Artikelen bij COM(2002)13 - Verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende zaken, door middel van gemeenschappelijke minimumvoorschriften betreffende rechtsbijstand en andere financiële aspecten van civiele procedures - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2002)13 - Verbetering van de toegang tot de rechter bij grensoverschrijdende zaken, door middel van gemeenschappelijke ... |
---|---|
document | COM(2002)13 |
datum | 27 januari 2003 |
Inhoudsopgave
- Artikel 1 - Doelstellingen en toepassingsgebied
- Artikel 2
- Artikel 3 - Het recht op rechtsbijstand
- Artikel 4 - Verantwoordelijkheid voor de rechtsbijstand
- Artikel 5 - Vergoeding van de kosten die verband houden met het grensoverschrijdende karakter van het geschil
- Artikel 6 - Non-discriminatie
- Artikel 7 - Continuïteit van de rechtsbijstand
- Artikel 8 - Behandeling van de verzoeken
- Artikel 9 - indiening en verzending van verzoeken om rechtsbijstand
- Artikel 10 - Kennisgeving aan de Commissie
- Artikel 11 - Standaardformulier
- Artikel 12 - Spoedprocedure
- Artikel 13 - Voorwaarden inzake financiële middelen
- Artikel 14 - Voorwaarden die verband houden met de grond van de zaak
- Artikel 15 - Toepassing op rechtspersonen
- Artikel 16 - Buitengerechtelijke procedures
- Artikel 17 - Terugbetaling van de met het proces verband houdende kosten en het honorarium van de advocaat
- Artikel 18 - Informatie
- Artikel 19 - Gunstiger bepalingen
- Artikel 20
- Artikel 21
- Artikel 22
Artikel 1 - Doelstellingen en toepassingsgebied
De richtlijn heeft betrekking op alle civiele procedures, ongeacht de rechterlijke instantie die het geschil moet beslechten.
Artikel 2
Rechtsbijstand: alle middelen die iemand ter beschikking worden gesteld teneinde hem de daadwerkelijke toegang tot de rechter te garanderen ingeval zijn financiële middelen niet volstaan om de kosten van het geschil te dragen.
Civiele procedure: elk geschil op het gebied van het burgerlijk recht, met inbegrip van het handelsrecht, het arbeidsrecht en het consumentenrecht.
Kosten van het geschil: de met het proces verband houdende kosten en het honorarium van de advocaat.
Artikel 3 - Het recht op rechtsbijstand
Rechtsbijstand omvat met name de daadwerkelijke bijstand van een advocaat en/of een ander, bij wet tot vertegenwoordiging in rechte gemachtigd persoon, teneinde de betrokkene in de precontentieuze fase bij te staan en hem in rechte te vertegenwoordigen, alsook de vrijstelling of de vergoeding van de proceskosten.
De lidstaten kunnen de begunstigde van de rechtsbijstand ertoe verplichten deze bijstand aan het eind van de procedure geheel of gedeeltelijk terug te betalen ingeval zijn financiële toestand ondertussen merkbaar verbeterd is.
Artikel 4 - Verantwoordelijkheid voor de rechtsbijstand
Artikel 5 - Vergoeding van de kosten die verband houden met het grensoverschrijdende karakter van het geschil
Bij deze kosten gaat het met name om kosten van tolken en vertalingen en om reiskosten, voor zover de fysieke aanwezigheid van de betrokken partijen ter zitting verplicht is.
De lidstaat van verblijf van de aanvrager van de rechtsbijstand kent rechtsbijstand toe om de kosten te dekken die in die lidstaat worden gemaakt, in het bijzonder voor de bijstand van een lokale advocaat.
Artikel 6 - Non-discriminatie
Artikel 7 - Continuïteit van de rechtsbijstand
Het bepaalde in artikel 50 van Verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken, is van toepassing op exequaturprocedures .
De begunstigde blijft rechtsbijstand genieten ingeval tegen hem een rechtsmiddel wordt ingesteld. Indien de begunstigde een rechtsmiddel instelt, wordt het verzoek om rechtsbijstand opnieuw behandeld.
