Artikelen bij COM(2004)807 - Toestand van de landbouw in de EU - Verslag 2003 [SEC(2004) 1589]

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2004)807 - Toestand van de landbouw in de EU - Verslag 2003 [SEC(2004) 1589].
document COM(2004)807 NLEN
datum 20 december 2004
Avis juridique important

|
52004DC0807

Verslag van de Commissie - De toestand van de landbouw in de Europese Unie - Verslag 2003 [SEC(2004) 1589] /* COM/2004/0807 def. */


Brussel, 20.12.2004

COM(2004) 807 definitief

VERSLAG VAN DE COMMISSIE

De toestand van de landbouw in de Europese Unie Verslag 2003 [SEC(2004) 1589]

INLEIDING

Het verslag 2003 over de toestand van de landbouw in de Europese Unie is afgerond in maart 2004 en vormt een aanvulling op het algemeen verslag over de werkzaamheden van de Europese Unie. Begin 2004 is ook de afzonderlijke publicatie “Agriculture in the European Union – Statistical and economic information 2003” verschenen. De negen hoofdstukken van het onderhavige landbouwverslag geven een overzicht van de belangrijkste ontwikkelingen op landbouwgebied in het jaar 2003.

Eco NOMISCHE SITUATIE EN LANDBOUWINKOMENS

In het landbouwjaar 2003 nam zowel de plantaardige als de dierlijke productie af (met uitzondering van de productie van melk en varkensvlees). Gecorrigeerd voor inflatie, gaven de prijzen van de productiemiddelen met uitzondering van energie een daling te zien, terwijl de prijzen van de landbouwproducten over het geheel genomen onveranderd bleven. Het verloop van deze laatste prijzen verschilde echter sterk per sector (en ook per land), met stijgingen voor alle graansoorten, groenten en fruit, wijn, pluimveevlees en eieren en dalingen voor suikerbieten, aardappelen, varkensvlees en melk. Een en ander resulteerde in een zeer geringe stijging van het gemiddelde landbouwinkomen in de Unie als geheel.

Vooral dankzij dalende aardolieprijzen bleef de wereldeconomie in 2003 sterk groeien. In de Europese Unie daarentegen deed zich als gevolg van geopolitieke spanningen door de oorlog in Irak, moeilijkheden op de arbeidsmarkt, slecht presterende effectenbeurzen en onzekerheid over de toekomst van de socialezekerheidsstelsels pas in de tweede helft van het jaar een economische opleving voor, zodat de groei van het BBP over het jaar als geheel zeer beperkt bleef.

In de eerste acht maanden van 2003 was de totale waarde van de communautaire uitvoer van landbouwproducten 4% hoger dan in de overeenkomstige periode van 2002. Voor het merendeel van de producten waarvan interventievoorraden bestaan, daalden die voorraden in 2003.

BELEIDSONTWIKKELING EN REGELGEVINGSINITIATIEVEN IN 2003

De hervorming van het GLB

De ministers van Landbouw van de Europese Unie (EU) hebben in een vergadering van de Raad op 26 juni 2003 in Luxemburg een politiek akkoord bereikt over een fundamentele hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) op basis van de voorstellen() die de Commissie op 23 januari 2003 had ingediend. De basisregels voor de hervorming van het GLB zijn vervolgens vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad van 29 september 2003(). Deze hervorming, die in de komende twee jaar wordt uitgevoerd, schept een stabieler beleidskader voor de Europese landbouw.

