Artikelen bij COM(2006)134 - Nieuw EU-toerismebeleid - Naar een sterker partnerschap voor het Europees toerisme - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
| dossier | COM(2006)134 - Nieuw EU-toerismebeleid - Naar een sterker partnerschap voor het Europees toerisme. |
|---|---|
| document | COM(2006)134   |
| datum | 17 maart 2006 |
|
52006DC0134
Mededeling van de Commissie - Een nieuw EU-toerismebeleid - Naar een sterker partnerschap voor het Europees toerisme /* COM/2006/0134 def. */
[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |
Brussel, 17.3.2006
COM(2006) 134 definitief
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE
Een nieuw EU-toerismebeleid: naar een sterker partnerschap voor het Europees toerisme
1. TOERISME EN DE HERNIEUWDE LISSABONSTRATEGIE
1.1. Groei en werkgelegenheid als uitdaging
In februari 2005 stelde de Commissie een nieuwe start voor de Lissabonstrategie voor, waarbij de Europese Unie haar inspanningen zal concentreren op twee hoofdtaken: sterkere en duurzame groei bewerkstelligen en meer en betere banen creëren.
Sinds 1997 is er op EU-niveau herhaaldelijk op gewezen dat het toerisme over een potentieel beschikt om groei en werkgelegenheid te creëren. De globalisering, demografische veranderingen en de ontwikkelingen in het transportwezen zijn doorslaggevende factoren voor de snelle groei van deze sector. Europa is met zijn grote verscheidenheid aan bezienswaardigheden en zijn kwalitatief hoogstaande toeristische dienstverlening de belangrijkste toeristische bestemming ter wereld. Daarom is het toerisme een activiteit die er in belangrijke mate toe kan bijdragen dat de doelstellingen van de strategie voor groei en werkgelegenheid worden gehaald.
Het toerisme is sectoroverschrijdend: er is een grote verscheidenheid aan diensten en beroepen bij betrokken en veel andere economische activiteiten staan ermee in verband. Het toerisme heeft bijvoorbeeld een invloed op de transport- en de bouwsector, de detailhandel en de talrijke sectoren die vakantieproducten aanbieden of diensten verlenen die met zaken- of vakantiereizen verband houden. Hoewel er in deze sector ook een aantal grote internationale bedrijven actief zijn, heeft het MKB de overhand. De Europese toeristische sector (in engste zin) telt om en bij de 2 miljoen bedrijven, die aan zowat 4% van de beroepsbevolking werk verschaffen (wat overeenstemt met ongeveer 8 miljoen banen), en creëert meer dan 4% van het BBP van de Gemeenschap. Wanneer rekening wordt gehouden met andere sectoren die ermee in verband staan, is het toerisme volgens de ramingen goed voor 11% van het BBP en verschaft het werk aan meer dan 12% van de beroepsbevolking (24 miljoen banen).
In het toerisme groeit de werkgelegenheid sneller dan in de Europese economie als geheel. De laatste tien jaar is de werkgelegenheid in de horecasector (hotels, restaurants en cafés) bijna elk jaar sterker gestegen dan de totale werkgelegenheid. Het hoge percentage deeltijdbanen en de flexibele arbeidsomstandigheden zijn belangrijke factoren die ervoor zorgen dat de toeristische sector werkgelegenheid helpt scheppen, in het bijzonder voor vrouwen, jongeren en lager geschoolden. Tegenover de flexibiliteit van deze arbeidskrachten moeten passende maatregelen worden geplaatst die werkzekerheid bieden en vaardigheden ontwikkelen.
