Artikelen bij COM(2021)218 - Mededeling aan het EP over het Raadsstandpunt inzake een verordening tot vaststelling van het “programma voor de eengemaakte markt” voor de interne markt, het concurrentievermogen van ondernemingen, met inbegrip van kleine en middelgrote ondernemingen, het gebied van planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, alsmede Europese statistieken

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

Brussel, 23.4.2021

COM(2021) 218 final

2018/0231(COD)

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

over het

standpunt van de Raad met het oog op de aanneming van een verordening tot vaststelling van het “programma voor de eengemaakte markt” voor de interne markt, het concurrentievermogen van ondernemingen, met inbegrip van kleine en middelgrote ondernemingen, het gebied van planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, alsmede Europese statistieken


2018/0231 (COD)

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

overeenkomstig artikel 294, lid 6, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie

over het

standpunt van de Raad met het oog op de aanneming van een verordening tot vaststelling van het “programma voor de eengemaakte markt” voor de interne markt, het concurrentievermogen van ondernemingen, met inbegrip van kleine en middelgrote ondernemingen, het gebied van planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders, alsmede Europese statistieken

1. Chronologisch overzicht

Verzending van het voorstel aan het Europees Parlement en de Raad
(document COM(2018) 441 final – 2018/0231 COD):
7 juni 2018
Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité:17 oktober 2018
Standpunt van het Europees Parlement in eerste lezing:12 februari 2019
Indiening gewijzigd voorstel:n.v.t.
Vaststelling van het standpunt van de Raad:13 april 2021

2. Doel van het voorstel van de Commissie

De interne markt draagt al sinds de oprichting ervan in belangrijke mate bij tot groei, concurrentievermogen en werkgelegenheid, heeft banen helpen scheppen en heeft ervoor gezorgd dat consumenten meer keuze hebben tegen lagere prijzen. Zij blijft een drijvende kracht voor de opbouw van een sterkere, evenwichtigere en eerlijkere economie, maar moet zich wel voortdurend aanpassen aan een snel veranderende omgeving die wordt gekenmerkt door digitale revolutie en globalisering. Dit vormt een belangrijke uitdaging op het vlak van regelgeving en handhaving.

Het programma voor de eengemaakte markt brengt financieringsactiviteiten bijeen die voorheen onder zes afzonderlijke programma’s op het gebied van het concurrentievermogen van ondernemingen, de bescherming van consumenten en eindgebruikers van financiële diensten, financiële verslagleggings- en auditnormen, de voedselketen en Europese statistieken vielen. Het programma voor de eengemaakte markt omvat ook activiteiten die voorheen rechtstreeks werden gefinancierd uit hoofde van begrotingslijnen in verband met de interne markt en andere daarmee verband houdende begrotingslijnen, zoals Europese normalisatie en markttoezicht en de uitvoering en ontwikkeling van de interne markt voor financiële diensten, alsook nieuwe acties om de werking van de interne markt te verbeteren, bijvoorbeeld op het gebied van de handhaving van de mededingingsregels van de Unie.

Wat al deze activiteiten gemeen hebben, is dat zij gericht zijn op regulering, uitvoering, facilitering, handhaving en bescherming met betrekking tot verschillende activiteiten en actoren binnen de interne markt, en op de instandhouding van een interne markt die zonder onderbreking blijft functioneren. Al deze activiteiten zijn essentieel voor een goed functionerende interne markt en de financiële ondersteuning ervan moet worden voortgezet. Het voorgestelde programma zorgt voor de continuïteit van de verschillende voorgaande acties en voor een stroomlijning en benutting van de synergieën tussen deze acties.

Wat de Europese statistieken betreft, vervangt het programma het voorgaande Europees statistisch programma door het financiële kader vast te stellen voor het verstrekken van kwalitatief hoogwaardige, vergelijkbare en betrouwbare Europese statistieken ter ondersteuning van het ontwerp, de monitoring en de evaluatie van alle beleidsmaatregelen van de Unie. Er moet op worden gewezen dat Europese statistieken, hoewel zij ongetwijfeld bijdragen tot de uitvoering van het beleid met betrekking tot de interne markt, een veel breder toepassingsgebied hebben dan de interne markt en nuttig zijn voor alle beleidsdomeinen van de Unie.

