; In afwachting van de volledige afstemming op die lijst zouden niet-visumplichtige onderdanen van derde landen, met name uit landen die een risico vormen uit het oogpunt van veiligheid of irreguliere migratie, aan extra veiligheidsmaatregelen moeten worden onderworpen, waaronder een strengere screening bij aankomst, in het kader van operationele en/of administratieve initiatieven (bijvoorbeeld aan grensdoorlaatposten) of op grond van nationale wetgeving, bij wijze van minimale tijdelijke maatregel die van Bosnië en Herzegovina wordt verlangd;
b. de Frontex-statusovereenkomst met de EU snel ondertekenen en ratificeren;
c. de coördinatie van het grensbeheer verbeteren, waarbij het probleem van irreguliere grensoverschrijdingen op de subroute door Bosnië en Herzegovina dringend wordt aangepakt.
REPUBLIEK MOLDAVIË
1. Afstemming van het visumbeleid
Moldavië heeft een visumvrije regeling met elf landen die voorkomen op de EU-lijst van visumplichtige landen: Armenië, Azerbeidzjan, Belarus, Cuba, Kazachstan, Kirgizië, Qatar, Rusland, Tadzjikistan, Turkije en Oezbekistan.
In 2023 was er geen vooruitgang naar een betere afstemming met het visumbeleid van de EU, maar in april 2024 werd de overeenkomst tussen Moldavië en Ecuador inzake visumvrij reizen beëindigd. In zijn bijdrage aan de voorbereiding van dit verslag verklaarde Moldavië zijn visumbeleid tegen de datum van toetreding volledig te zullen hebben afgestemd op het visumbeleid van de EU.
De Commissie verlangt dat Moldavië verdere vooruitgang boekt bij de afstemming van het visumbeleid. In afwachting van volledige afstemming zouden niet-visumplichtige onderdanen van derde landen, met name uit landen die een risico vormen uit het oogpunt van veiligheid of irreguliere migratie, bij aankomst strenger moeten worden gescreend, bij wijze van minimale tijdelijke maatregel die van Moldavië wordt verlangd.
2. Monitoren van trends op het gebied van irreguliere migratie, verzoeken om internationale bescherming, terugkeer en overname
Het aantal verzoeken om internationale bescherming dat Moldavische onderdanen in de lidstaten hebben ingediend, is tussen 2022 en 2023 met 29 % afgenomen; in 2022 ging het om 8 385 verzoeken, tegenover5 945 verzoeken in 2023. Het percentage ingewilligde verzoeken bedroeg 3 % in 2023, tegenover 2 % in 2022.
In 2023 is het aantal pogingen van Moldavische onderdanen om de buitengrenzen van de EU irregulier te overschrijden laag gebleven (20) (tegenover 29 in 2022). Het aantal Moldavische onderdanen dat irregulier in de lidstaten bleek te verblijven, is gedaald van 45 835 in 2022 tot 40 170 in 2023 (een afname van 12 %). In 2023 werd aan 9 805 Moldavische onderdanen de toegang tot de lidstaten geweigerd, wat 26 % meer is dan in 2022 (7 785).
In 2023 bleef het aantal aan Moldavische onderdanen uitgevaardigde terugkeerbesluiten stabiel (9 120 in 2023 tegenover 9 125 in 2022), terwijl het aantal terugkeeroperaties met 37,5 % steeg (3 610 in 2023 ten opzichte van 2 725 in 2022); dit heeft geleid tot het hogere terugkeerpercentage van 40 % in 2023 ten opzichte van 29 % in 2022.
Bron: Eurostat
3. Samenwerking op het gebied van migratie, grensbeheer en overnamen
Moldavië is de internationale samenwerking bij de bestrijding van grensoverschrijdende criminaliteit in het kader van het Empact blijven bevorderen. Moldavië is nauw blijven samenwerken met verschillende EU-actoren — Frontex, Europol, Cepol, EUDA en de missie van de Europese Unie voor bijstandverlening inzake grensbeheer aan Moldavië en Oekraïne (EUBAM) — onder meer via het EU-ondersteuningscentrum voor interne veiligheid en grensbeheer in Moldavië.
Op het gebied van grensbeheer heeft Moldavië in 2023 de nauwere samenwerking met Frontex voortgezet op basis van de statusovereenkomst van maart 2022, waardoor het agentschap functionarissen van het permanente korps van de Europese grens- en kustwacht met uitvoerende bevoegdheden kan inzetten. Tot de concrete resultaten behoorden de gezamenlijke operaties Moldavië 2023 (beëindigd) en 2024 (lopend), aan de luchtgrens (luchthaven van Chisinau) en de landgrenzen met Roemenië en Oekraïne. Dit is de eerste statusovereenkomst en de eerste gezamenlijke operatie met uitvoeringsbevoegdheden in een land van het Oostelijk Partnerschap. De regelmatige uitwisseling van informatie en inlichtingen vindt plaats via het door Frontex geleide regionale platform voor risicoanalyse van het Oostelijk Partnerschap. Daarnaast werden gedurende langere perioden tien Moldavische waarnemers op geselecteerde luchthavens in de EU ingezet. Op basis van het bilaterale samenwerkingsplan voor 2022-2024 hebben Moldavië en Frontex initiatieven voor capaciteitsopbouw op het gebied van geïntegreerd grensbeheer opgezet.
Sinds juli 2022 is de Frontex-verbindingsfunctionaris voor de landen van het Oostelijk Partnerschap, die aanvankelijk in Kyiv gestationeerd moest zijn, tijdelijk in Chisinau gedetacheerd.
Ook is de samenwerking met de EU-lidstaten op bilaterale basis voortgezet, onder meer door de inzet van Moldavische grenspolitieagenten op een luchthaven van een EU-lidstaat en aan de landbuitengrens van een andere EU-lidstaat, opleiding, technische deskundigheid en de levering van aanzienlijke hoeveelheden technische uitrusting via door de EU gefinancierde projecten.
In 2023 werd 4 miljoen EUR opnieuw aan de nationale autoriteiten toegewezen in het kader van een door de EU gefinancierd project om de gevolgen van de ontheemdingscrisis aan te pakken. Op die manier kon de capaciteit voor lokaal grensbeheer worden versterkt door uitrusting, infrastructuur en relevante opleiding ter beschikking te stellen.
De medewerking van Moldavië op het gebied van overname en terugkeer werd zowel door Frontex als door tal van lidstaten als uitstekend beoordeeld. De afgifte van reisdocumenten verliep snel en efficiënt; de Moldavische autoriteiten hebben ook volledige en doeltreffende medewerking bij terugkeeroperaties geboden, onder meer door middel van chartervluchten. In november 2023 kregen Moldavische begeleiders een opleiding in terugkeeroperaties waarbij personen worden opgehaald, zodat zij vanaf 2024 aan deze operationele activiteit konden deelnemen.
4. Samenwerking op het gebied van veiligheid
Op het gebied van veiligheid had Moldavië in 2023 voor het tweede jaar op rij te maken met overloopeffecten van de aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne, alsook met toegenomen hybride oorlogvoering, cyberaanvallen en diverse vormen van grensoverschrijdende criminaliteit. In 2024 werd Moldavië nog steeds geconfronteerd met ongekende buitenlandse inmenging van Rusland en zijn handlangers, met name in het kader van de presidentsverkiezingen en het referendum over toetreding tot de EU van 2024.
In 2023 is de samenwerking tussen de EU en Moldavië op het gebied van veiligheid verder geïntensiveerd. Een onderdeel van deze samenwerking was de hub tussen de EU en Moldavië voor interne veiligheid en grensbeheer (“EU-veiligheidshub”), die in 2022 is opgezet. In 2023 was de EU-veiligheidshub gericht op de volgende prioritaire gebieden: bestrijding van terrorisme en gewelddadig extremisme, hybride dreigingen en drugshandel. In mei 2023 is een civiele GVDB-partnerschapsmissie (EUPM) van start gegaan. Het doel van deze missie is de Moldavische veiligheidssector weerbaarder te maken op het gebied van crisisbeheersing en hybride dreigingen. Naast advies en opleiding beschikt de missie over een projectcel die gerichte operationele ondersteuning biedt.
De samenwerking met Europol is voortgezet en Moldavië wordt aangemoedigd om verder gebruik te maken van de bestaande instrumenten. Op het hoofdkantoor van Europol is een Moldavische verbindingsfunctionaris gedetacheerd en sinds maart 2023 worden in Moldavië geselecteerde Europol-functionarissen ingezet om operationele ondersteuning te bieden en beste praktijken uit te wisselen, met name op het gebied van grensoverschrijdende georganiseerde criminaliteit. Operationele acties voor de bestrijding van vuurwapens, drugs en mensenhandel zijn samen met Europol, in het kader van het Empact en de EU-veiligheidshub, uitgevoerd. Moldavië heeft de Europol-methodologie voor de dreigingsevaluatie van de zware en georganiseerde criminaliteit (Socta) gebruikt om in de jaren 2022-2023 nationale beoordelingen van dreigingen op het gebied van zware en georganiseerde criminaliteit op te stellen. De informatie-uitwisseling met Europol is in 2023 geïntensiveerd. Moldavië voert momenteel operationele actieplannen van het Empact voor 2024-2025 uit.
