Artikelen bij COM(1997)510 - Harmonisatie van nationale wetgeving betreffende de verzekering tegen de wettelijke aansprakelijkheid waartoe deelnemen aan het verkeer van motorrijtuigen aanleiding kan geven en houdende wijziging van Richtlijnen 73/239/EEG en 92/49/EEG (Vierde Richtlijn Motorrijtuigverzekering) - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(1997)510 - Harmonisatie van nationale wetgeving betreffende de verzekering tegen de wettelijke aansprakelijkheid waartoe deelnemen aan ... |
---|---|
document | COM(1997)510 |
datum | 16 mei 2000 |
Inhoudsopgave
- Artikel 1 - Toepassingsgebied Deze richtlijn heeft tot doel bijzondere bepalingen vast te stellen met betrekking tot slachtoffers van ongevallen
- Artikel 2 - Rechtstreekse vordering
- Artikel 3 - Schaderegelaar
- Artikel 4 - Voorlichtingscentrum
- Artikel 5 - Schadevergoedingsorgaan
- Artikel 6 - Niet geïdentificeerde verzekeraar
- Artikel 7 - Omzetting
- Artikel 8 - Inwerkingtreding
- Artikel 9 - Sancties
- Artikel 10 - Geadresseerden
Artikel 1 - Toepassingsgebied Deze richtlijn heeft tot doel bijzondere bepalingen vast te stellen met betrekking tot slachtoffers van ongevallen
b) die veroorzaakt zijn door een voertuig
- dat verzekerd is door een onderneming die gevestigd is in een andere lidstaat dan het land van woonplaats van het slachtoffer en
- ingeschreven is in een andere lidstaat dan het land van woonplaats van het slachtoffer.
Artikel 2 - Rechtstreekse vordering
Artikel 3 - Schaderegelaar
- artikel 6 van Richtlijn 73/239/EEG, als bij artikel 4 van Richtlijn 92/49/EEG, voor de dekking van de in deel A, punt 10, van de bijlage bij Richtlijn 73/239/EEG begrepen risico's uitgezonderd de aansprakelijkheid van de vervoerder, of
- artikel 23, lid 2, van Richtlijn 73/239/EEG,
in iedere andere lidstaat dan die waar zij haar erkenning heeft verkregen vrij een orgaan aanwijst (hierna: 'de schaderegelaar'). Dit orgaan wordt belast met de behandeling en de afwikkeling van vorderingen uit hoofde van ongevallen die zich hebben voorgedaan in een andere lidstaat dan die waar het slachtoffer woonachtig is en veroorzaakt worden door een voertuig dat bij de onderneming is verzekerd en is gestald in een andere lidstaat dan die waar het slachtoffer woonachtig is. De schaderegelaar is woonachtig of gevestigd in de lidstaat waar het slachtoffer woonachtig is.
2. Richtlijn 73/239/EEG wordt gewijzigd als volgt:
a) Artikel 8, lid 1, wordt aangevuld met het volgende:
"f) delen naam en adres mede van de schaderegelaar die zij in elke lidstaat aanwijzen, wanneer de te dekken risico's voorkomen in deel punt 10 A, van de bijlage.".
b) Artikel 23, lid 2, word aangevuld met het volgende:
"h) delen naam en adres mede van de schaderegelaar die zij in elke lidstaat aanwijzen, wanneer de te dekken risico's voorkomen in deel punt 10, A, van de bijlage.".
3. De schadereglaar vergaart alle nodige inlichtingen met betrekking tot dergelijke vorderingen en neemt alle vereiste maatregelen om de vordering te regelen in overeenstemming met de aanwijzingen van de betrokken verzekeraar, de voorschriften aangaande de verplichte aansprakelijkheidsverzekering, zoals bepaald in artikel 2, laatste alinea, van Richtlijn 90/232/EEG, en de nationale wettelijke aansprakelijkheidsregels die op het ongeval van toepassing zijn. Het vereiste van een schaderegelaar staat niet in de weg aan de rechtstreekse vordering van het slachtoffer of diens verzekeraar tegen te persoon die het ongeval heeft veroorzaakt of diens verzekeraar.
