Artikelen bij COM(2010)229 - Ontwikkeling van de uitgaven uit het ELGF Alarmsysteem Nrs. 1-3/2010

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.


1. Procedure voor de vaststelling van de ELGF-begroting 2010 3

2. Bestemmingsontvangsten voor het ELGF 3

3. Verwachte opbrengsten van de tijdelijke herstructureringsheffing (sector suiker) 4

4. Opmerkingen over de uitvoering van de ELGF-begroting 2010 (voorlopige gegevens) 5

5. Feitelijke bestemmingsontvangsten voor het ELGF 8

6. Feitelijke opbrengsten van de tijdelijke herstructureringsheffing (sector suiker) 8

7. Besteding van het Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie 8

8. Conclusies 9

BIJLAGE 1: PROCEDURE VOOR DE VASTSTELLING VAN DE ELGF-BEGROTING 2010

BIJLAGE 2: BESTEDING VAN DE ELGF-KREDIETEN TOT EN MET 31 JANUARI 2010 (VOORLOPIGE CIJFERS)

1. PROCEDURE VOOR DE VASTSTELLING VAN DE ELGF-BEGROTING 2010

De tabel in bijlage 1 geeft een overzicht van de procedure voor de vaststelling van de begroting 2010 wat het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) betreft. Voor elke fase van de procedure zijn de desbetreffende bedragen aan kredieten vermeld.

De ELGF-begroting 2010 is op 17 december 2009 door de begrotingsautoriteit vastgesteld. In de begroting zijn vastleggings- en betalingskredieten opgenomen voor een bedrag van:

- 43 417,4 miljoen euro en 43 633,1 miljoen euro voor respectievelijk maatregelen voor de landbouwmarkten en voor rechtstreekse steun (beleidsterrein 05);

- 371,9 miljoen euro en 253,7 miljoen euro voor respectievelijk maatregelen voor veterinaire en fytosanitaire maatregelen (beleidsterrein 17);

- 30,5 miljoen euro en 31,0 miljoen euro voor maatregelen voor visserij (beleidsterrein 11).

De ELGF-begroting bevatte daarmee in totaal 43 819,8 miljoen euro aan vastleggingskredieten en 43 917,8 miljoen euro aan betalingskredieten. Het verschil tussen vastleggings- en de betalingskredieten houdt verband met het feit dat met gesplitste kredieten wordt gewerkt bij bepaalde maatregelen die rechtstreeks door de Commissie worden uitgevoerd. Deze uitgaven hebben hoofdzakelijk betrekking op afzetbevordering voor landbouwproducten, op maatregelen op het gebied van de beleidsstrategie en -coördinatie voor het beleidsterrein landbouw, op visserij en op veterinaire en fytosanitaire maatregelen.

2. BESTEMMINGSONTVANGSTEN VOOR HET ELGF

Krachtens artikel 34 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid gelden ontvangsten die voortvloeien uit financiële correcties naar aanleiding van conformiteitsgoedkeuringsbeschikkingen, ontvangsten als gevolg van terugvorderingen wegens onregelmatigheden en opbrengsten van de melkheffing als bestemmingsontvangsten ter financiering van ELGF-uitgaven. Volgens het genoemde artikel kunnen deze bestemmingsontvangsten voor de financiering van bepaalde door de lidstaten voor rekening van het ELGF gedane uitgaven worden gebruikt. Blijven deze ontvangsten gedeeltelijk ongebruikt, dan worden de ongebruikte bedragen ambtshalve overgedragen naar het volgende begrotingsjaar.