De hoofdlijnen van het nieuwe GLB kunnen als volgt worden samengevat: voor de landbouwers in de EU wordt een bedrijfstoeslag ingevoerd die “ontkoppeld” is (d.w.z. losstaat) van de productie; de landbouwers zullen die bedrijfstoeslag en de andere rechtstreekse betalingen slechts volledig ontvangen als zij voldoen aan een reeks normen op het gebied van het milieu, de voedselveiligheid, de gezondheid van dieren en planten en het dierenwelzijn en als zij daarnaast ook hun landbouwgrond in een goede landbouw- en milieuconditie houden (“randvoorwaarden”); voor het beleid inzake plattelandsontwikkeling komen meer middelen beschikbaar dankzij de “modulatie” (financiële middelen worden overgeheveld van de rechtstreekse betalingen naar de plattelandontwikkeling); er komen nieuwe maatregelen die zijn gericht op milieuverbetering, kwaliteitsbevordering, verbetering van het dierenwelzijn en hulp aan landbouwers bij het voldoen aan nieuwe EU-normen; de interventieregeling in sectoren met een structureel verstoord marktevenwicht wordt ingrijpend hervormd; steunregelingen in andere sectoren worden aangepast; ten slotte wordt een regeling voor financiële discipline ingesteld.

Kwaliteitsbeleid

Er waren verbeteringen nodig in de regeling zoals ingesteld bij Verordening (EEG) nr. 2081/92 van de Raad() betreffende beschermde geografische aanduidingen (BGA’s) en beschermde oorsprongsbenamingen (BOB’s). Op 8 april 2003 is daartoe Verordening (EG) nr. 692/2003 van de Raad() aangenomen, waarmee voornamelijk wordt beoogd internationale overeenkomsten na te leven, de regeling open te stellen voor derde landen in ruil voor bescherming van BGA’s en BOB’s buiten het EU-gebied en een algemene verbetering van de regeling te bewerkstelligen. Er zijn 28 nieuwe beschermde productnamen in het register opgenomen, waardoor er nu in totaal 632 BGA’s en BOB’s zijn.

Biologische landbouw

De Commissie bereidt een Europees actieplan voor biologisch voedsel en biologische landbouw voor dat voorstellen zal bevatten voor toekomstige initiatieven om de verdere ontwikkeling van de biologische landbouw te bevorderen.

Afzetbevorderingsacties

Sinds de inwerkingtreding van de Verordeningen (EG) nr. 2702/1999() en (EG) nr. 2826/2000() heeft de Commissie 124 programma’s voor afzetbevordering goedgekeurd, waarvan er 30 op derde landen en 94 op de EU zelf zijn gericht. Voor de communautaire medefinanciering van een en ander is in totaal 105,7 miljoen euro beschikbaar gesteld, waarvan 22,7 miljoen euro voor de programma’s in derde landen.

Staatssteun

Op 23 december 2003 is de verordening van de Commissie betreffende staatssteun voor kleine en middelgrote ondernemingen die landbouwproducten produceren, verwerken en afzetten() aangenomen; deze verordening blijft van kracht tot eind 2006. Ook heeft de Commissie een ontwerp-verordening betreffende de-minimis steun in de landbouw- en visserijsector goedgekeurd.

In het geval van sommige nieuwe richtsnoeren inzake staatssteun heeft de behandeling van gemelde steunvoornemens bijgedragen tot de ontwikkeling van de beste aanpak om die richtsnoeren toe te passen. Het gaat met name om de staatssteun voor reclame voor landbouwproducten en om die voor TSE-tests(). In totaal heeft de Commissie 268 meldingen ontvangen van voornemens om in de landbouw en de agro-industrie staatssteun te verlenen.

Ultraperifere gebieden

De Commissie heeft de tenuitvoerlegging voltooid van de verordeningen waarbij de steunverlening aan de landbouw in de ultraperifere gebieden is hervormd.

Voorlichtingsacties op het gebied van het GLB

Ook in 2003 is net als in de voorgaande jaren van de lidstaten een groot aantal aanvragen om subsidie voor voorlichting over het GLB ontvangen. In november 2003 is in Salzburg (Oostenrijk) een belangrijke conferentie over plattelandsontwikkeling gehouden.

Informatie- en communicatietechnologie

In 2003 zijn de nodige investeringen gedaan om de informatiesystemen en –diensten van het DG Landbouw in stand te houden en verder te ontwikkelen. Zo zijn bijvoorbeeld de informatiesystemen op financieel gebied (AGREX, eFaudit , enz. ) aangepast met het oog op de toepassing van het nieuwe financieel reglement en de invoering per 1 januari 2004 van activiteitsgestuurde budgettering.