Tussen maart 2023 en maart 2024 hebben vijf gemeenschappelijke onderzoeksteams, bestaande uit personeel uit Moldavië en de EU-lidstaten, met betrokkenheid van Eurojust, operationele acties in Moldavië en in de betrokken EU-lidstaten uitgevoerd. In juli 2023 heeft Moldavië een bij Eurojust gedetacheerde verbindingsmagistraat aangesteld voor een periode van zes maanden, die vervolgens is verlengd tot en met 31 juli 2024.
In 2023 heeft Moldavië zeer intensief informatie uitgewisseld met Interpol. Het agentschap heeft ook tal van opleidingsprogramma’s voor Moldavisch politiepersoneel uitgevoerd.
De bilaterale samenwerking met de EU-lidstaten is voortgezet. De bijstand aan Moldavië omvatte opleiding op het gebied van rechtshandhaving, technische deskundigheid, het delen van kennis en de levering van gespecialiseerde software. Drie EU-lidstaten hebben met Moldavië samengewerkt in het kader van de samenwerking met het Zuidoost-Europees rechtshandhavingscentrum (SELEC), waarbij rechtshandhavings- en veiligheidsinstanties tal van gezamenlijke acties/onderzoeken hebben uitgevoerd.
Op het gebied van de bestrijding van corruptie is in oktober 2023 een nieuwe wet inzake de bescherming van klokkenluiders van kracht geworden en heeft Moldavië in december 2023 een nationaal integriteits- en anticorruptieprogramma voor 2024-2028 goedgekeurd.
Moldavië heeft zijn samenwerking met het EUDA op basis van een memorandum van overeenstemming van 2012 en in het kader van het EU4MD II-project voortgezet.
5. Aanbevelingen
Moldavië heeft maatregelen genomen om de eerdere aanbevelingen van de Commissie op te volgen. Verdere vooruitgang is echter nodig en de navolgende kwesties moeten worden aangepakt:
a. het visumbeleid van Moldavië verder afstemmen op de EU-lijst van visumplichtige landen, met name wat betreft de landen die voor de EU risico’s op het gebied van irreguliere migratie of veiligheid inhouden;
b. de inspanningen ter bestrijding van georganiseerde criminaliteit voortzetten, met bijzondere aandacht voor het aanpakken van de smokkel van vuurwapens en drugs, de bestrijding van mensenhandel en de financiële aspecten van georganiseerde criminaliteit.
MONTENEGRO
1. Afstemming van het visumbeleid
Montenegro heeft een visumvrije regeling met elf landen die voorkomen op de EU-lijst van visumplichtige landen, waarvan er zeven een permanente visumvrijstelling genieten (Azerbeidzjan, Belarus, China29, Koeweit, Qatar, Rusland30, Turkije) en vier een seizoensmatige visumvrijstelling met het oog op toegang tot Montenegro voor toeristische doeleinden tussen april en oktober (Armenië, Egypte, Kazachstan, Saudi-Arabië).
Seizoensmatige visumvrijstellingen, die in april 2023 voor Armenië, Egypte, Kazachstan, Saudi-Arabië en Oezbekistan zijn ingevoerd, verliepen op 31 oktober 2023. Deze werden in 2024 allemaal, behalve voor Oezbekistan, verlengd en waren van kracht van 1 mei tot en met 31 oktober 2024. Dankzij de seizoensmatige visumvrijstelling kunnen burgers van de vier bovengenoemde landen onder bepaalde voorwaarden gedurende 30 dagen zonder visum Montenegro binnenkomen. Voorts is voor bepaalde onderdanen van derde landen die gedurende ten minste drie voorgaande jaren in het bezit waren van een verblijfsvergunning voor de Verenigde Arabische Emiraten, ook een seizoensmatige visumvrijstelling voor een periode van maximaal tien dagen ingevoerd.
Het gebrek aan afstemming met het visumbeleid van de EU draagt bij tot een verhoogd risico op irreguliere migratie naar de EU via de Westelijke Balkanroute. De Commissie verlangt dat Montenegro verdere vooruitgang boekt bij de afstemming van het visumbeleid. Als onderdeel van zijn hervormingsagenda in het kader van het groeiplan heeft Montenegro zich ertoe verbonden zijn visumbeleid verder af te stemmen op de EU-lijst van visumplichtige landen, interoperabiliteit tot stand te brengen tussen zijn systemen en databanken die in het huidige systeem voor visumgoedkeuring worden gebruikt, te beginnen met het verzamelen van biometrische gegevens en extra veiligheidsmaatregelen in te voeren om niet-visumplichtige onderdanen van derde landen bij aankomst te screenen.
In afwachting van volledige afstemming zou het bij aankomst strenger screenen van niet-visumplichtige onderdanen van derde landen, met name uit landen die een risico vormen uit het oogpunt van veiligheid of irreguliere migratie, een minimale tijdelijke maatregel zijn die van Montenegro wordt verlangd.
2. Monitoren van trends op het gebied van irreguliere migratie, verzoeken om internationale bescherming, terugkeer en overname
Het aantal verzoeken om internationale bescherming dat onderdanen van Montenegro in de lidstaten hebben ingediend, is tussen 2022 en 2023 met 11 % gedaald: in 2023 werden 375 verzoeken ingediend ten opzichte van 420 in 2022. Het percentage ingewilligde verzoeken bedroeg 3 % in 2023 en is niet veranderd ten opzichte van het voorgaande jaar (4 %).
De lidstaten meldden vier irreguliere grensoverschrijdingen in 2023 door onderdanen van Montenegro, tegenover één in 2022. Het aantal onderdanen van Montenegro dat in 2023 irregulier in de lidstaten bleek te verblijven, is met 12 % gedaald (van 1 100 in 2022 naar 970 in 2023). In 2023 is het aantal weigeringen van toegang voor onderdanen van Montenegro in de lidstaten gedaald met 29,5 % (370 weigeringen in 2023 tegenover 525 in 2022).
Het aantal uitgevaardigde terugkeerbesluiten voor onderdanen van Montenegro daalde met 7 % (425 in 2023 tegenover 465 in 2022), en het aantal teruggekeerde personen daalde met 26 % (215 in 2023 tegenover 290 in 2022). Het terugkeerpercentage is licht gedaald van 62 % in 2022 naar 51 % in 2023, waarmee de positieve trend van de afgelopen jaren werd omgebogen.
Bron: Eurostat
3. Samenwerking op het gebied van migratie, grensbeheer en overnamen
Montenegro heeft op bevredigende wijze met de EU samengewerkt op het gebied van overname. In 2023 zijn geen problemen gemeld en de lidstaten hebben geen verzoeken ingediend met betrekking tot de identificatie en verkrijging van reisdocumenten, aangezien de relevante bepalingen in de overnameovereenkomst tussen de EU en Montenegro tot dusver worden geacht efficiënt te worden uitgevoerd en op dit gebied geen verdere bijstand van Frontex nodig is.
Na de jaarlijkse oproep van Frontex aan partnerinstellingen van de Westelijke Balkan om als waarnemer aan vergaderingen31 van de door Frontex beheerde landenwerkgroep deel te nemen, kreeg Montenegro de status van waarnemer bij de landenwerkgroep Algerije, Bangladesh, Marokko en Irak.
Er wordt ook melding gemaakt van nauwe samenwerking op het gebied van overname met derde landen in de Westelijke Balkan. Montenegro heeft momenteel geen overnameovereenkomsten met de belangrijkste landen van herkomst van migranten, ondanks recente outreachinspanningen.
Wat de samenwerking met Frontex betreft, is in mei 2023 een nieuwe statusovereenkomst tussen Montenegro en de Europese Unie inzake operationele activiteiten van Frontex ondertekend. De overeenkomst maakt de organisatie van gezamenlijke operaties en de inzet van Frontex-grensbeheerteams in Montenegro mogelijk. Dit omvat het uitvoeren van operationele activiteiten bij elke grensoverschrijding en overal op het grondgebied van Montenegro (niet alleen aan de buitengrens van de EU, zoals voorheen), waar functionarissen van het permanente korps van de Europese grens- en kustwacht samen met functionarissen van de grenspolitie van Montenegro grenscontroletaken uitvoeren, met de mogelijkheid om uitvoeringsbevoegdheden uit te oefenen. Momenteel wordt gewerkt aan een werkregeling om de governance voor het gebruik van het Eurosur-kader voor operationele activiteiten vast te stellen. De uitvoering van de nieuwe overeenkomst is op 1 november 2023 van start gegaan via de uitgebreide gezamenlijke operatie “JO Montenegro Land 2023”. In het kader van de gezamenlijke operatie 2024 wordt de mogelijkheid toegevoegd om in samenwerking met Frontex ad-hocgrensdoorlaatposten te land en ter zee te activeren.
