Artikelen bij COM(2024)255 -

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2024)255 - .
document COM(2024)255
datum 20 juni 2024


Artikel 1

Onderwerp

1. Bij deze verordening ⌦ worden regels vastgesteld voor ⌫ landbouwrekeningen ⌦ (LR) ⌫ in de ⌦ Unie ⌫ door middel van:

a) methoden betreffende gemeenschappelijke normen, definities, classificaties en registratieregels, die bestemd zijn voor de opstelling van vergelijkbare rekeningen ten behoeve van de ⌦ Unie ⌫, en van resultaten overeenkomstig artikel 3;

b) een tijdschema voor de indiening van de in overeenstemming met de LR-methoden opgestelde landbouwrekeningen.

2. Deze verordening wordt niet geacht de lidstaten ertoe te verplichten om ook voor hun eigen behoefte de landbouwrekeningen overeenkomstig de gemeenschappelijke methodiek voor de LR op te stellen.

Artikel 2

Methoden

1. De in artikel 1, lid 1, onder a), bedoelde methoden van de LR zijn opgenomen in bijlage I.


🡻 1350/2013 Art. 1 en bijlage, punt 2, onder a) (aangepast)

2. De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 6 gedelegeerde handelingen vast te stellen ⌦ betreffende de wijziging van ⌫ methoden van de LR als bedoeld in bijlage I. Die gedelegeerde handelingen beperken zich ertoe de inhoud van bijlage I nader te bepalen en te verbeteren met als doel de geharmoniseerde interpretatie of ⌦ met als doel ⌫ de internationale vergelijkbaarheid ervan zeker te stellen.

Die gedelegeerde handelingen worden alleen vastgesteld indien zij de onderliggende concepten zelf in bijlage I niet wijzigen, indien er voor producenten binnen het Europees statistisch systeem geen extra middelen voor de uitvoering nodig zijn en zij de lidstaten of de respondenten geen aanzienlijke bijkomende lasten opleggen.

De Commissie motiveert de in de gedelegeerde handelingen vastgestelde statistische maatregelen naar behoren en maakt daarbij in voorkomend geval gebruik van bijdragen van relevante deskundigen op basis van een kostenefficiëntieanalyse, met inbegrip van een evaluatie van de lasten voor de respondenten en de productiekosten, als bedoeld in artikel 14, lid 3, onder c), van Verordening (EG) nr. 223/2009.


🡻 138/2004

Artikel 3

Indiening bij de Commissie

1. De lidstaten verstrekken de Commissie (Eurostat) de in bijlage II bedoelde gegevens binnen de voor iedere tabel voorgeschreven termijn.


🡻 2022/590 Art. 1, punt 1 (aangepast)

2. De gegevens voor de regionale landbouwrekeningen (RLR) op NUTS 2-niveau in de zin van Verordening (EG) nr. 1059/2003 van het Europees Parlement en de Raad12 moeten uiterlijk op 30 september 2023 voor het eerst worden ingediend.


🡻 1350/2013 Art. 1 en bijlage, punt 2, onder b) (aangepast)

3. De Commissie is bevoegd om overeenkomstig artikel 6 gedelegeerde handelingen vast te stellen ⌦ betreffende de wijziging van ⌫ de lijst van variabelen voor de indiening van de gegevens als bedoeld in bijlage II.

In die gedelegeerde handelingen worden geen aanzienlijke bijkomende lasten opgelegd aan de lidstaten of de respondenten.

De Commissie motiveert de in de gedelegeerde handelingen vastgestelde statistische maatregelen naar behoren en maakt daarbij in voorkomend geval gebruik van bijdragen van relevante deskundigen op basis van een kostenefficiëntieanalyse, met inbegrip van een evaluatie van de belasting voor de respondenten en de productiekosten, als bedoeld in artikel 14, lid 3, onder c), van Verordening (EG) nr. 223/2009.


🡻 2022/590 Art. 1, punt 2 (aangepast)

Artikel 4

Verspreiding van statistieken

Onverminderd Verordening (EG) nr. 1367/2006 van het Europees Parlement en de Raad13 en Verordening (EG) nr. 223/2009 verspreidt de Commissie (Eurostat) de haar overeenkomstig artikel 3 van deze verordening toegezonden gegevens kosteloos online.

Artikel 5

Kwaliteitsbeoordeling

1. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat gegevens en metagegevens van goede kwaliteit worden toegezonden.

2. Voor de toepassing van deze verordening zijn de kwaliteitscriteria ⌦ zoals bepaald in ⌫ artikel 12, lid 1, van Verordening (EG) nr. 223/2009 van toepassing op de overeenkomstig artikel 3 van deze verordening in te dienen gegevens.

