Artikelen bij COM(2006)319 - Naar een duurzame Europese wijnsector

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2006)319 - Naar een duurzame Europese wijnsector.
document COM(2006)319 NLEN
datum 22 juni 2006
Belangrijke juridische mededeling

|
52006DC0319


[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 22.06.2006

COM(2006) 319 definitief

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT

Naar een duurzame Europese wijnsector {SEC(2006) 770SEC(2006) 780}

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT

Naar een duurzame Europese wijnsector

ACHTERGROND

In deze mededeling wordt een initiatief van de Commissie behandeld dat een voortzetting vormt van de opeenvolgende hervormingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) in 2003, 2004 en 2005. Die hervormingen betroffen alle belangrijke sectoren behalve de sectoren wijn en groenten en fruit. Het toenemende gebrek aan evenwicht tussen vraag en aanbod in de wijnsector en de steeds grotere uitdagingen die zich op de Europese en de internationale wijnmarkt voordoen, vereisen een hervorming in de wijnsector. In de richting van de noodzaak van een dergelijke hervorming wijzen ook het communautaire beleid inzake duurzame ontwikkeling dat de Europese Raad in Göteborg heeft afgesproken, het communautaire beleid inzake vergroting van het concurrentievermogen in het kader van een nieuwe start voor de Lissabon-strategie en het communautaire beleid inzake vereenvoudiging en betere regelgeving bij het GLB.

De Europese Unie (EU) neemt in de wereld de eerste plaats in op het gebied van de productie, het verbruik, de uitvoer en de invoer van wijn. Wat kwaliteit betreft, is haar reputatie in de hele wereld gevestigd. Dit is te danken aan een eeuwenlange productie van kwaliteitswijn die consumenten overal ter wereld producten van uitstekende kwaliteit heeft verschaft. Bovendien bezit de wijnbouw een hoge landschappelijke waarde en maakt hij een rendabel gebruik mogelijk van grond die anders misschien zou worden verlaten. Beide aspecten zijn gunstig voor het milieu, op voorwaarde dat bij de productie ook rekening wordt gehouden met het milieu.

De wijnsector in de EU betekent een economische activiteit van vitaal belang, vooral wat werkgelegenheid en exportopbrengsten betreft. De wijnproductie werd in 2004 beoefend op meer dan 1,5 miljoen bedrijven, die daarvoor 3,4 miljoen ha (2% van het landbouwareaal van de EU-25) gebruikten, en was in dat jaar goed voor 5,4% van de waarde van de landbouwproductie. Dit laatste aandeel bedraagt in Frankrijk, Italië, Oostenrijk, Portugal, Luxemburg en Slovenië circa 10% en in Spanje iets minder.

Bij Verordening (EG) nr. 1493/1999 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt (GMO voor wijn) is een ingewikkelde EU-regeling vastgesteld op het gebied van met name het productiepotentieel, de marktmechanismen, wijnbereidingsprocédés, de indeling van wijnen, de etikettering en de handel. Aanvullende regels op nationaal en regionaal niveau dragen nog aan de onduidelijkheid bij. Dit laatste is een gevolg van de subsidiariteit, maar vereenvoudiging en doorzichtigheid zijn ook legitieme doelstellingen.

Vele steunregelingen zijn al enige jaren ongewijzigd gebleven en dit geldt ook voor het steunniveau in het kader van die regelingen. Alle uit de Gemeenschapsbegroting gefinancierde maatregelen moeten worden herzien, vooral wegens de toenemende tendens naar crisisdistillatie niet alleen voor tafelwijn maar ook voor in bepaalde gebieden voortgebrachte “kwaliteitswijn” (v.q.p.r.d.). Crisisdistillatie placht een uitzondering te zijn, maar wordt steeds meer een gewone maatregel. In drie van de afgelopen vijf jaren is crisisdistillatie toegepast. Verscheidene lidstaten hebben er in het wijnoogstjaar 2005/2006 voor aanzienlijke hoeveelheden tafelwijn en “kwaliteitswijn” om verzocht ondanks een daling van de productie met 11%. Daarom moet ervoor worden gezorgd dat het toekomstige beleid kosteneffectief is en dat het geld goed wordt besteed. Bovendien is uit het oogpunt van de volksgezondheid bezorgdheid geuit over het feit dat subsidies voor distillatie tot drinkalcohol kunstmatig de prijs verlagen van wijn-eau-de vie, die een hoog alcoholgehalte heeft.

Met het oog op synergie met het communautaire beleid op andere terreinen is een effectbeoordeling uitgevoerd die betrekking heeft op de mogelijke opties voor een nieuw communautair beleid voor de wijnsector. Die effectbeoordeling, waaraan alle relevante diensten van de Commissie hebben meegewerkt, wordt tegelijk met de onderhavige mededeling ingediend.

Door middel van een seminar over wijn ten behoeve van de belanghebbende partijen op 16 februari 2006 heeft de Commissie de aanzet gegeven tot een publiek debat over het toekomstige beleid. De documenten van het seminar zijn beschikbaar op de website van de Commissie. Ook de Raadgevende Groep Wijn heeft de mogelijke hervormingsscenario’s besproken. Bovendien zijn talrijke bilaterale vergaderingen belegd met allerlei belanghebbenden.