Raadgevende comités en betrekkingen met organisaties die belangengroepen vertegenwoordigen

In de circa 80 vergaderingen van raadgevende comités en werkgroepen daarvan die in 2003 hebben plaatsgevonden, heeft de Commissie overleg gepleegd met en informatie verstrekt aan de vertegenwoordigers van de betrokken belangengroepen. Het Europees Parlement is in 2003 gedurende 18 vergaderperioden in plenaire zitting bijeengekomen. Het DG Landbouw woonde die vergaderingen bij telkens wanneer onderwerpen werden besproken die voor het beleid van dit DG van belang waren. Voorbeelden zijn de aanneming van de EP-verslagen over de hervorming van het GLB in de plenaire vergadering van 26 mei 2003 en besprekingen in plenaire zitting van de aan de gang zijnde Doharonde in WTO-verband.

LANDBOUWMARKTEN

Plantaardige productie

Met het oog op een verdere hervorming van het GLB zoals afgesproken in juni 2003 heeft de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement een mededeling doen toekomen met als titel “Totstandbrenging van een duurzaam landbouwmodel voor Europa via het hervormde GLB – de sectoren tabak, olijfolie, katoen en suiker”().

In het kader van die mededeling heeft de Commissie onder meer een voorstel ingediend om de regeling voor olijfolie en tafelolijven met ingang van het verkoopseizoen 2004/2005 te hervormen. Voorts heeft de Raad in september 2003 specifieke verordeningen vastgesteld met betrekking tot de marktordeningen voor granen, rijst, gedroogde voedergewassen en melk en zuivelproducten(). Wat gedroogde voedergewassen betreft, gaat de door de Raad vastgestelde nieuwe steunregeling in op 1 april 2005, zodat in het verkoopseizoen 2004/2005 nog de oude regeling geldt.

In december 2003 zijn uitvoeringsbepalingen vastgesteld voor onder meer de nieuwe steunregeling voor energiegewassen die bestemd zijn voor de productie van biogrondstoffen, de opwekking van energie of verwarming().

De mondiale voorzieningsbalans voor suiker gaf in 2002/2003 alweer een overschot te zien. Hoewel de productie van bietsuiker in de EU sterk toenam, heeft rietsuiker zijn aanzienlijke aandeel in de wereldproductie gehandhaafd. In de EU zijn in 2002/2003 de quota als gevolg van de gestegen productie overschreden met maar liefst 4,2 miljoen ton. Die zogenoemde C-suiker moet zonder subsidie op de wereldmarkt worden afgezet.

In 2002 is een regeling ingesteld om de productie van zaaizaad te stabiliseren. Deze regeling is voor het eerst toegepast voor de productie in het verkoopseizoen 2002/2003. In het kader van de hervorming van het GLB van 2003 wordt de steun voor zaaizaad met ingang van het verkoopseizoen 2005/2006 in de nieuwe bedrijfstoeslagregeling geïntegreerd.

In 2003 is de Gemeenschap begonnen met een vereenvoudiging van de regelgeving voor verse en verwerkte groenten en fruit.

Om de betrokken gegevens te actualiseren en het beheer van de regeling voor bananen te vereenvoudigen is bij Verordening (EG) nr. 1439/2003 van de Commissie() bepaald dat de referentiehoeveelheden van de traditionele marktdeelnemers voor invoer in 2004 en 2005 worden berekend op basis van de invoercertificaten die zij hebben gebruikt in respectievelijk 2002 en 2003.

Verordening (EG) nr. 753/2002 van de Commissie van 29 april 2002 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad wat betreft de omschrijving, de aanduiding, de aanbiedingsvorm en de bescherming van bepaalde wijnbouwproducten(), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2086/2002(), is op 1 augustus 2003 in werking getreden. Bij Verordening (EG) nr. 670/2003 van 8 april 2003() heeft de Raad specifieke maatregelen betreffende de markt voor ethylalcohol uit landbouwproducten vastgesteld.

