Artikelen bij COM(2007)409 - Versterking van de interne markt voor mobiele tv

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2007)409 - Versterking van de interne markt voor mobiele tv.
document COM(2007)409 NLEN
datum 18 juli 2007
Belangrijke juridische mededeling

|
52007DC0409


[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 18.7.2007

COM(2007) 409 definitief

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

De versterking van de interne markt voor mobiele tv

{SEC(2007) 980}{SEC(2007) 981}

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S

De versterking van de interne markt voor mobiele tv

1. Mobiele tv: een nieuwe mogelijkheid voor de EU

Mobiele tv verwijst naar de transmissie van audiovisuele inhoud naar mobiele apparatuur. Mobiele tv heeft het potentieel om de manier waarop consumenten televisie en audiovisuele diensten ervaren, aanzienlijk te veranderen. Het biedt de mogelijkheid om altijd en overal inhoud te bekijken en voorziet tevens in een nieuwe interactieve wereld waarin de consumptie van traditionele creatieve inhoud en creatieve inhoud op verzoek wordt aangevuld met diensten die zijn aangepast aan de smaak en behoeften van iedere consument. Mobiele tv staat op de tweesprong tussen twee krachtige sociale trends: grotere mobiliteit en nieuwe manieren van mediatoegang. Het zou dan ook de volgende snelgroeiende consumententechnologie kunnen worden.

Door persoonlijke mobiele communicatie , een van de meest dynamische Europese markten, en audiovisuele inhoud bij elkaar te brengen, staat mobiele tv op de grens van hoogwaardige, innovatieve diensten. Schattingen geven aan dat tegen 2011 deze markt tussen de 7 miljard euro en 20 miljard euro kan bedragen en wereldwijd tussen de 200 miljoen en 500 miljoen consumenten kan bereiken. Het is een voorbeeld van digitale convergentie, een belangrijk concept in de i2010-strategie van de Commissie voor de informatiemaatschappij. Digitale convergentie biedt Europa nieuwe commerciële mogelijkheden, nieuwe banen en nieuwe consumentendiensten en levert zo, in overeenstemming met de vernieuwde Lissabonstrategie voor groei en werkgelegenheid en de in het voorjaar van 2006 door de Europese Raad goedgekeurde acties, een bijdrage aan het Europese concurrentievermogen en de welvaart. De ontwikkeling van mobiele tv sluit goed aan bij de doelstellingen van de mededeling van de Commissie aan de informele Europese Raad van Lahti wat betreft een innovatiegezind, modern Europa.

Zowel Europese fabrikanten van apparatuur als aanbieders van diensten spelen een belangrijke rol bij het wereldwijd testen en commercieel invoeren van mobiele tv. De invoering en marktpenetratie van mobiele-tv-diensten in de EU zijn tot nu toe echter langzaam verlopen. Concurrenten uit Europa's voornaamste partners, met name uit Azië en de VS, hebben aanzienlijke vooruitgang geboekt en Europa dreigt zijn concurrentievoordeel bij mobiele diensten te verliezen en een belangrijke kans op groei en innovatie mis te lopen, tenzij in Europa voldoende impuls wordt gecombineerd met goede coördinatie.

Daarom moet een blauwdruk voor Europa worden ontwikkeld. De markt voor mobiele tv staat nog in de kinderschoenen: 2006 was een sleuteljaar in de zin van proefprojecten en aankondigingen van nieuwe diensten; Italië, Finland, en in mindere mate Duitsland en het Verenigd Koninkrijk, zijn in 2007 al begonnen met de commerciële exploitatie, en in Duitsland, Frankrijk en Spanje staat een landelijke invoering al op de agenda. Vanwege technologische en regelgevende onzekerheden gaat de verbreiding echter zeer langzaam. Vanwege belangrijke sportevenementen, zoals het Europees kampioenschap voetbal en de Olympische Spelen, die een unieke mogelijkheid bieden om zowel de bewustwording van consumenten als het gebruik van nieuwe diensten te bevorderen, wordt 2008 over het algemeen beschouwd als een doorslaggevend jaar voor de invoering van mobiele tv in de EU. Europese burgers toegangsmogelijkheden geven tot deze innovatieve diensten in 2008 en ervoor zorgen dat Europese bedrijven volop deelnemen aan deze innovatie, zijn doelstellingen van algemeen belang die een proactieve aanpak van de Europese Unie verantwoorden.

