Artikelen bij COM(2016)578 - Negende financieel verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de raad over het Europees landbouwgarantiefonds begrotingsjaar 2015 - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
| dossier | COM(2016)578 - Negende financieel verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de raad over het Europees landbouwgarantiefonds ... |
|---|---|
| document | COM(2016)578   |
| datum | 14 september 2016 |
1. BEGROTINGSPROCEDURE
2. KASPOSITIE EN BEHEER VAN DE KREDIETEN
3. UITVOERING VAN DE ELGF-BEGROTING 2015
4. OPMERKINGEN OVER DE UITVOERING VAN DE ELGF-BEGROTING 2015
5. BESTEDING VAN DE BESTEMMINGSONTVANGSTEN
6. UITSPLITSING NAAR SOORT UITGAVE
| Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4-I Bijlage 4-II Bijlage 5 Bijlage 6 | Begrotingsprocedure voor de ELGF-kredieten van 2015 Aandeel ELGF-begroting in EU-begroting 2009-2015 Uitvoering ELGF-begroting – begrotingsjaar 2015 Uitvoering ELGF-begroting – begrotingsjaar 2015. Bestemmingsontvangsten C4 Uitvoering ELGF-begroting – begrotingsjaar 2015. Bestemmingsontvangsten C5 Uitvoering ELGF-begroting per artikel en per lidstaat – begrotingsjaar 2015 Ontwikkeling uitsplitsing ELGF-uitgaven - begrotingsjaren 2009-2015 |
| Noot: Dit verslag gaat vergezeld van een uitvoerig werkdocument van de diensten van de Commissie. De volledige tekst van dit werkdocument (in het Engels) en de bijbehorende tabellen (in het Engels) zijn te vinden op de website van DG Landbouw (http://ec.europa.eu/agriculture/cap-funding/financial-reports/eagf/index_en.htm). |
1. BEGROTINGSPROCEDURE 1
1.1.Oorspronkelijke ontwerpbegroting 2015 en nota van wijzigingen 1/2015
De oorspronkelijke ontwerpbegroting 2015 is op 24 juni 2014 door de Commissie vastgesteld en aan de begrotingsautoriteit voorgelegd. De vastleggingskredieten die voor het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) waren voorgesteld in het kader van rubriek 2 van het meerjarig financieel kader 2014-2020, bedroegen in totaal 43 903,8 miljoen EUR.
Op 2 september 2014 heeft de Raad heeft zijn standpunt over de oorspronkelijke ontwerpbegroting 2015 ingenomen en gesteld dat de ELGF-vastleggingskredieten met 48,5 miljoen EUR moesten worden verlaagd. Op 22 oktober 2014 heeft het Europees Parlement zijn standpunt bepaald, waarin juist een verhoging van de ELGF-vastleggingskredieten met 41 miljoen EUR noodzakelijk werd geacht.
Op 15 oktober 2014 kwam de Commissie met nota van wijzigingen nr. 1 bij de ontwerpbegroting 2015. Daarin was het bedrag aan gevraagde vastleggingskredieten voor het ELGF met 448 miljoen EUR verlaagd ten opzichte van de oorspronkelijke ontwerpbegroting.
1.2.Vaststelling van de begroting 2015
Op 27 november 2014 heeft de Commissie een nieuwe ontwerpbegroting 2015 ingediend. Daarin werd voor het ELGF een bedrag van 43 455,8 miljoen EUR aan vastleggingskredieten gevraagd. Na de presentatie van deze nieuwe ontwerpbegroting 2015 is op 8 december 2014 intensief overleg gevoerd tussen de drie betrokken partijen (Commissie, Raad en Europees Parlement). Op 12 december 2014 stemde de Raad in met het compromispakket. Uiteindelijk is de begroting 2015 op 17 december 2014 definitief vastgesteld met de goedkeuring ervan door het Europees Parlement. De ELGF-begroting bevatte in totaal 43 455,8 miljoen EUR aan vastleggingskredieten en 43 447,6 miljoen EUR aan betalingskredieten.
Het verschil tussen de vastleggings- en de betalingskredieten houdt verband met het feit dat voor bepaalde maatregelen die rechtstreeks door de Commissie worden uitgevoerd, gesplitste kredieten worden gebruikt. Deze maatregelen hebben hoofdzakelijk betrekking op de bevordering van de afzet van landbouwproducten en op beleidsstrategie en coördinatiemaatregelen voor de landbouw.
Van de goedgekeurde ELGF-vastleggingskredieten voor beleidsterrein 05 (43 455,8 miljoen EUR) was 2 400,7 miljoen EUR bestemd voor marktmaatregelen in het kader van hoofdstuk 05 02, 40 908,6 miljoen EUR voor rechtstreekse steun in het kader van hoofdstuk 05 03, 87,3 miljoen EUR voor de audit van de landbouwuitgaven in het kader van hoofdstuk 05 07 en 50,9 miljoen EUR voor beleidsstrategie en coördinatie in het kader van hoofdstuk 05 08.