Artikel 8 - Behandeling van de verzoeken
Elk afwijzingsbesluit wordt met redenen omkleed.
De lidstaten voeren de mogelijkheid in om beroep in te stellen tegen een besluit waarbij het verzoek om rechtsbijstand wordt afgewezen.
Artikel 9 - indiening en verzending van verzoeken om rechtsbijstand
De bevoegde autoriteiten van de lidstaat van verblijf zenden dit verzoek binnen acht dagen aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaten waar het verzoek wordt behandeld.
Documenten die in het kader van deze richtlijn worden verzonden, hoeven niet te worden gelegaliseerd of aan soortgelijke formaliteiten te worden onderworpen.
De lidstaten vragen geen vergoeding voor de diensten die overeenkomstig lid 2 worden verleend.
De verzendende autoriteiten kunnen weigeren een kennelijk niet-ontvankelijk verzoek door te sturen, in het bijzonder wanneer het niet om een civiele procedure gaat.
De verzoeken om rechtsbijstand die overeenkomstig de procedure van deze richtlijn worden verzonden, worden gesteld in de taal van de ontvangende autoriteit of in een andere taal die door die autoriteit wordt geaccepteerd.
De bepalingen van deze richtlijn komen in de plaats van de Europese Overeenkomst inzake het verzenden van verzoeken om rechtsbijstand die in 1977 te Straatsburg is ondertekend, voor zover het de betrekkingen tussen de lidstaten betreft.
Artikel 10 - Kennisgeving aan de Commissie
De lidstaten dienen bij de Commissie de lijst in van de officiële talen van de Europese Unie waarin, naast de eigen taal of talen, de verzoeken om rechtsbijstand die naar de betrokken autoriteiten worden gezonden, mogen worden gesteld.
Artikel 11 - Standaardformulier
PB L 160 van 30 juni 2000, blz. 37
Artikel 12 - Spoedprocedure
Artikel 13 - Voorwaarden inzake financiële middelen
De lidstaten kunnen een inkomensgrens invoeren waarboven de aanvrager van de rechtsbijstand wordt geacht de kosten van het geschil zelf te kunnen dragen. Bij de vaststelling van deze inkomensgrens wordt rekening gehouden met verschillende objectieve criteria zoals de kosten van levensonderhoud en de proceskosten.
De aanvrager van de rechtsbijstand die niet voldoet aan de voorwaarden van het voorgaande lid, kan evenwel het bewijs leveren dat hij de kosten van het geschil niet kan dragen, met name als gevolg van de verschillen in de kosten van levensonderhoud tussen de lidstaat van verblijf en de lidstaat waar de zaak wordt behandeld, in welk geval hem rechtsbijstand wordt toegekend.
De aanvrager van de rechtsbijstand wordt geacht de kosten van het geschil te kunnen dragen indien hij in een bepaalde zaak een beroep kan doen op particuliere financieringsmechanismen op grond waarvan het honorarium van de advocaat niet verschuldigd is ingeval hij het proces verliest en de met het proces verband houdende kosten in dit geval door een derde worden gedragen.
Artikel 14 - Voorwaarden die verband houden met de grond van de zaak
Artikel 15 - Toepassing op rechtspersonen
Artikel 16 - Buitengerechtelijke procedures
Artikel 17 - Terugbetaling van de met het proces verband houdende kosten en het honorarium van de advocaat
De lidstaten kunnen uitzonderingen op dit beginsel invoeren teneinde een adequate bescherming van zwakke partijen te garanderen.
De lidstaten kunnen bepalen dat de terugbetaling niet verschuldigd is of voor rekening van de staat komt wanneer de in het ongelijk gestelde partij rechtsbijstand heeft genoten.
Artikel 18 - Informatie
Artikel 19 - Gunstiger bepalingen
Artikel 20
Artikel 21
In de bepalingen die de lidstaten aannemen of bij de officiële publicatie daarvan wordt naar deze richtlijn verwezen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de lidstaten.