De sleutel voor een geslaagde marktpenetratie van deze innovatieve diensten in de EU is het creëren van een gunstig klimaat waarin aanbieders en consumenten de vruchten kunnen plukken van de voordelen van de interne markt om zo de nodige schaalvoordelen te bereiken.

Transmissie van mobiele tv kan verschillende vormen aannemen, van live televisie tot uitgestelde uitzending of uitzending op verzoek. Mobiele-tv-diensten kunnen over verschillende netwerken worden uitgezonden, bijvoorbeeld cellulaire mobiele communicatie, terrestrische omroep, satelliet en via het internet. Onderscheid moet worden gemaakt tussen unicast (punt-tot-puntcommunicatie) en broadcast (punt-tot-meerpuntcommunicatie) mobiele-tv-diensten. In het kader van deze mededeling en de bijbehorende effectbeoordeling verwijst mobiele tv uitsluitend naar broadcast terrestrische mobiele-tv-diensten . De reden daarvoor is dat voor diensten betreffende bestaande mobiele communicatienetwerken al een beleid en regelgevingskader bestaan, en dat dergelijke diensten in de EU goed ontwikkeld zijn als onderdeel van het commerciële aanbod van de meeste 3G-aanbieders. Bovendien is alleen broadcast in staat dezelfde inhoud op hetzelfde moment aan een groot aantal gebruikers te leveren en is dit dus de sleutel om uitrol van mobiele-tv-diensten op de massamarkt te bewerkstelligen. Ook mobiele satellietdiensten ( Mobile Satellite Services , MSS) kunnen een belangrijk platform vormen voor mobiele-tv-toepassingen. Echter, vergeleken met mobiele terrestrische diensten ondervinden deze toepassingen andere problemen, waarvoor de Commissie dan ook een ander initiatief heeft opgesteld.

2. De sleutelfactoren voor succes

In 2006 is de Commissie een dialoog met belanghebbenden gestart met het doel om de kwestie rondom opkomende mobiele-tv-diensten in kaart te brengen. De diensten van de Commissie hebben een samenwerkingsverband opgezet, de European Mobile Broadcasting Council (Europese Raad voor mobiele omroep, EMBC) , waarin voor het eerst alle belangrijke spelers uit deze industriesector zijn samengekomen, waaronder omroepen, fabrikanten, inhoudsleveranciers en telecomexploitanten. In maart 2007 formuleerde de EMBC aanbevelingen voor de industrie. Ook de lidstaten zijn regelmatig geraadpleegd over specifieke kwesties in een context van institutionele forums, bijvoorbeeld de Radiospectrumbeleidsgroep, het Radiospectrumcomité en het Communicatiecomité. De Commissie zal belanghebbenden, waaronder consumentenorganisaties, blijven raadplegen en de industrie verzoeken de werkzaamheden inzake interoperabiliteit, met name op het niveau van transmissie en diensten, voort te zetten.

De resultaten van de raadpleging geven drie sleutelfactoren aan voor een geslaagde invoering van mobiele tv:

- Technische aspecten (standaarden/interoperabiliteit);

- Regelgeving die innovatie en investeringen bevordert;

- Een spectrum van hoge kwaliteit voor mobiele-tv-diensten waarborgen.

2.1. Technische aspecten ( standaarden/interoperabiliteit)

Het vaststellen van een gemeenschappelijke technische standaard voor mobiele tv zou belangrijke voordelen opleveren voor de Europese consumenten en industrie. Dit zou alle spelers in de waardeketen voor mobiele tv – fabrikanten van apparatuur, ontwikkelaars van toepassingen, omroepen, inhoudsleveranciers, mobiele exploitanten – meer zekerheid geven met betrekking tot technologische beslissingen. Alleen een voorspelbaar klimaat leidt tot investeringen in de productie van apparatuur en ontwikkeling van diensten en kan dus zorgen voor de schaalvoordelen die nodig zijn om de diensten te lanceren. Zowel beschikbaarheid van apparatuur en diensten als dalende prijzen stimuleren de vraag, hetgeen helpt de kritische massa te bereiken en zo de duurzaamheid van de mogelijkheden voor zakendoen in mobiele tv te waarborgen.