Voor nadere informatie wordt verwezen naar bijlage 1.
Vervolgens zijn in de loop van begrotingsjaar 2015 de ELGF-kredieten voor de artikelen 05 08 06 (verbetering van het bewustzijn bij het publiek over het gemeenschappelijk landbouwbeleid) en 05 08 09 (ELGF
— operationele technische bijstand) bij gewijzigde begroting 7 verlaagd met respectievelijk 0,1 miljoen EUR en 0,8 miljoen EUR.
1.3.Bestemmingsontvangsten voor het ELGF 2
Op grond van artikel 43 van Verordening (EU) nr. 1306/2013 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid 3 gelden de ontvangsten die voortvloeien uit financiële correcties die worden opgelegd bij de conformiteitsgoedkeuringsbesluiten, uit terugvorderingen wegens onregelmatigheden ten nadele van het ELGF, en uit de melkheffing als ontvangsten die bestemd zijn voor de financiering van ELGF-uitgaven. Overeenkomstig deze voorschriften kunnen de bestemmingsontvangsten worden gebruikt om welke ELGF-uitgaven dan ook te financieren. Blijven deze ontvangsten gedeeltelijk ongebruikt, dan worden de ongebruikte bedragen ambtshalve overgedragen naar het volgende begrotingsjaar.
Bij de opstelling van de begroting 2015 is een raming gemaakt van zowel het in de loop van begrotingsjaar 2015 te innen bedrag als het van begrotingsjaar 2014 naar begrotingsjaar 2015 over te dragen bedrag. Dit geraamde bedrag (1 768,6 miljoen EUR) is in aanmerking genomen in de door de begrotingsautoriteit vastgestelde begroting 2015. Meer bepaald:
– werden de ontvangsten uit de correcties in het kader van de conformiteitsgoedkeuring en uit terugvorderingen wegens onregelmatigheden geraamd op respectievelijk 868,6 miljoen EUR en 165 miljoen EUR, terwijl de opbrengsten uit de melkheffing werden geraamd op 405 miljoen EUR. Verwacht werd derhalve dat in de loop van begrotingsjaar 2015 bestemmingsontvangsten van in totaal 1 438,6 miljoen EUR zouden worden geïnd;
– werden de van het begrotingsjaar 2014 naar het begrotingsjaar 2015 over te dragen bestemmingsontvangsten op 330 miljoen EUR geraamd.
In de begroting 2015 zijn deze oorspronkelijk geraamde ontvangsten van 1 768,6 miljoen EUR toegewezen aan zes regelingen:
– 362,4 miljoen EUR voor de actiefondsen van de producentenorganisaties in de sector groenten en fruit, met inbegrip van de buitengewone steunmaatregelen voor leden van deze organisaties,
– 106,9 miljoen EUR voor de buitengewone steunmaatregelen voor niet-leden van producentenorganisaties in het kader van andere maatregelen in de sector groenten en fruit,
– 0,9 miljoen EUR voor opslagmaatregelen voor mageremelkpoeder in de sector melk en zuivelproducten,
– 2,9 miljoen EUR voor opslagmaatregelen voor boter en room in de sector melk en zuivelproducten,
– 50,5 miljoen EUR voor de buitengewone steunmaatregelen voor melkproducenten en voor de particuliere opslag van kaas in het kader van andere maatregelen in de sector melk en zuivelproducten,
– 1 245 miljoen EUR voor de bedrijfstoeslagregeling (rechtstreekse steun).
Voor de bovengenoemde regelingen komt de som van de door de begrotingsautoriteit goedgekeurde kredieten en de bovenvermelde bestemmingsontvangsten overeen met de (geraamde) som van de volgende beschikbare kredieten:
– 903,9 miljoen EUR voor de actiefondsen van de producentenorganisaties in de sector groenten en fruit, met inbegrip van de buitengewone steunmaatregelen voor leden van deze organisaties,
– 107,6 miljoen EUR voor de buitengewone steunmaatregelen voor niet-leden van producentenorganisaties in het kader van andere maatregelen in de sector groenten en fruit,
– 50,6 miljoen EUR voor de buitengewone steunmaatregelen voor melkproducenten en voor de particuliere opslag van kaas in het kader van andere maatregelen in de sector melk en zuivelproducten,
– 29 587 miljoen EUR voor de bedrijfstoeslagregeling (rechtstreekse steun).
In dit verband zij opgemerkt dat de begrotingsautoriteit geen kredieten had goedgekeurd voor de opslagmaatregelen voor mageremelkpoeder en voor boter en room in de sector melk en zuivelproducten.
1.4.Aandeel van de ELGF-begroting in de EU-begroting
Het uiteindelijke aandeel van de ELGF-begroting (vastleggingskredieten) in de totale EU-begroting 2009-2015 is voor elk jaar weergegeven in bijlage 2.