4. De schaderegelaar moet voldoende beroepskwalificaties bezitten. Hij moet over de nodige voorzieningen beschikken om de in dit artikel omschreven taken te verrichten.
5. De schaderegelaar beschikt over voldoende bevoegdheden om de onderneming te vertegenwoordigen ten aanzien van de personen die schade hebben geleden, om een vordering tot schadevergoeding in te stellen - daaronder begrepen om over te gaan tot bevrijdende betaling - en om de onderneming met betrekking tot deze vorderingen te vertegenwoordigen, voorzover dat in overeenstemming is met den Verdrag van Brussel van 27 september 1968 betreffende de rechterlijke bevoegdheid en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (8) en met de regels van internationaal privaatrecht betreffende de toewijzing van rechterlijke bevoegdheid en, zo nodig, te laten vertegenwoordigen voor de rechter en de autoriteiten van de lidstaten op wiens grondgebied hij de verzekeraar vertegenwoordigt.
6. De lidstaten moeten verplichtingen opleggen, onder bedreiging van sancties, teneinde te verzekeren dat, binnen drie maanden na kennisgeving door het slachtoffer van zijn verzoek tot schadevergoeding, direct aan de verzekeraar van de aansprakelijke partij of aan de schaderegelaar:
- de verzekeraar van de aansprakelijke of zijn schaderegelaar een voorstel tot schadeloosstelling voorlegt, ingeval de aansprakelijkheid en de omvang van de schade vaststaan;
- de verzekeraar tot wie het verzoek tot schadevergoeding is gericht, of zijn schaderegelaar een passend antwoord geeft op de eisen die in het schadevergoedingsverzoek zijn geformuleerd, ingeval de aansprakelijkheid niet duidelijk vaststaat en de geleden schade niet geheel is begroot.
7. Artikel 12 bis, lid 4, laatste alinea, van Richtlijn 88/357/EEG is van toepassing.
Artikel 4 - Voorlichtingscentrum
2. WA-motorrijtuigverzekeraars stellen het voorlichtingscentrum van de lidstaat van hun vestiging in kennis van de kentekens van in die lidstaten gestalde voertuigen waarvoor zij dekking bieden, het polisnummer en naam en adres van de verzekeringsnemer met betrekking tot deze voertuigen. Zij delen de voorlichtingscentra van andere lidstaten dienovereenkomstige inlichtingen mee betreffende voertuigen die in die andere lidstaten zijn gestald en die zij in het kader van de vrije dienstverrichting verzekeren, naast de naam en het adres van de in die lidstaat overeenkomstig artikel 3 aangewezen schaderegelaar.
3. De lidstaten verzekeren dat het slachtoffer van een ongeval dat zich heeft voorgedaan in een andere lidstaat dan die van zijn woonplaats, het recht heeft de voorlichtingscentra te verzoeken om inlichtingen aangaande de naam van de verzekeraar en het polisnummer, alsmede de naam van de schaderegelaar van die verzekeraar in het land van woonplaats van het slachtoffer. Ingeval het motorvoertuig niet geldig is verzekerd, deelt het voorlichtingscentrum het slachtoffer naam en adres van de eigenaar of van de gebruikelijke bestuurder mede.
