Artikelen bij COM(2024)390 -

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2024)390 - .
document COM(2024)390
datum 3 september 2024

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

over de “verbintenissen aangaande vertrouwen in de statistiek” van de lidstaten zoals voorgeschreven door Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009

1. INLEIDING


1. Verordening (EG) nr. 223/2009 betreffende de Europese statistiek

Dit is het vierde verslag dat is opgesteld in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 223/2009 betreffende de Europese statistiek1 en met name met artikel 11, lid 4, waarin het volgende is bepaald:

De verbintenissen van de lidstaten worden door de Commissie regelmatig gecontroleerd op basis van jaarlijkse verslagen van de lidstaten en, zo nodig, bijgewerkt.

[…]

De Commissie legt uiterlijk op 9 juni 2018, en vervolgens om de twee jaar, aan het Europees Parlement en de Raad een verslag voor over de gepubliceerde verbintenissen en, in voorkomend geval, de voortgangsverslagen.”

Het eerste verslag is gepubliceerd in 20182, het tweede in 20203 en het derde in 20224.

Verbintenissen aangaande vertrouwen in de statistiek

De verbintenissen aangaande vertrouwen in de statistiek (hierna “verbintenissen” of “vertrouwensverbintenissen” genoemd) zijn vastgesteld als onderdeel van de doelstelling om het kader voor kwaliteitsbeheer op het gebied van statistieken te versterken. De verbintenissen werden voor het eerst gepresenteerd in een mededeling van de Commissie in 20115. Het concept dient als mechanisme om regeringen op continue basis medeverantwoordelijkheid te laten nemen voor de naleving van de Praktijkcode voor Europese statistieken (hierna “de Praktijkcode” genoemd)6 door hun land.

De Praktijkcode is nu de benchmark voor de ontwikkeling, productie en verspreiding van Europese statistieken. De Praktijkcode omvat 16 beginselen die betrekking hebben op het institutionele kader, statistische procedures en statistische output. Het belangrijkste doel van de Praktijkcode is ervoor te zorgen dat de statistieken die in het kader van het Europees statistisch systeem worden geproduceerd niet alleen voldoen aan kwaliteitscriteria, waaronder relevantie, tijdigheid en nauwkeurigheid, maar ook aan de beginselen van professionele onafhankelijkheid, onpartijdigheid en objectiviteit.

De vertrouwensverbintenissen vormen een belangrijke schakel tussen de Praktijkcode en de nationale overheden van de lidstaten.

Overeenkomstig artikel 11, lid 3, van Verordening (EG) nr. 223/2009 zijn de verbintenissen instrumenten die “er tevens voor zorgen dat het publiek vertrouwen heeft in Europese statistieken en dat er bij de uitvoering van de statistische beginselen in de Praktijkcode vooruitgang wordt geboekt”.

In overweging 17 van Verordening (EU) nr. 2015/7597 wordt verklaard dat “[d]e kwaliteit van de Europese statistieken kan worden verbeterd en het vertrouwen van de gebruikers kan worden vergroot door de nationale overheden mede verantwoordelijk te maken voor de toepassing van de Praktijkcode Europese statistieken (de Praktijkcode). Daartoe moet de door een lidstaat opgestelde “verbintenis aangaande vertrouwen in de statistiek’”(verbintenis), die recht doet aan de specifieke nationale kenmerken, een specifieke verbintenis van de regering van die lidstaat bevatten om de voorwaarden voor de toepassing van de Praktijkcode te verbeteren of te handhaven. Die verbintenis, die zo nodig moet worden bijgewerkt, zou kunnen voorzien in een nationaal programma ter waarborging van een hoge kwaliteit, met zelfevaluaties, verbeteringsmaatregelen en toezichtmechanismen.”

Collegiale toetsingen van het Europees statistisch systeem (ESS)

Het Europees statistisch systeem (ESS), waarin Eurostat en de nationale statistische instanties van de EU-lidstaten en de EVA-landen samenwerken, heeft tot doel om Europese statistieken van hoge kwaliteit te produceren. Om statistieken van goede kwaliteit te garanderen, hebben de ESS-leden een gemeenschappelijk kwaliteitskader opgezet, waarvan de Praktijkcode de hoeksteen is. Naleving door nationale statische instanties van de volledige reeks van beginselen en indicatoren van de Praktijkcode speelt een belangrijke rol bij het waarborgen van de kwaliteit van de Europese statistieken. Deze naleving wordt periodiek beoordeeld door middel van collegiale toetsingen van het ESS.