Dankzij de nauwe samenwerking met Frontex is de capaciteit van het coördinatiecentrum van Montenegro verder versterkt. De interne organisatie van het coördinatiecentrum van Montenegro werd verder ontwikkeld en er werden een aantal voertuigen en patrouillevaartuigen aangeschaft, waardoor de operationele capaciteit van het centrum werd vergroot.
Montenegro is doorgegaan met de uitvoering van zijn strategie inzake geïntegreerd grensbeheer en zijn Schengenactieplan. De uitrusting voor grensbeheer werd overeenkomstig het Schengenactieplan geleidelijk verder verbeterd.
Montenegro heeft de samenwerking met het EUAA voortgezet in het kader van de gezamenlijke routekaart 2021, waarvan de looptijd is verlengd tot de volgende wordt afgesloten. De behoefteanalyse voor de tweede routekaart vond plaats in het voorjaar van 2024. De intensieve samenwerking tussen Montenegro en het EUAA heeft door de uitvoering van de routekaart al aanzienlijke resultaten opgeleverd en zou het asielstelsel van Montenegro hebben versterkt.
Wat verdere werkzaamheden op het gebied van asiel betreft, werkt Montenegro aan de invoering van een systeem voor de elektronische identificatie en registratie van migranten via het project “Individuele maatregel ter versterking van de capaciteit van geïntegreerd grensbeheer in Montenegro”, dat door de EU wordt gefinancierd en door de IOM wordt uitgevoerd.
4. Samenwerking op het gebied van veiligheid
Montenegro is actief blijven samenwerken met Interpol, Europol, Cepol en de EU-lidstaten. Op het gebied van de internationale politiesamenwerking met Europol waren de inspanningen in 2023 gericht op de bestrijding van transnationale cocaïnehandel en georganiseerde criminele groepen, waaronder ernstige misdrijven en corruptie. Montenegro heeft in 2023 in het kader van 10 operationele actieplannen van het Empact aan 54 operationele acties deelgenomen. De regelmatige uitwisseling van informatie met Europol via Siena is voortgezet. Sinds 2015 is op het hoofdkantoor van Europol een verbindingsofficier voor Montenegro gedetacheerd.
Om analytische gegevens en inlichtingen over smokkelnetwerken te ontwikkelen, is binnen het departement inlichtingenzaken en risicoanalyse van de grenspolitie een groep voor de bestrijding van mensensmokkel en grensoverschrijdende criminaliteit opgericht. In 2023 is de grenspolitie met operationele onderzoeksacties gestart, in samenwerking met de bevoegde openbare aanklagers en de gerechtelijke politie Deze acties hebben geleid tot de opening van verschillende nieuwe Siena-zaken waarbij onderzoek wordt gedaan naar groepen migrantensmokkelaars die actief zijn op het grondgebied van Montenegro.
Montenegro blijft maatregelen van de uitvoeringsovereenkomst tussen de EU en Montenegro voor het gezamenlijk actieplan inzake terrorismebestrijding voor de Westelijke Balkan uitvoeren.
In november 2023 werd een geactualiseerde bilaterale regeling tussen Montenegro en de EU voor de uitvoering van het gezamenlijk actieplan van de partners van de Westelijke Balkan ter bestrijding van terrorisme ondertekend. Montenegro blijft gezamenlijke activiteiten van afzonderlijke partners van de Westelijke Balkan ter bestrijding van terrorisme uitvoeren.
Montenegro heeft zijn samenwerking met het EUDA in het kader van het IPA8-project voortgezet.
5. Burgerschapsregelingen voor investeerders
Zoals vermeld in het zesde verslag in het kader van het opschortingsmechanisme voor de visumplicht, is de burgerschapsregeling voor investeerders van Montenegro op 31 december 2022 beëindigd, maar hebben de Montenegrijnse autoriteiten de behandeling van burgerschapsaanvragen die vóór de beëindigingsdatum zijn ingediend, voortgezet.
Montenegro heeft in 2023 423 aanvragen (voor 423 aanvragers en 927 gezinsleden) behandeld en aan 701 personen het staatsburgerschap verleend. Van deze 701 personen zijn er 396 staatsburger van de Russische Federatie en 65 van de Volksrepubliek China. Het staatsburgerschap werd verleend aan personen die de nationaliteit van andere, visumplichtige derde landen bezitten (Zuid-Afrika, Turkije, Libanon, Pakistan, India, Belarus, Filipijnen, Indonesië, Cambodja, Kazachstan, Maleisië, Nigeria, Saudi-Arabië, Tunesië, Oezbekistan). Montenegro meldde dat de regering heeft toegezegd om voor alle personen aan wie nadien het Montenegrijnse staatsburgerschap blijkt te zijn verleend en die voorkomen op de lijst van personen op wie internationale beperkende maatregelen van toepassing zijn, een procedure in te leiden om hun het Montenegrijnse staatsburgerschap van rechtswege af te nemen.
De Commissie zal alle ontwikkelingen in dit verband blijven monitoren tot alle openstaande aanvragen zijn verwerkt.
6. Aanbevelingen
Montenegro heeft maatregelen genomen om de eerdere aanbevelingen van de Commissie op te volgen. Verdere vooruitgang is echter nodig en de navolgende kwesties moeten worden aangepakt:
a. het visumbeleid van Montenegro afstemmen op de EU-lijst van visumplichtige landen. In afwachting van de volledige afstemming op die lijst zouden niet-visumplichtige onderdanen van derde landen, met name uit landen die een risico vormen uit het oogpunt van veiligheid of irreguliere migratie, aan extra veiligheidsmaatregelen moeten worden onderworpen, waaronder een strengere screening bij aankomst, in het kader van operationele en/of administratieve initiatieven (bijvoorbeeld aan grensdoorlaatposten) of op grond van nationale wetgeving, bij wijze van minimale tijdelijke maatregel die van Montenegro wordt verlangd.
b. ervoor zorgen dat openstaande aanvragen in het kader van de onlangs beëindigde burgerschapsregeling voor investeerders worden gescreend en verwerkt overeenkomstig de hoogst mogelijke veiligheidsnormen en dat het burgerschap dat via die regeling wordt verleend aan personen voor wie internationale restrictieve maatregelen gelden, wordt ingetrokken.
NOORD-MACEDONIË
1. Afstemming van het visumbeleid
Er is nog steeds slechts één derde land waarvan de onderdanen geen visum nodig hebben voor Noord-Macedonië en voor de EU wel, namelijk Turkije. Deze situatie is niet veranderd ten opzichte van het zesde verslag in het kader van het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht. Alle andere maatregelen die in 2023 zijn genomen om vooruitgang te boeken met de afstemming van het visumbeleid, zijn in 2024 gehandhaafd. In het bijzonder heeft Noord-Macedonië in januari 2023 de visumplicht voor onderdanen van Botswana en Cuba opnieuw ingevoerd. De beslissing om onderdanen van Azerbeidzjan tijdelijk visumvrije toegang te verlenen tot Noord-Macedonië is in maart 2023 verstreken zonder dat deze beslissing werd verlengd.
2. Monitoren van trends op het gebied van irreguliere migratie, verzoeken om internationale bescherming, terugkeer en overname
In 2023 is het aantal verzoeken om internationale bescherming dat onderdanen van Noord-Macedonië in de EU-lidstaten hebben ingediend met 2 % gestegen, namelijk 6 855 ingediende verzoeken in 2023 tegenover 6 715 in 2022. Het percentage ingewilligde verzoeken bedroeg 1 % (tegenover 2 % in 2022).
In 2023 werd op EU-niveau melding gemaakt van twaalf irreguliere grensoverschrijdingen door onderdanen van Noord-Macedonië, tegenover negen in 2022. In 2023 is het aantal onderdanen van Noord-Macedonië dat irregulier verbleef stabiel gebleven vergeleken met het voorgaande jaar, met 7 055 irreguliere verblijven in 2023 tegenover 7 035 in 2022. Het aantal weigeringen van toegang is met 19 % gedaald, van 3 080 in 2022 naar 2 495 in 2023.
Vorig jaar was voor het eerst sprake van een dalende trend in het aantal jegens onderdanen van Noord-Macedonië uitgevaardigde terugkeerbesluiten (3 015 in 2023 tegenover 3 150 in 2022, een daling van 4 %), terwijl het aantal teruggekeerde personen met 20,5 % steeg (1 965 in 2023 tegenover 1 630 in 2022). De lidstaten meldden een goede samenwerking op het gebied van terugkeer en overname, en het terugkeerpercentage steeg in 2023 met 65 % tegenover 52 % in 2022.
Bron: Eurostat
3. Samenwerking op het gebied van migratie, grensbeheer en overnamen
Naar aanleiding van de statusovereenkomst van 2022 bevindt de samenwerking op het gebied van grensbeheer tussen Noord-Macedonië en Frontex zich op een hoog niveau zonder wijzigingen in de verslagperiode (na de overeenkomst werden in 2023 Frontex-functionarissen in Noord-Macedonië ingezet). De statusovereenkomst wordt soepel uitgevoerd via de gezamenlijke operatie Noord-Macedonië van Frontex. Er wordt ook regelmatig deelgenomen aan andere gezamenlijke operaties van Frontex en aan gezamenlijke actiedagen.