Het toerisme is belangrijk voor de ontwikkeling van verreweg de meeste regio's in Europa. Infrastructuur voor toeristische doeleinden draagt bij tot de plaatselijke ontwikkeling en creëert of behoudt banen, zelfs in achteruitgaande plattelands- of industriegebieden en in stadsvernieuwingsgebieden. De noodzaak om de regio's aantrekkelijker te maken spoort een stijgend aantal bestemmingen en belanghebbenden ertoe aan te kiezen voor duurzamere en milieuvriendelijkere praktijken en maatregelen. Duurzaam toerisme speelt een belangrijke rol bij het behoud en de bevordering van het cultureel en natuurlijk erfgoed op een steeds groter aantal gebieden, van kunst tot plaatselijke gastronomie, ambachtskunst of het behoud van de biodiversiteit. Op zijn beurt draagt dat bij tot meer werkgelegenheid en groei. De Commissie en de belanghebbenden uit de toeristische sector zijn zich daarvan bewust en werken aan een Europese Agenda 21 voor het toerisme.
Het toerisme brengt de bezoekers van Europese bestemmingen in aanraking met onze waarden en ons erfgoed. Het draagt bij tot een beter wederzijds begrip tussen de volkeren en helpt de Europese identiteit vorm te geven. Het bevordert eveneens de interculturele dialoog doordat het verschillende sociale, economische en culturele groepen met elkaar in contact brengt.
De recente uitbreiding van de Europese Unie heeft de toeristische bestemmingen en producten in Europa verder gediversifieerd en veel natuurschoon en culturele bezienswaardigheden die Europese burgers vaak onbekend waren, opengesteld. De ontwikkeling van het toerisme in de nieuwe en in de kandidaat-lidstaten zal bijdragen tot groei en nieuwe banen in de Europese toeristische sector.
Het toerisme is dan ook een belangrijke sector voor de hernieuwde Lissabonstrategie. De toepassing hiervan is niet alleen de zaak van de overheid. Om de uitdagingen van Lissabon aan te pakken, zullen alle belanghebbenden op EU-, nationaal, regionaal en lokaal niveau bij een hernieuwd partnerschap voor groei en werkgelegenheid moeten worden betrokken.
1.2. Uitdagingen voor het toerisme
Veranderingen in de demografische structuur van Europa zullen grote gevolgen hebben voor het toerisme. Het aantal ouderen (65-plussers) zal blijven stijgen, aangezien de bevolking over het algemeen gezonder is, een hogere levensverwachting heeft en over meer koopkracht beschikt dan vorige generaties. Daarom zou het aantal mensen boven de vijftig dat veel reist moeten toenemen.
Naast deze aanzienlijke groei van het toerisme zal de vraag van het publiek naar bepaalde vormen van toerisme veranderen. De grootste groei wordt verwacht voor gezondheidstoerisme en toerisme dat gericht is op cultureel en natuurlijk erfgoed.
Hoewel Europa de meest bezochte regio ter wereld is, stijgt het aantal internationale toeristen minder snel dan het wereldgemiddelde. Nieuwe concurrerende bestemmingen komen op of ontwikkelen zich verder, met innoverende producten en diensten waardoor Europa op wereldschaal grotere concurrentie ondervindt.
Er wordt ook algemeen erkend dat het toerisme het slachtoffer van zijn eigen succes kan worden indien het zich niet op een duurzame manier ontwikkelt. De biodiversiteit, het ecosysteem, natuurlijke rijkdommen en niet-hernieuwbaar cultureel erfgoed of zelfs de werking van stadsgebieden kunnen door een ongecontroleerde ontwikkeling van het toerisme worden bedreigd. Duurzaamheid op economisch, sociaal en milieugebied zijn essentiële factoren voor het concurrentievermogen van bestemmingen en het welzijn van de plaatselijke bevolking, maar ook voor het scheppen van werkgelegenheid en voor het behoud en de opwaardering van natuurlijke en culturele bezienswaardigheden.
Om uitdagingen zoals een veranderende demografie, externe concurrentie, de behoefte aan duurzaamheid en de vraag naar specifieke vormen van toerisme het hoofd te bieden, moet Europa zijn inspanningen concentreren op een verbetering van zijn concurrentievermogen. Een meer concurrerende toeristische sector en duurzame bestemmingen zouden ook een extra bijdrage leveren tot het succes van de hernieuwde Lissabonstrategie, de tevredenheid van de toeristen en de handhaving van de positie van Europa als de belangrijkste toeristische bestemming ter wereld.