De collegiale toetsingen van het ESS volgen een gedetailleerde methodologie en omvatten empirisch onderbouwde zelfbeoordelingen, landenbezoeken en collegiale toetsingsverslagen die worden opgesteld door teams van deskundigen. De verslagen bevatten aanbevelingen voor verbetering en worden opgevolgd door actieplannen voor verbetering, die Eurostat op jaarbasis monitort. Eerdere ronden van collegiale toetsingen zijn uitgevoerd in de perioden 2006-2008 en 2013-2015. De derde ronde van collegiale toetsingen, die de periode 2021-2023 bestreek, is afgerond en de Commissie heeft de resultaten ervan gepresenteerd in een eindverslag8. De afzonderlijke verslagen van de collegiale toetsingen zijn te vinden op de website van Eurostat9.

In dat verband hebben de vertrouwensverbintenissen van de nationale regeringen een aanvullende rol ten opzichte van de collegiale toetsingen van het ESS, waarbij de nationale statistische instanties betrokken zijn.

2. OVERZICHT VAN VERTROUWENSVERBINTENISSEN EN VERSLAGEN VAN DE LIDSTATEN

1. Algemene bepalingen

Overeenkomstig artikel 11 van Verordening (EG) nr. 223/2009 moeten de lidstaten en de Commissie alle nodige maatregelen nemen om het vertrouwen in de Europese statistieken te handhaven. Daartoe moeten de “verbintenissen aangaande vertrouwen in de statistiek” er tevens voor zorgen dat het publiek vertrouwen heeft in Europese statistieken. Bij ontstentenis van de publicatie van een verbintenis moet de lidstaat bij de Commissie een voortgangsverslag indienen over de uitvoering van de Praktijkcode en, in voorkomend geval, over de inspanningen die gedaan zijn om een verbintenis op te stellen, en publiceert hij dat verslag.

De Commissie moet uiterlijk op 9 juni 2018, en vervolgens om de twee jaar, een verslag over de gepubliceerde verbintenissen en, in voorkomend geval, de voortgangsverslagen overleggen aan het Europees Parlement en de Raad.


2. Vorm van de verbintenis

In de verordening zijn geen regels over de vorm van de verbintenis vastgesteld. Het doel om het vertrouwen van het publiek te vergroten door middel van de verbintenis van de nationale overheden om de voorwaarden te scheppen voor statistieken van hoge kwaliteit, moet echter worden verwezenlijkt.

Zoals in het eerste verslag is uiteengezet10, beschouwen de meeste lidstaten bepaalde onderdelen van hun wetgeving als de verbintenis. In de loop der jaren is het aantal lidstaten dat “op zichzelf staande” verbintenissen heeft opgesteld, echter toegenomen. In dit verslag wordt een algemeen overzicht van de huidige situatie gegeven, met inbegrip van situaties die in eerdere verslagen zijn beschreven en nieuwe ontwikkelingen.

Het verslag is uitsluitend gebaseerd op de nationale bijdragen die ten behoeve van dit verslag zijn ontvangen. Eurostat heeft de lidstaten verzocht verslag uit te brengen over de periode die liep van 1 januari 2022 tot en met 31 december 2023.

Door nationale wetgeving gevormde verbintenissen

De lidstaten die bepaalde onderdelen van hun wetgeving beschouwen als de verbintenis, hebben verwezen naar de wettelijke bepalingen die relevant zijn voor het verbeteren of handhaven van de voorwaarden voor de uitvoering van de Praktijkcode en hebben verslag uitgebracht over relevante ontwikkelingen.

Oostenrijk: Het Oostenrijkse bureau voor de statistiek (Statistik Österreich) heeft te kennen gegeven dat de verbintenis wordt gevormd door nationale wetgeving, te weten de federale wet op de statistiek. Oostenrijk heeft gerapporteerd dat zich sinds de vorige verslagperiode geen grote veranderingen hebben voorgedaan.