HUIDIGE SITUATIE OP EN VERWACHTINGEN VOOR DE MIDDELLANGE TERMIJN VOOR DE WIJNMARKT

Sinds 1975/1976 wordt het Europese probleem van de overproductie aangepakt met een beleid waarbij het productiepotentieel wordt beperkt en de definitieve stopzetting van de wijnbouw op percelen wordt bevorderd. Dit beleid heeft bijgedragen tot een daling van het wijnbouwareaal van 4,5 miljoen ha in 1976 tot 3,2 miljoen ha in 2005. Sinds 1996 heeft de facultatieve toepassing van de rooiregeling door de lidstaten er echter toe geleid dat minder gebruik van die regeling wordt gemaakt. Deze gang van zaken, gecombineerd met de toewijzing van nieuwe-aanplantrechten, heeft de eerdere resultaten nagenoeg weer ongedaan gemaakt. In de afgelopen vijf wijnoogstjaren schommelde de wijnproductie in de EU-25 tussen 166 en 196 miljoen hl. Het aandeel van v.q.p.r.d. in de totale wijnproductie van de EU is toegenomen en is tegenwoordig bijna even groot als dat van tafelwijn.

Het verbruik van wijn in de EU is in de afgelopen decennia voortdurend sterk gedaald. Deze tendens betrof vooral tafelwijn, terwijl het verbruik van v.q.p.r.d. toeneemt zodat het aandeel van beide categorieën nu bijna even groot is.

Sinds 1996 is de omvang van de invoer van wijn in de EU-25 met 10% per jaar gestegen tot bijna 11,8 miljoen hl in 2005. De zogenoemde wijnen uit de “nieuwe wereld” hebben een aanzienlijk marktaandeel veroverd op de wijnen uit de EU. De omvang van de uitvoer van wijn uit de EU is sinds 1996 gestegen, maar in een veel trager tempo dan die van de invoer, en wel tot circa 13,2 miljoen hl in 2005. Over het geheel genomen blijft de EU een netto-exporteur van wijn.

De vooruitzichten voor de wijnsector van de EU op middellange termijn, namelijk voor de periode tot en met 2010/2011, zijn als volgt wanneer wordt uitgegaan van een ongewijzigde GMO voor wijn en van de verwachte tendensen wat de dynamiek van de productie, het verbruik en de handel betreft: de overproductie van wijn zal stijgen tot 27 miljoen hl (15% van de productie) of, als de met steun tot drinkalcohol gedistilleerde hoeveelheden niet als overschotten worden beschouwd, tot 15 miljoen hl (8,4% van de productie). Bij tafelwijn vormen de overschotten een bijzonder ernstig probleem, maar ook bij v.q.p.r.d. is de situatie verslechterd. De voorzieningsbalans voor wijn voor de EU-27 is behandeld in de effectbeoordeling.

DE HUIDIGE GMO VOOR WIJN

De GMO voor wijn is georganiseerd op basis van een alomvattend maar complex samenstel van beleidsinstrumenten. Voor het beheer van het productiepotentieel zijn er drie maatregelen: enerzijds beperking van de aanplantrechten en anderzijds ondersteuning van structurele verbeteringen via (a) een regeling voor permanente stopzetting van de wijnbouw en (b) programma’s voor herstructurering/omschakeling die erop zijn gericht kwaliteit en hoeveelheid aan te passen aan de consumentenvraag. De beperkingen van de aanplantrechten, inclusief een verbod op nieuwe aanplant, zijn geldig tot en met 31 juli 2010.

De maatregelen voor de interne markt omvatten traditionele maatregelen zoals de crisisdistillatie van overtollige wijn en de distillatie van overtollige wijn die is verkregen uit druiven voor dubbel gebruik. Het doel is de prijsdalingen te beperken. Voorts is er de verplichte distillatie van wijnmoer en druivendraf, dit zijn bijproducten van de wijnbereiding, om een te intense persing van de druiven te voorkomen en de wijnkwaliteit te verbeteren. Ten slotte is er de distillatie van tafelwijn tot drinkalcohol voor gebruik bij de bereiding van geestrijke dranken, met welke maatregel wordt beoogd bepaalde delen van de sector drinkalcohol als traditionele afzetmarkt voor wijn te behouden.

Om marktverstoringen en de gevolgen daarvan te voorkomen wordt steun betaald voor de tijdelijke particuliere opslag van wijn en druivenmost. Bovendien is steun beschikbaar ter bevordering van alternatieve gebruiksmogelijkheden van druivenmost, met name het gebruik ervan voor verrijking en voor de bereiding van druivensap. De GMO omvat tevens traditionele handelsinstrumenten zoals rechten, restituties en certificaten. Ook zijn overeenkomsten gesloten met derde landen.

De GMO voor wijn bestaat in tegenstelling tot de meeste andere GMO’s uit een volledig samenstel van voorschriften op het gebied van definities, v.q.p.r.d. en tafelwijn met geografische aanduiding, wijnbereidingsprocédés en etikettering, waardoor de consumenten een eerlijk en doorzichtig kwaliteitsniveau wordt gegarandeerd.