1.3. Dialoog en partnerschap tussen de belanghebbenden op het gebied van het toerisme
Toerisme is een activiteit met een grote verscheidenheid aan belanghebbenden en beleidsmaatregelen op diverse niveaus. Deze beïnvloeden direct en indirect de ontwikkeling van het toerisme, maar worden zelf ook direct en indirect door die ontwikkeling beïnvloed. Om een harmonieuze en duurzame ontwikkeling van het toerisme te bevorderen, is een dialoog tussen de sociale partners van de sector, de belanghebbenden en de overheid nodig.
Ook partnerschappen tussen alle belanghebbenden op elk niveau van het besluitvormingsproces op het gebied van het toerisme zijn een noodzaak. Partnerschappen moeten een centraal onderdeel vormen van de maatregelen op alle niveaus (Europees, nationaal, regionaal en lokaal; publiek en particulier).
2. EEN NIEUW EUROPEES TOERISMEBELEID
De uitdagingen waarmee het Europees toerisme wordt geconfronteerd vereisen een coherente reactie van het beleid op EU-niveau. Dat beleid moet duidelijke en realistische doelstellingen voor ogen hebben waarover de beleidsmakers, de werkgevers en de werknemers en de plaatselijke bevolking het eens zijn. Het moet de beschikbare middelen zo goed mogelijk aanwenden en alle mogelijke synergieën benutten. Het moet voortbouwen op een hele reeks reeds uitgevoerde maatregelen en duidelijk een toegevoegde waarde bieden ten aanzien van de nationale en regionale maatregelen. Daarom moet het Europees toerismebeleid complementair zijn met het beleid van de lidstaten.
De Commissie wil op grond van de tot nu toe verworven ervaring en in reactie op de huidige uitdagingen een nieuw Europees toerismebeleid voeren. Het belangrijkste doel van dat beleid is het concurrentievermogen van de Europese toeristische sector te verbeteren en meer en betere banen te creëren dankzij een duurzame groei van het toerisme in Europa en in de wereld.
Bij de uitvoering van dat beleid zal de Commissie een nauw partnerschap met de autoriteiten van de lidstaten en de belanghebbenden in de toeristische sector tot stand brengen.
Op grond van de tot nu toe verworven ervaring en van gedachtewisselingen met zeer diverse belanghebbenden is de Commissie van mening dat coördinatie binnen de Commissie en binnen de nationale autoriteiten, samenwerking tussen de verschillende belanghebbenden en de invoering van specifieke ondersteunende maatregelen de meest geschikte instrumenten zijn om dat beleid uit te voeren.
Het beleid zal vooral op de onderstaande gebieden worden toegespitst.
2.1. Mainstreaming van de maatregelen die van invloed zijn op het toerisme
2.1.1. Betere regelgeving
De regelgeving op tal van beleidsgebieden kan van bijzonder groot belang zijn voor het concurrentievermogen van de toeristische sector en van toeristische bestemmingen. Aangezien zo veel beleidsgebieden een invloed hebben op het toerisme, dient een betere regelgeving zowel op nationaal als op Europees niveau actief te worden bevorderd.
In haar mededeling 'Betere regelgeving met het oog op economische groei en meer banen in de Europese Unie' heeft de Commissie een herziene aanpak vastgesteld om de regelgeving verder te verbeteren en zodoende het Europees concurrentievermogen te bevorderen. De aanpak is gericht op:
1) een betere en uitgebreidere gebruikmaking van effectbeoordelingen voor nieuwe voorstellen. Deze geïntegreerde aanpak garandeert dat ten volle rekening wordt gehouden met het toerisme in alle effectbeoordelingen voor voorstellen die waarschijnlijk gevolgen zullen hebben voor de sector;
2) onderzoek van hangende wetgevingsvoorstellen;
3) een vereenvoudiging van de bestaande Europese wetgeving. Het gaat daarbij onder meer om wetgeving zoals de richtlijn pakketreizen en de timesharingrichtlijn; deze laatste wordt als een prioriteit beschouwd.