Kroatië: Zoals ook wordt vermeld in het door het Kroatisch bureau voor de statistiek (CBS) aan Eurostat toegezonden verslag, voorziet de wet betreffende officiële statistieken die in 2020 in werking is getreden in de rechtsgrondslag voor de verbintenis, door het CBS de professionele onafhankelijkheid de steun te verlenen die het nodig heeft om de voorwaarden voor de toepassing van de code te handhaven en te verbeteren. Het CBS is eindverantwoordelijk voor de coördinatie en ontwikkeling van het nationale statistische systeem. Andere producenten van officiële statistieken zijn verantwoordelijk voor de ontwikkeling, productie en verspreiding van officiële statistieken als onderdeel van hun werkzaamheden. Het CBS streeft ernaar om tijdig statistische gegevens te leveren die aansluiten bij de behoeften van de gebruikers. Om dit te bereiken heeft het CBS eind 2022 een gebruikerstevredenheidsonderzoek uitgevoerd. De resultaten van de enquête worden gebruikt om de toekomstige planning van de activiteiten van het CBS te verbeteren.

Tsjechië: De verbintenis van Tsjechië11 is op 28 februari 2018 gepubliceerd op de website van het Tsjechische bureau voor de statistiek (CZSO). In de verbintenis worden de respectieve bepalingen van Verordening (EG) nr. 223/2009 opgesomd en wordt verklaard, zoals ook wordt bevestigd in het door het CZSO aan Eurostat toegezonden verslag, dat reeds aan die bepalingen wordt voldaan in bestaande wetgeving waarin de activiteiten van de Tsjechische statistische dienst worden geregeld. In dat verslag wordt in de eerste plaats verwezen naar wet nr. 89/1995 inzake de nationale dienst voor de statistiek, alsmede naar de grondwet en het reglement van orde van de regering. Dankzij deze regelgeving is voorzien in de voorwaarden om te voldoen aan alle beginselen van de Praktijkcode die betrekking hebben op de institutionele omgeving. Het CZSO heeft ook verslag uitgebracht over nieuwe ontwikkelingen, waaronder verbeteringen in het kwaliteitsbeheer.

Duitsland: In Duitsland wordt nationale wetgeving geacht de verbintenis te vormen. Zoals het Duitse federale bureau voor de statistiek (Statistisches Bundesamt) in zijn verslag aan Eurostat heeft verklaard, voldoet Duitsland goed aan de Praktijkcode, wat ook wordt bevestigd in het verslag van de collegiale toetsing. Tegelijkertijd zijn in het kader van de collegiale toetsing gebieden geïdentificeerd waar ruimte voor verbetering bestaat en worden in het verslag passende maatregelen aanbevolen. De belangrijkste acties hebben betrekking op samenwerking en coördinatie binnen het Duitse statistische systeem, de invoering van uniforme kwaliteitsnormen, programmaplanning en innovatie. Voorts wordt in het aan Eurostat toegezonden verslag benadrukt dat de toevoeging van nieuwe registergerelateerde componenten aan de werkterreinen van het federale bureau voor de statistiek nuttige stappen vormen.

Estland: De verbintenis is neergelegd in de wet betreffende de officiële statistieken, met name in artikel 7, lid 1, daarvan, op grond waarvan officiële statistieken worden geproduceerd in overeenstemming met de statistische beginselen en kwaliteitscriteria die zijn opgenomen in Verordening (EG) nr. 223/2009. De wet betreffende de officiële statistiek is in augustus 2010 in werking getreden en in het aan Eurostat toegezonden verslag wordt bevestigd dat er sindsdien geen belangrijke wijzigingen hebben plaatsgevonden.

Finland: De Finse vertrouwensverbintenis is gebaseerd op de nationale wetgeving inzake statistieken. In het aan Eurostat toegezonden verslag voor de huidige verslagperiode wordt benadrukt dat de wet op de Finse statistieken onlangs is gewijzigd. Een van deze wijzigingen betrof de toewijzing van een nieuwe taak aan het Finse bureau voor de statistiek (Statistics Finland), te weten het verzamelen en verstrekken van microgegevens voor onderzoeks- en statistische analysedoeleinden. De herziene wet verduidelijkt ook de regels die gelden voor het verlenen van toegang tot gegevens voor onderzoek en analyse.