De nota van wijzigingen van de Commissie voor 2010 bevatte zowel de laatste raming van het bedrag aan kredieten dat nodig zal zijn voor de financiering van de verwachte uitgaven voor marktmaatregelen en rechtstreekse steun, als ramingen van de bestemmingsontvangsten die naar verwachting in de loop van het betrokken begrotingsjaar zullen worden geïnd en het over te dragen saldo van de uit het voorafgaande begrotingsjaar beschikbare bestemmingsontvangsten. In haar voorstel voor die nota van wijzigingen betreffende het bedrag van de aan het ELGF toe te wijzen kredieten heeft de Commissie dan ook de totale bestemmingsontvangsten in aanmerking genomen die naar verwachting beschikbaar zullen zijn in het komende begrotingsjaar, met het verzoek om bij de berekening van het bedrag aan kredieten de geraamde bestemmingsontvangsten in mindering te brengen op de geraamde uitgaven voor het ELGF voor datzelfde jaar. De begrotingsautoriteit heeft vervolgens de nieuwe ELGF-begroting goedgekeurd, waarbij de verwachte bestemmingsontvangsten niet zijn opgenomen in de kredieten.

Bij de opstelling van de nota van wijzigingen 2010 bedroegen de ramingen van de Commissie voor de beschikbare bestemmingsontvangsten 922,0 miljoen euro. Meer bepaald:

- werd verwacht dat in de loop van het begrotingsjaar 2010 bestemmingsontvangsten ten bedrage van 789,0 miljoen euro zouden worden geïnd. De ontvangsten uit correcties in het kader van de conformiteitsgoedkeuring en uit terugvorderingen wegens onregelmatigheden werden op respectievelijk 600,0 miljoen euro en 91,0 miljoen euro geraamd. De opbrengsten van de melkheffing werden op 98,0 miljoen euro geraamd;

- werden de van het begrotingsjaar 2009 naar het begrotingsjaar 2010 over te dragen bestemmingsontvangsten op 133,0 miljoen euro geraamd.

In haar nota van wijzigingen 2010 heeft de Commissie deze ontvangsten ten bedrage van 922,0 miljoen euro toegewezen aan twee regelingen. Meer bepaald werd:

- 222,0 miljoen euro toegewezen aan de actiefondsen van de producentenorganisaties in de sector groenten en fruit, en

- 700,0 miljoen euro toegewezen aan de bedrijfstoeslagregeling.

Voor beide regelingen heeft de begrotingsautoriteit uiteindelijk kredieten ten belope van respectievelijk 547,0 miljoen euro en 28 480,0 miljoen euro goedgekeurd in overeenstemming met de nota van wijzigingen van de Commissie. De som van de goedgekeurde kredieten en bovengenoemde bestemmingsontvangsten komt overeen met een totale geraamde kredietbehoefte van 769,0 miljoen euro voor de actiefondsen van de producentenorganisaties in de sector groenten en fruit en 29 180,0 miljoen euro voor de bedrijfstoeslagregeling.

In bijlage 2, waarin de uitvoering van de begroting 2010 (voorlopige cijfers) voor de periode tot en met 31 januari 2010 wordt weergegeven, zijn de goedgekeurde kredieten voor de twee genoemde regelingen opgenomen in de oorspronkelijke begrotingskredieten voor de sector groenten en fruit en de sector ontkoppelde rechtstreekse steun (respectievelijk 720,1 miljoen euro en 33 272,0 miljoen euro), waarbij de voornoemde bestemmingsontvangsten niet in aanmerking zijn genomen. Na opneming van de aan deze sectoren toegewezen bestemmingsontvangsten bedragen de totale kredieten in de begroting 2010 942,1 miljoen euro voor de sector groenten en fruit en 33 972,0 miljoen euro voor de sector ontkoppelde rechtstreekse steun.

3. VERWACHTE OPBRENGSTEN VAN DE TIJDELIJKE HERSTRUCTURERINGSHEFFING (SECTOR SUIKER)

De opbrengsten van de tijdelijke herstructureringsheffing in de sector suiker worden behandeld als bestemmingsontvangsten die in het Fonds voor de herstructurering van de suikerindustrie vloeien om te worden gebruikt voor de toekenning van de herstructureringssteun en de bijbehorende andere vormen van steun in de sector suiker. Deze bedragen hebben voor elk van de verkoopseizoenen 2006/2007 tot en met 2008/2009 betrekking op de suiker-, inulinestroop- of isoglucosequota waarover ondernemingen in elke lidstaat beschikken, en moeten door de lidstaten in twee tranches aan het herstructureringsfonds worden overgemaakt uiterlijk op 31 maart en 30 november van elk betrokken jaar. Bij de opstelling van de begroting 2010 werden deze opbrengsten in het komende begrotingsjaar geraamd op 606,8 miljoen euro. Ook werd verwacht dat 717,9 miljoen euro zou worden overgedragen van het begrotingsjaar 2009 naar het begrotingsjaar 2010.