De Commissie zal de belanghebbenden regelmatig blijven raadplegen over hoe het vereenvoudigingsprogramma de komende jaren verder kan worden ontwikkeld. Belanghebbenden uit de toeristische sector worden uitgenodigd om actief deel te nemen aan dit initiatief om het regelgevingskader te verbeteren. Het is de bedoeling dat dergelijke initiatieven ook tot het nationale niveau worden uitgebreid, zodat een cumulatieve administratieve belasting voor de toeristische sector wordt voorkomen.
2.1.2. Coördinatie van het beleid
Het merendeel van de communautaire maatregelen ter ondersteuning van het concurrentievermogen van het Europees toerisme wordt uitgevoerd met instrumenten van het ondernemingenbeleid. Niettemin hebben ook veel andere Europese maatregelen een directe of indirecte invloed op het toerisme.
Elk jaar zal worden vastgesteld welke initiatieven, met inbegrip van het werkprogramma van de Commissie, mogelijk een invloed hebben op het toerisme, zodat in een vroeg stadium rekening wordt gehouden met hun weerslag op het concurrentievermogen van de sector. Hiermee wordt ingegaan op het verzoek van het Europees Parlement in het verslag van 2005 over de nieuwe perspectieven en uitdagingen voor een duurzaam Europees toerisme.
De Commissie zal zich ervoor blijven inzetten dat de leden van het Raadgevend Comité voor het toerisme tijdig en op een efficiënte en transparante manier worden ingelicht over initiatieven in haar werkprogramma die met het toerisme verband houden. Zo kunnen de overheidsdiensten de diverse belanghebbenden op nationaal, regionaal en lokaal niveau op de hoogte houden van de initiatieven van de Commissie.
De Commissie zal de belanghebbenden uit de toeristische sector blijven raadplegen en inlichten over aangelegenheden en initiatieven die een invloed hebben op de toeristische sector. Dit interactieve proces heeft over het algemeen positieve resultaten opgeleverd en moet worden versterkt en permanent worden verbeterd. In deze context zal het groenboek over maritieme aangelegenheden, dat momenteel in voorbereiding is en dat ook het kust- en maritiem toerisme betreft, tal van belanghebbenden een extra kans bieden om input voor de EU-beleidsvorming te leveren.
2.1.3. Betere aanwending van de beschikbare Europese financiële instrumenten
Het toerisme heeft veel voordeel getrokken van de financiële steun die door diverse Europese financiële instrumenten werd verleend. Tijdens de periode 2007-2013 zullen de structuurfondsen en andere EU-programma's de ontwikkeling van toeristische bedrijven, diensten en infrastructuur steunen.
De Commissie heeft in de mogelijkheid voorzien om duurzame projecten die met het toerisme verband houden via het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) te financieren en zo de sociaal-economische ontwikkeling te steunen. In het kader van de doelstellingen convergentie, concurrentievermogen en werkgelegenheid en Europese territoriale samenwerking zal het EFRO steun verlenen aan duurzamere toerismeconcepten teneinde het cultureel en natuurlijk erfgoed op te waarderen, toegankelijkheid en mobiliteit door middel van infrastructuur te verbeteren en ICT, innovatieve middelgrote en kleine bedrijven, bedrijvennetwerken en -clusters, diensten met een hogere toegevoegde waarde, gezamenlijke grensoverschrijdende toerismestrategieën en de interregionale uitwisseling van ervaringen te bevorderen.
Milieu- en vervoersinfrastructuur, die beide van uitermate groot belang zijn voor het toerisme, worden eveneens door het Cohesiefonds medegefinancierd.