Frankrijk: Volgens het Franse nationale instituut voor de statistiek (INSEE) wordt de naleving van de Praktijkcode gemonitord in het jaarverslag van de Autorité de la statistique publique12, dat wordt gepubliceerd in het Frans en in het Engels. In het aan Eurostat toegezonden verslag wordt geen melding gemaakt van een op zichzelf staande verbintenis van de Franse regering.

Hongarije: Zoals ook wordt vermeld in het aan Eurostat toegezonden verslag voor de huidige verslagperiode, zijn de door de Hongaarse regering opgestelde verbintenissen vastgelegd in de nationale wet inzake statistieken die op 1 januari 2017 in werking is getreden. Sindsdien zijn er geen belangrijke wijzigingen doorgevoerd.

Italië: Italië heeft geen op zichzelf staande verbintenis vastgesteld. Het Italiaanse nationale instituut voor de statistiek (ISTAT) heeft verslag uitgebracht over recente ontwikkelingen in de toepassing van de beginselen van de Praktijkcode. ISTAT heeft een nieuw kwaliteitsbeleid vastgesteld, dat voorziet in de conformiteit van traditionele processen, zoals enquêtes, die moeten worden geëvalueerd met behulp van deugdelijke methodologieën en praktijken. Daartoe is tussen oktober 2022 en januari 2023 een checklist ingevoerd voor alle traditionele ISTAT-processen. Elk onderdeel van de checklist dient om zwakke punten te identificeren en op basis daarvan de uit te voeren verbeteringsacties op maat te maken. Audits worden gepland binnen een periode van drie jaar, aangezien elke drie jaar een bijgewerkte checklist moet worden opgesteld.

Letland: De verbintenis is vastgelegd in de nationale wetgeving: de wet op de statistiek. In deze verslagperiode zijn er geen grote wetswijzigingen doorgevoerd.

Litouwen: De verbintenis is vastgelegd in nationale wetgeving. In het verslag over de huidige verslagperiode worden enkele recente ontwikkelingen belicht. Op 1 januari 2023 is een nieuwe wet inzake officiële statistieken en het beheer van staatsgegevens in werking getreden, waardoor de rol en functies van het Litouwse bureau voor de statistiek (Statistics Lithuania) worden uitgebreid. Volgens de nieuwe wet is Statistics Lithuania een “staatsbureau voor gegevens” geworden, dat niet alleen verantwoordelijk is voor het produceren van officiële statistieken, maar ook voor het beheer van staatsgegevens. De nieuwe wet handhaaft de verplichting om de Praktijkcode toe te passen bij het opstellen van officiële statistieken.

Luxemburg: Zoals ook is bevestigd in het aan Eurostat toegezonden verslag, wordt het nationale recht door Luxemburg beschouwd als de verbintenis. Luxemburg heeft geen wijzigingen te melden voor de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 december 2023.

Nederland: De verbintenis is vastgelegd in nationale wetgeving. Nederland heeft in dit verband geen belangrijke wijziging van de nationale wetgeving gerapporteerd. Sinds de vorige collegiale toetsing zijn er verschillende verbeteringen doorgevoerd, met name om het institutionele kader te stabiliseren en het kwaliteitsbeheer en de kwaliteitsborging te versterken. Andere hervormingen hadden betrekking op de personele middelen en het meten van de prestaties. Het Nederlandse Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is begonnen met het uitvoeren van de aanbevelingen die zijn gedaan naar aanleiding van de meest recente collegiale toetsing.

Noorwegen: De verbintenis aan de beginselen in de Praktijkcode is vastgelegd in de Noorse wet op de statistiek, die in januari 2021 in werking is getreden. De eerste twee verslagen over de naleving van de kwaliteitsbeginselen in de wet op de statistiek en de Praktijkcode zijn gepubliceerd op de website van het Noorse bureau voor de statistiek (Statistics Norway)13. In het aan Eurostat toegezonden verslag wordt melding gemaakt van het actieplan voor verbetering naar aanleiding van de collegiale toetsing van het Noorse statistische systeem.

Polen: In het door het Poolse bureau voor de statistiek (Statistics Poland) aan Eurostat toegezonden verslag is bevestigd dat de nationale wetgeving, meer bepaald de wet van 29 juni 1995 betreffende de officiële statistiek, wordt beschouwd als de Poolse verbintenis. Sinds de vorige verslaglegging zijn de bepalingen van de wet op de officiële statistiek, waarin de beginselen van de Praktijkcode ten uitvoer worden gelegd, niet herzien.