4. OPMERKINGEN OVER DE UITVOERING VAN DE ELGF-BEGROTING 2010 (VOORLOPIGE GEGEVENS)

In bijlage 2 wordt op basis van voorlopige gegevens een overzicht gegeven van de begrotingsuitvoering in de periode van 16 oktober 2009 tot en met 31 januari 2010 en worden de betrokken uitgaven vergeleken met het uitgavenprofiel (indicator) dat is bepaald op grond van artikel 20 van Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad. Hieronder volgt voor bepaalde onderdelen van de begroting 2010 die de grootste verschillen tussen de werkelijke en de verwachte uitgaven te zien geven of in de loop van het jaar te zien zullen geven, een beknopte uiteenzetting van de oorzaken van die verschillen.

4.1. Marktmaatregelen

Bij de goedgekeurde kredieten voor interventies op de landbouwmarkten ligt de kredietopname -74,9 miljoen euro onder het niveau zoals bepaald met de indicator op 31 januari 2010. Dit verschil is niet van betekenis en hangt voornamelijk samen met de huidige onderbesteding bij de voedselprogramma's en in de sector melk en zuivelproducten. Tegelijk is in andere sectoren, zoals de suikersector, de sector groenten en fruit, de wijnsector en bij overige plantaardige producten/overige maatregelen sprake van een overbesteding.

4.1.1. Voedselprogramma's (– 35,0 miljoen euro)

De kredietopname ligt tot dusver onder indicatorniveau vanwege de vertraagde goedkeuring van het plan voor voedselverstrekking voor 2010. Op basis van het bestedingspatroon van het afgelopen jaar is de Commissie van oordeel dat dit uitvoeringstempo van tijdelijke aard is en zal aantrekken naarmate het begrotingsjaar vordert.

4.1.2. Suiker (+6,2 miljoen euro)

De voornaamste maatregelen die uit de begroting van dit jaar worden gefinancierd, zijn de betaling van nog niet gebruikte restitutiecertificaten voor de uitvoer van suiker (geraamd op 12 miljoen euro) en de uitgaven aan uitslag van de suiker in openbare opslag die in het kader van het plan voor voedselverstrekking voor 2010 onder de meest behoeftigen wordt verdeeld (geraamd op -11,0 miljoen euro). Samen met de betaling van uitstaande saldi voor andere suikerregelingen (geraamd op 0,5 miljoen euro) bedroeg de uiteindelijke begroting voor de suikersector 1,5 miljoen euro. Op dit moment hebben de ELGF-betalingen voor deze sector echter hoofdzakelijk betrekking op betalingen van nog niet gebruikte uitvoerrestitutiecertificaten ten bedrage van 6,7 miljoen euro. De uitslag van suiker in openbare opslag heeft nog niet plaatsgevonden. Vanwege de in deze sector al verrichte betalingen is er tot dusver dus sprake van een forse overbesteding in vergelijking met het indicatorniveau op dit moment. Er zij echter op gewezen dat de absolute bedragen die met het huidige bestedingspatroon van deze sector gemoeid zijn, gering zijn.

4.1.3. Groenten en fruit (+14,0 miljoen euro in vergelijking met de goedgekeurde kredieten)

Dit bestedingsniveau hangt samen met de betalingen van de lidstaten aan de actiefondsen van de producentenorganisaties. Deze worden uit zowel de goedgekeurde begrotingskredieten als de bestemmingsontvangsten voor deze regeling in de begroting 2010 gefinancierd (zie voor nadere informatie punt 2 hierboven). Dit bestedingsniveau is het resultaat van de toepassing van de indicator voor de periode tot en met 31 januari 2010 op de goedgekeurde begrotingskredieten, dus exclusief de bestemmingsontvangsten voor deze sector.

