Artikelen bij COM(2015)134 - Ontwikkeling van de uitgaven uit het ELGF Alarmsysteem nr. 1-3/2015

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.


1............ Procedure voor de vaststelling van de ELGF-begroting 2015. 3

2............ Bestemmingsontvangsten voor het ELGF. 3

3............ Opmerkingen over de uitvoering van de ELGF-begroting 2015 (voorlopige cijfers) 5

4............ Feitelijke bestemmingsontvangsten voor het ELGF. 7

5............ Conclusies. 7

bijlage 1: bijlage 2: || Begrotingsprocedure 2015 Besteding van de ELGF-kredieten tot en met 31.1.2015 (voorlopige cijfers)

1. Procedure voor de vaststelling van de ELGF-begroting 2015

De tabel in bijlage 1 geeft een overzicht van de belangrijkste cijfers voor het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) in de verschillende fasen van de begrotingsprocedure.

De ELGF-begroting 2015 is op 17 december 2014 door het Europees Parlement vastgesteld. In de begroting zijn voor maatregelen voor de landbouwmarkten en rechtstreekse steun vastleggings- en betalingskredieten opgenomen voor een bedrag van respectievelijk 43 455,8 miljoen EUR en 43 447,6 miljoen EUR.

Het verschil tussen de vastleggings- en de betalingskredieten houdt verband met het feit dat voor bepaalde maatregelen die rechtstreeks door de Commissie worden uitgevoerd, gesplitste kredieten worden gebruikt. Deze kredieten dienen hoofdzakelijk voor maatregelen om de afzet van landbouwproducten te bevorderen en voor maatregelen op het gebied van de beleidsstrategie en -coördinatie voor het beleidsterrein landbouw.

2. Bestemmingsontvangsten voor het ELGF

Krachtens artikel 43 van Verordening (EU) nr. 1306/2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid worden ontvangsten die voortvloeien uit financiële correcties op grond van besluiten tot boekhoudkundige en conformiteitsgoedkeuring, ontvangsten als gevolg van terugvorderingen wegens onregelmatigheden en opbrengsten uit de melkheffing beschouwd als bestemmingsontvangsten ter financiering van ELGF-uitgaven. Overeenkomstig de bepalingen van dat artikel kunnen de bestemmingsontvangsten worden gebruikt voor de financiering van welke ELGF-uitgaven dan ook. Als een deel van deze ontvangsten niet binnen het begrotingsjaar wordt gebruikt, dan worden de ongebruikte bedragen ambtshalve overgedragen naar het volgende begrotingsjaar.

De ELGF-begroting 2015 bevat zowel de door de Commissie vastgestelde laatste ramingen van de middelen die nodig zijn om de verwachte uitgaven voor marktmaatregelen en rechtstreekse steun te financieren, en ramingen van de bestemmingsontvangsten die naar verwachting in de loop van het betrokken begrotingsjaar zullen worden geïnd, als het over te dragen saldo van de uit het voorafgaande begrotingsjaar beschikbare bestemmingsontvangsten. In haar voorstel voor de begrotingskredieten voor het ELGF voor 2015 heeft de Commissie de totale verwachte bestemmingsontvangsten in aanmerking genomen, met het verzoek om voor de begroting 2015 bij de berekening van het bedrag aan kredieten de geraamde bestemmingsontvangsten in mindering te brengen op de geraamde financieringsbehoeften. De begrotingsautoriteit heeft vervolgens de ELGF-begroting goedgekeurd, rekening houdend met de verwachte bestemmingsontvangsten.

Bij de opstelling van de begroting 2015 werden de beschikbare bestemmingsontvangsten door de Commissie op 1 768,6 miljoen EUR geraamd. Meer bepaald:

– werd verwacht dat in de loop van het begrotingsjaar 2015 bestemmingsontvangsten ten bedrage van 1 438,6 miljoen euro zouden worden geïnd. De ontvangsten uit correcties in het kader van de conformiteitsgoedkeuring en uit terugvorderingen wegens onregelmatigheden werden op respectievelijk 868,6 miljoen EUR en 165 miljoen EUR geraamd. De opbrengsten uit de melkheffing werden op 405 miljoen EUR geraamd;

– werden de van het begrotingsjaar 2014 naar het begrotingsjaar 2015 over te dragen bestemmingsontvangsten op 330 miljoen EUR geraamd.