Portugal: Zoals ook wordt vermeld in het aan Eurostat toegezonden verslag, is de Portugese verbintenis vastgelegd in nationaal recht, te weten in wetsbesluit nr. 136/2012. Dit wetsbesluit wordt opgevat als de politieke verbintenis van de Portugese regering. Het wetsbesluit bevat onder meer bepalingen inzake het verbeteren of handhaven van de voorwaarden voor de toepassing van de Praktijkcode en bepalingen betreffende de toewijzing van het budget en de bevoegdheden die nodig zijn om alle wettelijk voorziene activiteiten uit te voeren.

Slowakije: In het aan Eurostat toegezonden verslag wordt bevestigd dat er geen op zichzelf staande verbintenis is vastgesteld. In de huidige verslagperiode zijn door het nationale statistische systeem, in het kader van de uitvoering van de Praktijkcode, diverse regelgevende, organisatorische en methodologische documenten goedgekeurd en geïmplementeerd14.

Spanje: In het aan Eurostat toegezonden verslag worden verschillende stappen beschreven die in de periode 2022-2023 zijn ondernomen met het oog op een betere toepassing van de Praktijkcode. De nationale wet op de statistiek is gewijzigd, waarbij de verbintenis om de Praktijkcode na te leven is uitgebreid naar de productie van statistieken in het kader van het nationale statistische plan, en zich niet beperkt tot het Europees statistisch plan. Bij dezelfde wet is het Spaanse nationale instituut voor de statistiek (INE) erkend als de nationale statistische instantie.

Op zichzelf staande” vertrouwensverbintenissen

De opgestelde “op zichzelf staande” verbintenissen nemen verschillende vormen aan, die steeds de specifieke kenmerken van het betrokken nationale statistische systeem weerspiegelen.

In de eerste drie verslagen van de Commissie (van 2018, 2020 en 2022) over de verbintenissen, werden de volgende “op zichzelf staande” verbintenissen van de lidstaten gepresenteerd.

België: De Belgische vertrouwensverbintenis15 is op 31 mei 2017 aangenomen door het Overlegcomité, waarin de federale regering en de regeringen van de Gewesten en Gemeenschappen zijn vertegenwoordigd, en is vervolgens gepubliceerd op de website van de Belgische federale statistische instantie en de regionale statistische instanties. Dankzij de verbeteringsacties in het kader van de derde ronde van collegiale toetsingen, die in 2022 en 2023 zijn uitgevoerd, is vooruitgang geboekt bij de uitvoering van de verbintenis. In het aan Eurostat toegezonden verslag wordt gewezen op de resultaten die zijn geboekt op het gebied van coördinatie, samenwerking en de toereikendheid van middelen. Voorts werd een op de verschillende gebruikers afgestemde verspreidings- en communicatiestrategie ontwikkeld.

Bulgarije: In zijn aan Eurostat toegezonden verslag heeft het Bulgaarse nationaal instituut voor de statistiek (NSI) zijn eerdere verslag, waarin werd verklaard dat de Bulgaarse regering de verbintenis op 8 december 2021 heeft ondertekend, bevestigd16. De Bulgaarse regering heeft zich er onder meer toe verbonden om: i) passende voorwaarden te scheppen voor de ontwikkeling, productie en verspreiding van statistieken; ii) de rechten en plichten van de voorzitter van het nationaal instituut voor de statistiek te waarborgen; iii) voldoende middelen ter beschikking te stellen om de kwaliteit van de officiële statistieken te verbeteren en te handhaven; en iv) de toegang tot administratieve en andere gegevensbronnen voor het nationaal instituut voor de statistiek te waarborgen.

Cyprus: De verbintenis is in 2018 ondertekend door de Cypriotische raad van ministers17 en is samen met een samenvatting voor het algemene publiek gepubliceerd. In het aan Eurostat toegezonden verslag wordt uitgelegd dat in de nieuwe wet op de officiële statistieken van 2021 (wet nr. 25(I)/2021) uitdrukkelijk wordt verwezen naar de statistische beginselen (waaronder professionele onafhankelijkheid, onpartijdigheid en objectiviteit), de kwaliteitscriteria en de uitvoering van de Praktijkcode om het vertrouwen van het publiek in statistieken te waarborgen.