2. KASPOSITIE EN BEHEER VAN DE KREDIETEN
2.1.Beheer van de kredieten
2.1.1.Voor begrotingsjaar 2015 beschikbare kredieten
| In EUR | ||||
| Uitgavendeel van de begroting (1) | Vastleggingskredieten | Betalingskredieten | Ontvangstendeel van de begroting (BO) (2) | Prognose |
| 1. Initiële kredieten voor het ELGF, waarvan: | 43 455 780 762 | 43 447 624 585 | 1. Goedkeuringsbesluiten | 868 600 000 |
| 1a. Kredieten onder gedeeld beheer | 43 388 597 789 | 43 388 597 789 | 2. Onregelmatigheden | 165 000 000 |
| 1b. Kredieten onder rechtstreeks beheer | 67 182 973 | 59 026 796 | 3. Superheffing melkproducenten | 405 000 000 |
| 2. Gewijzigde begroting | -900 000 | -900 000 | Totaal BO-prognose | 1 438 600 000 |
| 3. Overschrijving naar/uit het ELGF in het begrotingsjaar | -107 268 | |||
| 4. Definitieve kredieten voor het ELGF, waarvan: | 43 454 880 762 | 43 446 617 317 | ||
| 4 a. Kredieten onder gedeeld beheer | 43 388 791 789 | 43 388 791 789 | ||
| 4b. Kredieten onder rechtstreeks beheer | 66 088 973 | 57 825 528 | ||
| (1) In de begroting 2015 opgenomen kredieten, na aftrek van de in 2015 verwachte te innen bestemmingsontvangsten en de bestemmingsontvangsten die zijn overgedragen van 2014 naar 2015 overeenkomstig artikel 14 van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012. (2) BO: te innen bestemmingsontvangsten. De bedragen zijn niet opgenomen in de inkomstenposten (p.m.) 4 , maar zijn vermeld in de begrotingstoelichting. |
2.1.2.Begrotingsuitvoering van de beschikbare kredieten voor begrotingsjaar 2015
| In EUR | ||
| Besteding van de vastleggingskredieten | Besteding van de betalingskredieten | |
| Gedeeld beheer (1) | 44 883 460 321,82 | 44 883 460 321,82 |
| Rechtstreeks beheer | 64 654 779,75 | 56 154 302,09 |
| Totaal | 44 948 115 101,57 | 44 939 614 623,91 |
(1) Vastgelegde bedragen. Vastleggingen en betalingen minus bestemmingsontvangsten van 1 631 635 502,23 EUR (zie punt 5 en bijlage 4-I) die voor gedeeld beheer zijn ontvangen: 43 251 824 819,59 EUR.
Voor begrotingsjaar 2015 zijn dus uiteindelijk 44 948 115 101,57 EUR aan vastleggingskredieten en 44 939 614 623,91 EUR aan betalingskredieten gebruikt.
2.1.3.Begrotingsuitvoering van de goedgekeurde kredieten – uitgaven van de Commissie onder rechtstreeks beheer
| In EUR | ||||
| Rechtstreeks beheer | Vastleggingskredieten | Vrijmakingen | Betalingskredieten | Overdracht naar 2016 (2) |
| Kredieten (C1) (1) | 66 088 973,00 | - | 57 825 528,22 | - |
| Besteding (C1) | 64 654 779,75 | - | 41 675 092,27 | 13 821 274,51 |
| Geannuleerde kredieten | 1 434 193,25 | - | 2 329 161,44 | - |
(1) C1: goedgekeurde begrotingskredieten. Dit bedrag omvat overschrijvingen naar 'gedeeld beheer' van in totaal -194 000,00 EUR aan vastleggings- en betalingskredieten, een overschrijving uit het ELGF van -107 267,78 EUR aan betalingskredieten en een gewijzigde begroting van -900 000,00 EUR aan vastleggings- en betalingskredieten. (2) Overdracht naar 2016 alleen bij niet-gesplitste kredieten. |
In de begroting 2015 was 66,1 miljoen EUR aan vastleggingskredieten beschikbaar voor uitgaven onder rechtstreeks beheer. Daarvan is 64,7 miljoen EUR in 2015 vastgelegd. De resterende kredieten (1,4 miljoen EUR) zijn geannuleerd.
De meeste ELGF-vastleggingskredieten voor uitgaven van de Commissie onder rechtstreeks beheer zijn gesplitste kredieten.
De automatische overdracht naar 2016, die alleen betrekking heeft op niet-gesplitste kredieten, bedraagt 13,8 miljoen EUR.