PROBLEMEN MET DE HUIDIGE GMO EN VERANDERENDE OMSTANDIGHEDEN

Marktsituatie

- Het verbruik van wijn in de EU daalt met ongeveer 750.000 hl of 0,65% per jaar.

- De consumptiepatronen in het algemeen en die voor wijn in het bijzonder zijn net als de leefstijlen aan het veranderen.

- Het structurele overschot wordt geraamd op ongeveer 15 miljoen hl wijn, wat overeenkomt met ongeveer 8,4% van de wijnproductie van de EU-27.

- Interventie in de vorm van distillatie is nodig om elk jaar ongeveer 15% van de wijnproductie weg te werken.

- De wijnvoorraden zijn groter dan de jaarproductie en nemen verder toe, waarbij nauwelijks te verwachten valt dat voor die voorraden afzet kan worden gevonden. Dit veroorzaakt een neerwaartse druk op de prijzen en de producenteninkomens.

- De invoer stijgt sneller dan de uitvoer, het verschil wordt kleiner en wellicht zal de invoer binnenkort de uitvoer overtreffen. De wereldhandel in wijn is reeds sterk geliberaliseerd, waarbij de EU-invoerrechten voor wijn laag zijn.

- De stijging van de productie en verkoop van wijn uit de “nieuwe wereld” vestigt er de aandacht op dat de wijnproducenten in de EU concurrerender moeten worden.

Regulering van het productiepotentieel

- Het aanplantverbod is slechts in beperkte mate succesvol bij het aan banden leggen van het productiepotentieel doordat extra nieuwe-aanplantrechten worden toegekend en doordat in sommige lidstaten de fysieke opbrengsten stijgen.

- Aanplantrechten verhogen de productiekosten en remmen de rationalisatie van de structuur van de bedrijven af, waardoor het concurrentievermogen minder wordt.

- Derde landen passen geen dergelijke aanplantbeperkingen toe.

- De herstructurerings- en omschakelingsregeling heeft het producenten mogelijk gemaakt om hun product te verbeteren tot “kwaliteitswijn”, maar zou ook tot een stijging van de productie kunnen leiden. Niet uitgesloten is dat de regeling soms wordt gebruikt voor een normale vernieuwing, wat niet in overeenstemming zou zijn met het doel ervan.

- Sinds 1996 is nauwelijks nog gebruik gemaakt van de rooiregeling.

- Na vele jaren hebben sommige lidstaten nog steeds geen werk gemaakt van de behandeling van bepaalde zogenoemde onregelmatige wijngaarden (aangeplant vóór 1 september 1998) of van de rooiing van bepaalde zogenoemde illegale wijngaarden (aangeplant op of na 1 september 1998). De oppervlakten waarvoor regularisatie is geweigerd, en die waarvoor het onderzoek nog loopt, bedragen circa 68.100 ha of circa 2% van het totale wijnbouwareaal van de EU-25.

Marktondersteuningsmaatregelen

- Marktondersteuningsmaatregelen in de vorm van distillatie zijn niet erg doeltreffend waar het gaat om het veiligstellen van het inkomen van de wijnbouwers, en fungeren als een permanente afzetmogelijkheid die een onverkoopbaar overschot in stand houdt.

- De crisisdistillatie, die bedoeld is om conjuncturele overschotten aan te pakken, wordt als een structurele maatregel gebruikt en wordt nu ook toegepast voor “kwaliteitswijn”.

- De steunregeling voor particuliere opslag is een structurele maatregel geworden. Opslagkosten voor wijn zouden moeten worden gedragen door het bedrijfsleven.

Wijnbereidingsprocédés, geografische aanduidingen en etikettering

- De strakke procedures voor de goedkeuring en aanpassing van de wijnbereidingsprocédés doen afbreuk aan het concurrentievermogen.

- De verordeningen van de EU zijn te ingewikkeld, vooral op het gebied van de definities, de wijnbereidingsprocédés en de indeling, die onderscheid maakt tussen v.q.p.r.d., tafelwijn met geografische aanduiding en gewone tafelwijn.

- Wat v.q.p.r.d. betreft, bestaat er geen kwaliteitsconcept op internationaal niveau en wordt in de communautaire regelgeving ook niet verwezen naar het begrip “geografische aanduiding” zoals gedefinieerd in de overeenkomst inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom (TRIPs-overeenkomst) van de WTO. Bovendien is er in de afgelopen decennia een toeneming geweest van het aantal v.q.p.r.d.’s en tafelwijnen met geografische aanduiding, wat verwarring schept bij de consument, het communautaire beleid inzake geografische aanduidingen uit de EU zelf en uit derde landen verzwakt en bijdraagt tot de achteruitgang van de marktsituatie.