Griekenland: De Griekse verbintenis18 is op 29 februari 2012 ondertekend door de Griekse premier en het lid van de Europese Commissie voor Belastingen en Douane-Unie, Audit en Fraudebestrijding. De verbintenis is beschikbaar op de website van de Griekse autoriteit voor de statistiek. Zoals ook is gerapporteerd, zijn er sindsdien geen verdere ontwikkelingen geweest en is deze verbintenis nog steeds van kracht en van toepassing.

IJsland: IJsland heeft in november 2019 een op zichzelf staande verbintenis gepubliceerd19. In het door het IJslands bureau voor de statistiek (Statistics Iceland) aan Eurostat toegezonden verslag wordt benadrukt dat de tekst over de verbintenis is opgenomen in de documenten van het begrotingsplan 2020-2024 en door het IJslandse parlement is goedgekeurd. In de verbintenis is opnieuw bevestigd dat de geloofwaardigheid van openbare statistieken een van de voorafgaande voorwaarden is voor vertrouwen in de economische en sociale statistieken die worden gebruikt voor beleidsvorming en voor het op neutrale wijze beoordelen van de gevolgen van regeringsbesluiten. De verbintenis bevestigt opnieuw de professionele onafhankelijkheid, de werkomgeving en de handhaving van de regels die het IJslandse bureau voor de statistiek (Statistics Iceland) nodig heeft bij de uitvoering van nieuwe projecten, het verzamelen van gegevens en het verwerken en verspreiden van officiële statistieken.


Ierland: De regering van Ierland heeft de verbintenis in 2017 goedgekeurd20. Daarmee herbevestigde de regering haar verbintenis om: i) de onafhankelijkheid van het Ierse bureau voor de statistiek (CSO) te waarborgen; ii) het CSO te ondersteunen bij het waarborgen van de naleving van de Praktijkcode; en iii) bij te dragen tot de ontwikkeling van het bredere Ierse statistische systeem onder leiding van het CSO. Zoals ook in het door het CSO aan Eurostat toegezonden verslag wordt vermeld, is de door de regering goedgekeurde verbintenis een verdere steunbetuiging aan de bestaande wetgeving en aan het beleid en de praktijken die het CSO heeft ontwikkeld om zijn verplichtingen uit hoofde van de Praktijkcode te vervullen.

Malta: In Malta is de verbintenis op 17 mei 2018 ondertekend door de premier21. Zoals ook uiteengezet in het door het Maltese nationale bureau voor de statistiek (NSO) aan Eurostat toegezonden verslag, is de regering sindsdien het beginsel van professionele onafhankelijkheid van de NSO volledig in acht blijven nemen. Om zijn onafhankelijkheid verder te versterken, in overeenstemming met de verbintenis, werkt het NSO bovendien aan een nieuwe wet waarbij de huidige wet (de Malta Statistics Authority Act) zal worden ingetrokken. Alle voorgestelde wijzigingen zijn gericht op het stroomlijnen van statistische processen om de productie van statistieken robuuster, efficiënter, transparanter en actueler te maken.

Roemenië: De Roemeense vertrouwensverbintenis is op 9 juni 2017 door de Roemeense regering goedgekeurd22. Zoals is toegelicht in het door het Roemeense nationaal instituut voor de statistiek (INS) aan Eurostat toegezonden verslag, zijn de salarissen van de werknemers van het nationale statistische systeem verbeterd en heeft de dialoog met de belangrijkste belanghebbenden het vertrouwen in de statistieken verder vergroot.

Slovenië: De Sloveense regering heeft de verbintenis op 5 januari 2017 goedgekeurd23 en deze vervolgens samen met de bijbehorende samenvatting voor het algemene publiek gepubliceerd op de website van het Sloveense bureau voor de statistiek (SURS). In het aan Eurostat toegezonden verslag wordt geen melding gedaan van verdere ontwikkelingen in dit verband.

Zweden: De verbintenis is door de Zweedse regering gepresenteerd in de ontwerpbegrotingswet voor 201724 en na de aanneming van die wet gepubliceerd op de website van het Zweedse bureau voor de statistiek (SCB). Verder rapporteert het SCB jaarlijks over de naleving van de kwaliteitseisen voor statistieken. Zoals wordt geïllustreerd in het door het SCB aan Eurostat toegezonden verslag, zijn de resultaten in de huidige verslagperiode overwegend positief, waarbij op sommige gebieden ruimte voor verdere verbetering is vastgesteld.