Over het algemeen meldden de lidstaten een goede samenwerking op het gebied van grensbeheer en overname, ook al zouden de prestaties aan de landgrenzen en overnamen zowel qua resultaat als qua timing kunnen worden verbeterd.
In 2023 hebben de lidstaten geen verdere bijstand van Frontex nodig gehad bij de identificatie en verwerving van reisdocumenten. Dit zou erop kunnen wijzen dat de relevante aspecten van de overnameovereenkomst tussen de EU en Noord-Macedonië efficiënt worden uitgevoerd. Na de jaarlijkse oproep van Frontex aan partnerinstellingen van de Westelijke Balkan om als waarnemer aan vergaderingen van de door Frontex beheerde landenwerkgroep deel te nemen, kreeg Noord-Macedonië de status van waarnemer bij de landenwerkgroep Algerije, Bangladesh, Marokko en Irak.
De derde generatie van de routekaart voor samenwerking die het EUAA en Noord-Macedonië voor de periode 2023-2025 is overeengekomen, is van kracht en blijft een belangrijk instrument om het asiel- en opvangstelsel te versterken.
In oktober 2024 heeft Noord-Macedonië zich als waarnemend land bij het Europees migratienetwerk (EU-netwerk van deskundigen op het gebied van migratie en asiel) aangesloten.
4. Samenwerking op het gebied van veiligheid
Het niveau van samenwerking en informatie-uitwisseling met Europol is goed en is in 2023 verhoogd. Sinds 2015 is bij Europol een verbindingsofficier voor Noord-Macedonië gedetacheerd. Rechtshandhavingsdiensten in Noord-Macedonië verstrekken informatie over in beslag genomen wapens en gearresteerde verdachten en geven feedback wanneer daar tijdens operationele activiteiten om wordt verzocht. Noord-Macedonië neemt ook deel aan het Empact.
In 2023 is de regelmatige informatie-uitwisseling per strafrechtelijk gebied tussen Noord-Macedonië en Europol aanzienlijk toegenomen ten opzichte van 2022. Ook de uitwisseling van informatie via Siena en CT-Siena is toegenomen (voor de laatstgenoemde met 38 % ten opzichte van 2022). Noord-Macedonië is blijven deelnemen aan analytische projecten van Europol die in de voorgaande jaren van start zijn gegaan en heeft zich tussen 2023 en 2024 bij nog eens drie projecten aangesloten.
In de lopende periode heeft de aan Europol toegewezen verbindingsofficier voor Noord-Macedonië actief aan wekelijkse vergaderingen in verband met terrorismebestrijding deelgenomen.
Noord-Macedonië heeft zijn samenwerking met het EUDA in het kader van het IPA8-project voortgezet.
5. Burgerschapsregelingen voor investeerders
Dankzij de wet betreffende het staatsburgerschap van Noord-Macedonië kunnen personen met een “speciaal economisch belang” voor het land het staatsburgerschap verwerven zonder voorafgaande verblijfsvereisten. Deze wet is in 2023 en 2024 niet gewijzigd. In 2023 werden geen besluiten genomen over aanvragen voor burgerschap van bijzonder economisch belang, terwijl vijf verzoeken werden ingediend en de beoordeling ervan nog lopende is. De Commissie herhaalt dat de uitvoering van deze wet niet mag leiden tot het systematisch verlenen van staatsburgerschap in ruil voor investeringen, aangezien dit kan worden gebruikt om de EU-visumprocedure voor kort verblijf en de bijbehorende grondige beoordeling van individuele migratie- en veiligheidsrisico’s te omzeilen, en bijgevolg van invloed kan zijn op de visumvrije regeling.
6. Aanbevelingen
Noord-Macedonië heeft maatregelen genomen om het grootste deel van de eerdere aanbevelingen van de Commissie op te volgen. Verdere vooruitgang is echter nodig en de navolgende kwesties moeten worden aangepakt:
a. de volledige afstemming van het visumbeleid van Noord-Macedonië op de EU-lijst van visumplichtige landen voltooien. In afwachting van de volledige afstemming op die lijst zouden niet-visumplichtige onderdanen van derde landen bij aankomst strenger moeten worden gescreend, in het kader van operationele en/of administratieve initiatieven (bijvoorbeeld aan grensdoorlaatposten) of op grond van nationale wetgeving, bij wijze van minimale tijdelijke maatregel die van Noord-Macedonië wordt verlangd;
b. ervoor zorgen dat aanvragen voor burgerschap in het kader van de wet inzake “speciaal economisch belang” worden behandeld inclusief een grondig antecedentenonderzoek van aanvragers, en geen systematische verwerving van het burgerschap vanwege speciale economische belangen mogelijk maken.
SERVIË
1. Afstemming van het visumbeleid
Servië heeft een visumvrije regeling met 16 landen die voorkomen op de EU-lijst van visumplichtige landen: Armenië, Azerbeidzjan, Bahrein, Belarus, China, Indonesië, Jamaica, Kirgizië, Koeweit, Kazachstan, Mongolië, Oman, Qatar, Rusland, Suriname en Turkije.
Om zijn visumbeleid beter af te stemmen op dat van de EU, heeft Servië tussen oktober 2022 en april 2023 besloten een volledige visumregeling in te voeren voor burgers van Bolivia, Burundi, Guinee-Bissau, Cuba, India en Tunesië.
In november 2023 heeft Servië een “plan voor de harmonisatie van de visumregeling met het visumbeleid van de EU” goedgekeurd, waarin wordt bepaald dat de afstemming met betrekking tot landen waarvoor een visumplicht in de EU geldt, één jaar of zes maanden vóór de toetreding van Servië tot de EU zal plaatsvinden. Aangezien het gebrek aan afstemming van het visumbeleid bijdraagt aan een verhoogd risico op irreguliere migratie naar de EU via de Westelijke Balkanroute, verwacht de Commissie niettemin dat Servië sneller vooruitgang boekt bij de afstemming van het visumbeleid. Als onderdeel van zijn hervormingsagenda in het kader van het groeiplan heeft Servië zich ertoe verbonden zijn visumbeleid verder af te stemmen op de EU-lijst van visumplichtige landen. In afwachting van de volledige afstemming op die lijst is een strengere screening van visumvrije aankomsten van onderdanen van derde landen, met name uit landen met een risico op het gebied van veiligheid of irreguliere migratie, een minimale tijdelijke maatregel die van Servië wordt verwacht.
2. Monitoren van trends op het gebied van irreguliere migratie, verzoeken om internationale bescherming, terugkeer en overname
In 2023 werden in de lidstaten 4 690 verzoeken om internationale bescherming ingediend door onderdanen van Servië, een stijging van 9,5 % ten opzichte van 2022 (4 280), waarmee de trend van de voorgaande jaren wordt voortgezet. Het percentage ingewilligde verzoeken is gedaald van 5 % in 2022 naar 2 % in 2023.
Het aantal irreguliere grensoverschrijdingen van de buitengrenzen van de EU door Servische onderdanen is gedaald met 34 % van 32 in 2022 tot 21 in 2023. Het aantal Servische onderdanen waarvan is vastgesteld dat zij irregulier in de lidstaten verbleven, bleef een neerwaartse trend vertonen met 13 025 personen in 2023 tegenover 13 625 in 2022 (een daling van 4 %). In 2023 vertoonde het aantal Servische onderdanen waarvoor de toegang tot de EU werd geweigerd dezelfde trend en is met 13 % gedaald (6 550 in 2022 tegenover 5 675 in 2023).
Het aantal tegen Servische onderdanen uitgevaardigde terugkeerbesluiten is met 4 % gestegen (5 835 in 2023 tegenover 5 630 in 2022). Evenzo is het aantal teruggekeerde personen met 5 % toegenomen (3 505 in 2023 tegenover 3 245 in 2022), en is het terugkeerpercentage gestegen van 58 % in 2022 naar 60 % in 2023.
Bron: Eurostat
3. Samenwerking op het gebied van migratie, grensbeheer en overnamen
Servië is positief blijven meewerken aan de uitvoering van het EU-actieplan voor de Westelijke Balkan. In 2023 heeft Servië verder uitvoering gegeven aan een nieuwe strategie inzake geïntegreerd grensbeheer voor de periode 2022-2027 en een actieplan voor 2022-2024. Servië probeert sinds oktober 2023 om door middel van speciale politieoperaties zijn grenzen te beveiligen en migrantensmokkelaars aan te pakken. Dat heeft in de hele regio een breed afschrikkend effect gehad, waardoor momenteel de druk is verminderd en migratieroutes worden beïnvloed. Er is een verschuiving naar de corridor tussen Bosnië en Herzegovina en Kroatië waargenomen, voornamelijk als gevolg van de moeilijkheden bij doorreis in Servië en de geleidelijke aanpassing van operaties van smokkelaars aan de nieuwe realiteit ter plaatse.