- Over de etikettering kan het volgende worden opgemerkt:

- de consumenten raken in de war door wijnetiketten die het gevolg zijn van complexe regelgeving, waarbij het gaat om een mengsel van juridische instrumenten die leiden tot een verschillende behandeling enerzijds van onderscheiden wijncategorïeën, en anderzijds ook van bepaalde aanduidingen afhankelijk van het product;

- sommige niet-flexibele etiketteringsvoorschriften bemoeilijken de afzet van Europese wijnen. Een belangrijk nadeel is het verbod om het oogstjaar en het druivenras te vermelden op tafelwijn zonder geografische aanduiding;

- derde landen uiten regelmatig kritiek op het Europese etiketteringsbeleid, meer in het bijzonder ten aanzien van de verkoopbenaming (bijvoorbeeld v.q.p.r.d., tafelwijn met geografische aanduiding en tafelwijn), het gebruik van facultatieve vermeldingen, het reserveren van flesvormen voor bepaalde producten en het beleid inzake traditionele aanduidingen. In dit verband dient bij de herziening van de etiketteringsvoorschriften rekening te worden gehouden met het effect ervan op de invoer uit derde landen en met de internationale verplichtingen van de EU.

- Volgens een onafhankelijke analyse zouden een passende liberalisering van de wijnbereidingsprocédés in overeenstemming met de regels van de internationale organisatie voor wijnbouw en wijnbereiding (OIV) en een meer consumentgerichte etikettering het de wijnproducenten in de EU mogelijk maken hun afzetmarkten uit te breiden en hun marketing te verbeteren, waardoor zij concurrerender zouden worden en de structurele onevenwichtigheden zouden afnemen.

Gezondheid en leefstijl

De laatste jaren is de bezorgdheid gegroeid over de stijgende tendens die zeer riskant alcoholverbruik door jongeren laat zien. Op de gezondheid van ouderen blijkt alcohol echter gunstige effecten te hebben. Informatie over de voordelen van een matig en verantwoord wijnverbruik en over de schade die door alcohol kan worden aangericht, moet worden verstrekt aan alle betrokkenen. Dit moet in het communautaire beleid tot uiting komen.

DOELSTELLINGEN VOOR EEN NIEUW WIJNBELEID VAN DE EU

Tegen deze achtergrond moet de toekomstige regeling de producenten duurzaamheid garanderen en zorgen voor een soepele integratie van Bulgarije en Roemenië en voor de volledig nakoming van onze internationale verplichtingen. De wijnsector van de EU produceert de beste wijn ter wereld en beschikt over een enorm potentieel dat op duurzame wijze verder ontwikkeld dient te worden. Het beleid moet ook op veranderende omstandigheden reageren met het doel:

- de wijnproducenten in de EU concurrerender te maken, de reputatie te versterken dat kwaliteitswijn uit de EU de beste ter wereld is, en oude markten te heroveren en nieuwe markten te veroveren in de EU en de rest van de wereld;

- een wijnregeling in te stellen waarbij met duidelijke en eenvoudige regels wordt gewerkt en die doeltreffende regels bevat om vraag en aanbod met elkaar in evenwicht te brengen;

- een wijnregeling in te stellen die de beste tradities van de wijnproductie in de EU behoudt, het sociale weefsel in vele plattelandsgebieden versterkt en ervoor zorgt dat bij alle productie rekening wordt gehouden met het milieu.

Bij het nieuwe wijnbeleid van de EU moet ook de nodige aandacht worden geschonken aan de toegenomen bezorgdheid van de samenleving wat de bescherming van de gezondheid en van de consument betreft.

BIJ DE EFFECTBEOORDELING GEËVALUEERDE OPTIES DIE GEEN ADEQUATE OPLOSSING BIEDEN

Met inachtneming van de situatie in de sector en van de te bereiken beleidsdoelstellingen heeft de Commissie vier mogelijke opties voor de hervorming van de GMO voor wijn in overweging genomen. Drie van die opties – handhaving van de status-quo, hervorming van de GMO voor wijn volgens het bij de hervorming van het GLB gehanteerde model en een volledige deregulering – bieden geen adequate antwoorden op de problemen, de behoeften en de bijzondere kenmerken van de wijnsector.

Status-quo met eventueel enige beperkte aanpassingen

Gezien de ernstige problemen bij de huidige GMO waar het gaat om:

- het bereiken van een beter marktevenwicht,

- een correcte toepassing van de regels in sommige lidstaten, met name wat de aanplantbeperkingen betreft, en

- de inpassing in het hervormde GLB,

zou een louter cosmetische wijziging economisch noch politiek duurzaam zijn.

De huidige GMO heeft de overschotten niet weggewerkt en heeft evenmin een antwoord geboden op andere problemen, waaronder met name het verlies aan concurrentievermogen zoals dit duidelijk blijkt uit de verzoeken om toepassing van crisisdistillatie en uit het toenemende marktaandeel in de EU van wijnen uit derde landen. Onder de verschillende belanghebbenden bestaat een brede consensus dat belangrijke veranderingen noodzakelijk zijn.