2.2.Maandelijkse betalingen
2.2.1.Maandelijkse betalingen aan lidstaten onder gedeeld beheer
2.2.1.1.Maandelijkse betalingen ter financiering van de uitgaven
Overeenkomstig artikel 18, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1306/2013 moeten maandelijkse betalingen door de Commissie worden uitgekeerd voor de uitgaven die de erkende betaalorganen van de lidstaten in de referentiemaand hebben verricht. De maandelijkse betalingen moeten aan elke lidstaat worden uitgekeerd uiterlijk op de derde werkdag van de tweede maand na de maand waarin de uitgaven zijn verricht.
Het gaat bij de maandelijkse betalingen dus om de vergoeding van reeds gedane uitgaven, en wel op nettobasis (na aftrek van de ontvangsten). De betrokken bedragen worden beschikbaar gesteld op basis van de maandelijkse declaraties van de lidstaten 5 . De maandboekingen van de uitgaven en ontvangsten worden vervolgens gecontroleerd en gecorrigeerd op basis van deze declaraties. Bovendien krijgen deze betalingen pas een definitief karakter nadat de Commissie ze heeft geverifieerd in het kader van de boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen.
De betalingen die de lidstaten hebben gedaan in de periode van 16 oktober 2014 tot en met 15 oktober 2015 vallen onder de regeling voor maandelijkse betalingen.
Voor begrotingsjaar 2015 bedroeg het totale nettobedrag aan maandelijkse betalingen, na aftrek van correcties in het kader van onder meer de goedkeuring van de rekeningen, 43 251 824 819,59 EUR.
2.2.1.2.Besluiten inzake de maandelijkse betalingen voor 2015
Voor begrotingsjaar 2015 heeft de Commissie twaalf besluiten inzake de maandelijkse betalingen vastgesteld. Daarnaast is in december 2015 nog een aanvullende maandelijkse betaling vastgesteld om de reeds betaalde bedragen aan te passen aan het totaal van de ten laste van het begrotingsjaar te brengen uitgaven.
3. UITVOERING VAN DE ELGF-BEGROTING 2015
3.1.Besteding van de ELGF-begrotingskredieten
Met de uitvoering van de begroting was een bedrag van 44 948,1 miljoen EUR gemoeid. Deze uitgaven zijn gefinancierd met de initiële begrotingskredieten en met de bestemmingsontvangsten voor beleidsterrein 05 (Landbouw en plattelandsontwikkeling). Deze bestemmingsontvangsten bestonden uit het gehele uit 2014 overgedragen bedrag (341,3 miljoen EUR) en een deel van de in 2015 geïnde bestemmingsontvangsten (735,2 miljoen EUR van in totaal 1 631,6 miljoen EUR).
Binnen beleidsterrein 05 (Landbouw en plattelandsontwikkeling) is 2 666,9 miljoen EUR aan marktmaatregelen en 42 168 miljoen EUR aan rechtstreekse steun uitgegeven. De uitgaven voor bepaalde marktmaatregelen en rechtstreekse steun overschreden de goedgekeurde begrotingskredieten en zijn deels gefinancierd met overschrijvingen van kredieten uit andere begrotingsonderdelen en deels met de bestemmingsontvangsten voor de ELGF-begroting.
Voor nadere informatie over de uitvoering van de begroting per beleidsterrein wordt verwezen naar bijlage 3.
Bijlage 5 bevat een uitsplitsing, per artikel en per lidstaat, van de uitgaven voor marktmaatregelen, rechtstreekse betalingen en de audit van de landbouwuitgaven.
4. OPMERKINGEN OVER DE UITVOERING VAN DE ELGF-BEGROTING 2015
Hieronder volgt, op basis van de informatie in de bijlagen 3, 4-I en 4-II, voor de meest significante sectoren een korte toelichting op de besteding van de kredieten van de ELGF-begroting voor 2015 en op de besteding van de in 2015 beschikbare bestemmingsontvangsten.
4.1.Hoofdstuk 05 02: interventies op de landbouwmarkten
4.1.1.Inleiding
Met de betalingen voor dit hoofdstuk van de begroting 2015 was in totaal 2 666,9 miljoen EUR gemoeid. Deze zijn gefinancierd uit de goedgekeurde kredieten van 2 343 miljoen EUR en uit bestemmingsontvangsten van 323,8 miljoen EUR. Dit laatste bedrag is gebruikt voor de financiering van de uitgaven in de sector groenten en fruit en in de sector melk en zuivelproducten (zie onder 4.1.3 en 4.1.6 voor nadere informatie). Een bedrag van 54,9 miljoen EUR aan kredieten is overgeschreven naar andere delen van de ELGF-begroting. De resterende in 2015 geïnde bestemmingsontvangsten (199,8 miljoen EUR) zijn overgedragen naar 2016. Bij rubrieken waarin meer kredieten nodig waren dan begroot, zijn de extra uitgaven gefinancierd met overschrijvingen uit andere begrotingsrubrieken. Omgekeerd gold voor de marktmaatregelen hetzelfde: wanneer de begrotingskredieten niet volledig waren besteed, werden de nog beschikbare kredieten overgeschreven naar andere begrotingsonderdelen waar vanwege hoger dan geplande uitgaven juist extra financiering nodig was.