Het universele succes van GSM, waarvoor Europa zich tot wereldleider in mobiele communicatie heeft gevestigd, laat de voordelen zien van een akkoord tussen alle spelers in de industrie over de ontwikkeling van een nieuwe dienst met een gemeenschappelijke standaard. Ook op het gebied van omroep is een overeenkomst met gemeenschappelijke standaarden wijdverbreid. Tegenwoordig zijn voor alle digitale omroepplatformen in Europa de transmissietechnieken gebaseerd op de corresponderende standaarden van de DVB-familie, die tevens actief worden bevorderd door de Europese Commissie in haar relaties met derde landen en worden gesteund door Europees onderzoek. Consensus over een gemeenschappelijke standaard maakt het voor een mobiele ontvanger mogelijk om gebruik te maken van ieder broadcast mobiele-tv-netwerk in Europa, hetgeen de consument vertrouwen geeft. Tevens zullen de implementerende partijen van mobiele tv minder moeite hebben met het maken van technologische keuzes. De geslaagde invoering van mobiele tv in Japan, Zuid-Korea en de Verenigde Staten is te danken aan een gemeenschappelijke standaard.

Op dit moment bestaat in Europa het risico op fragmentatie van de interne markt , omdat er verschillende technologieën voor mobiele tv bestaan voor verschillende platformen en de eerder genoemde voordelen dus mogelijk niet worden verwezenlijkt. Bij de op terrestrische digitale technologieën gebaseerde tests en commerciële invoeringen wordt in de meeste landen DVB-H gebruikt, die over het algemeen wordt beschouwd als een open en robuuste standaard. Bij de andere tests en commerciële invoeringen wordt T-DMB gebruikt. Ook andere technologieën worden in Europa steeds meer getest.

De Commissie is een voorstander van initiatieven waarbij de industrie het voortouw neemt wat betreft de definitie van standaarden en kwesties inzake interoperabiliteit, met name voor snel groeiende technologieën. In het geval van mobiele tv heeft de EMBC de voordelen erkend van een overeenstemming over een gemeenschappelijke standaard die aanzienlijke schaalvoordelen binnen Europa zou kunnen opleveren. De EMBC heeft echter geen gemeenschappelijke standaard voorgesteld. Meer inspanningen zijn dan ook nodig op dit gebied. In de huidige situatie lijkt DVB-H de sterkste mededinger te zijn voor de uitrol van terrestrische mobiele tv in Europa . Het is reeds de meest gebruikte standaard in Europa en is ook wereldwijd terrein aan het winnen. Ongeveer 40 DVB-H-proefnetwerken zijn aangelegd voor tests over de hele wereld, bijvoorbeeld in de VS en Azië. 25 van deze tests zijn in Europa uitgevoerd. In de EU zijn de tests al in 15 lidstaten uitgevoerd, met Italië als pionier bij de commerciële invoering van DVB-H-diensten, nu gevolgd door Finland. Frankrijk, Duitsland en Spanje ondernemen nu ook stappen om in 2007 operationele DVB-H-netwerken te openen.

Er zijn verschillende redenen waarom de spelers op de Europese markt voor DVB-H hebben gekozen . DVB-H is volledig compatibel met DVB-T. Dit is met name van belang bij de overgang naar digitale omroep in de Europese context, omdat DVB-T overal in Europa voor terrestrische digitale transmissie wordt gebruikt. Bovendien hebben netwerkexploitanten, in termen van knowhow, ervaring met het aanleggen en uitvoeren van DVB-T-netwerken. De meerderheid van de Europese, Amerikaanse en Aziatische fabrikanten stelt DVB-H-apparatuur en systeemoplossingen voor, omdat DVB-H een volledig gestandaardiseerd systeem is.