De toeristische ontwikkeling beschikt over een potentieel om banen te creëren en is daarom een belangrijk activiteitsgebied van het Europees Sociaal Fond (ESF). Onder meer projecten die gericht zijn op onderwijsprogramma's en opleidingen om de productiviteit en de kwaliteit van de werkgelegenheid en de diensten in de toeristische sector te verbeteren, worden door het ESF medegefinancierd.
Het ESF zorgt ook voor doelgerichte opleiding, gecombineerd met kleine startpremies voor micro-ondernemingen in de toeristische sector. Deze maatregelen zijn meestal zeer doeltreffend om economische activiteit en werkgelegenheid te creëren. Ook maatregelen die beroepsmobiliteit steunen, worden door het ESF medegefinancierd.
Voortbouwend op een initiatief van het Europees Parlement om in het kader van het toekomstige Leonardo da Vinci-programma (een onderdeel van het nieuwe integraal programma op het gebied van levenslang leren) een specifieke maatregel in te voeren in de vorm van een mobiliteitsprogramma voor leerlingen met een leercontract en jongeren in initiële beroepsopleiding, gaf de Commissie in 2005 de opdracht voor een reeks voorbereidende studies die zullen dienen om de belangrijkste kenmerken vast te stellen van mogelijke Europese modellen voor opleidingen in het kader van het leerlingwezen. Deze studies zullen een beter inzicht verschaffen in de mogelijke hinderpalen voor mobiliteit in de beroepsopleiding. Het toerisme werd als een mogelijke pilotsector genoemd. Dat moet leiden tot concrete voorstellen voor oplossingen die de basis zullen vormen voor een programma met specifieke maatregelen die tijdens de tweede fase van dit pilotproject moeten worden uitgevoerd.
Plattelandsgebieden zijn aantrekkelijker geworden en beschikken over veel milieutroeven. Het plattelandstoerisme is tijdens de laatste decennia dan ook een belangrijke bron van diversificatie van de plattelandseconomie geworden en is goed in de landbouwactiviteiten geïntegreerd. Voor de nieuwe en de kandidaat-lidstaten kan dit mooie kansen bieden. Het nieuwe Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling zal steun verlenen voor:
- de verbetering van de kwaliteit van de landbouwproductie en van de landbouwproducten;
- de verbetering van het milieu en het platteland;
- het aanmoedigen van toeristische activiteiten met als doel de plattelandseconomie te diversifiëren;
- studies en investeringen in het kader van onderhoud, herstel en opwaardering van het cultureel erfgoed.
Het Europees Visserijfonds (EVF), waarvan de oprichting onlangs werd voorgesteld, voert de duurzame ontwikkeling van visserijgebieden als nieuw prioritair thema in. Het fonds moet de sociaal-economische gevolgen van de herstructurering van de visserijsector verlichten en gebieden die afhankelijk zijn van de visserij nieuw leven inblazen door te diversifiëren en alternatieve werkgelegenheid te scheppen. Ecotoerisme is een van de gebieden waarop de vissers hun activiteiten kunnen heroriënteren. Het EVF zal ook kleinschalige visserij- en toerisme-infrastructuur steunen. Het fonds verleent eveneens steun aan regelingen voor de omscholing naar beroepen buiten de zeevisserij, die met het toerisme kunnen verband houden.
Het voorgestelde Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie zal het concurrentievermogen van de ondernemingen en in het bijzonder van het MKB in de EU steunen.
Onderzoek dat wordt gesteund door het voorgestelde zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie kan voordelen opleveren voor de toeristische sector: zo bijvoorbeeld onderzoek op het gebied van informatie- en communicatietechnologie, satelliettoepassingen, cultureel erfgoed en bodemgebruik. Het bouwt voort op onderzoek dat door vorige kaderprogramma's werd gesteund en dat verdient verder onder beleidsmakers en belanghebbenden te worden verspreid.
De lidstaten, regio's, plaatselijke autoriteiten en bedrijven moeten op alle niveaus meewerken om ervoor te zorgen dat het toerisme volop voordeel heeft bij de Europese financiële instrumenten en dat bij het plannen van alle gerelateerde projecten rekening wordt gehouden met het toerisme.