Dierlijke productie

In 2002 is de productie van rundvlees en melk en zuivelproducten in de EU toegenomen ondanks een daling van het aantal vleesrunderen en melkkoeien. Tijdens de BSE-crisis is circa 205 000 ton rundvlees, in hoofdzaak koeienvlees, uit de markt genomen op grond van de bijzondere opkoopregeling.

Tot nu toe zijn de rechtstreekse betalingen direct of indirect aan de productie gekoppeld. In het kader van de nieuwe landbouwhervorming zoals vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad() zijn in die opzet fundamentele wijzigingen aangebracht. Voorts heeft de Commissie bij Verordening (EG) nr. 1215/2003() voor de lidstaten de mogelijkheid geopend om onder bepaalde voorwaarden het gebruik van geautomatiseerde technieken voor de indeling van geslachte volwassen runderen toe te staan.

Op wereldniveau neemt de productie van pluimveevlees en eieren verder toe. In de EU is de productie van pluimveevlees in 2003 gedaald als gevolg van de vogelpest, de nitrofuraancrisis en een conjuncturele inkrimping van de productie in sommige lidstaten. Het aantal leghennen is in 2003 iets teruggelopen (ook als gevolg van de vogelpest) en daardoor is de productie van consumptie-eieren eveneens gedaald.

AGROMONETAIRE REGELING

De agromonetaire maatregelen die in 2003 werden genomen, zijn beperkt gebleven tot de toepassing van Verordening (EG) nr. 2799/98 van de Raad tot vaststelling van het agromonetaire stelsel voor de euro(). De enige compenserende steun waarover in 2003 nog besluiten moesten worden genomen, was die in het Verenigd Koninkrijk.

PLATTELANDSONTWIKKELING IN 2003

De programmering van de plattelandsontwikkeling voor de periode 2000–2006 omvat: 68 door het EOGFL-Garantie medegefinancierde programma’s voor plattelandsontwikkeling (PPO’s), voorts door het EOGFL-Oriëntatie medegefinancierde maatregelen voor plattelandsontwikkeling in 69 programma’s voor doelstelling 1-regio’s en ten slotte door het EOGFL-Garantie medegefinancierde maatregelen voor plattelandsontwikkeling in 20 programma’s voor doelstelling 2-zones.

In 2003 heeft de Gemeenschap 6 871 miljoen euro uitgegeven voor plattelandsontwikkeling: 4.705 miljoen euro uit het EOGFL-Garantie (periode oktober 2002 – oktober 2003) en 2 166 miljoen euro uit het EOGFL-Oriëntatie (kalenderjaar 2003). De Commissie heeft in 2003 haar goedkeuring gehecht aan wijzigingen van 33 programma’s voor plattelandsontwikkeling (PPO’s) en aan 73 LEADER+-programma’s voor de periode 2000–2006. Van de 938 plaatselijke groepen (PG’s) die naar verwachting subsidie zullen ontvangen, waren er eind december 2003 853 geselecteerd.

MILIEU EN BOSSEN

In 2003 heeft de Commissie onder meer een tussentijds verslag over het project IRENA() uitgebracht, de tenuitvoerlegging voortgezet van het “Biodiversiteitsactieplan voor de landbouw”() en een voorstel aangenomen voor een verordening van de Raad tot vaststelling van een communautair programma inzake de instandhouding, de karakterisering, de verzameling en het gebruik van genetische hulpbronnen in de landbouw().

In het kader van de bescherming van de bossen tegen luchtverontreiniging() is de Commissie doorgegaan met het beheer van de projecten en nationale programma’s uit 2000, 2001 en 2002. De resultaten zijn toegelicht in de serie rapporten ”The Condition of Forests in Europe” (de toestand van de bossen in Europa). Ook wat de bescherming van de communautaire bossen tegen brand() betreft, is de Commissie doorgegaan met het beheer van de projecten en nationale programma’s uit 2000, 2001 en 2002. De resultaten zijn opgenomen in het verslag aan de Raad en het Europees Parlement over de werkzaamheden in de periode 1992–2002.