De Commissie is dan ook van mening dat DVB-H de basis vormt voor de geslaagde invoering en verbreiding van terrestrische mobiele-tv-diensten in de EU. Dit zal de dialoog in de industriesector bevorderen, zodat een brede consensus over de toepassingen van DVB-H kan worden bereikt. Om deze consensus te stimuleren is de Commissie voornemens de nodige stappen te ondernemen om DVB-H toe te voegen aan de lijst van standaarden die wordt gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie. Het toevoegen van DVB-H aan de lijst van standaarden betekent dat lidstaten het gebruik van DVB-H voor terrestrische mobiele-tv-diensten dienen aan te moedigen. De Commissie verzoekt de industrie alle niet-afgehandelde kwesties betreffende aan DVB-H gerelateerde intellectuele eigendomsrechten onverwijld af te handelen. De Commissie zal de situatie in de EU blijven volgen en kan halverwege 2008 voorstellen doen, bijvoorbeeld het ondernemen van stappen om een open standaard verplicht te stellen.

Voorts blijft interoperabiliteit een belangrijke doelstelling . Uit eerdere ervaringen, met name op het gebied van interactieve televisie, is gebleken dat een gemeenschappelijke standaard op zich niet voldoende is om interoperabiliteit te waarborgen, met name voor niveaus die hoger liggen dan het fysieke transport van het signaal. De Commissie zal daarom de samenwerking tussen de belanghebbenden aanmoedigen met als gemeenschappelijke doelstelling de toegang van consumenten tot diensten te maximaliseren, met name door te vertrouwen op open standaarden.

2.2. Regelgeving die innovatie en investeringen in mobiele tv bevordert

De wijze waarop lidstaten vergunningen voor mobiele-tv-diensten verlenen, kan sterk verschillen. In vele lidstaten valt mobiele tv onder de algemene omroepregelgeving. In andere lidstaten bestaan geen specifieke regels of staat het regelgevingskader voor deze nieuwe diensten nog steeds onder discussie. Tot dusver hebben de lidstaten weinig ervaring met omroepdiensten die uitsluitend gebruik maken van mobiele transmissie (m.a.w. die geen zogeheten traditionele omroepvergunning hebben onder de mediawet). Deze situatie zorgt op het vlak van regelgeving voor een grote mate van onzekerheid en soms zelfs voor een juridisch vacuüm hetgeen een negatief effect heeft op de potentiële exploitanten van mobiele tv op de interne markt.

Voor de verbreiding van mobiele tv is een transparante en licht regelgevende omgeving nodig. Terwijl het duidelijk is dat het verlenen van vergunningen een nationale aangelegenheid blijft, verwacht de industrie een verduidelijking van het huidige kader voor het afgeven van vergunningen en tracht zij een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen, met name wanneer zij mobiele-tv-diensten in andere lidstaten invoert.

De vergunningsregelingen voor mobiele-tv-diensten moeten de behoeften van de interne markt in acht nemen en het doel moet zijn te streven naar eerlijke mededingingsvoorwaarden die de verschillende partijen onder gelijke voorwaarden laten concurreren. Regelgevende benaderingen in de EU moeten consistent zijn om de van toepassing zijnde wetgeving te verduidelijken en een regelgevend klimaat te creëren dat innovatie en investeringen bevordert. De Commissie is van mening dat mobiele tv een opkomende dienst is en dat ongepaste verplichtingen niet moeten worden opgelegd. Doorgifteverplichtingen worden bijvoorbeeld niet toegestaan voor opkomende diensten en andere, traditionele omroepverplichtingen kunnen ongepast zijn voor mobiele tv. De lidstaten wordt verzocht dergelijke regelgevende belemmeringen te identificeren en te verwijderen. Ook moeten de lidstaten medegebruik van infrastructuur toestaan en collocatierechten aanmoedigen als deze nodig zijn om uitrol van het netwerk mogelijk te maken en de toepassing van deze rechten, indien nodig, verplicht stellen om mogelijke milieuoverwegingen in acht te nemen.

Op het gebied van regelgeving en vergunningsregelingen zal de Commissie, met het oog op het uitwisselen van informatie en het vaststellen van beste praktijken, het contact tussen de lidstaten bevorderen. De Commissie zal begeleiding bieden bij regelgevende kwesties, indien gewenst door middel van richtsnoeren en aanbevelingen.