Hervorming volgens het bij de hervorming van het GLB gehanteerde model

De belangrijkste innovatie bij de hervorming van het GLB bestaat erin dat rechtstreekse betalingen zijn ontkoppeld van de aard van de productie door de invoering van een bedrijfstoeslagregeling. Belangrijke voordelen zijn de flexibiliteit voor de landbouw, de marktgerichtheid en het WTO-vriendelijke karakter van de betrokken steun doordat deze tot de 'groene box' wordt gerekend. Een mogelijke koers voor de hervorming zou zijn het budget voor de GMO voor wijn volledig of gedeeltelijk om te zetten in rechtstreekse betalingen voor wijngaarden, die dan zouden kunnen worden opgenomen in de bedrijfstoeslagregeling. Verdere voordelen daarvan zouden zijn dat een belangrijke vereenvoudiging wordt gerealiseerd en dat de randvoorwaarden gaan gelden voor alle wijnbouwers. Anders dan in andere sectoren zou er echter geen duidelijke billijke manier zijn om de toeslagrechten in het kader van de bedrijfstoeslagregeling te verdelen.

Uitgaande van het beschikbare budget, zou het mogelijke bedrag van de ontkoppelde betaling zeer laag zijn voor een blijvende teelt en waarschijnlijk voor vele wijnbouwers het verlies van de marktsteun niet compenseren.

Afschaffing van de marktmaatregelen, gecombineerd met ontkoppelde inkomenssteun, verschuift de verantwoordelijkheid voor de aanpassing aan een veranderde marktsituatie volledig naar de producenten. Een consequente toepassing van alleen dit systeem zou leiden tot een marktevenwicht, doch pas op middellange tot lange termijn en waarschijnlijk pas na een grote crisis in de sector die tot een massaal aanpassingsproces zou leiden.

Deregulering van de wijnmarkt

De optie van een volledige deregulering zou inhouden dat alle beleidsinstrumenten voor het beheer van het productiepotentieel en van de markt worden afgeschaft. Instrumenten zoals het verbod op nieuwe aanplant, de rooiregeling, het herstructurerings- en omschakelingsbeleid en alle marktmaatregelen zouden worden afgeschaft, wat tot een volledige liberalisering van de sector zou leiden. Het budget zou hetzij komen te vervallen, hetzij worden overgeheveld naar de tweede pijler voor het algemene plattelandsontwikkelingsbeleid.

De harde aanpassing waartoe de onmiddellijke toepassing van dit beleid en het ontbreken van begeleidende structurele maatregelen zouden noodzaken, zou op korte termijn ernstige negatieve economische en sociale gevolgen hebben voor de betrokken regio’s.

EEN GRONDIGE HERVORMING VAN DE GMO VOOR WIJN

Wie de problemen en de mogelijkheden en bijzondere kenmerken van de wijnsector onderkent en de grondige analyse in de effectbeoordeling in aanmerking neemt, beseft dat het nodig is een specifieke GMO voor wijn te handhaven, zij het dat deze ongetwijfeld fundamenteel moet worden hervormd.

De uitdaging bestaat erin het regelgevingskader en de productiestructuur zo aan te passen dat een duurzame en concurrerende Europese wijnsector met vooruitzichten op lange termijn wordt verkregen, terwijl er tegelijk voor wordt gezorgd dat de begrotingsmiddelen zo kosteneffectief mogelijk worden gebruikt.

De Commissie is van mening dat deze optie het meest geschikte antwoord is op de uitdagingen. Er zijn twee varianten. De eerste variant zou snelle antwoorden op de huidige problemen bieden, maar zou een snelle en veeleisende aanpassing van de sector vergen. Bij de tweede variant zou hetzelfde resultaat worden verkregen, maar zou dit gefaseerd gebeuren in de loop van de tijd, wat een soepeler aanpassing van de plattelandseconomie en van het sociale weefsel mogelijk zou maken.

Grondige hervorming van de GMO - variant A - één stap

Afschaffing van de aanplantrechten en van de rooiregeling

Besloten zou worden hetzij het stelsel van beperkingen van de aanplantrechten op 1 augustus 2010 te laten verstrijken, hetzij het onmiddellijk af te schaffen. Regels betreffende de toegang tot geografische aanduidingen zouden echter de facto het aantal hectaren beperken.

De huidige rooiregeling zou terzelfder tijd worden afgeschaft.

Elke hectare wijngaard die op kosten van de wijnbouwer wordt gerooid, zou deel gaan uitmaken van de oppervlakte die subsidiabel voor de bedrijfstoeslagregeling.

Grondige hervorming van de GMO – variant B – twee stappen

Deze aanpak is vergelijkbaar met die welke wordt gehanteerd voor de suikersector. In een eerste fase wordt het marktevenwicht hersteld en in een tweede fase wordt het concurrentievermogen verbeterd, waarbij dan ook de aanplantrechten worden afgeschaft. Het belangrijkste kenmerk van variant B is een structurele aanpassing, namelijk een tijdelijke reactivering van de rooiregeling. Het stelsel van beperkingen van de aanplantrechten zou worden verlengd tot 2013 en zou dan verstrijken. De minst concurrerende wijnproducenten zouden een sterke stimulans hebben om hun aanplantrechten te verkopen. Verwacht mag worden dat producenten met een goede concurrentiepositie zich snel meer zouden gaan concentreren op het concurrentievermogen van hun bedrijf, aangezien de kosten van aanplantrechten een uitbreiding niet langer zouden bemoeilijken. Op middellange tot lange termijn zou dit leiden tot een daling van hun vaste productiekosten.