2.2. Duurzaam toerisme bevorderen
2.2.1. Een Europese Agenda 21 voor het toerisme
Groei en werkgelegenheid centraal stellen gaat hand in hand met het nastreven van doelstellingen op sociaal en milieugebied. De hernieuwde Lissabonstrategie is een essentieel onderdeel van de algemene doelstelling van duurzame ontwikkeling die in het Verdrag is vastgesteld: de welvaart en de levensomstandigheden van de huidige en toekomstige generaties op duurzame wijze verbeteren.
Reeds in de mededeling Basisrichtsnoeren voor een duurzaam Europees toerisme wees de Commissie erop dat het waarborgen van een duurzaam Europees toerisme op economisch, sociaal en milieugebied essentieel is als bijdrage aan duurzame ontwikkeling in Europa en de wereld, maar ook voor de levensvatbaarheid, de gestage groei, het concurrentievermogen en het commerciële succes van deze economisch zeer belangrijke sector. De mededeling gaf dan ook het startsein voor de voorbereiding van een Europese Agenda 21 voor het toerisme.
In 2004 heeft de Commissie de Werkgroep duurzaam toerisme (WDT) opgericht om synergieën tussen de belanghebbenden aan te moedigen en input te leveren voor de Agenda 21 voor een duurzaam Europees toerisme. De WDT is evenwichtig samengesteld met vertegenwoordigers van brancheorganisaties, van toeristische bestemmingen, van vakbonden en van het maatschappelijk middenveld. Ook de bevoegde overheidsdiensten uit de lidstaten en internationale organisaties zoals de Wereldorganisatie voor Toerisme zijn in de werkgroep vertegenwoordigd. De WDT besteedt bijzondere aandacht aan milieuthema's.
De WDT zal zijn werkzaamheden in 2006 voltooien en een verslag indienen. In aansluiting daarop zal de Commissie beginnen met de organisatie van de follow-up. Zij zal ook op het verslag voortbouwen om tegen 2007 een voorstel voor een Europese Agenda 21 voor het toerisme te presenteren.
2.2.2. Specifieke maatregelen ter bevordering van een duurzaam Europees toerisme
De Europese Agenda 21 voor het toerisme uitwerken en toepassen is een werk van lange duur. Voorts plant de Commissie onder meer de onderstaande specifieke maatregelen om de economische en sociale duurzaamheid van het Europees toerisme te bevorderen:
- inventarisering van de nationale en internationale maatregelen ter ondersteuning van het toerismegerelateerde MKB en instelling van een procedure voor de uitwisseling van goede praktijken;
- evaluatie van de economische gevolgen van een betere toegankelijkheid in de toeristische sector voor de macro-economische groei en de werkgelegenheid, de marktkansen voor het MKB, de kwaliteit van de diensten en het concurrentievermogen;
- bevordering van de uitwisseling van goede praktijken inzake 'toerisme voor allen';
- publicatie van een handboek over 'Hoe professionaliseringsstructuren creëren in de toeristische sector' om de deskundigheid in de toeristische sector te vergroten en daar alle belanghebbenden bij te betrekken;
- bestuderen van de werkgelegenheidstrends in het kust- en zeetoerisme;
- het opstellen van officiële statistieken en het in opdracht geven van e-Business W@tch - studies om de toekomstige implicaties en gevolgen van e-business voor de toeristische sector te evalueren;
- de voortzetting van haar initiatieven en samenwerking met de lidstaten, de sector en de Wereldorganisatie voor Toerisme om de seksuele exploitatie van kinderen te bestrijden, in het bijzonder wanneer dergelijke misdrijven door toeristen worden gepleegd.