Ook vermeldenswaard is dat, hoewel deze buiten het ESS vallen, drie kandidaat-lidstaten ook formeel een verbintenis hebben aangenomen: Albanië op 10 november 2017, Montenegro op 22 februari 2018 en Noord-Macedonië op 17 oktober 2018.

Voorts werd de Commissie in kennis gesteld van de volgende ontwikkelingen die zich buiten de huidige verslagperiode hebben voorgedaan:

Liechtenstein: Zoals is verklaard in het door de statistische autoriteit van Liechtenstein (Amt für Statistik) aan Eurostat toegezonden verslag, heeft de regering van Liechtenstein haar verbintenis om, in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 223/200925, onafhankelijke en betrouwbare statistieken te beschermen op 27 februari 2024 bevestigd. De regering van Liechtenstein waarborgt: i) de onafhankelijkheid van de statistische autoriteit; ii) de kwaliteit van de officiële statistieken door toepassing van internationale en Europese normen inzake statistische gegevens; en iii) dat er voldoende en permanente middelen beschikbaar worden gesteld om de kwaliteit en de relevantie van de officiële statistieken te waarborgen. Bovendien heeft de regering zich ertoe verbonden om de statistische autoriteit toegang te verlenen tot administratieve gegevens en om de rechten van de respondenten en de statistische geheimhouding te waarborgen.

Zwitserland: Het Zwitserse federale bureau voor de statistiek (FSO) heeft aan Eurostat gerapporteerd dat de Zwitserse Bondsraad op 24 januari 2024 het openbare statistiekenprogramma van de federale overheid voor de komende jaren (2024-2027) heeft goedgekeurd en gepubliceerd. In het verslag wordt een overzicht gegeven van de statistische doelstellingen, prioriteiten en activiteiten en wordt ook de verbintenis uiteengezet26. In de verbintenis bevestigt de Zwitserse regering haar voornemen om: i) de internationale beginselen voor het verzamelen, samenstellen en verspreiden van officiële statistieken in acht te nemen; ii) de professionele onafhankelijkheid van het FSO en andere nationale autoriteiten te waarborgen; iii) het FSO en de andere nationale autoriteiten te ondersteunen bij het nemen van de nodige maatregelen om de naleving van de Praktijkcode te waarborgen; en iv) het federaal statistisch systeem verder te ontwikkelen onder leiding van het FSO.

3. CONCLUSIE

Zoals bepaald in Verordening (EG) nr. 223/2009 betreffende de Europese statistiek, helpen de verbintenissen om het vertrouwen van het publiek in de Europese statistieken te waarborgen en om vooruitgang te boeken bij de toepassing van de in de Praktijkcode uiteengezette statistische beginselen.

Een toenemend aantal landen publiceert op zichzelf staande verbintenissen. Deze trend is welkom en wordt volledig gesteund door de Commissie. Veel lidstaten beschouwen hun nationale wetgeving en specifieke bepalingen daarvan als de verbintenis. In dit verband hebben sommige lidstaten gemeld dat hun respectieve nationale wetgeving de rol van hun nationale bureau voor de statistiek als centrale statistische autoriteit heeft versterkt. Permanente monitoring van relevante ontwikkelingen en aanpassing aan veranderende verwachtingen en behoeften van gebruikers zijn noodzakelijk om het vertrouwen van het publiek in statistieken te waarborgen en om te voldoen aan de kwaliteitsvereisten voor statistieken.

De nationale bureaus voor de statistiek passen verschillende methoden voor kwaliteitsbeheer en prestatiemeting toe. Tijdens de huidige verslagperiode is bevestigd dat externe evaluaties onontbeerlijk zijn voor een objectieve beoordeling van de prestaties van de bureaus voor de statistiek. Collegiale toetsingen blijven daarbij een belangrijk instrument. Deze toetsingen bieden waardevolle inzichten met betrekking tot het vertrouwen in statistieken bij externe belanghebbenden met relevante kennis en ervaring op dit gebied.