3. De Commissie (Eurostat) beoordeelt de kwaliteit van de toegezonden gegevens. Daartoe dienen de lidstaten voor het eerst uiterlijk op 31 december 2025 en vervolgens elke vijf jaar bij de Commissie (Eurostat) een kwaliteitsverslag in te dienen voor de gegevensreeksen die tijdens de rapporteringsperiode in kwestie zijn ingediend.

4. Bij de toepassing van de in artikel 12, lid 1, van Verordening (EG) nr. 223/2009 ⌦ bepaalde ⌫ kwaliteitscriteria op de overeenkomstig artikel 3 van deze verordening toe te zenden gegevens stelt de Commissie door middel van uitvoeringshandelingen de modaliteiten, de structuur en de evaluatie-indicatoren voor de in lid 3 van dit artikel bedoelde kwaliteitsverslagen vast. Die uitvoeringshandelingen worden volgens de in artikel 7, lid 2, van deze verordening bedoelde onderzoeksprocedure vastgesteld. Zij brengen voor de lidstaten geen aanzienlijke extra lasten of kosten met zich mee.

5. De lidstaten verstrekken de Commissie (Eurostat) onverwijld elke relevante informatie of verandering in verband met de uitvoering van deze verordening die van substantiële invloed kan zijn op de kwaliteit van de toegezonden gegevens.

6. Op een terdege gemotiveerd verzoek van de Commissie (Eurostat) verstrekken de lidstaten onverwijld aanvullende verduidelijkingen die nodig zijn om de kwaliteit van de statistische gegevens te beoordelen.


🡻 1350/2013 Art. 1 en bijlage, punt 2, onder c) (aangepast)

Artikel 6

Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie

1. De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen wordt aan de Commissie toegekend onder de in dit artikel neergelegde voorwaarden.

2. De in artikel 2, lid 2, en artikel 3, lid 3, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen wordt aan de Commissie toegekend voor een termijn van vijf jaar met ingang van 10 januari 2014. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het einde van de termijn van vijf jaar een verslag op over de bevoegdheidsdelegatie. De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend verlengd met termijnen van dezelfde duur, tenzij het Europees Parlement of de Raad zich uiterlijk drie maanden voor het einde van een termijn tegen deze verlenging verzet.

3. Het Europees Parlement of de Raad kan de in artikel 2, lid 2, en artikel 3, lid 3, bedoelde bevoegdheidsdelegatie te allen tijde intrekken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het besluit wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.

⌦ 4. Vóór de vaststelling van een gedelegeerde handeling raadpleegt de Commissie de door elke lidstaat aangewezen deskundigen overeenkomstig de beginselen die zijn neergelegd in het Interinstitutioneel Akkoord over beter wetgeven van 13 april 2016. ⌫

5. Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling heeft vastgesteld, doet zij daarvan gelijktijdig kennisgeving aan het Europees Parlement en de Raad.

6. Een overeenkomstig artikel 2, lid 2, of artikel 3, lid 3, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad daartegen binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad vóór het verstrijken van de termijn van twee maanden de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd.


🡻 2022/590 Art. 1, punt 3

Artikel 7

Comitéprocedure

1. De Commissie wordt bijgestaan door het in Verordening (EG) nr. 223/2009 opgerichte Comité voor het Europees statistisch systeem. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.

2. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 5 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

Artikel 8

Afwijkingen

1. Wanneer de toepassing van deze verordening ingrijpende aanpassingen van een nationaal statistisch systeem van een lidstaat met betrekking tot de uitvoering van bijlage I, hoofdstuk VII, en van het programma voor de indiening van gegevens voor RLR als bedoeld in bijlage II vereist, kan de Commissie uitvoeringshandelingen vaststellen waarbij aan die lidstaat afwijkingen worden toegestaan voor een periode van ten hoogste twee jaar. De eerste datum voor de indiening van de gegevens voor RLR mag echter niet later zijn dan 30 september 2025. Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 7, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.

2. De lidstaat die besluit een afwijking als bedoeld in lid 1 aan te vragen, dient een naar behoren gemotiveerd verzoek om een dergelijke afwijking uiterlijk op 21 augustus 2022 in bij de Commissie.

3. De Unie kan financiële bijdragen uit de algemene begroting van de Unie toekennen aan de nationale instituten voor de statistiek en andere nationale instanties bedoeld in artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 223/2009 teneinde de uitvoeringskosten van deze verordening te dekken wanneer voor het opzetten van RLR ingrijpende aanpassingen van het nationale statistische systeem van een lidstaat vereist zijn.


🡻 

Artikel 9

Intrekking

Verordening (EC) No 138/2004 wordt ingetrokken.

Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar deze verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage IV.


🡻 138/2004 (aangepast)

Artikel 10

⌦ Inwerkingtreding ⌫

Deze verordening treedt in werking op de ⌦ twintigste ⌫ dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.