2.3. Een spectrum van hoge kwaliteit voor mobiele tv-diensten waarborgen

Toegang tot het radiospectrum speelt een sleutelrol in de succesvolle uitrol van mobiele tv. Het spectrum maakt mobiele-tv-diensten mogelijk en beïnvloedt interoperabiliteit, klantvriendelijkheid en de kosten voor exploitanten. Het is noodzakelijk dat de lidstaten en de Europese Commissie samen bezien hoe overeenstemming te krijgen over een spectrumbeleid dat beantwoordt aan het hoge niveau van coördinatie dat vereist wordt door consumenten en industrie. Tussen de lidstaten bestaat brede consensus over de voordelen die een dergelijke pan-Europese aanpak zou opleveren.

Gezien de diversiteit van de spectrumbehoeften is de grootste uitdaging in deze fase van de innovatiecyclus dat de vereiste middelen voor toegang tot het radiospectrum onverwijld en in zoveel mogelijk Europese gebieden beschikbaar worden gemaakt. Het is dan ook cruciaal dat de lidstaten ervoor zorgen dat het spectrum voor mobiele tv zo snel mogelijk, in geschikte banden beschikbaar wordt gemaakt.

Een belangrijk aspect dat in acht moet worden genomen is de overgang in Europa naar digitale tv, die in bepaalde lidstaten reeds vergevorderd is, en het verdwijnen van analoge tv tegen 2012. Dit proces maakt grote hoeveelheden waardevol spectrum vrij, het zogeheten digitale dividend . Een gecoördineerde aanpak van het toewijzen van dit spectrum op Europees niveau is essentieel om de vruchten van de overgang te plukken en de uitrol van nieuwe, innovatieve diensten in de EU mogelijk te maken. Mobiele tv is een van de belangrijkste kanshebbers die voordeel kan halen uit het digitale dividend. Natuurlijk moeten ook andere banden worden overwogen, evenals zaken als timing en uitvoerbaarheid. Tevens is het noodzakelijk de grensoverschrijdende vereisten te onderzoeken.

Het UHF-spectrum (470-862 MHz) wordt op grond van technische kenmerken beschouwd als het meest geschikte spectrum voor mobiele multimediadiensten. Ook de compatibiliteit van DVB-H met DVB-T biedt voordelen. Het gebruik van dit spectrum is echter beperkt door uiteenlopend beleid betreffende het digitale dividend op nationaal niveau en door gebrek aan EU-coördinatie. De Commissie dringt er bij de lidstaten op aan het UHF-spectrum, zodra het wordt vrijgemaakt, deels beschikbaar te stellen voor mobiele-tv-diensten. De diensten van de Commissie hebben de lidstaten verzocht de mogelijkheid te beoordelen om binnen het digitale dividend een sub-band voor mobiele tv te reserveren. In een voor eind 2007 geplande mededeling over het digitale dividend zal de Commissie haar strategie uiteenzetten voor het gebruik van door afschakeling vrijgemaakt spectrum, met name in het UHF-spectrum.

Tevens werkt de Commissie al samen met de lidstaten om ervoor te zorgen dat ten minste sommige geharmoniseerde frequenties beschikbaar worden om mobiele-tv-diensten te laten starten. Op meerdere markten kan de zogeheten L-band (1452-1492 MHz), die momenteel in sommige lidstaten gebruikt wordt voor op DAB gebaseerde digitale radio, een oplossing bieden wanneer geen ander spectrum beschikbaar is. De Commissie heeft voorgesteld het gebruik van deze band te openen zodat deze ook geschikt is voor tal van andere technologieën, waaronder ook mobiele multimediadiensten.

3. Een geïntegreerd beleid voor mobiele tv

Deze mededeling richt zich op zaken die gerelateerd zijn aan het Europese regelgevingskader voor elektronische communicatie (technologie, vergunningsregelingen en spectrumbeleid). De succesvolle uitrol en de verbreiding van mobiele tv staat of valt echter met andere aspecten, zoals beschikbaarheid van inhoud . De voorgestelde nieuwe richtlijn inzake audiovisuele mediadiensten zal ook naar verwachting een gemoderniseerd kader creëren voor mobiele-tv-inhoud, of het nu gaat om broadcast diensten of uitzending op verzoek.