FINANCIERING VAN HET GLB IN 2003

De uitgaven voor het GLB worden gefinancierd binnen het kader van de financiële vooruitzichten die in 1999 op de top van Berlijn zijn bepaald en eind 2002 op de top van Kopenhagen zijn aangepast om rekening te houden met de financiële gevolgen van de uitbreiding.

Op de algemene begroting 2003 waren voor de afdeling Garantie van het EOGFL kredieten uitgetrokken ten bedrage van in totaal 44 780,5 miljoen euro (inclusief 18 miljoen euro aan voorzieningen voor de landbouw – hoofdstuk B0-40)(). Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 2040/2000 van de Raad van 26 september 2000 betreffende de begrotingsdiscipline is de monetaire reserve met ingang van het begrotingsjaar 2003 afgeschaft. De uitgaven uit het EOGFL-Garantie in 2002 kunnen als volgt worden uitgesplitst: uitvoerrestituties (3 432,3 miljoen euro); openbare en particuliere opslag (1 163,1 miljoen euro); uit de markt nemen van producten en soortgelijke maatregelen (831,9 miljoen euro); rechtstreekse betalingen() (28 800,8 miljoen euro); andere interventiemaatregelen in het kader van de gemeenschappelijke marktordeningen (3 479,4 miljoen euro); overige uitgaven, hoofdzakelijk voor plattelandsontwikkeling (5 506,7 miljoen euro).

In de programmeringsperiode 2000–2006 is de communautaire steun aan de plattelandsgebieden niet afgenomen, maar er heeft wel een verschuiving plaatsgevonden wat de financieringsbron betreft. Sommige maatregelen die vroeger door de afdeling Oriëntatie van het EOGFL werden gefinancierd, komen nu namelijk voor rekening van de afdeling Garantie. Het betreft de steun voor verbetering van de landbouwstructuur en diversificatie op het platteland buiten de doelstelling 1-regio’s en de compenserende vergoedingen in de probleemgebieden.

Het gevoerde marktbeleid wordt geëvalueerd. Zo werden in 2003 evaluaties van de gemeenschappelijke marktordeningen voor tabak en olijfolie voltooid. Voor wijn werd een contract ondertekend en voor bananen werd een aanbesteding gepubliceerd. Er werd veel vooruitgang geboekt bij de voorbereidende werkzaamheden voor evaluaties met betrekking tot varkensvlees, eieren en slachtpluimvee en de milieueffecten van de gemeenschappelijke marktordeningen voor blijvende teelten. Ook het beleid inzake plattelandsontwikkeling wordt geëvalueerd en op dat gebied werden in 2003 vier evaluatiestudies afgerond (de Verordeningen (EG) nr. 950/97 en (EG) nr. 951/97, doelstelling 5b en LEADER II).

UITBREIDING

Met de tien toetredende landen werd verder gesproken over de uitvoering van de resultaten van de onderhandelingen, die in december 2002 waren afgerond tijdens de vergadering van de Europese Raad in Kopenhagen. De onderhandelingen met Bulgarije en Roemenië en de pretoetredingswerkzaamheden met betrekking tot Turkije werden voortgezet, terwijl ook werd begonnen met de voorbereiding van het advies van de Commissie over de toetreding van Kroatië.

Alle landen die voor SAPARD-steun in aanmerking kwamen, hebben in 2003 de betrokken programma’s verder uitgevoerd. In april heeft de Raad Verordening (EG) nr. 1268/1999 van 21 juni 1999 betreffende SAPARD gewijzigd. Eind december 2003 hadden de SAPARD-organen in totaal 1 214 miljoen euro aan communautaire steun (cumulatief bedrag) vastgelegd ten behoeve van de begunstigden.

INTERNATIONALE BETREKKINGEN

Internationale organisaties en overeenkomsten

De EU heeft ook in 2003 deelgenomen aan vergaderingen van verschillende internationale organisaties zoals bijvoorbeeld:

de Wereldhandelsorganisatie (WTO); met name heeft de EU op de ministeriële conferentie in Cancún beklemtoond dat de multilaterale besprekingen in WTO-verband voor haar een prioriteit blijven;

de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO); in deze organisatie werd aandacht besteed aan bepaalde aspecten van handelsverstoring, waarbij studies werden voortgezet over het van de productie ontkoppelen van steun en over de invloed van risicobeperkende steun op productiebeslissingen.