De Commissie gaat er in dit stadium van uit dat de totale voor deze sector beschikbare kredieten toereikend zullen zijn om de verwachte uitgaven van de lidstaten in 2010 te dekken.

NB: Ten behoeve van de lezer heeft de Commissie in bijlage 2 voetnoot * toegevoegd aan de tabel met het overzicht van de voorlopige uitvoering van de begroting (bijlage 2). Deze voetnoot laat zien wat de situatie zou zijn geweest als de indicator op 31 januari 2010 was toegepast op de totale kredieten die volgens de ramingen voor de financiering van deze sector beschikbaar zullen zijn. Zoals in punt 2 hierboven is aangegeven, bestaat deze totale financiering uit de goedgekeurde begrotingskredieten van 720,1 miljoen euro plus de bestemmingsontvangsten voor deze sector van naar schatting 222,0 miljoen euro. Als de indicator dus was toegepast op de geraamde totale financiering van 942,1 miljoen euro voor deze sector, zou er sprake zijn van een onderbesteding van -36,4 miljoen euro.

4.1.4. Producten van de wijnbouwsector (+32,4 miljoen euro)

Dit uitvoeringspatroon ligt boven het indicatorniveau voor de begrotingskredieten op 31 januari 2010 omdat de lidstaten in een versneld tempo betalingen hebben verricht, en met name betalingen voor de rooiregeling. Hetzelfde wordt waargenomen bij de nationale steunprogramma's, hoewel het tempo lager ligt.

4.1.5. Overige plantaardige producten/overige maatregelen (+26,7 miljoen euro)

Dit uitvoeringspatroon ligt boven het indicatorniveau voor de begrotingskredieten op 31 januari 2010 omdat de lidstaten in versneld tempo betalingen hebben verricht, en met name betalingen voor de POSEI-programma's.

4.1.6. Melk en zuivelproducten (-73,1 miljoen euro)

De situatie op de zuivelmarkt is sterk verbeterd in vergelijking met de situatie ten tijde van de vaststelling van de nota van wijzigingen voor het begrotingsjaar 2010. Daarom heeft de Commissie de betaling van uitvoerrestituties voor zuivelproducten stopgezet. Voorts zijn de marktprijzen in de EU sterk gestegen, zodat een einde is gekomen aan de inslag van boter en mageremelkpoeder in de openbare opslag, waar de hoeveelheden die van beide producten zijn opgeslagen, op een stabiel niveau zijn gebleven. De kredietopname ligt tot dusver onder indicatorniveau omdat in deze sector om de bovengenoemde redenen thans minder is uitgegeven, en naar verwachting ook in de verdere loop van het jaar minder uitgegeven zal worden.

4.2. Rechtstreekse steun

De opname van kredieten voor rechtstreekse steun lag -90,4 miljoen euro onder het indicatorniveau op 31 januari 2010.

4.2.1. Ontkoppelde rechtstreekse steun (-61,7 miljoen euro in vergelijking met de goedgekeurde kredieten)

Dit bestedingsniveau hangt samen met de betalingen van de lidstaten in het kader van de bedrijfstoeslagregeling, die uit zowel de goedgekeurde begrotingskredieten als de bestemmingsontvangsten voor deze regeling in de begroting 2010 wordt gefinancierd (zie voor nadere informatie punt 2 hierboven). Terwijl de meeste lidstaten hun betalingen in het kader van deze regeling al grotendeels hebben verricht, moet Griekenland daar nog mee beginnen omdat vóór deze betalingen de nodige controles moeten worden verricht. De geconstateerde onderbesteding is echter minimaal omdat deze het resultaat is van de toepassing van de indicator voor de periode tot en met 31 januari 2010 op de goedgekeurde begrotingskredieten, dus exclusief de bestemmingsontvangsten voor deze sector.