4.1.2.Olijfolie
De onderbesteding van 2 miljoen EUR was toe te schrijven aan het feit dat een aantal lidstaten voor de werkprogramma's 2014/2015 van hun kwaliteitsverbeteringsmaatregelen iets minder hebben uitgegeven dan hetgeen voor deze programma's was uitgetrokken in de begroting 2015.
4.1.3.Groenten en fruit
De begroting 2015 bevatte in totaal 1 305,5 miljoen EUR aan beschikbare kredieten voor de financiering van alle maatregelen in deze sector. De begrotingsautoriteit heeft 836,2 miljoen EUR aan kredieten goedgekeurd omdat daarnaast 469,3 miljoen EUR van de verwachte bestemmingsontvangsten aan deze sector was toegewezen. De uitgaven van de lidstaten kwamen in 2015 uit op 1 118,6 miljoen EUR. Bij de onder dit artikel gefinancierde regelingen is minder uitgegeven dan het in de begroting 2015 geraamde totaalbedrag. Het saldo van de niet-gebruikte bestemmingsontvangsten van 147 miljoen EUR is overgedragen naar begrotingsjaar 2016 ter dekking van de behoeften voor dat jaar (het werkdocument van de diensten van de Commissie bevat nadere informatie hierover).
4.1.4.Producten van de wijnbouwsector
De uitgaven zijn 63,2 miljoen EUR achtergebleven bij hetgeen in de begroting 2015 was uitgetrokken voor de nationale steunprogramma's, omdat een aantal lidstaten minder hebben uitgegeven voor de afzetbevorderings- en de investeringscomponent van hun nationale wijnprogramma dan de maximumbedragen die in de begroting 2015 waren opgenomen voor deze programma's.
1.1.1.Afzetbevordering
Wat de betalingen van de lidstaten in het kader van de afzetbevorderingsmaatregelen betreft, is 2,3 miljoen EUR meer uitgegeven dan waarop in de begroting 2015 was gerekend, omdat de uitgaven van een aantal lidstaten voor hun door de Commissie goedgekeurde afzetbevorderingsprogramma hoger zijn uitgevallen dan hetgeen in de begroting 2015 was uitgetrokken voor deze programma's.
Voor de rechtstreekse betalingen van de Europese Unie heeft de Commissie kredieten vastgelegd in de orde van grootte van circa 1,2 miljoen EUR, vrijwel gelijk aan het bedrag dat in de begroting 2015 voor deze betalingen was uitgetrokken.
4.1.6.Melk en zuivelproducten
De begroting 2015 bevatte in totaal 131,4 miljoen EUR aan beschikbare kredieten voor de financiering van alle maatregelen in deze sector. De begrotingsautoriteit heeft 77,1 miljoen EUR aan kredieten goedgekeurd omdat daarnaast 54,3 miljoen EUR van de verwachte bestemmingsontvangsten aan dit begrotingsartikel was toegewezen. De uitgaven van de lidstaten kwamen in 2015 uit op 119,6 miljoen EUR. Bij de onder dit artikel gefinancierde regelingen is minder uitgegeven dan het in de begroting 2015 geraamde totaalbedrag. Het saldo van de niet-gebruikte bestemmingsontvangsten van 52,7 miljoen EUR is overgedragen naar begrotingsjaar 2016 ter dekking van de behoeften voor dat jaar (het werkdocument van de diensten van de Commissie bevat nadere informatie hierover).
4.1.7.Varkensvlees, eieren, pluimvee, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten
De begroting 2015 bevatte in totaal 40,8 miljoen EUR aan beschikbare kredieten voor de financiering van alle maatregelen in deze sector. De uitgaven van de lidstaten in 2015 bedroegen 44,2 miljoen EUR en zijn gefinancierd uit de goedgekeurde kredieten (40,8 miljoen EUR) en uit overschrijvingen van kredieten (3,4 miljoen EUR) uit andere onderdelen van de begroting 2015 (het werkdocument van de diensten van de Commissie bevat nadere informatie hierover).