Artikel 5 - Schadevergoedingsorgaan
Het schadevergoedingsorgaan in het land van woonplaats van het slachtoffer treedt op binnen een termijn van twee maanden volgend op de indiening door het slachtoffer van zijn verzoek tot schadevergoeding:
- als de verzekeraar van het voertuig dat het ongeval heeft veroorzaakt geen schaderegelaar heeft aangewezen overeenkomstig artikel 2 of
- als de verzekeraar of diens schaderegelaar geen voorstel tot schadeloosstelling heeft gedaan of geen met redenen omkleed antwoord heeft gegeven op de eisen die het slachtoffer in zijn schadevergoedingsverzoek heeft geformuleerd of dit verzoek zonder opgaaf van redenen heeft afgewezen, binnen drie maanden nadat het slachtoffer zijn schadevergoedingsverzoek hetzij direct aan de verzekeraar hetzij aan diens schaderegelaar heeft voorgelegd, rekening gehouden met de grenzen van de verzekeringsverplichtingen, zoals vastgesteld in artikel 2, laatste alinea, van Richtlijn 90/232/EEG, en met de op het ongeval van toepassing zijnde wettelijke aansprakelijkheidsregels.
Het schadevergoedingsorgaan in het land van woonplaats van het slachtoffer moet de verzekeraar van de aansprakelijke partij of diens schaderegelaar op de hoogte brengen van het feit dat het slachtoffer een schadevergoedingsverzoek heeft ingediend en dat het, binnen een termijn van twee maanden volgend op deze indiening, zal optreden.
2. Het schadevergoedingsorgaan dat instaat voor de vergoeding van het slachtoffer in zijn land van woonplaats heeft een verhaalsrecht tegen het schadevergoedingsorgaan in het land van vestiging van de verzekeraar, dat hem het gestorte bedrag binnen twee maanden na zijn verzoek tot terugbetaling moet terugstorten.
Vervolgens wordt het schadevergoedingsorgaan in het land van vestiging van de verzekeraar gesubrogeerd in de rechten van het slachtoffer tegen de aansprakelijke voor het ongeval of diens verzekeraar, voorzover het schadevergoedingsorgaan in het land van woonplaats van het slachtoffer de geleden schade heeft vergoed. Wanneer de vergoeding van het slachtoffer door de verzekeraar is vastgesteld in een rechterlijke uitspraak, een schuldbekentenis van de verzekeraar of een goedschikse regeling, kan de verzekeraar zich niet tegen de terugbetaling verzetten, tenzij hij bewijst dat het schadevergoedingsorgaan hem niet overeenkomstig lid 1 op de hoogte heeft gebracht of dat het de schadevorderingen verkeerdelijk heeft toegewezen of de schade te hoog heeft getaxeerd. Het schadevergoedingsorgaan in het land van woonplaats van het slachtoffer en in het land van vestiging van de verzekeraar kan ook terugbetaling van de redelijkerwijze gemaakte kosten verlangen.
3. Iedere lidstaat neemt de nodige maatregelen om de verzekeren dat het op zijn grondgebied gevestigde schadevergoedingsorgaan, binnen de in lid 2 voorgeschreven termijn, overgaat tot terugbetaling aan het in een andere lidstaat gevestigde schadevergoedingsorgaan dat het slachtoffer heeft vergoed van een ongeval veroorzaakt door een voertuig dat is verzekerd door een onderneming met hoofdkantoor in de eerste lidstaat, in de gevallen bedoeld in lid 1, alinea 2.
Artikel 6 - Niet geïdentificeerde verzekeraar
Artikel 7 - Omzetting
2. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de tekst van alle belangrijke wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen die zij op het door de richtlijn bestreken gebied aannemen.
Artikel 8 - Inwerkingtreding
Artikel 9 - Sancties
Artikel 10 - Geadresseerden
(1) PB L 103 van 2. 5. 1972, blz. 1.
(2) PB L 129 van 19. 5. 1990, blz. 33.
(3) PB L 172 van 4. 7. 1988, blz. 1.
(4) PB L 228 van 11. 8. 1992, blz. 1.
(5) PB C 308 van 20. 11. 1995, blz. 108.
(6) PB L 8 van 11. 1. 1984, blz. 17.
(7) PB L 228 van 16. 8. 1973, blz. 3.
(8) PB L 299 van 31. 12. 1972.