2.3. Zorgen voor een beter inzicht in en een betere zichtbaarheid van het toerisme
2.3.1. Zorgen voor een beter inzicht in het Europees toerisme
Zowel publieke als private beleidsmakers hebben behoefte aan gedetailleerdere statistieken die tijdig beschikbaar zijn. Richtlijn 95/57/EG van de Raad betreffende de verzameling van statistische informatie op het gebied van het toerisme zal worden geactualiseerd om rekening te houden met de ontwikkelingen van het toerisme in Europa en met de behoeften van de gebruikers. Onder meer de tijdigheid, de nauwkeurigheid, de relevantie en de vergelijkbaarheid van de statistieken zullen aanzienlijk worden verbeterd.
Samen met de lidstaten, de nationale bureaus voor de statistiek en andere belanghebbenden zullen voorts een betere harmonisatie en toepassing van de satellietrekeningen voor het toerisme worden bevorderd, aangezien deze rekeningen kunnen bijdragen tot een beter inzicht in de werkelijke omvang en betekenis van de toeristische sector. De ervaringen met de pilotprojecten die de Commissie financieel steunt (2002-2006) zullen daarvoor erg nuttig zijn.
Eurostat zal speciale edities en publicaties blijven produceren die nuttig zijn voor de sector en voor de overheidsdiensten: Panorama on tourism, het Pocketbook on tourism en de diverse Statistics in Focus over winter- en zomertrends, ICT in het toerisme, hoe gaan Europeanen met vakantie, werkgelegenheid in het toerisme, enz.
2.3.2. De promotie van Europese bestemmingen steunen
De globalisering van de markten heeft de concurrentiedruk vergroot, maar heeft ook nieuwe mogelijkheden gecreëerd met koopkrachtige toeristen uit nieuwe markten (zoals China, Rusland en India). Wanneer Europa meer toeristen aantrekt, zal dat groei en banen creëren.
Om Europa als een geheel van aantrekkelijke toeristische bestemmingen te helpen promoten, heeft de Commissie het European Tourist Destinations Portal gefinancierd. Daarop komen praktische informatie over Europa, zoals aanwijzingen voor de reisplanning (transport, weer en kalender), aanbevelingen inzake attracties en activiteiten en links naar nationale websites. In maart 2006 wordt het portaal operationeel. Het zal worden beheerd door de Europese Commissie voor Toerisme (European Travel Commission - ETC).
In Europese steden en regio's vinden tal van culturele evenementen (culturele hoofdstad van Europaof festivals) en sportevenementen plaats. Deze evenementen kunnen een belangrijke rol spelen bij de marketing van het imago van de steden en de regio's waar zij worden georganiseerd, zowel voor als tijdens en na het eigenlijke evenement. Vooral het toerismegerelateerde MKB kan veel voordeel halen uit dergelijke evenementen, op voorwaarde dat het voldoende bij alle fasen van de organisatie wordt betrokken.
De Commissie zal de gevolgen van dergelijke evenementen voor het toerismegeoriënteerde MKB onderzoeken. De resultaten en de aanbevelingen voor de toekomstige organisatoren zullen op een Europese conferentie worden gepresenteerd.
Veel toeristische bestemmingen in Europa ontwikkelen succesvolle praktijken om duurzaam toerisme te bevorderen. Deze kunnen als voorbeeld dienen voor alle bestemmingen die het toerisme willen bevorderen. In samenwerking met de lidstaten zal de Commissie de mogelijkheid onderzoeken om dergelijke goede praktijken grotere bekendheid te geven, mogelijk door een prijs voor Europese topbestemmingen toe te kennen.
2.3.3. Het Europees toerisme zichtbaarder maken: een gemeenschappelijk doel
Samen met de bevoegde nationale overheden en de belanghebbenden uit de sector werkt de Commissie permanent aan een betere zichtbaarheid van en een beter inzicht in het Europees toerisme. Door zijn complexiteit wordt het toerisme namelijk vaak slechts in enge zin gezien, en niet als een verschijnsel dat een invloed heeft op veel onderdelen van het economisch en sociaal weefsel.