4.2.Hoofdstuk 05 03: rechtstreekse steun
Met de betalingen voor dit hoofdstuk van de begroting 2015 was in totaal 42 168 miljoen EUR gemoeid. Deze zijn gefinancierd uit de goedgekeurde kredieten van 40 561,4 miljoen EUR en uit bestemmingsontvangsten van 752,7 miljoen EUR. Dit laatste bedrag is gebruikt voor de financiering van de uitgaven voor de bedrijfstoeslagregeling (zie onder 4.2.1 voor nadere informatie). Blijkens het verschil tussen enerzijds de aan de lidstaten uitgekeerde goedgekeurde kredieten van 40 561,4 miljoen EUR en anderzijds de initiële goedgekeurde kredieten van 40 908,6 miljoen EUR in de begroting 2015 is 347,2 miljoen EUR aan goedgekeurde kredieten ongebruikt gebleven. Deze ongebruikte goedgekeurde kredieten zijn aangevuld met een overschrijving van 85,8 miljoen EUR aan goedgekeurde kredieten uit andere onderdelen van de ELGF-begroting om het niet-gebruikte bedrag van de crisisreserve van 433 miljoen EUR, die was gevormd op basis van de voorgestelde financiële discipline in 2015, terug te brengen op dat niveau en over te schrijven naar begrotingsartikel 05 03 09 zodat het bedrag van de daadwerkelijk toegepaste financiële discipline van 409,8 miljoen EUR kon worden overgedragen naar 2016 om te worden terugbetaald aan de betrokken lidstaten. De resterende in 2015 geïnde bestemmingsontvangsten (696,6 miljoen EUR) zijn overgedragen naar 2016. Bij rubrieken waarin meer geld nodig bleek dan de begrote goedgekeurde kredieten, zijn de extra uitgaven gefinancierd met overschrijvingen van goedgekeurde kredieten uit andere begrotingsrubrieken of van bestemmingsontvangsten. Omgekeerd gold voor de rechtstreekse betalingen hetzelfde: wanneer de begrotingskredieten niet volledig waren besteed, werden de nog beschikbare kredieten overgeschreven naar andere begrotingsrubrieken waar vanwege hoger dan geplande uitgaven juist extra financiering nodig was.
4.2.1.Artikel 05 03 01: ontkoppelde rechtstreekse steun
De voornaamste regelingen die met kredieten van dit artikel zijn gefinancierd, zijn de bedrijfstoeslagregeling, de regeling inzake een enkele areaalbetaling en de ontkoppelde specifieke steun in het kader van artikel 68 van Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad. De betalingen voor alle steunregelingen van dit artikel hangen niet af van de productie, maar van de naleving van bepaalde voorwaarden, bijvoorbeeld de randvoorwaarden. In 2015 was budgettair 38 642 miljoen EUR nodig voor ontkoppelde rechtstreekse steun. De begrotingsautoriteit heeft 37 397 miljoen EUR aan kredieten goedgekeurd, rekening houdend met een bedrag van 1 245 miljoen EUR aan bestemmingsontvangsten dat aan deze sector was toegewezen. De uitgaven die de lidstaten in het kader van alle regelingen van dit artikel hebben gedaan bedroegen 38 293,5 miljoen EUR, zodat 896,5 miljoen EUR meer is gedeclareerd dan de goedgekeurde kredieten van 2015 ten bedrage van 37 397 miljoen EUR. Dit verschil is deels met overschrijvingen uit andere begrotingsrubrieken (143,8 miljoen EUR) en deels met bestemmingsontvangsten (752,7 miljoen EUR) gefinancierd (zie het werkdocument van de diensten van de Commissie voor meer informatie hierover).
4.2.2.Artikel 05 03 02: andere rechtstreekse steun
De kredieten van dit artikel dekken de uitgaven aan andere rechtstreekse steun waarbij de lidstaten hebben gekozen voor handhaving van een beperkte koppeling tussen steunverlening en productie in een aantal sectoren, onder welomschreven voorwaarden en binnen duidelijke grenzen. Daarmee moest worden voorkomen dat de productie in deze sectoren zou worden gestaakt. Onder dit artikel zijn 13 regelingen gefinancierd.
Voor deze regelingen had de Commissie de in 2015 benodigde kredieten geraamd op 3 078,4 miljoen EUR. De uitgaven van de lidstaten bedroegen 3 020,5 miljoen EUR (zie het werkdocument van de diensten van de Commissie voor nadere informatie).
4.2.3.Artikel 05 03 09: terugbetaling van rechtstreekse steun in verband met financiële discipline
De begrotingsautoriteit heeft geen kredieten aan dit artikel toegewezen. Dit artikel is ingevoerd in begrotingsjaar 2014 om de niet-vastgelegde goedgekeurde kredieten van alleen begrotingsjaar 2014 aangevuld met de kredieten van de ongebruikte crisisreserve gemakkelijker bijeen te kunnen brengen en over te dragen naar het volgende begrotingsjaar 2015 om de terugbetaling te financieren van het bedrag van de financiële discipline die voor kalenderjaar 2014 is toegepast op rechtstreekse steun 6 .
Van het bedrag van 868,2 miljoen EUR dat de financiële discipline in begrotingsjaar 2014 heeft opgeleverd en dat is overgedragen naar de begroting 2015, hebben de lidstaten 854 miljoen EUR terugbetaald aan de betrokkenen. Het verschil van 14,2 miljoen EUR vloeit terug naar de begroting 2015 en wordt via de eerste gewijzigde begroting van het volgende begrotingsjaar teruggegeven aan de lidstaten (zie het werkdocument van de diensten van de Commissie voor nadere informatie hierover en zie ook punt 4.2.4 hieronder).