Servië heeft de samenwerking met Frontex op het gebied van migratie en grensbeheer voortgezet op basis van een werkregeling en een statusovereenkomst; de laatstgenoemde maakt het mogelijk om via gezamenlijke operaties functionarissen van het permanente korps van de Europese grens- en kustwacht met uitvoerende bevoegdheden in te zetten. Op 25 juni 2024 werd een nieuwe statusovereenkomst ondertekend. In Belgrado is een verbindingsofficier van Frontex met een regionaal mandaat voor Servië, Bosnië en Herzegovina en Montenegro gestationeerd. Frontex en de deelnemende EU-lidstaten zijn functionarissen van het permanente korps in Servische delen van de landgrens met Bulgarije en Hongarije blijven inzetten.
Servië heeft de samenwerking met het EUAA voortgezet. De desbetreffende routekaart werd voor 2023 verlengd, als basis voor de samenwerking met het EUAA. De derde routekaart voor samenwerking voor de periode 2024-2026 is opgesteld en moet nog definitief worden bekrachtigd.
In maart 2023 heeft Servië zich als waarnemend land bij het Europees migratienetwerk (EU-netwerk van deskundigen op het gebied van migratie en asiel) aangesloten.
Servië heeft de samenwerking met de EU-lidstaten op het gebied van migratie en grensbeheer op basis van bilaterale/multilaterale overeenkomsten voortgezet. Voorbeelden van samenwerking waren uitrusting/technische bijstand, uitwisseling van informatie/statistieken (met inbegrip van verslagen over vervalste documenten en grensoverschrijdende criminaliteit), risicoanalyse, gezamenlijke grenspatrouilles (1 342 van zulke patrouilles met Bulgarije, Kroatië, Hongarije en Roemenië), opleidingscursussen enz. In 2023 werd het trilaterale initiatief tussen Servië, Oostenrijk en Hongarije opgezet (op basis van een overeenkomst van november 2022) voor het versterken van de controles aan de Servische grens met Noord-Macedonië via de oprichting van een gemeenschappelijke taskforce bestaande uit Oostenrijks, Hongaars en Servisch personeel en door het bundelen van de uitrusting van de drie landen.
Wat overname betreft, maakten Frontex en de EU-lidstaten melding van een algeheel goede samenwerking met Servië. Wat betreft de terugkeer van onderdanen van derde landen (de meesten waren burgers van Afghanistan, Marokko en Syrië) werd echter slechts de helft van de door EU-lidstaten ingediende verzoeken (1 090 van de 2 198) door de Servische autoriteiten aanvaard.
4. Samenwerking op het gebied van veiligheid
Servië heeft zijn nauwe samenwerking met Europol voortgezet, met name op het gebied van zware misdrijven, georganiseerde criminaliteit en terrorismebestrijding. Servië heeft nog steeds een verbindingsfunctionaris op het hoofdkantoor van Europol gedetacheerd. Er vond intensieve door Europol gecoördineerde operationele samenwerking met de EU-lidstaten plaats, onder meer via gemeenschappelijke onderzoeksteams en specifieke multinationale taskforces, zoals de operationele taskforce Rapax, die zich inzetten voor de bestrijding van mensenhandel met het oog op seksuele uitbuiting tussen Europa en Latijns-Amerika.
Servië heeft zijn deelname aan het Empact voortgezet. Een belangrijk onderdeel van de samenwerking met Europol omvat regelmatige informatie-uitwisseling via Siena. De Servische politie is ook informatie blijven verstrekken aan databanken en analytische projecten van Europol; het aantal Servische bijdragen is in 2023 met 10 % gestegen ten opzichte van 2022.
Servië heeft in 2023 zeer intensief samengewerkt met Cepol, zowel door middel van opleiding als via personeelsuitwisselingen, waarbij de aandacht uitging naar cybercriminaliteit, cryptovaluta, nepnieuws/desinformatie en digitale vaardigheden voor politiepersoneel.
Eurojust en Servië hebben hun nauwe samenwerking op het gebied van strafzaken voortgezet, met name via de Servische verbindingsmagistraat. Servië heeft ook deelgenomen aan door Eurojust ondersteunde gemeenschappelijke onderzoeksteams.
Servië is op het gebied van veiligheid nauw blijven samenwerken met Interpol. Er vond intensieve samenwerking plaats met naburige EU-lidstaten, voornamelijk Kroatië en Roemenië, in verband met ernstige misdrijven in grensgebieden, waaronder migrantensmokkel en smokkel van drugs, wapens en munitie.
Servië heeft zijn samenwerking met het EUDA op basis van een werkregeling van 2020 en in het kader van het IPA8-project voortgezet.
5. Aanbevelingen
Servië heeft maatregelen genomen om de eerdere aanbevelingen van de Commissie op te volgen. Verdere vooruitgang is echter nodig en de navolgende kwesties moeten worden aangepakt:
a. het visumbeleid van Servië afstemmen op de EU-lijst van visumplichtige landen. In afwachting van de volledige afstemming op die lijst zouden niet-visumplichtige onderdanen van derde landen, met name uit landen die een risico vormen uit het oogpunt van veiligheid of irreguliere migratie, bij aankomst strenger moeten worden gescreend, in het kader van operationele en/of administratieve initiatieven (bijvoorbeeld aan grensdoorlaatposten), bij wijze van minimale tijdelijke maatregel die van Servië wordt verlangd;
b. de clausule voor onderdanen van derde landen uit de overnameovereenkomst tussen de EU en Servië volledig uitvoeren.
II. OOST-CARAÏBISCHE STATEN
Sinds 2020 heeft de Commissie contacten met de vijf visumvrije Oost-Caraïbische landen waar burgerschapsregelingen voor investeerders van kracht zijn (Antigua en Barbuda, Dominica, Grenada, Saint Kitts en Nevis, en Saint Lucia) om relevante informatie en gegevens te verkrijgen over deze regelingen.
Alle vijf landen hanteren verschillende burgerschapsregelingen voor investeerders, die voornamelijk bestaan uit rechtstreekse bijdragen aan de staatsbegroting of investeringen in grote infrastructuur, nutsvoorzieningen of vastgoedprojecten. De eerste optie is doorgaans goedkoper, terwijl de vastgoedoptie normaal gesproken duurder is. De procedure voor het aanvragen van burgerschap en de toegepaste zorgvuldigheids- en veiligheidsscreening zijn vergelijkbaar in de vijf landen, en bestaan uit vijf belangrijke stappen:
1. vergunninghoudende marktpartijen worden geacht geïnteresseerde investeerders in derde landen te vinden;
2. geïnteresseerde investeerders dienen hun aanvraag in via gemachtigde lokale functionarissen, die de aanvragen en bewijsstukken bij de CBI-eenheid (eenheid voor burgerschapsregelingen voor investeerders) indienen;
3. een drielagig doorlichtingsproces wordt uitgevoerd ten aanzien van de herkomst van de middelen (door de banken), het identiteits-, veiligheids- en reputatieprofiel van de aanvragers (door internationale duediligence-bedrijven) en de veiligheids- en immigratierisico’s (door het gezamenlijke regionale communicatiecentrum van het Caricom-uitvoeringsagentschap voor criminaliteit en veiligheid);
4. op basis van de bovengenoemde controles keurt de CBI-eenheid de aanvraag goed of wijst zij deze af;
5. voor goedgekeurde aanvragen wordt het definitieve besluit over de verlening van het staatsburgerschap door de bevoegde minister genomen.
Zoals uiteengezet in het zesde verslag over het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht van oktober 2023, blijkt uit de beoordeling van de Commissie dat de screening- en doorlichtingsprocedures van de vijf landen mogelijk niet grondig genoeg zijn om te zorgen voor de afwijzing van aanvragen van personen die een potentieel veiligheidsrisico voor de EU kunnen vormen zodra zij het burgerschap van die landen hebben verworven en bijgevolg visumvrije toegang tot de EU hebben gekregen.
Geen van de vijf landen eist verblijf of zelfs fysieke aanwezigheid in het land voordat het staatsburgerschap wordt verleend32. Dit betekent dat de biometrische gegevens van succesvolle aanvragers niet worden geregistreerd. Ook bieden alle vijf landen de mensen wier aanvraag werd ingewilligd, in uiteenlopende mate, de mogelijkheid om hun naam te wijzigen nadat zij het staatsburgerschap via investering hebben verworven. In Antigua en Barbuda en in Dominica is dit toegelaten vanaf vijf jaar nadat het staatsburgerschap is verkregen; in Grenada na één jaar. De oude naam wordt echter onder de rubriek “Opmerkingen” in het paspoort vermeld.
Sinds de publicatie van het zesde verslag is het aantal succesvolle aanvragers voor de regelingen van alle landen blijven stijgen, terwijl het aantal afwijzingen relatief laag blijft, ondanks enkele stijgende trends voor sommige landen. Onderstaande tabel bevat de door de vijf landen aan de Commissie verstrekte gegevens33.