Een andere belangrijke uitdaging is het bieden van hoogwaardige mobiele-tv-inhoud op een flexibele basis die platformen en grenzen overstijgt en tegelijkertijd waarborgt dat de rechthebbenden naar behoren worden vergoed. Het altijd, overal en op alle apparatuur van mobiele tv kunnen genieten, vereist beleidsmaatregelen voor auteursrechten , met name voor vergunningen voor pan-Europese rechten.

Een mededeling van de Commissie inzake online inhoud , die in de loop van 2007 zal worden goedgekeurd, stelt enkele van deze kwesties aan de orde en is tevens relevant voor mobiele tv.

4. Volgende stappen

Mobiele tv is een nieuw, veelbelovend convergent platform en heeft het potentieel om een belangrijke rol te spelen bij het combineren van telecommunicatie en de audiovisuele wereld. Convergentie vormt de kern van het i2010-initiatief dat Europa nieuwe handelsmogelijkheden, banen en consumentendiensten moet bieden, wat weer een bijdrage levert aan het Europese concurrentievermogen en de welvaart. De succesvolle invoering en marktpenetratie van mobiele tv in de EU behoeft de steun en actieve samenwerking van alle belanghebbenden. De belangrijkste te ondernemen acties zijn hierna opgesomd.

De lidstaten wordt verzocht:

- de uitrol van mobiele tv mogelijk te maken en daarbij de behoefte om maximale interoperabiliteit te waarborgen, in acht te nemen. Dit houdt tevens in dat de uitvoering van DVB-H op nationaal niveau dient te worden aangemoedigd.

- een gunstig regelgevend klimaat voor mobiele-tv-diensten te scheppen en samen te werken om beste praktijken voor vergunningsregelingen uit te wisselen.

- zo snel mogelijk spectrum voor mobiele omroep beschikbaar te maken, bijvoorbeeld in het UHF-spectrum zodra dit wordt afgeschakeld.

De industrie wordt verzocht:

- te werken aan het bereiken van maximale interoperabiliteit, met name door het bevorderen van consensus over een gemeenschappelijke open standaard (DVB-H).

- bij te dragen aan de succesvolle invoering van mobiele tv in Europa door middel van een aanhoudende dialoog en medewerking indien gewenst.

De Commissie zal:

- consensus bevorderen rond een gemeenschappelijke open standaard. Specifieke acties zijn onder andere het aanmoedigen van dialoog in de industriesector en het voorbereiden van de opname van DVB-H in de officiële lijst van standaarden van de EU.

- De Commissie zal de implementatie van de vorige stap door de lidstaten volgen en kan halverwege 2008 zo nodig passende voorstellen doen, bijvoorbeeld het ondernemen van stappen om een open standaard verplicht te stellen.

- voorzien in begeleiding bij het opstellen van een samenhangend kader voor vergunningsregelingen in de EU; beste praktijken in de EU vaststellen en de invoering in andere lidstaten daarvan bevorderen.

- een EU-strategie voor het digitale dividend (UHF-band) opstellen waarmee ook wordt voorzien in spectrum voor mobiele-omroepdiensten.


Mobiele tv kan op verschillende apparaten ontvangen worden, maar het meest gebruikelijke apparaat is de mobiele telefoon.

Zie de effectbeoordeling voor een overzicht van de marktanalyses.

Mededeling van de Commissie aan de Europese Raad (Informele bijeenkomst in Lahti – Finland, 20 oktober 2006) Een innovatiegezind, modern Europa, COM(2006) 589 van 12.10.2006, PB C 332 van 30.12.2006, blz. 42.

In het voorjaar van 2007 zijn er meer dan 4 miljoen gebruikers in Zuid-Korea en meer dan 7 miljoen in Japan. Daarentegen kent Europa een maximum van 500 000 gebruikers.

Volgens de European Mobile Broadcasting Council (Europese Raad voor mobiele omroep, EMBC) is een mobiele omroepdienst een dienst voor het gelijktijdig verspreiden van multimedia-inhoud aan vele ontvangers zonder deze (mogelijk) te kennen.