4.2.4.Artikel 05 03 10: reserve voor crisissituaties in de landbouwsector
De kredieten van dit artikel dienen ter dekking van uitgaven voor maatregelen die nodig zijn om het hoofd te bieden aan grote crises die de landbouwproductie of distributie treffen. De reserve wordt aangelegd door aan het begin van elk jaar een verlaging op de rechtstreekse betalingen toe te passen aan de hand van het mechanisme voor financiële discipline overeenkomstig de artikelen 25 en 26 van Verordening (EU) nr. 1306/2013 en artikel 8 van Verordening (EU) nr. 1307/2013. Deze reserve mag jaarlijks geen grotere omvang hebben dan 400 miljoen EUR (in prijzen van 2011). Voor begrotingsjaar 2015 beliep het equivalente bedrag van de crisisreserve in lopende prijzen 433 miljoen EUR. De reserve is in begrotingsjaar 2015 echter niet aangesproken.
Voor aanvraagjaar 2015 was de financiële discipline uitsluitend bedoeld voor de vorming van de crisisreserve van 433 miljoen EUR. Aan het eind van het begrotingsjaar zijn echter niet-vastgelegde goedgekeurde kredieten ten bedrage van de financiële discipline die daadwerkelijk was toegepast voor begrotingsjaar 2015 (rekening houdend met het ongebruikte bedrag van de reserve) overgeschreven naar begrotingsartikel 05 03 09 om naar het volgende begrotingsjaar te worden overgedragen zodat er financiering is voor de terugbetaling van het bedrag van de financiële discipline die in kalenderjaar 2015 aan de landbouwers was opgelegd.
4.3.Hoofdstuk 05 07: audit van de landbouwuitgaven
4.3.1.Artikel 05 07 01: controle van de landbouwuitgaven
Dit artikel omvat de maatregelen die ter versterking van de controles ter plaatse en ter verbetering van de verificatiesystemen zijn genomen om het risico van fraude en onregelmatigheden ten nadele van de Uniebegroting te beperken. Het omvat ook de uitgaven die nodig mochten zijn om mogelijke boekhoudkundige en conformiteitscorrecties ten gunste van de lidstaten te financieren (zie het werkdocument van de diensten van de Commissie voor nadere informatie).
4.3.2.Artikel 05 07 02: beslechting van geschillen
De kredieten in dit artikel dienen ter dekking van de kosten waarvoor de Commissie bij vonnis van een rechtbank aansprakelijk kan worden gesteld, zoals schadevergoeding en rente. Op 27 september 2012 heeft het Europees Hof van Justitie arrest gewezen in gevoegde zaken C-113/10, C-147/10 en C-234/10 (het Jüllich-II-arrest). In de begroting 2015 waren kredieten opgenomen ten bedrage van 60,5 miljoen EUR voor de betaling van compenserende rente aan marktdeelnemers in het kader van dit arrest. De uitgaven die de lidstaten in het kader daarvan hebben gedaan en gedeclareerd, bleven echter beperkt tot rond de 1,7 miljoen EUR. Daarom zijn kredieten ten belope van 58,8 miljoen EUR naar andere rubrieken van de begroting 2015 overgeschreven voor de financiering van de voor die rubrieken benodigde middelen.
5. BESTEDING VAN DE BESTEMMINGSONTVANGSTEN
5.1.Bestemmingsontvangsten voor het ELGF
De daadwerkelijk van 2014 naar 2015 overgedragen bestemmingsontvangsten bedroegen 341,3 miljoen EUR en zijn volledig gebruikt voor de financiering van uitgaven over begrotingsjaar 2015 overeenkomstig artikel 14 van het Financieel Reglement. Zoals blijkt uit bijlage 4-II, is van dit bedrag 280,6 miljoen EUR gebruikt voor uitgaven van de actiefondsen van de producentenorganisaties en uitgaven in het kader van andere maatregelen (tijdelijke buitengewone maatregelen) in de sector groenten en fruit, 11 miljoen EUR voor opslagmaatregelen voor mageremelkpoeder en boter en voor andere maatregelen (tijdelijke buitengewone maatregelen) in de sector melk en zuivelproducten en 49,7 miljoen EUR voor de bedrijfstoeslagregeling.
In bijlage 4-I is te zien dat in 2015 een bedrag van 1 631,6 miljoen EUR aan bestemmingsontvangsten is geïnd in verband met:
– de correcties in het kader van de conformiteitsgoedkeuringsprocedure ten bedrage van 1 066,6 miljoen EUR;
– onregelmatigheden ten bedrage van 155,5 miljoen EUR;
– de inning van de melkheffing ten bedrage van 409,6 miljoen EUR.