De rooipremie zou worden vastgesteld op een aantrekkelijk niveau. Om te bevorderen dat vanaf het eerste jaar gebruik van die premie wordt gemaakt, zou er een degressieve schaal voor worden vastgesteld voor de resterende periode waarin aanplantrechten gelden. Het doel zou zijn dat over een periode van vijf jaar 400.000 ha in de EU wordt gerooid, waarvoor steun zou worden verleend die in totaal ten hoogste ongeveer 2.400 miljoen euro zou bedragen.

De wijnbouwers zouden de vrije keuze hebben om hun wijngaarden al of niet te rooien.

De vroeger voor de wijnproductie gebruikte landbouwgrond zou na de rooiing subsidiabele oppervlakte in het kader van de bedrijfstoeslagregeling zijn en daarvoor zou de gemiddelde regionale ontkoppelde rechtstreekse betaling worden toegekend.

Het totaalbedrag voor de lidstaat zou kunnen worden aangevuld met een bepaald bedrag per gerooide hectare.

Aan toekenning van de rooipremie zouden minimumeisen op milieugebied worden verbonden om bodemdegradatie te voorkomen.

GEMEENSCHAPPELIJKE KENMERKEN VAN DE VARIANTEN A EN B

Beide varianten zouden gemeenschappelijke maatregelen behelzen zoals:

Afschaffing van de maatregelen voor marktbeheer en invoering van meer toekomstgerichte maatregelen

De instrumenten voor marktbeheer zouden vanaf de eerste dag worden afgeschaft. Het gaat om:

- de steun voor de distillatie van de bijproducten,

- de distillatie tot drinkalcohol en de distillatie van wijn uit druiven voor dubbel gebruik,

- de steun voor particuliere opslag,

- de steun voor het gebruik van most voor verrijking en voor de bereiding van druivensap.

De crisisdistillatiemaatregel zou worden afgeschaft of worden vervangen door een alternatief vangmechanisme waarvoor het nationale totaalbedrag zou worden gebruikt.

Nationaal totaalbedrag

Elke wijnproducerende lidstaat zou de beschikking krijgen over een volgens objectieve criteria berekend totaalbudget waarmee hij volgens zijn eigen voorkeur maatregelen uit een bepaald menu zou kunnen financieren. Bij variant A zouden er echter aanvankelijk meer middelen beschikbaar zijn omdat er geen uitgaven zouden zijn voor het rooien van wijngaarden.

De lidstaten zouden dit totaalbedrag bijvoorbeeld kunnen gebruiken voor bepaalde maatregelen van crisisbeheer zoals een verzekering tegen natuurrampen, het bieden van basisdekking tegen inkomenscrises, de financiering van de administratieve kosten die zijn gemoeid met de oprichting van een sectorspecifiek onderling fonds, en maatregelen zoals het groen oogsten van druiven. Voor het gebruik van dat totaalbedrag zouden bepaalde gemeenschappelijke regels (inclusief minimumregels op milieugebied) gelden om concurrentieverstoring te voorkomen en voorts zou aan het gebruik ervan de voorwaarde worden verbonden dat de Commissie het specifieke nationale programma heeft goedgekeurd.

De regeling voor de herstructurering/omschakeling van wijngaarden zou in het kader van het nationale totaalbedrag worden gehandhaafd.

Plattelandsontwikkeling

Vele maatregelen zouden deel kunnen uitmaken van de door de lidstaten opgestelde programma’s voor plattelandsontwikkeling. Steun voor vervroegde uittreding en agromilieusteun zouden wijnbouwers belangrijke stimulansen en voordelen kunnen bieden. Landbouwers die besluiten om definitief met alle commerciële landbouw te stoppen met het oog op overdracht van het bedrijf aan andere landbouwers, kunnen ten hoogste 18.000 euro/jaar en ten hoogste 180.000 euro over een periode van maximaal vijftien jaar ontvangen. Agromilieusteun ter dekking van extra kosten en gederfde inkomsten als gevolg van het zorgen voor en in stand houden van wijngaard-/culturele landschappen kan gedurende een periode van vijf à zeven jaar maximaal 900 euro/ha per jaar bedragen. De programma’s voor plattelandsontwikkeling voor de periode 2007-2013 worden momenteel voorbereid. Om te bevorderen dat dergelijke maatregelen erin worden opgenomen, zouden middelen moeten worden overgeheveld van begrotingsonderdelen voor marktuitgaven en rechtstreekse betalingen naar begrotingsonderdelen voor plattelandsontwikkeling, welke middelen specifiek zouden moeten worden bestemd voor wijnproducerende regio's net zoals dit ook is gebeurd in de sectoren tabak en katoen. Op deze wijze zouden de programma's voor plattelandsontwikkeling een belangrijke rol kunnen spelen in de toekomstige economische voorspoed van belanghebbenden in de wijnsector en in het milieubehoud in de wijnproducerende regio's.