Het behoud van het vertrouwen van het publiek in officiële statistieken is van cruciaal belang voor de relevantie en geloofwaardigheid van het ESS als geheel. Ook zal dat de EU en de regeringen van de EU-lidstaten helpen bij het vinden van antwoorden op grote huidige en toekomstige uitdagingen met behulp van methoden die zijn gebaseerd op objectieve gegevens en feiten en waarmee de democratische legitimiteit van beleidsbesluiten wordt ondersteund. De Commissie geeft follow-up aan gevallen waarin regeringen de professionele onafhankelijkheid van hun respectieve nationale bureau voor de statistiek niet waarborgen, bijvoorbeeld door nationale wetgeving zodanig te wijzigen dat de inachtneming van het beginsel van professionele onafhankelijkheid in het gedrang komt, of door het hoofd van het bureau vóór het einde van zijn of haar mandaat of zonder duidelijke rechtvaardiging uit zijn of haar ambt te ontheffen. De Commissie zal relevante ontwikkelingen blijven monitoren en de lidstaten bijstaan bij het verwezenlijken van hun ambitie om het vertrouwen van het publiek in statistieken te handhaven en te verbeteren.

1 Verordening (EG) nr. 223/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2009 betreffende de Europese statistiek en tot intrekking van Verordening (EG, Euratom) nr. 1101/2008 betreffende de toezending van onder de statistische geheimhoudingsplicht vallende gegevens aan het Bureau voor de Statistiek van de Europese Gemeenschappen, Verordening (EG) nr. 322/97 van de Raad betreffende de communautaire statistiek en Besluit 89/382/EEG, Euratom van de Raad tot oprichting van een Comité statistisch programma van de Europese Gemeenschappen (PB L 87, 31.3.2009, blz. 164).

2 COM(2018) 516 final..

3 COM/2020/278 final.

4 COM/2022/333 final.

5 COM (2011) 211 final.

6 Praktijkcode Europese statistieken — Herziene editie 2017 — Productcatalogi – Eurostat (europa.eu).

7 Verordening (EU) 2015/759 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2015 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 223/2009 betreffende de Europese statistiek (PB L 123 van 19.5.2015, blz. 90).

8 Register van documenten van de Commissie — SWD(2024) 136 (europa.eu).

9 Huidige ronde (2021-2023) — Eurostat (europa.eu).


10 COM(2018) 516 final.

11 Samenvatting van de Tsjechische wetgeving in de context van de vertrouwensverbintenis op de website van het Tsjechische bureau voor de statistiek.

12 Jaarverslag van de Autorité de la statistique publique 2022.

13 Verslag over de kwaliteit van de officiële statistieken, 2022 en Verslag over de kwaliteit van de officiële statistieken, 2023.

14 Zie ook de overwegingen over de wijzigingen van de competentiewet waarbij de bevoegdheid van de regering om hoofden van bepaalde onafhankelijke organen te benoemen en te ontslaan wordt uitgebreid, in het landenhoofdstuk over de situatie op het gebied van de rechtsstaat in Slowakije (SWD (2024) 825 van 24 juli 2024).

15 Vertrouwensverbintenis van de Belgische regeringhttps://statbel.fgov.be/en/about-statbel/quality/commitment-confidence (beschikbaar in het Engels, het Frans, het Duits en het Nederlands).

16 Vertrouwensverbintenis van de Bulgaarse regering.

17 Vertrouwensverbintenis van de Cypriotische regering; Besluit nr. 85.964 van de raad van ministers.

18 Vertrouwensverbintenis van de Griekse regering.

19 Vertrouwensverbintenis van de IJslandse regering (beschikbaar in het IJslands).

20 Vertrouwensverbintenis van de Ierse regering (alleen beschikbaar in het Engels).

21 Vertrouwensverbintenis van de Maltese regering (alleen beschikbaar in het Engels).

22 Vertrouwensverbintenis van de Roemeense regering (alleen beschikbaar in het Roemeens).

23 Vertrouwensverbintenis van de Sloveense regering (beschikbaar in het Engels en het Sloveens).

24 Vertrouwensverbintenis van de Zweedse regering. Gepubliceerd in het Engels in het Jaarverslag 2017 over de officiële statistieken van Zweden.

25 Vertrouwensverbintenis van de regering van Liechtenstein.

26 Het programma en de vertrouwensverbintenis van de Zwitserse federale regering.

NL NL