De Commissie heeft in samenwerking met de lidstaten Beschikking 2007/98/EG (PB L 43 van 15.2.2007, blz. 32) goedgekeurd en daarmee de 2 GHz-frequentiebanden voor MSS-systemen gereserveerd, waaronder complementaire grondcomponenten, om zo het gebruik van deze banden voor mobiele-tv-diensten mogelijk te maken. Tevens stelt de Commissie voor om het verlenen van vergunningen en de selectie van aanbieders op EU-niveau te coördineren teneinde het grensoverschrijdende karakter van satellietsystemen op de juiste wijze aan te pakken.

Subcomité inzake het verlenen van vergunningen.

DVB-S en DVB-S2 voor satellietomroep, DVB-C voor kabel en DVB-T voor digitaal terrestrisch.

Hybride satelliet-/terrestrische systemen worden tevens ontwikkeld als alternatief voor uitsluitend terrestrische systemen, omdat ze een groter bereik hebben dan uitsluitend terrestrische systemen. DVB-SH behoort tot deze categorie en bestaat uit voor de S-band aangepaste DVB-H en het hybride (satelliet/terrestrische) systeem.

Digital Video Broadcast transmission to Handheld terminals - Digitale video-omroep naar handterminals, een ETSI-standaard gebaseerd op DVB-T-standaarden.

Terrestrial Digital Multimedia Broadcasting - Terrestrische digitale multimedia-omroep, een op T-DAB gebaseerde ETSI-standaard, zoals ook DAB-IP (IP TV over DAB-protocol). T-DMB werd in Duitsland gebruikt voor een dienst ter gelegenheid van het Wereldkampioenschap voetbal 2006. DAB-IP wordt momenteel in het Verenigd Koninkrijk gebruikt.

Met name MediaFLO (Media Forward Link Only).

Beschikking van de Commissie van 11 december 2006 tot vaststelling van een lijst van standaarden en/of specificaties voor elektronische communicatienetwerken en -diensten en bijbehorende faciliteiten en diensten, waarmee alle eerdere versies worden vervangen (Kennisgeving geschied onder nummer C(2006) 6364) (2007/176/EG), PB L 86 van 27.3.2007, blz. 11.

Richtlijn 2002/21/EG van 7 maart 2002 inzake een gemeenschappelijk regelgevingskader voor elektronische-communicatienetwerken en –diensten, (PB L 108, 24.4.2002, blz. 23). De procedure wordt beschreven in artikel 17, lid 1, dat voorziet in een raadpleging van de lidstaten en een specifiek besluit van de Commissie verwacht, dat moet worden bekendgemaakt.

In het kader van de succesvolle ervaringen met DVB-T is een octrooipool voor DVB-H gecreëerd.

Zoals bepaald in artikel 17, lid 3, van Richtlijn 2002/21/EG. Dit zou een bekendmaking in het Publicatieblad inhouden, waarbij alle betrokken partijen worden uitgenodigd hun opmerkingen openbaar mee te delen. Overeenkomstig artikel 17, lid 3, gaan alle voorstellen van de Commissie vergezeld van een uitvoerige effectbeoordeling.

Artikel 31 van de Universeledienstrichtlijn 2002/22/EG (PB L 108 van 24.4.2002, blz. 51) bepaalt dat doorgifteverplichtingen mogen worden opgelegd aan netwerken die voor een significant aantal eindgebruikers het belangrijkste middel zijn om radio- en televisie-uitzendingen te ontvangen.

Dergelijke overeenkomsten waren van toepassing op sommige markten voor GSM en/of UMTS-infrastructuur en in overeenstemming met de mededingingsregels van de EU vrijgesteld door de Commissie. Bijv. Beschikking van de Commissie van 16 juli 2003 (Zaak COMP/38.369: T-Mobile Deutschland/O2 Germany: Network Sharing Rahmenvertrag), (PB L 75 van 12.3.2004, blz. 32) en arrest van het GEA van 2 mei 2006 (Zaak T-328/03).

In overeenstemming met artikel 12 van Richtlijn 2002/21/EG (kaderrichtlijn).

De streefdatum wordt gesteund door de Raad; sommige lidstaten verwachten echter een latere datum voor afschakeling.

Zoals erkend tijdens de informele vergadering van de Europese ministers voor telecommunicatie, die door het Finse voorzitterschap op 10 december 2006 in Brussel werd georganiseerd.

Digital Audio Broadcasting - Digitale audio-omroep. DAB is een belangrijke technologie voor digitale radio.