NB: Ten behoeve van de lezer heeft de Commissie in bijlage 2 voetnoot * toegevoegd aan de tabel met het overzicht van de voorlopige uitvoering van de begroting (bijlage 2). Deze voetnoot laat zien wat de situatie zou zijn geweest als de indicator op 31 januari 2010 was toegepast op de totale kredieten die volgens de ramingen voor de financiering van deze sector beschikbaar zullen zijn. Zoals in punt 2 hierboven is aangegeven, bestaat deze totale financiering uit de goedgekeurde begrotingskredieten van 33.272,0 miljoen euro plus de bestemmingsontvangsten voor deze sector van naar schatting 700,0 miljoen euro. Als de indicator dus was toegepast op de geraamde totale financiering van 33 972,0 miljoen euro voor deze sector, zou er sprake zijn van een onderbesteding van -676,4 miljoen euro, die dus te verklaren valt met het feit dat Griekenland de steun voor de bedrijfstoeslagregeling nog niet heeft uitgekeerd.

4.2.2. Andere rechtstreekse steun (–29,9 miljoen euro)

Dit uitvoeringspatroon houdt voornamelijk verband met het tempo van betalingen door de lidstaten in het kader van bepaalde regelingen (premies voor zoogkoeien en schapen/geiten en voor katoen) dat tot dusver onder indicatorniveau ligt. Op dit moment wordt ervan uitgegaan dat deze situatie van tijdelijke aard is.

4.3. Audit van de landbouwuitgaven

4.3.1. Boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren (+57,6 miljoen euro)

Het huidige uitvoeringspatroon resulteert uit de vergelijking tussen de reeds uitgevoerde correcties in het kader van de goedkeuring van de rekeningen en het bedrag van de desbetreffende indicator op 31 januari 2010. Opgemerkt zij evenwel dat nog niet alle in dit begrotingsjaar te verwachten besluiten tot boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen zijn vastgesteld. De Commissie is in dit stadium dan ook van oordeel dat dit uitvoeringsniveau van tijdelijk aard is.

Wel moet erop worden gewezen dat de begrotingsautoriteit tegen het correctievoorstel van -80,0 miljoen euro in dat de Commissie in haar nota van wijzigingen voor 2010 heeft gedaan, heeft vastgehouden aan een bedrag van -310,0 miljoen euro. Op dit moment is de Commissie van oordeel dat de verwachte correcties in het kader van de goedkeuring van de rekeningen niet voldoende zullen zijn om het extra bedrag dat de begrotingsautoriteit heeft opgelegd te dekken, en dat het bedrag aan negatieve begrotingskredieten niet wordt gehaald, zodat de Commissie dit met positieve begrotingskredieten zal moeten compenseren om deze rekening in 2010 sluitend te maken.

4.4. Voedsel- en voederveiligheid, diergezondheid, dierenwelzijn en de gezondheid van planten

4.4.1. Programma's voor de uitroeiing van dierziekten (+132,5 miljoen euro)

Dit uitvoeringspatroon ligt boven het indicatorniveau voor de begrotingskredieten op 31 januari 2010 omdat de Commissie in een versneld tempo betalingen heeft verricht in het kader van de programma's voor de uitroeiing van dierziekten.

5. FEITELIJKE BESTEMMINGSONTVANGSTEN VOOR HET ELGF

De in bijlage 2 opgenomen tabel geeft een overzicht van de per 31 januari 2010 geïnde bestemmingsontvangsten, in totaal 483,8 miljoen euro. Meer bepaald:

- bedroegen de ontvangsten die voortvloeien uit de financiële correcties die worden opgelegd bij de conformiteitsgoedkeuringsbesluiten, ongeveer 188,8 miljoen euro en de verwachting is dat daar in de rest van het begrotingsjaar nog bedragen bij zullen komen;

- bedroegen de ontvangsten als gevolg van terugvorderingen wegens onregelmatigheden ongeveer 55,4 miljoen euro en ook hier is de verwachting dat daar in de rest van het begrotingsjaar nog bedragen bij zullen komen;

- heeft de melkheffing, die inmiddels grotendeels is geïnd, ongeveer 98,1 miljoen euro opgeleverd tegenover de oorspronkelijke raming van 98,0 miljoen euro;

- bedroegen de uiteindelijk van het begrotingsjaar 2009 naar het begrotingsjaar 2010 overgedragen bestemmingsontvangsten 141,5 miljoen euro, tegenover het oorspronkelijk geraamde bedrag van 133,0 miljoen euro.