Antigua en Barbuda | Dominica | Grenada | Saint Kitts en Nevis | Saint Lucia | |
Totaal aantal ontvangen aanvragen | 3 719 (2014-2022) 685 (2023) 739 (2024 tot en met 30/6) | 13 161 (2015-2022) 4 068 in 2023 2 981 in 2024 (tot en met 30/6) | 3 151 (2014-2022) 1 251 (2022) 2 297 (2023) 138 (2024 tot en met 31/07) | 17 668 (2015-2022) 1 987 (2023) 98 (2024 tot en met 30/6) | 2 013 (2015-2022) 4 076 (2023) 1 226 (2024 tot en met 30/4) |
Afwijzingen | 157 (2014-2022) 24 (2023) 23 (2024) | 420 (2019-2022) 210 (2023) 180 (2023) | 204 (2015-2022) 59 (2023) 34 (2024) | 532 (2015-2022) 207 (2023) 4 (2024) | 70 (2015-2022) 28 (2023) 81 (2024) |
Totaal aantal gevallen waarin een paspoort is afgegeven | 7 205 (2014-2022) 1 191 (2023) 198 (2024 tot en met 30/6) | 34 596 (2018-2022, gegevens van 2022 worden geverifieerd) 9 539 (2023) 5 484 (2024 tot en met 30/6) | 6 479 (2014-2022) 2023-2024: niet beschikbaar | 35 577 (2015-2022) 2023-2024: niet beschikbaar | niet beschikbaar |
De ingewilligde aanvragen betreffen nog steeds voornamelijk onderdanen die anders een visum zouden moeten aanvragen om toegang te krijgen tot de EU. Volgens de ontvangen informatie de aanvragers in 2023-2024 voornamelijk afkomstig uit Iran (1 918), China (1 099), Syrië (747), Irak (425), Nigeria (308) en Libanon (149)34. Naar aanleiding van de Russische agressie tegen Oekraïne hebben alle vijf landen de behandeling van aanvragen van Russische en Belarussische onderdanen opgeschort. In 2023 waren er in Grenada echter nog steeds een aanzienlijk aantal (ongeveer 2 300) openstaande aanvragen van Russische onderdanen, die in 2024 zijn behandeld35.
Na de publicatie van het zesde verslag heeft de Commissie de samenwerking met de vijf landen voortgezet, zowel op politiek als op technisch niveau. Op 12 januari 2024 heeft de Commissie een bijeenkomst op hoog niveau met de premiers van de vijf landen gehouden, gevolgd door een technische onderzoeksmissie van de diensten van de Commissie naar de regio in januari 2024 en schriftelijke uitwisseling van informatie.
De missie en de ontvangen geactualiseerde informatie bevestigden de meeste van de belangrijkste punten van zorg in het zesde verslag, namelijk dat de burgerschapsregelingen voor investeerders veiligheidsrisico’s niet volledig kunnen uitsluiten, alsook het economische en politieke belang van die regelingen voor de vijf landen.
Tegelijkertijd hebben alle vijf landen de afgelopen maanden blijk gegeven van een groter besef van de noodzaak om hun zorgvuldigheids- en veiligheidsscreeningsystemen te versterken en open te staan voor substantiële verbeteringen met de steun van hun internationale partners. Met name in de eerste maanden van 2024 hebben de vijf landen een memorandum van overeenstemming ondertekend dat een kader biedt voor samenwerking om de veiligheid van hun regelingen te versterken. Overeenkomstig het memorandum hebben de vijf landen besloten de hoogte van de minimale investeringsvergoeding vast te stellen op 200 000 USD. Voor Antigua en Barbuda, Dominica, Grenada en Saint Lucia kwam dit neer op een stijging van 100 % (ten opzichte van een eerdere drempel van 100 000 USD). Het memorandum bevatte ook een toezegging om informatie over aanvragers uit te wisselen, maatregelen voor meer transparantie uit te voeren, een regionale regelgevende autoriteit op te richten, hun kaders voor veiligheidsscreening te versterken en gemeenschappelijke normen voor agenten, marketing en promotie van regelingen vast te stellen.
De Commissie zal nauw blijven samenwerken met de vijf Oost-Caraïbische landen en de uitvoering van de bovengenoemde hervormingen beoordelen, binnen het huidige rechtskader van artikel 8, lid 2, punt d), van de visumverordening, dat voorziet in de activering van het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht in geval van een toegenomen risico voor of een onmiddellijke bedreiging van de openbare orde of de binnenlandse veiligheid van de lidstaten. Zodra het herziene opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht is goedgekeurd, zal de Commissie haar beoordeling aanpassen op basis van de nieuwe regels. In elk geval zal de Commissie bij haar beoordeling naar behoren rekening blijven houden met de algemene betrekkingen tussen de EU en de betrokken derde landen en met de algemene politieke context.
III. LATIJNS-AMERIKA
Een van de belangrijkste problemen die in de visummededeling van mei 202336 werden genoemd, was het toenemende aantal asielaanvragen van niet-visumplichtige onderdanen van derde landen. Asielaanvragen van onderdanen van visumvrije landen worden niet vaak ingewilligd en vormen dus een aanzienlijke last voor de asielstelsels van de lidstaten: ongeveer 20 % (meer dan 1,2 miljoen) van de asielaanvragen die tussen 2015 en 2023 in de EU werden ingediend, werd door onderdanen van derde landen die zonder visum naar de EU kunnen reizen, ingediend. Dit vindt plaats op een moment dat de opvangcapaciteit van sommige lidstaten de grens heeft bereikt, gezien de meervoudige crisissituatie op geopolitiek vlak, en met name de noodzaak om het grote aantal personen met tijdelijke bescherming op te nemen dat hun toevlucht in de EU heeft gevonden als gevolg van de aanhoudende aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne en de voortdurende toestroom van migranten uit andere delen van de wereld.
Naast de landen in het nabuurschap van de EU die regelmatig in verslagen over het visumopschortingsmechanisme worden behandeld, hebben sommige EU-lidstaten de afgelopen jaren te maken gehad met een stijgende trend van asielzoekers uit de visumvrije landen in Latijns-Amerika, zoals blijkt uit de onderstaande tabellen. Tussen 2015 en het eerste kwartaal van 2024 is het aantal asielaanvragen van onderdanen van de visumvrije landen van de Latijns-Amerikaanse regio aanzienlijk toegenomen; zij maken de helft uit van het totale aantal asielaanvragen van onderdanen van derde landen die visumvrij reizen (ongeveer 600 000 van de ongeveer 1,2 miljoen).
Tabel 1 — Eerste asielaanvragen 2015 – jan.-juli 2024 — Bron: Eurostat
Land | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | Jan.-juli 2024 |
Costa Rica | 10 | 5 | 15 | 20 | 60 | 40 | 20 | 80 | 115 | 120 |
El Salvador | 555 | 1 765 | 2 965 | 5 040 | 9 070 | 4 230 | 1 830 | 3 580 | 2 880 | 1 540 |
Guatemala | 20 | 40 | 85 | 230 | 620 | 500 | 265 | 440 | 545 | 260 |
Honduras | 220 | 475 | 1 325 | 2 770 | 7 245 | 5 670 | 2 360 | 3 260 | 4 030 | 1 580 |
Mexico | 75 | 50 | 80 | 125 | 200 | 160 | 135 | 260 | 335 | 195 |
Nicaragua | 45 | 65 | 165 | 1 890 | 6 530 | 3 900 | 1 365 | 2 780 | 3 235 | 1 545 |
Panama | 5 | 5 | 10 | 15 | 55 | 50 | 60 | 125 | 170 | 85 |
Argentinië | 15 | 20 | 35 | 100 | 340 | 450 | 325 | 810 | 1 475 | 985 |
Brazilië | 90 | 205 | 290 | 670 | 1 605 | 1 650 | 795 | 1 555 | 1 775 | 1 245 |
Chili | 35 | 50 | 50 | 105 | 225 | 300 | 195 | 370 | 600 | 385 |
Colombia | 270 | 1 050 | 3 935 | 10 045 | 31 850 | 29 055 | 13 140 | 42 420 | 62 015 | 31 845 |
Paraguay | 15 | 15 | 30 | 80 | 375 | 370 | 250 | 740 | 1 085 | 735 |
Peru | 145 | 150 | 550 | 1 515 | 6 810 | 6 140 | 3 055 | 12 685 | 23 035 | 16 135 |
Uruguay | 0 | 10 | 20 | 30 | 110 | 170 | 140 | 110 | 200 | 110 |
Venezuela | 775 | 4 690 | 12 985 | 22 195 | 44 770 | 30 325 | 17 380 | 50 050 | 67 085 | 41 740 |
TOTAAL | 2 275 | 8 595 | 22 540 | 44 830 | 109 865 | 83 010 | 41 315 | 119 265 | 168 580 | 98 505 |
Land | Jaar | Weigeringen van toegang | Irregulier verblijf | Eerste asielverzoeken | Percentage ingewilligde asielverzoeken37 |
Argentinië | 2022 | 350 | 1 110 | 810 | 2 % |
2023 | 335 | 1 285 | 1 475 | 4 % | |
Brazilië | 2022 | 2 825 | 4 565 | 1 555 | 8 % |
2023 | 2 380 | 4 990 | 1 775 | 9 % | |
Chili | 2022 | 180 | 620 | 370 | 5 % |
2023 | 210 | 700 | 600 | 4 % | |
Colombia | 2022 | 3 600 | 9 800 | 42 420 | 6 % |
2023 | 3 655 | 14 260 | 62 015 | 6 % | |
Costa Rica | 2022 | 20 | 75 | 80 | 0 % |
2023 | 20 | 85 | 115 | 11 % | |
El Salvador | 2022 | 165 | 650 | 3 580 | 31 % |
2023 | 130 | 720 | 2 880 | 31 % | |
Guatemala | 2022 | 115 | 285 | 440 | 17 % |
2023 | 105 | 260 | 545 | 32 % | |
Honduras | 2022 | 515 | 2 405 | 3 260 | 17 % |
2023 | 475 | 2 490 | 4 030 | 23 % | |
Mexico | 2022 | 190 | 695 | 260 | 12 % |
2023 | 235 | 730 | 335 | 18 % | |
Nicaragua | 2022 | 425 | 1 325 | 2 780 | 25 % |
2023 | 370 | 1 080 | 3 235 | 52 % | |
Panama | 2022 | 25 | 35 | 125 | 14 % |
2023 | 25 | 40 | 170 | 6 % | |
Paraguay | 2022 | 725 | 1 265 | 740 | 5 % |
2023 | 460 | 1 800 | 1 085 | 3 % | |
Peru | 2022 | 1 155 | 3 650 | 12 685 | 5 % |
2023 | 990 | 4 755 | 23 035 | 5 % | |
Uruguay | 2022 | 30 | 190 | 110 | 3 % |
2023 | 25 | 220 | 200 | 5 % | |
Venezuela | 2022 | 250 | 2 000 | 50 050 | 4 % |
2023 | 405 | 2 175 | 67 085 | 3 %38 | |
TOTAAL/GEMIDDELD (%) | 2022 | 10 555 | 28 670 | 119 265 | 10 % |
2023 | 9 835 | 35 590 | 168 580 | 14 % |
In 2023 werden 168 580 aanvragen ingediend door onderdanen van de 15 betrokken landen, tegenover 119 265 in 2022. Dit komt neer op een stijging van meer dan 40 % in één jaar.