Sinds 2002 ontvangt elk jaar een andere lidstaat het Europees Forum voor het toerisme, dat in nauwe samenwerking met de Commissie, de lidstaten en de Europese toeristische sector wordt georganiseerd. Het evenement krijgt nog een toegevoegde waarde doordat het forum in diverse nieuwe lidstaten plaatsvindt (2004 Hongarije, 2005 Malta en 2006 Cyprus).
De Commissie zal met alle betrokkenen nauw blijven samenwerken om:
- ervoor te zorgen dat de besproken thema's relevant zijn in de huidige context;
- de betrokkenheid van de belanghebbenden uit de toeristische sector bij het forum te vergroten;
- de zichtbaarheid van dit evenement in heel Europa te verbeteren.
Ook een aantal voorzitterschappen van de Raad hebben vergaderingen van de ministers van Toerisme, specifieke conferenties en evenementen georganiseerd, of hebben de gastlanden geholpen bij de organisatie van het Europees Forum voor het toerisme. Dit zijn waardevolle evenementen, aangezien zij nauwe contacten tussen beleidsmakers en belanghebbenden bevorderen, specifieke thema's onder de aandacht brengen en het Europees toerisme in de kijker stellen. De Commissie zal dergelijke initiatieven actief blijven steunen en toekomstige voorzitterschappen ertoe aanmoedigen hetzelfde te doen.
3. CONCLUSIE
De complexiteit van het toerisme en de grote diversiteit aan betrokkenen maken de samenwerking van alle belanghebbenden aan de planning en uitvoering van het Europees beleid en Europese maatregelen op dit gebied noodzakelijk. Communautaire instellingen, nationale administraties, beroepsorganisaties, werkgevers en werknemers, NGO's en onderzoekers moeten op alle niveaus partnerschappen creëren om het concurrentievermogen te verbeteren en het belang van het Europees toerisme aan te tonen. De ontwikkeling van samenwerking en partnerschappen in het kader van het nieuwe beleid kan tijdens het Europees Forum voor het toerisme regelmatig worden geëvalueerd.
In deze mededeling vermeldt de Commissie wat zij binnen het huidige EU-wetgevingskader op het gebied van het toerisme van plan is te ondernemen, en hoe zij daarbij te werk wil gaan om het potentieel van de sector voor groei en werkgelegenheid beter op duurzame wijze te benutten. De nadruk wordt ook gelegd op de manier waarop de diverse belanghebbenden bij de communautaire maatregelen kunnen worden betrokken. Het nieuwe beleid stelt alle belangrijke aspecten van de Europese beleidsvorming aan de orde en maakt een constructieve samenwerking met alle betrokkenen mogelijk. Het succes ervan hangt af van de reactie en de actieve betrokkenheid van alle belanghebbenden.
COM(2005) 24 van 2.2.2005.
Zie: http://europa.eu.int/comm/enterprise/services/tourismeu.htm#factsandfigures
Eurostat - Statistics in focus 32/2005
De Europese strategie voor duurzame ontwikkeling 2005 – 2010. Zie: http://europa.eu.int/comm/sustainable/sds2005-2010/index_en.htm
COM(2005) 97 van 16.3.2005.
Een voorbeeld van reeds goedgekeurde wetgeving is Richtlijn 2005/36/EG, die de huidige regels voor de erkenning van beroepskwalificaties consolideert en moderniseert, waardoor professionals uit de toeristische sector gemakkelijker diensten kunnen verrichten.
Zie: http://europa.eu.int/comm/enterprise/services/tourism/policy-areas/measures.htm en andere initiatieven zoals het voorstel voor een richtlijn betreffende diensten op de interne markt.
PE 353.597/v03-00
Zie: http://europa.eu.int/comm/regional_policy/index_en.htm
COM(2004) 474 van 14.7.2004.
COM(2005) 121 definitief van 6.4.2005.
Zie: http://europa.eu.int/comm/research/future/index_en.cfm
COM(2003) 716 definitief van 21.11.2003.
PB L 291 van 6.12.1995, blz. 32-39.
Zie: http://europa.eu.int/comm/culture/eac/other_actions/cap_europ/cap_eu_en.html