De Commissie heeft deze aanvankelijk verwachte ontvangsten ten bedrage van 1 768,6 miljoen EUR in de begroting 2015 toegewezen aan de volgende regelingen:

– 362,4 miljoen EUR aan de actiefondsen van de producentenorganisaties voor groenten en fruit;

– 106,9 miljoen EUR aan de overige maatregelen voor groenten en fruit;

– 0,9 miljoen EUR aan de opslagmaatregelen voor mageremelkpoeder;

– 2,9 miljoen EUR aan de opslagmaatregelen voor boter en room;

– 50,5 miljoen EUR aan de overige maatregelen voor melk en zuivelproducten; en

– 1 245 miljoen EUR aan de bedrijfstoeslagregeling.

Voor deze regelingen heeft de begrotingsautoriteit uiteindelijk kredieten goedgekeurd in overeenstemming met het voorstel van de Commissie. De som van de goedgekeurde kredieten en bovengenoemde bestemmingsontvangsten komt overeen met een totale geraamde behoefte van:

– 903,9 miljoen EUR voor de actiefondsen van de producentenorganisaties voor groenten en fruit;

– 107,6 miljoen EUR voor de overige maatregelen voor groenten en fruit;

– 0,9 miljoen EUR voor de opslagmaatregelen voor mageremelkpoeder;

– 2,9 miljoen EUR voor de opslagmaatregelen voor boter en room;

– 50,6 miljoen EUR voor de overige maatregelen voor melk en zuivelproducten; en

– 29 587 miljoen EUR voor de bedrijfstoeslagregeling.

In bijlage 2, waarin de uitvoering van de begroting 2015 voor de periode tot en met 31 januari 2015 (voorlopige cijfers) wordt weergegeven, gaat het bij de begrotingskredieten voor groenten en fruit, voor melk en zuivelproducten en voor ontkoppelde rechtstreekse steun op het niveau van het artikel om de goedgekeurde kredieten voor die artikelen (respectievelijk 836,2 miljoen EUR, 77,1 miljoen EUR en 37 397 miljoen EUR), waarbij geen rekening is gehouden met de voornoemde bestemmingsontvangsten. Als de bestemmingsontvangsten voor die artikelen worden meegeteld, bedragen de totale kredieten in de begroting 2015 1 305,5 miljoen EUR voor groenten en fruit, 131,4 miljoen EUR voor melk en zuivelproducten en 38 642 miljoen EUR voor ontkoppelde rechtstreekse steun.

3. Opmerkingen over de uitvoering van de ELGF-begroting 2015 (voorlopige cijfers)

Bijlage 2 geeft een overzicht van de uitvoering van de begroting voor de periode van 16 oktober 2014 tot en met 31 januari 2015 (voorlopige cijfers). Dit uitvoeringsniveau wordt vergeleken met het uitgavenprofiel (indicator) dat is bepaald op grond van artikel 28 van Verordening (EU) nr. 1306/2013. Hieronder volgt voor de artikelen van de begroting 2015 die de grootste verschillen tussen de werkelijke en de verwachte uitgaven te zien geven, een beknopte uiteenzetting van de oorzaken van die verschillen.

3.1. Marktmaatregelen

De opname van goedgekeurde begrotingskredieten voor interventies op de landbouwmarkten lag 107,5 miljoen EUR onder het niveau waarop deze volgens de indicator op 31 januari 2015 zou moeten liggen. Dit verschil is het netto-effect van de uitvoeringspatronen in voornamelijk de sector groenten en fruit en de sector wijn. 

3.1.1. Groenten en fruit (+ 17 miljoen EUR ten opzichte van de goedgekeurde kredieten)

Wat de goedgekeurde kredieten betreft, hangt dit uitvoeringsniveau vooral samen met de uitgaven voor de regeling inzake de actiefondsen van de producentenorganisaties en de overige maatregelen voor groenten en fruit. Die uitgaven worden allebei gefinancierd uit zowel de goedgekeurde begrotingskredieten als de bestemmingsontvangsten die in de begroting 2015 aan deze regeling zijn toegewezen (zie punt 2 voor meer informatie). Dit uitvoeringsniveau is het resultaat van de toepassing van de indicator voor de periode tot en met 31 januari 2015 op de goedgekeurde begrotingskredieten, dus exclusief de bestemmingsontvangsten voor deze sector.