Kwaliteitsbeleid/geografische aanduidingen

Het kwaliteitsbeleid zou duidelijker, eenvoudiger en doorzichtiger en dus doeltreffender worden gemaakt door de volgende maatregelen:

a) Het huidige regelgevingskader op kwaliteitsgebied zou ingrijpend worden herzien om het kwaliteitsbeleid van de EU meer in overeenstemming te brengen met de internationale regels. Met name zou dat beleid duidelijk moeten worden afgestemd op de bepalingen van de TRIPs-overeenkomst. Bovendien zou het in de GMO opgenomen kwaliteitsbeleid voor wijn in overeenstemming worden gebracht met het horizontale kwaliteitsbeleid (waarbij wordt gewerkt met beschermde geografische aanduidingen (BGA’s) en beschermde oorsprongsbenamingen (BOB’s)). De Commissie stelt voor twee wijnklassen te onderscheiden: wijnen met geografische aanduiding en wijnen zonder geografische aanduiding. Wijnen met geografische aanduiding zouden worden onderverdeeld in wijnen met BGA en wijnen met BOB. Een procedure voor de registratie en bescherming van de geografische aanduidingen zou moeten worden vastgesteld.

b) De geografische oorsprong ligt ten grondslag aan het concept dat met betrekking tot kwaliteitswijnen uit de EU wordt gehanteerd (in bepaalde gebieden voortgebrachte kwaliteitswijn). De EU wil dit concept bevestigen, aanpassen, promoten en verbeteren voor toepassing in de hele wereld.

c) De rol van de kolomorganisaties zou moeten worden uitgebreid om hen in staat te stellen de kwaliteit van de in hun gebieden geproduceerde wijn te controleren en te beheren. Ook zouden de controle-instrumenten moeten worden versterkt, met name voor de productie van uit bepaalde druivenrassen verkregen wijn.

Wijnbereidingsprocédés

Met betrekking tot de wijnbereidingsprocédés zou de Commissie voorstellen:

- de verantwoordelijkheid voor de goedkeuring van nieuwe wijnbereidingsprocédés en de wijziging van bestaande wijnbereidingsprocédés met inbegrip van het overnemen van geldende regelingen, over te dragen van de Raad aan de Commissie;

- de wijnbereidingsprocédés van de OIV te erkennen en op het niveau van de Commissie te beslissen welke elementen ervan worden opgenomen in een verordening van de Commissie;

- toe te staan dat wijnbereidingsprocédés die reeds internationaal zijn erkend, in de EU worden gebruikt voor de bereiding van wijn voor uitvoer naar de betrokken bestemmingen;

- de eis van een minimaal natuurlijk alcoholgehalte in wijn te schrappen omdat deze eis overbodig wordt door de voorgestelde beperking van de verrijking en door het feit dat in de regelgeving een minimaal alcoholvolumegehalte is voorgeschreven voor de wijn die in de handel wordt gebracht;

- te zorgen voor een aanvaardbaar minimumniveau van milieuzorg bij de wijnbereiding.

Verrijking

Door de hervorming voor suiker is het probleem van het gebruik van suiker in plaats van most bij de verrijking van wijn (verhoging van het alcoholgehalte) nog meer op de voorgrond gekomen. Er zijn drie mogelijkheden: de steun voor most verhogen om de verlaging van de suikerprijs te compenseren, het steunniveau ongewijzigd laten, wat het evenwicht kan verstoren, of de steun afschaffen en het gebruik van suiker verbieden. Al met al is de Commissie van mening dat de laatstgenoemde optie de voordeligste zou zijn omdat deze aanzienlijke besparingen in de begroting zou opleveren en de afzetmogelijkheden voor most zou verruimen.

Voorts stelt de Commissie voor het maximumniveau voor verrijking (met druivenmost) te verlagen tot 2% behalve voor wijnbouwzone C (die bepaalde delen van Frankrijk, Spanje, Portugal, Slowakije, Italië, Hongarije, Slovenië, Griekenland, Cyprus en Malta omvat), waarvoor het maximum 1% zou dienen te zijn.

Etikettering

De Commissie stelt voor de etiketteringsbepalingen te vereenvoudigen door het opzetten van een enkel regelgevingskader dat geldt voor alle verschillende wijncategorieën en bijbehorende aanduidingen. Dit kader zou zijn toegesneden op de tot uitdrukking gebrachte behoeften van de consumenten en zou meer in overeenstemming zijn met het kwaliteitsbeleid voor wijn. Met name zou dit het volgende inhouden:

- overdracht van de bevoegdheid van de Raad aan de Commissie;

- gebruik van een enkel regelgevingsinstrument voor alle wijnen door de regels in de horizontale etiketteringsrichtlijn 2000/13/EG op passende wijze aan te vullen om tegemoet te komen aan de bijzondere behoeften van de wijnsector op het gebied van verplichte en facultatieve etikettering;

- verbetering van de flexibiliteit van het etiketteringsbeleid met inachtneming van het WTO-beleid door: 1) het onderscheid af te schaffen tussen de etiketteringsregels voor wijnen met geografische aanduiding en die voor wijnen zonder geografische aanduiding, waarbij het belangrijkste is dat de vermelding van het druivenras en het oogstjaar op wijnen zonder geografische aanduiding wordt vergemakkelijkt om het de wijnproducenten in de EU mogelijk te maken wijnen van het “nieuwe wereld”-type (d.w.z. uit een enkel druivenras verkregen wijn) op de markt te brengen en deze producenten zo op gelijke voet te plaatsen met externe concurrenten, 2) het stelsel van traditionele aanduidingen te handhaven en te verbeteren, 3) het beleid inzake handelsmerken aan te passen, 4) de taalregels in de wijnsector te wijzigen om een flexibeler gebruik van talen mogelijk te maken, 5) te zorgen voor voorlichting over en bescherming van de gezondheid en voor voorlichting en bescherming van de consument, 6) de consument volledig over de oorsprong van het product te informeren via passende etiketteringsregels betreffende de traceerbaarheid en 7) het mogelijk te maken dat de consument wordt geïnformeerd over de milieuaspecten van productieprocédés.