Hoewel er asielverzoeken zijn ingediend door onderdanen van alle 15 landen in de regio die een visumvrijstelling genieten, kennen Venezuela, Colombia en Peru de hoogste aantallen en stijgende trends, gevolgd door Honduras, Nicaragua en El Salvador. De andere landen kennen lagere aantallen en minder significante stijgende trends, en geven daarom momenteel geen aanleiding tot specifieke bezorgdheid39.
Bron: Eurostat
Wat Venezuela betreft, is het aantal verzoeken om internationale bescherming van Venezolaanse onderdanen in de lidstaten de afgelopen drie jaar gestaag toegenomen, met meer dan 50 000 verzoeken per jaar. In 2023 werden 69 540 verzoeken ingediend tegen 52 075 in 2022. De Commissie erkent dat deze trends verband houden met de huidige politieke en economische situatie van Venezuela en herinnert aan de toezegging van de EU om samen met haar internationale partners steun te verlenen aan een door Venezuela geleide vreedzame, democratische en inclusieve oplossing om een einde te maken aan de crisis in het land.
Wat Colombia betreft, hebben Colombiaanse onderdanen in 2023 in de lidstaten 63 310 verzoeken om internationale bescherming ingediend, een stijging van 46 % ten opzichte van 2022 (43 370). De Commissie erkent dat deze trends ook verband houden met het feit dat Colombia bijna drie miljoen vluchtelingen en migranten uit Venezuela opvangt. Zoals vermeld in de gezamenlijke mededeling zal de EU Colombia en de regio blijven steunen bij het aanpakken van deze migratiecrisis.
Wat Peru betreft, is het aantal in de lidstaten ingediende verzoeken om internationale bescherming tussen 2022 en 2023 sterk gestegen met 81 %, met 23 280 verzoeken in 2023 ten opzichte van 12 880 in 2022.
Wat Honduras betreft, waren er in 2023 in de lidstaten 4 065 verzoeken om internationale bescherming, tegenover 3 335 in 2022, een stijging van 18 %.
Wat Nicaragua betreft, waren er in 2023 in de lidstaten 3 340 verzoeken om internationale bescherming, tegenover 2 855 in 2022, wat neerkomt op een stijging van 15 %.
Wat El Salvador betreft, waren er in 2023 in de lidstaten 3 060 verzoeken om internationale bescherming, tegenover 3 770 in 2022, wat neerkomt op een daling van 19 %.
Om de houdbaarheid van de visumvrijstelling te waarborgen, moet visumvrij reizen strikt voor kort verblijf worden gebruikt. De diensten van de Commissie zullen in samenwerking met de EDEO een dialoog aangaan met de meest betrokken landen in de regio om informatie en beste praktijken uit te wisselen, de inspanningen van de autoriteiten bij de uitvoering van passende grenscontroles bij vertrek te ondersteunen, bewustmakingscampagnes over rechten en plichten in het kader van de visumvrije regelingen te voeren en andere passende maatregelen te nemen om de onderliggende redenen voor het grote aantal asielverzoeken aan te pakken. De Commissie zal toezicht houden op de uitvoering van de bovengenoemde maatregelen en het effect op het aantal irreguliere verblijven en asielverzoeken, binnen het huidige rechtskader van artikel 8, lid 2, punten a) en b), van de visumverordening, dat voorziet in de activering van het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht in geval van een wezenlijke toename van irreguliere migratie of ongegronde asielverzoeken.
Wat lange verblijven betreft, moeten de twee partijen de samenwerking op het gebied van legale trajecten intensiveren en wederzijds voordelige mobiliteitsregelingen bevorderen, zoals vermeld in de gezamenlijke mededeling “Een nieuwe agenda voor de betrekkingen van de EU met Latijns-Amerika en het Caribisch gebied”.
CONCLUSIE
De lidstaten melden in het algemeen een nauwe samenwerking met alle acht partners in het nabuurschap van de EU op het gebied van zowel migratie als veiligheid. Verschillende van deze partners moeten het probleem van ongegronde asielverzoeken blijven aanpakken en alle partners moeten verdere vooruitgang boeken op het gebied van afstemming van het visumbeleid om het risico te voorkomen dat onderdanen van derde landen hun grondgebied zonder visum kunnen binnenkomen en vervolgens irregulier naar de EU kunnen doorreizen.
Voor het nabuurschap van de EU blijft de follow-up van de voltooiing van het visumliberaliseringsproces een krachtig instrument om hervormingen te ondersteunen en de samenwerking met de EU op het gebied van migratie, grensbeheer en veiligheid te stimuleren. De Commissie is van oordeel dat Albanië, Bosnië en Herzegovina, Moldavië, Montenegro, Noord-Macedonië en Servië maatregelen hebben genomen om gevolg te geven aan een aantal aanbevelingen uit het zesde verslag in het kader van het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht. Voor Oekraïne en Kosovo, waarvan de onderdanen minder dan zeven jaar geleden de visumvrijstelling hebben verkregen en waarvoor nog steeds verslag moet worden uitgebracht over de mate waarin aan de vereisten voor visumliberalisering is voldaan, is de Commissie van oordeel dat nog steeds aan die vereisten wordt voldaan. Ze moeten allebei echter verdere maatregelen nemen om aan de aanbevelingen van de Commissie gevolg te geven. Voor Georgië, waarvan de onderdanen ook minder dan zeven jaar geleden de visumvrijstelling hebben verkregen en waarvoor nog steeds verslag moet worden uitgebracht over de naleving van de vereisten voor visumliberalisering, is de Commissie van oordeel dat het land, om aan alle benchmarks voor visumliberalisering te blijven voldoen en de mogelijke activering van het opschortingsmechanisme te voorkomen, dringend verdere actie moet ondernemen om gevolg te geven aan de aanbevelingen van de Commissie, met name op het gebied van de bescherming van de grondrechten.
Het nauwlettend toezicht op dit proces zal worden voortgezet, onder meer via bijeenkomsten van hoge ambtenaren en de regelmatige vergaderingen van het subcomité Justitie, vrijheid en veiligheid. Het toezicht op vraagstukken in verband met de vereisten voor visumliberalisering zal ook verder worden behandeld in de jaarlijkse uitbreidingsverslagen van de Europese Commissie.
De Commissie zal ook blijven samenwerken met de visumvrije landen in het oostelijk Caraïbisch gebied die burgerschapsregelingen voor investeerders toepassen om mogelijke veiligheidsrisico’s voor de EU en haar lidstaten te voorkomen, en met de betrokken Latijns-Amerikaanse landen om te voorkomen dat visumvrij reizen wordt gebruikt om ongegronde asielverzoeken in te dienen.