Een voetnoot * in de tabel met het overzicht van de uitvoering van de begroting (bijlage 2 – voorlopige cijfers) geeft aan wat de situatie zou zijn geweest als de indicator per 31 januari 2015 was toegepast op de totale kredieten die naar raming voor de financiering van dit artikel beschikbaar zullen zijn. Zoals in punt 2 is aangegeven, bestaat de totale financiering die naar raming voor dit artikel beschikbaar zal zijn, uit de goedgekeurde begrotingskredieten (836,2 miljoen EUR) plus de bestemmingsontvangsten voor dit artikel (naar raming 469,3 miljoen EUR). Als de indicator dus was toegepast op de geraamde totale kredieten van 1 305,5 miljoen EUR voor dit artikel, zou er sprake zijn van een onderbesteding van 63 miljoen EUR.

Dit is het gevolg van de tragere invoering van alle uit hoofde van dit artikel gefinancierde regelingen. Opgemerkt moet worden dat het tempo waarin de begrotingskredieten voor de crisismaatregelen worden opgenomen, niet op betrouwbare wijze kon worden geraamd en waarschijnlijk zal afwijken van een gemiddeld bestedingsprofiel over een periode van drie jaar, dat de basis vormt voor de indicator voor dit artikel. Op dit moment wordt ervan uitgegaan dat het een tijdelijke situatie betreft. De uitvoering van dit artikel wordt nauwlettend gemonitord door de verantwoordelijke diensten van de Commissie.

3.1.2. Producten van de wijnbouwsector (– 130,8 miljoen EUR)

Deze onderbesteding is toe te schrijven aan het tragere tempo van de betalingen door de lidstaten in vergelijking met het uitgavenprofiel van de indicator die voor de nationale wijnprogramma's is vastgesteld. Op dit moment wordt ervan uitgegaan dat het een tijdelijke situatie betreft. 

3.2. Rechtstreekse steun

De opname van kredieten voor rechtstreekse steun lag 650,8 miljoen EUR boven het indicatorniveau op 31 januari 2015.

3.2.1. Ontkoppelde rechtstreekse steun (+ 691,7 miljoen EUR in vergelijking met de goedgekeurde kredieten)

Wat de goedgekeurde kredieten betreft, hangt dit uitvoeringsniveau vooral samen met de uitgaven voor de bedrijfstoeslagregeling, die wordt gefinancierd uit zowel de goedgekeurde begrotingskredieten als de bestemmingsontvangsten die in de begroting 2015 aan deze regeling zijn toegewezen (zie punt 2 voor meer informatie). Dit uitvoeringsniveau is het resultaat van de toepassing van de indicator voor de periode tot en met 31 januari 2015 op de goedgekeurde begrotingskredieten, dus exclusief de bestemmingsontvangsten voor dit artikel. 

Een voetnoot * in de tabel met het overzicht van de uitvoering van de begroting (bijlage 2 – voorlopige cijfers) geeft aan wat de situatie zou zijn geweest als de indicator per 31 januari 2015 was toegepast op de totale kredieten die naar raming voor de financiering van de ontkoppelde rechtstreekse steun beschikbaar zullen zijn. Zoals in punt 2 is aangegeven, bestaat de totale financiering die naar raming voor de ontkoppelde rechtstreekse steun beschikbaar zal zijn, uit de goedgekeurde begrotingskredieten (37 397 miljoen EUR) plus de aan de ontkoppelde rechtstreekse steun toegewezen bestemmingsontvangsten (naar raming 1 245 miljoen EUR). Als de indicator dus was toegepast op de geraamde totale kredieten van 38 642 miljoen EUR voor ontkoppelde rechtstreekse steun, zou er sprake zijn van een onderbesteding van 488,8 miljoen EUR.

Het afwijkende niveau van uitvoering van de begroting voor ontkoppelde rechtstreekse steun is hoofdzakelijk het gevolg van versnelde betalingen voor de bedrijfstoeslagregeling in de eerste twee maanden van het begrotingsjaar (in vergelijking met dezelfde periode in de voorgaande drie jaren) en een tijdelijke vertraging in de maand januari. Uit ramingen van de lidstaten valt af te leiden dat de uitvoering in de komende maanden opnieuw op snelheid zal komen.

De Commissie gaat er op dit moment van uit dat de beschikbare kredieten plus de bestemmingsontvangsten voldoende zullen zijn om aan de financieringsbehoeften voor dit artikel te voldoen.