3. Opmerkingen over het standpunt van de Raad

Het standpunt dat de Raad in eerste lezing heeft goedgekeurd, komt volledig overeen met het voorlopig akkoord dat werd bereikt in de trialoog tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie op 8 december 2020. De voornaamste punten van dit akkoord zijn als volgt.

–Looptijd van het programma: het programma loopt van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2027; de looptijd is afgestemd op die van het MFK.

–Technische en administratieve bijstand voor de uitvoering van het programma: de medewetgevers zijn overeengekomen dat de kosten van administratieve en technische ondersteuning in totaal niet meer mogen bedragen dan 5 % van de totale financiële middelen die beschikbaar zijn voor de uitvoering van het programma.

–Aangewezen begunstigden die de belangen van consumenten op het niveau van de Unie vertegenwoordigen: er is overeengekomen dat de Commissie, ter behartiging van de belangen van de consumenten op het niveau van de Unie, bevoegd is om gedelegeerde handelingen vast te stellen tot wijziging van de lijst van entiteiten waaraan in het kader van het programma een subsidie kan worden toegekend, zonder oproep tot het indienen van voorstellen.

–Nationale referentielaboratoria als aangewezen begunstigden, en de accreditatie ervan: onverminderd de uit Verordening (EU) 2017/625 voortvloeiende verplichting voor de lidstaten om aan de nationale referentielaboratoria voor plantgezondheid en de nationale referentielaboratoria voor diergezondheid voldoende financiële middelen ter beschikking te stellen, is overeenstemming bereikt over de mogelijkheid dat die laboratoria als aangewezen begunstigden subsidies uit hoofde van het programma ontvangen indien de acties van die laboratoria een toegevoegde waarde voor de Unie vertegenwoordigen en er in het kader van het programma voldoende financiering beschikbaar is.

–Medefinancieringsregels op het gebied van planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders: de Raad en het Europees Parlement zijn het eens geworden over een vast medefinancieringspercentage van 50 %, dat bij wijze van uitzondering onder bepaalde voorwaarden wordt verhoogd tot 75 % en 100 %, en over het door de Commissie vaststellen van uitvoeringshandelingen met een lager medefinancieringspercentage wanneer dat nodig is wegens een gebrek aan middelen, een ontoereikende uitvoering van een veterinair en fytosanitair programma of noodmaatregelen, of de geleidelijke afschaffing van de medefinanciering van acties tegen dierziekten of plantenplagen.

–Gedelegeerde handelingen, uitvoeringshandelingen en comités: de medewetgevers zijn overeengekomen dat werkprogramma’s worden vastgesteld door middel van uitvoeringshandelingen die bedoeld zijn om uitvoering te geven aan de regels die reeds in de basishandeling zijn vastgesteld, en dat zij in overeenstemming moeten zijn met de desbetreffende sectorale wetgeving, in voorkomend geval. Met betrekking tot gedelegeerde handelingen is overeengekomen dat de bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen aan de Commissie wordt toegekend voor een periode van 7 jaar en dat deze bevoegdheid stilzwijgend met termijnen van dezelfde duur wordt verlengd, tenzij het Europees Parlement of de Raad zich tegen een dergelijke verlenging verzet.

–Terugwerkende kracht: overeengekomen is dat deze verordening in werking treedt op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie en dat zij met ingang van 1 januari 2021 van toepassing wordt.

De Commissie steunt het tijdens de trialoog bereikte voorlopige overeenstemming, die de weg vrijmaakt voor een snelle goedkeuring van het nieuwe programma. Het programma zal de governance van de interne markt helpen versterken en burgers, bedrijven, consumenten en overheden in staat stellen de vruchten van de marktintegratie te plukken.

4. Conclusie

De Commissie aanvaardt het standpunt van de Raad, dat volledig in overeenstemming is met het door de medewetgevers op 8 december 2020 bereikte voorlopige akkoord.