De bestemmingsontvangsten die in 2015 zijn geïnd, zijn gebruikt ter dekking van uitgaven in het kader van de volgende maatregelen:
– 30,7 miljoen EUR voor de buitengewone steunmaatregelen voor niet-leden van producentenorganisaties in het kader van andere maatregelen in de sector groenten en fruit,
– 0,2 miljoen EUR en 0,9 miljoen EUR voor opslagmaatregelen, respectievelijk voor mageremelkpoeder en voor boter en room in de sector melk en zuivelproducten,
– 0,5 miljoen EUR voor de buitengewone steunmaatregelen voor melkproducenten en voor de particuliere opslag van kaas in het kader van andere maatregelen in de sector melk en zuivelproducten,
– 703 miljoen EUR voor de bedrijfstoeslagregeling (rechtstreekse steun).
De rest van de in 2015 geïnde bestemmingsontvangsten (896,4 miljoen EUR) is ambtshalve overgedragen naar de begroting 2016 om begrotingsuitgaven van dat jaar te financieren.
Voor nadere informatie wordt verwezen naar de bijlagen 4-I en 4-II.
6. UITSPLITSING NAAR SOORT UITGAVE
De ELGF-uitgaven bedroegen in totaal 44 948,1 miljoen EUR. Hieronder volgt een onderverdeling van dat bedrag in de voornaamste categorieën, samen met het percentage dat die categorie vertegenwoordigt in de totale ELGF-uitgaven voor 2015.
Opslag
De uitgaven voor de opslag bedroegen 18,4 miljoen EUR, ofwel 0,04 % van de totale uitgaven. Dit bedrag is voornamelijk gebruikt voor de particuliere opslag van boter.
Uitvoerrestituties
De uitgaven voor uitvoerrestituties bedroegen 0,3 miljoen EUR, ofwel 0,001 % van de totale uitgaven, en betroffen voornamelijk de betaling van uitstaande saldi in verband met niet in bijlage I genoemde producten, rundvlees, varkensvlees en granen en pluimvee die in het verleden zijn uitgevoerd.
Overige marktmaatregelen
De uitgaven voor overige marktmaatregelen (andere dan opslag of uitvoerrestituties) bedroegen 2 698 miljoen EUR, ofwel 6 % van de totale uitgaven over het jaar. Deze categorie omvat voornamelijk uitgaven voor olijfolie, groenten en fruit, wijn, vezelgewassen, Posei, afzetbevorderingsmaatregelen, melk en zuivelproducten en de bijenhouderij. Daaronder vallen ook andere kleine bedragen en de correcties die voortvloeien uit de goedkeuring van de rekeningen en uit de geschillenbeslechting.
Rechtstreekse steun
De uitgaven aan rechtstreekse steun bedroegen 42 168 miljoen EUR, ofwel 93,8 % van de totale ELGF-uitgaven.
Rechtstreeks beheer
Deze uitgaven bedroegen 64,7 miljoen EUR (aan vastleggingskredieten), ofwel 0,1 % van de totale uitgaven, en zijn rechtstreeks door de Commissie gedaan. Ze hadden vooral betrekking op landbouwbedrijfsboekhoudingen, enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven, voorlichting over het GLB, technische ondersteuning et cetera.
Plattelandsontwikkeling in het kader van het vroegere EOGFL, afdeling Garantie
Voor deze programma's kunnen geen vastleggingen meer worden gedaan. De lidstaten zijn deze programma's aan het afronden en vorderen de bedragen terug die ten onrechte zijn betaald. Het netto eindbedrag dat in het kader van dit artikel is geïnd, was rond de 1,3 miljoen EUR.
De ontwikkeling van de uitsplitsing van de ELGF-uitgaven naar soort uitgave over de periode 2009-2015 is weergegeven in bijlage 6.
(1) Zie bijlage 1 voor een overzicht.
(2) Deze bedragen worden niet opgenomen in de inkomstenposten van de begroting (artikel 670 voor de bestemmingsontvangsten voor het ELGF), waar alleen 'p.m.' (pro memorie) staat. Het verwachte bedrag wordt wel vermeld in de toelichting bij dit artikel.
(3) PB L 347 van 20.12.2013, blz. 549.
(4) p.m.: pro memorie.
(5) Deze maandelijkse uitgavendeclaraties worden door de lidstaten toegezonden uiterlijk op de twaalfde van maand N+1.
(6) Overeenkomstig artikel 169, lid 3, van het Financieel Reglement (Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012) mogen deze kredieten worden overgedragen en overeenkomstig artikel 26, lid 5, van Verordening (EU) nr. 1306/2013 moeten de lidstaten de bedragen terugbetalen aan de eindontvangers op wie de financiële discipline overeenkomstig artikel 26, leden 1 tot en met 4, van die verordening wordt toegepast in het begrotingsjaar waarnaar de kredieten worden overgedragen.