Het voor de financiering van ELGF-uitgaven beschikbare bedrag van de bestemmingsontvangsten bedraagt per 31 januari 2010 derhalve 483,8 miljoen euro. Op dit moment raamt de Commissie het bedrag aan nog te innen bestemmingsontvangsten op 305,2 miljoen euro (geraamde bestemmingsontvangsten in de begroting van 2010 789,0 miljoen euro, waarvan 483,8 miljoen euro al is geïnd).

6. FEITELIJKE OPBRENGSTEN VAN DE TIJDELIJKE HERSTRUCTURERINGSHEFFING (SECTOR SUIKER)

In november 2009 hebben de lidstaten de tweede tranche van de voor het verkoopseizoen 2008/2009 verschuldigde bedragen aan tijdelijke herstructureringsheffing overgemaakt. Deze bedraagt ongeveer 606,8 miljoen euro, gelijk aan de oorspronkelijke raming. Daarnaast is uiteindelijk 768,3 miljoen euro aan bestemmingsontvangsten overgedragen van het begrotingsjaar 2009 naar het begrotingsjaar 2010, terwijl die overdracht oorspronkelijk op 717,9 miljoen euro was geraamd. Bijgevolg was in 2010 voor de begroting een bedrag beschikbaar van in totaal 1 375,1 miljoen euro aan bestemmingsontvangsten in de vorm van bedragen aan tijdelijke herstructureringsheffing.

7. BESTEDING VAN HET FONDS VOOR DE HERSTRUCTURERING VAN DE SUIKERINDUSTRIE

Eind januari 2010 hadden de lidstaten vrijwel geen betalingen (slechts 0,7 miljoen euro!) verricht voor steun voor de herstructurering van de suikerindustrie, diversificatiesteun en steun aan suikerraffinaderijen.

8. CONCLUSIES

Uit de voorlopige uitvoering van de ELGF-begroting 2010 voor de periode tot en met 31 januari 2010 blijkt dat de maandelijkse vergoedingen aan de lidstaten ongeveer 33,8 miljoen euro boven het huidige indicatorniveau voor de goedgekeurde begrotingskredieten lagen. Wat de bestemmingsontvangsten betreft, is in 2010 483,8 miljoen euro geïnd en wordt voor dit jaar nog gerekend op een bedrag van 305,2 miljoen euro.

Op dit moment gaat de Commissie ervan uit dat het bedrag aan bestemmingsontvangsten dat beschikbaar is en het bedrag dat in de loop van het jaar nog beschikbaar zal komen, zal worden gebruikt voor de financiering van de actiefondsen voor producentenorganisaties en voor de bedrijfstoeslagregeling, dit overeenkomstig de oorspronkelijke verwachting bij de vaststelling van de begroting.

Wat betreft de verhoging door de begrotingsautoriteit van de correcties in het kader van de goedkeuring van de rekeningen (met -230 miljoen euro naar -310 miljoen euro), zal de Commissie de ontwikkeling van de uitvoering van de begroting nauwlettend volgen om te zien of het deel van deze negatieve uitgaven dat niet zal worden gedekt uit de besluiten van de Commissie tot boekhoudkundige goedkeuring en uit andere correcties in verband met de niet-naleving door de betrokken lidstaten van de steunbetalingstermijnen, kan worden opgevangen met onderbestedingen op andere onderdelen van de begroting.

[pic]

[pic]

De met de overgedragen bestemmingsontvangsten overeenstemmende beschikbare kredieten moeten als eerste worden gebruikt (artikel 10 van het Financieel Reglement), d.w.z. vóór de door de begrotingsautoriteit goedgekeurde kredieten en de in dat jaar geïnde bestemmingsontvangsten.