3.2.2. Andere rechtstreekse steun (– 40,9 miljoen EUR)

Deze onderbesteding van de goedgekeurde kredieten voor andere rechtstreekse steun ten opzichte van het uitgavenprofiel dat overeenstemt met de indicator voor de periode tot en met 31 januari 2015, is voornamelijk het gevolg van het tragere tempo van de betalingen voor specifieke steun op grond van artikel 68 (gekoppelde rechtstreekse steun). Op dit moment wordt ervan uitgegaan dat het een tijdelijke situatie betreft.

3.3. Audit van de landbouwuitgaven (– 16,9 miljoen EUR)

Naast een totaal bedrag voor rechtstreekse uitgaven voor monitoring en preventieve maatregelen en uitgaven voor financiële correcties ten gunste van lidstaten ten belope van 26,8 miljoen EUR is in de begroting 2015 een geraamd bedrag van 60,5 miljoen EUR opgenomen voor betalingen in verband met de regeling van geschillen. Bij gebrek aan een op basis van het verleden vastgesteld uitvoeringsprofiel werd bij de vaststelling van het uitgavenprofiel voor de regeling van geschillen aangenomen dat de lidstaten de betaling van deze bedragen gelijkmatig zouden spreiden over het jaar. Per 31 januari 2015 hadden de lidstaten evenwel nog geen enkele dergelijke betaling verricht. Bijgevolg is er voor dit hoofdstuk van de begroting 2015 een onderbesteding ten opzichte van de indicator. Op dit moment wordt ervan uitgegaan dat het een tijdelijke situatie betreft en dat het budget uiteindelijk volledig zal worden benut. 

4. Feitelijke bestemmingsontvangsten voor het ELGF

In de tabel in bijlage 2 is te zien dat de per 31 januari 2015 geïnde bestemmingsontvangsten 995,6 miljoen EUR bedroegen. Meer bepaald:

– bedroegen de ontvangsten uit de correcties op grond van de besluiten tot boekhoudkundige en conformiteitsgoedkeuring 179 miljoen EUR en is de verwachting dat daar tegen het einde van het begrotingsjaar nog aanzienlijke bedragen bij zullen komen;

– bedroegen de ontvangsten uit terugvorderingen wegens onregelmatigheden 68 miljoen EUR en is ook hier de verwachting dat daar tegen het einde van het begrotingsjaar nog bedragen bij zullen komen;

– zijn de inkomsten uit de melkheffing inmiddels volledig geïnd (ca. 407,3 miljoen EUR).

Tot slot zijn uiteindelijk bestemmingsontvangsten ten bedrage van 341,3 miljoen EUR van 2014 naar 2015 overgedragen.

Het voor de financiering van ELGF-uitgaven beschikbare bedrag van de bestemmingsontvangsten bedraagt per 31 januari 2015 dus 995,6 miljoen EUR en zal verder worden aangevuld met aanzienlijke nieuwe bestemmingsontvangsten op grond van besluiten tot boekhoudkundige en conformiteitsgoedkeuring en uit terugvorderingen wegens onregelmatigheden, die naar verwachting tegen het einde van het begrotingsjaar zullen worden geïnd.

5. Conclusies

Uit de voorlopige uitvoering van de ELGF-begroting 2015 voor de periode tot en met 31 januari 2015 blijkt dat de maandelijkse vergoedingen aan de lidstaten ongeveer 526,5 miljoen EUR boven het uitgavenprofiel voor de uitvoering van de begroting op basis van de indicator liggen.

Wat de bestemmingsontvangsten betreft, is in 2015 reeds 995,6 miljoen EUR beschikbaar en wordt voor dit jaar nog op extra bedragen gerekend. Op dit moment is de Commissie van mening dat het bedrag aan bestemmingsontvangsten dat tegen het einde van het begrotingsjaar beschikbaar zal zijn, voldoende zal zijn voor de financiering van bepaalde items bij de sector groenten en fruit en de sector melk en zuivelproducten en voor de financiering van de bedrijfstoeslagregeling, dit overeenkomstig de oorspronkelijke verwachting bij de vaststelling van de begroting 2015.

                  In artikel 14 van Verordening (EU, Euratom)  nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie is bepaald dat interne bestemmingsontvangsten slechts één jaar mogen worden overgedragen. Daarom worden deze bestemmingsontvangsten, met het oog op een gezond begrotingsbeheer, over het algemeen eerst gebruikt, vóór de goedgekeurde kredieten van het betrokken begrotingsartikel.