**Deze benaming laat de standpunten over de status van Kosovo onverlet, en is in overeenstemming met Resolutie 1244/1999 van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.
1Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EU) 2018/1806 wat betreft de herziening van het opschortingsmechanisme (COM(2023) 642 final).
2Verordening (EU) 2018/1806 van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 tot vaststelling van de lijst van derde landen waarvan de onderdanen bij overschrijding van de buitengrenzen in het bezit moeten zijn van een visum en de lijst van derde landen waarvan de onderdanen van die plicht zijn vrijgesteld (PB L 303 van 28.11.2018, blz. 39).
3COM(2017) 815 final (eerste verslag), COM(2018) 856 final (tweede verslag), COM(2020) 325 final (derde verslag), COM(2021) 602 final (vierde verslag), COM(2022) 715 final/2 (vijfde verslag), COM(2023) 730 final (zesde verslag).
4Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over het toezicht op de visumvrije regelingen van de EU (COM(2023) 297 final).
5Dit verslag heeft geen betrekking op Vanuatu, aangezien de definitieve beoordeling door de Commissie van de veiligheidsrisico’s die voortvloeien uit de burgerschapsregelingen voor investeerders van Vanuatu op 31 mei 2024 is opgenomen in het verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de opschorting van de visumvrijstelling voor onderdanen van Vanuatu (COM(2024) 366 final).
6Verordening (EU) 2023/850 van het Europees Parlement en de Raad van 19 april 2023 tot wijziging van Verordening (EU) 2018/1806 tot vaststelling van de lijst van derde landen waarvan de onderdanen bij overschrijding van de buitengrenzen in het bezit moeten zijn van een visum en de lijst van derde landen waarvan de onderdanen van die plicht zijn vrijgesteld (Kosovo (Deze verwijzing laat de standpunten over de status van Kosovo onverlet, en is in overeenstemming met Resolutie 1244 (1999) van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.)) (PB L 110 van 25.4.2023, blz. 1).
7Op grond van artikel 8, lid 4, van Verordening (EU) 2018/1806 moet de Commissie slechts verslag uitbrengen gedurende een periode van zeven jaar na de datum waarop de visumliberalisering voor die derde landen in werking is getreden; daarna mag de Commissie verder verslag uitbrengen indien zij dit nodig acht of als het Europees Parlement of de Raad daarom verzoekt.
8https://home-affairs.ec.europa.eu/system/files/2022-12/Western%20Balkans_en.pdf.
9Het Asielagentschap van de Europese Unie (EUAA), het Europees Grens- en kustwachtagentschap (Frontex), het Agentschap van de Europese Unie voor justitiële samenwerking in strafzaken (Eurojust) en het Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol).
10Twintig lidstaten hebben bijdragen geleverd over relevante voorbeelden van samenwerking met de landen in kwestie op het gebied van migratie en veiligheid.
11In dit verslag wordt met de term “lidstaten” verwezen naar de lidstaten die Verordening (EU) 2018/1806 (de “visumverordening”) toepassen, d.w.z. alle EU-lidstaten (behalve Ierland) en de geassocieerde Schengenlanden.
12Terwijl de benchmarks voor visumliberalisering met betrekking tot migratie beperkt blijven tot het migratiebeleid van de betrokken derde landen, geeft het deel over migratietrends een beeld van de irreguliere migratie naar de lidstaten, de door de lidstaten uitgevaardigde weigeringen van toegang en de verzoeken om internationale bescherming die in de lidstaten zijn ingediend door onderdanen van de landen waarop het verslag betrekking heeft.
13Artikel 8 quinquies, lid 2, van het voorstel.
14JOIN(2023) 17 final.
15Bijlage I bij Verordening (EU) 2018/1806.
16Op 1 januari 2024 waren er nog 2 012 niet-biometrische paspoorten geldig.
17In dit verslag wordt het percentage ingewilligde verzoeken berekend als het aandeel positieve beslissingen in eerste aanleg (waaronder vluchtelingenstatus, subsidiaire beschermingsstatus en nationale humanitaire status) in het totale aantal beslissingen in eerste aanleg. Voor een definitie, zie https://home-affairs.ec.europa.eu/pages/glossary/recognition-rate-procedures-international-protection_en.
18 CDL-PI(2023) (coe.int): Dringend advies over de wet inzake transparantie van buitenlandse invloed, uitgebracht door de Commissie van Venetië op 21 mei 2024.
19Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/382 van de Raad van 4 maart 2022 tot vaststelling van het bestaan van een massale toestroom van ontheemden uit Oekraïne in de zin van artikel 5 van Richtlijn 2001/55/EG, en tot invoering van tijdelijke bescherming naar aanleiding daarvan, ST/6846/2022/INIT (PB L 71 van 4.3.2022, blz. 1).
20 Statistieken| Eurostat (europa.eu).
21 Statistieken| Eurostat (europa.eu).
22https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/en/IP_12_605.
23COM(2013) 66 final, COM(2014) 488 final, COM(2015) 906 final, vergezeld van SWD(2015) 706 final, en COM(2016) 276 final.
24COM(2016) 277 final.
25Ratificatie van de grensafbakeningsovereenkomst met Montenegro (21 maart 2018) en totstandbrenging en versterking van een voortdurende goede staat van dienst op het gebied van onderzoeken en definitieve gerechtelijke uitspraken in zaken betreffende georganiseerde criminaliteit en corruptie.
26COM(2018) 543 final.
27Verordening (EU) 2023/850 van het Europees Parlement en de Raad van 19 april 2023 tot wijziging van Verordening (EU) 2018/1806 tot vaststelling van de lijst van derde landen waarvan de onderdanen bij overschrijding van de buitengrenzen in het bezit moeten zijn van een visum en de lijst van derde landen waarvan de onderdanen van die plicht zijn vrijgesteld (Kosovo (Deze verwijzing laat de standpunten over de status van Kosovo onverlet, en is in overeenstemming met Resolutie 1244 (1999) van de VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo.))
28Ibid., overweging 6.
29Onderdanen van China met een geldig reisdocument mogen maximaal 30 dagen in Montenegro verblijven, als een georganiseerde toeristische groep die samen Montenegro binnenkomt, verblijft en verlaat, mits zij beschikken over een bewijs van een betaald toeristisch arrangement en een bewijs van terugkeer naar het land van oorsprong of doorreis.
30Onderdanen van Belarus en Rusland mogen maximaal 30 dagen in Montenegro verblijven met een geldig reisdocument dat door die landen is afgegeven.
31Vergaderingen met betrekking tot derde landen, die worden bijgewoond en voorgezeten door vertegenwoordigers van de lidstaten (en gezamenlijk voorgezeten door Frontex) voor de uitwisseling van informatie op het gebied van terugkeer.
32Antigua en Barbuda hebben een verplichting ingevoerd om het land binnen drie jaar na de verlening van het staatsburgerschap te bezoeken en andere landen overwegen een soortgelijke verplichting in te voeren.
33De gegevensverzameling is niet volledig en vertoont een aantal inconsistenties. Het totale aantal aanvragen is vaak lager dan het totale aantal afgegeven paspoorten, omdat aanvragen betrekking kunnen hebben op meer dan één persoon (een succesvolle aanvraag voor een gezin van vier telt bijvoorbeeld als één aanvraag, terwijl vier paspoorten worden afgegeven).
34Opgemerkt moet worden dat de in deze alinea vermelde cijfers per derde land gebaseerd zijn op door de Oost-Caraïbische landen ingediende gegevens over de top vijf van nationaliteiten wat betreft succesvolle aanvragen. Het is daarom mogelijk dat de werkelijke cijfers per derde land iets hoger zijn dan de cijfers die op basis van deze gegevensverzameling zijn verstrekt (d.w.z. dat sommige van deze nationaliteiten de top vijf in een of meer Oost-Caraïbische landen misschien niet hebben bereikt). Alle hier gemelde aanvragen van Iraanse onderdanen werden alleen door Dominica behandeld.
35Grenada deelde de Commissie mee dat er op 16 september 2024 87 Russische aanvragen voor toetsing op tafel lagen.
36Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over het toezicht op de visumvrije regelingen van de EU (COM(2023) 297 final).
37Het percentage ingewilligde asielverzoeken omvat door de EU gereguleerde vormen van bescherming (vluchtelingenstatus en subsidiaire bescherming) maar is exclusief nationale beschermingsvormen (humanitaire redenen). Het percentage wordt berekend door het aantal positieve beslissingen in eerste aanleg (toekenning van de vluchtelingenstatus of subsidiaire bescherming) te delen door het totale aantal uitgevaardigde beslissingen.
38In 2023 leidde 91 % van de beslissingen in eerste aanleg tot het toekennen van nationale humanitaire statussen aan Venezolaanse aanvragers (72 % in 2022).
39Hoewel Brazilië een van de hoogste aantallen in de regio heeft wat betreft weigeringen van toegang en illegaal verblijf, moet dit in verhouding tot zijn grotere bevolking worden gezien.
NL NL