De geldigheidsduur van het Voedselhulpverdrag en het Graanhandelsverdrag werd verlengd tot en met 30 juni 2005. De geldigheidsduur van de Internationale Suikerovereenkomst werd verlengd tot en met 31 december 2005. De geldigheidsduur van de Internationale Overeenkomst voor olijfolie en tafelolijven werd verlengd tot en met 31 december 2004.

Handelsbetrekkingen op bilaterale en regionale basis

In 2003 heeft de Commissie deelgenomen aan bijvoorbeeld de volgende vergaderingen:

een vergadering met de ACS-Raad van ministers in oktober;

twee vergaderingen met het Gemengd Landbouwcomité dat eind 2002 is opgericht op grond van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de handel in landbouwproducten;

de conferentie op hoog niveau over landbouwsamenwerking die eind 2003 in Peking is gehouden in het kader van de Ontmoeting Azië-Europa (ASEM).

Voorts zijn in het kader van het proces van Barcelona nieuwe associatieovereenkomsten ondertekend met alle landen van het Midden-Oosten en het Middellandse-Zeegebied. Ook zijn bijvoorbeeld besprekingen gevoerd met Mexico (over de Mexicaanse norm voor tequila) en met Chili (over aanpassingen van de associatieovereenkomst).

De bilaterale betrekkingen op landbouwgebied met Rusland werden geïntensiveerd in het kader van de Partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst en ook bij de voorbereiding van de toetreding van Rusland tot de WTO. Wat de andere nieuwe onafhankelijke staten betreft, zijn de vooruitzichten voor uitbreiding van de betrekkingen op landbouwgebied beperkt.


COM(2003) 23 definitief.

PB L 270 van 21.10.2003, blz. 1.

PB L 53 van 24.2.1998, blz. 26.

PB L 99 van 17.4.2003, blz. 1.

PB L 327 van 21.12.1999, blz. 7.

PB L 328 van 23.12.2000, blz. 2.

PB L 1 van 3.1.2004, blz. 1.

Communautaire richtsnoeren inzake staatssteun betreffende TSE-tests, gestorven dieren en slachthuisafval (PB C 324 van 24.12.2002).

COM(2003) 554.

PB L 270 van 21.10.2003.

Verordening (EG) nr. 2237/2003 van de Commissie van 23 december 2003 houdende uitvoeringsbepalingen voor bepaalde steunregelingen die zijn ingesteld bij titel IV van Verordening (EG) nr. 1782/2003 van de Raad tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot vaststelling van bepaalde steunregelingen voor landbouwers.

PB L 204 van 13.8.2003, blz. 30.

PB L 118 van 4.5.2002, blz. 1.

PB L 321 van 26.11.2002, blz. 8.

PB L 97 van 15.4.2003, blz. 6.

PB L 270 van 21.10.2003, blz. 1.

PB L 169 van 8.7.2003, blz. 32.

PB L 349 van 24.12.1998, blz. 1.

IRENA is het acroniem van “Indicators Report on the integration of Environmental concerns into Agriculture policy” (rapportage aan de hand van indicatoren over de integratie van milieuaspecten in het gemeenschappelijk landbouwbeleid).

COM(2001) 162 definitief, deel III.

COM(2003) 817 definitief.

Verordening (EEG) nr. 3528/86 van de Raad (PB L 326 van 21.11.1986, blz. 2. Bijzondere uitgaven in het Fins en in het Zweeds Hoofdstuk 3, Deel 22, blz. 59).

Verordening (EEG) nr. 2158/92 van de Raad (PB L 217 van 31.7.1992, blz. 3. Bijzondere uitgaven in het Fins en in het Zweeds Hoofdstuk 3, Deel 44, blz. 3).

De monetaire reserve, in 2002 nog 250 miljoen euro (titel B1-6), is afgeschaft.

Rechtstreekse betalingen zoals gedefinieerd in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 1259/1999 van 17 mei 1999 (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 113).