Afzetbevordering en voorlichting

Vooral tijdens het seminar op 16 februari hebben verscheidene belanghebbenden erop gewezen dat meer nadruk dient te worden gelegd op de marketing van wijn. De Commissie is voornemens om een verantwoord afzetbevorderings- en voorlichtingsbeleid met kracht ter hand te nemen. Alle in de bestaande communautaire regelgeving beschikbare mogelijkheden dienen te worden gebruikt om ambitieuze promotieprojecten buiten de EU uit te voeren.

Ook zou kunnen worden overwogen om binnen de EU voorlichtingscampagnes over een verantwoord/matig wijnverbruik te voeren.

Milieu

De Commissie is voornemens ervoor te zorgen dat de hervorming van de wijnregeling leidt tot verbetering wat de milieueffecten van de wijnbouw en de wijnbereiding betreft. Met name wil zij aan de wijnsector minimumeisen op milieugebied stellen die betrekking hebben op de belangrijkste vormen van milieudruk door deze sector (met name bodemerosie en –vervuiling, het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en het afvalbeheer).

WTO

Een belangrijk kenmerk van de grondige hervorming zal zijn dat de nieuwe GMO voor wijn WTO-vriendelijk zal worden gemaakt. Zo zullen de huidige handelsverstorende (“oranje box”) interventiemaatregelen worden afgeschaft en in die gevallen waarin maatregelen op het gebied van interne steun blijven bestaan, zal de voorkeur worden gegeven aan maatregelen die onder de “groene box” vallen. Het huidige verbod op de verwerking van ingevoerde most tot wijn en op de vermenging van wijn uit de EU met wijn uit derde landen zal in dezelfde geest worden onderzocht.

DE ZOGENOEMDE ONREGELMATIGE AANPLANTINGEN EN ILLEGALE AANPLANTINGEN

Los van een afschaffing van het aanplantverbod moeten de marktdeelnemers en de lidstaten voldoen aan de bestaande communautaire regelgeving met betrekking tot de zogenoemde onregelmatige wijngaarden en illegale wijngaarden. Naleving van de betrokken regels is van cruciaal belang voor het functioneren van de bestaande GMO. Als die regels niet worden nageleefd, zal de Commissie (verder) passende maatregelen nemen in het kader van de procedure voor de goedkeuring van de rekeningen of zo nodig inbreukprocedures op grond van artikel 226 van het Verdrag inleiden.

BUDGETTAIRE CONSEQUENTIES

Precieze ramingen van de budgettaire consequenties van de hierboven geschetste maatregelen zullen worden opgesteld wanneer de formele voorstellen voor regelgeving worden ingediend. De financiële consequenties zullen echter de uitgavenniveaus van de afgelopen jaren niet te boven gaan.

SLOTOPMERKINGEN

De Commissie is van mening dat een fundamentele hervorming van de GMO voor wijn noodzakelijk is.

De uiteindelijke toepassing van die wijzigingen zou tot vereenvoudiging en een betere regelgeving moeten leiden, wat positieve gevolgen zou hebben aangezien de beheerskosten en de met statistisch toezicht gemoeide kosten zouden worden beperkt en de uitvoering en de controle zouden worden vergemakkelijkt, zodat ook het risico op fraude en op misbruik van overheidsmiddelen zou afnemen. Bovendien zou het beheer doelmatiger worden dankzij meer subsidiariteit voor de lidstaten bij de bepaling van het type van maatregelen dat zij nodig hebben om op hun specifieke situatie in te spelen. Ten slotte zou een hervorming langs de geschetste lijnen een aanzienlijke versterking betekenen van de mogelijkheid voor de Commissie om haar beleid in alle internationale fora te verdedigen, wat zij actief wil gaan doen.

Met deze mededeling nodigt de Commissie alle belanghebbenden uit deel te nemen aan een open debat over de toekomstige GMO voor wijn, welk debat haar zal helpen om nog vóór het einde van dit jaar voorstellen op te stellen.

Algemene hervorming van het GLB.

Katoen, hop, olijfolie en tabak.

Suiker.

Conclusies van het voorzitterschap, 15-16 juni 2001.

COM(2005) 24 definitief.

COM(2005) 509 definitief.

Op het adres http://europa.eu.int/comm/agriculture/capreform/wine/index_en.htm.

Totale wijnproductie = tot wijn verwerkte productie + productie van druivenmost en –sap.

COM(2005) 74 definitief.