Artikelen bij COM(2025)178 - Gedelegeerde handelingen van de Commissie onder Richtlijn 2009/42/EG betreffende de statistiek van het zeevervoer van goederen en personen

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.


1. INLEIDING

Bij Verordening (EU) nr. 1090/2010 van het Europees Parlement en de Raad1 zijn de bij Richtlijn 2009/42/EG2 (“de richtlijn”) aan de Commissie verleende bevoegdheden afgestemd op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).

Krachtens de gewijzigde Richtlijn 2009/42/EG mag de Commissie gedelegeerde handelingen vaststellen om:

- de in de bijlagen I tot en met VIII vermelde voorwaarden voor het verzamelen van gegevens aan economische en technische ontwikkelingen aan te passen, voor zover deze aanpassingen geen aanzienlijke verhoging van de kosten voor de lidstaten en/of de belasting van de respondenten tot gevolg hebben (zie artikel 3, lid 4);

- een lijst van havens op te stellen die per land en per kustgebied zijn gecodeerd en geregistreerd (zie artikel 4, lid 1), en

- niet-essentiële onderdelen van de richtlijn te wijzigen om ervoor te zorgen dat de gegevensverzamelingsmethoden van dien aard zijn dat de statistische gegevens over het zeevervoer (bijlage VIII) voldoen aan de door de Commissie vastgestelde normen inzake nauwkeurigheid (artikel 5).

Zoals bepaald in overweging 8 van Verordening (EU) nr. 1090/2010 is het van bijzonder belang dat de Commissie bij haar voorbereidende werkzaamheden passend overleg pleegt, onder meer met deskundigen.

2. RECHTSGRONDSLAG

Dit verslag is verplicht krachtens artikel 10 bis, lid 1, van de richtlijn, waarin aan de Commissie de bevoegdheid werd verleend om gedelegeerde handelingen vast te stellen gedurende een periode van vijf jaar die inging op 29 december 2010. De Commissie heeft in 2015 een eerste verslag ingediend3 en in 2020 een tweede verslag4. De bevoegdheidsdelegatie werd automatisch met nog eens vijf jaar verlengd (van december 2020 tot en met december 2025), aangezien het Parlement en de Raad de delegatie niet overeenkomstig artikel 10 ter van de richtlijn hebben ingetrokken. Krachtens artikel 10 bis moet de Commissie uiterlijk zes maanden voor het einde van elke periode van vijf jaar een verslag over de bevoegdheidsdelegatie opstellen. Met het onderhavige verslag wordt voldaan aan de verplichting van de Commissie om een derde verslag op te stellen over de uitoefening van haar bevoegdheid tot het vaststellen van gedelegeerde handelingen.


3. UITOEFENING VAN DE DELEGATIE

De Commissie heeft de bevoegdheidsdelegatie tweemaal gebruikt door Gedelegeerd Besluit 2012/186/EU5 en Gedelegeerd Besluit (EU) 2018/10076 vast te stellen. Gedurende de laatste periode van vijf jaar heeft de Commissie geen gebruik gemaakt van haar bevoegdheid tot het vaststellen van gedelegeerde handelingen zoals die haar bij artikel 10 bis van de richtlijn is verleend.


4. CONCLUSIE

De Commissie heeft de aan haar uit hoofde van Richtlijn (EU) nr. 2009/42/EG verleende bevoegdheid tot vaststelling van gedelegeerde handelingen sinds april 2018 niet uitgeoefend. De Commissie is echter van mening dat zij deze gedelegeerde bevoegdheden moet behouden om in de toekomst gedelegeerde handelingen te kunnen vaststellen teneinde rekening te houden met economische en technische ontwikkelingen en veranderingen in de haveninfrastructuur van de EU.

De Commissie verzoekt het Europees Parlement en de Raad kennis te nemen van dit verslag.


1 Verordening (EU) nr. 1090/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot wijziging van Richtlijn 2009/42/EG betreffende de statistiek van het zeevervoer van goederen en personen (PB L 325 van 9.12.2010, blz. 1, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2010/1090/oj).

2 Richtlijn 2009/42/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 betreffende de statistiek van het zeevervoer van goederen en personen (PB L 141 van 6.6.2009, blz. 29, ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/2009/42/2012-01-01).

3 Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad betreffende de uitoefening van de aan de Commissie verleende bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen krachtens Verordening (EU) nr. 1090/2010 van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 2009/42/EG betreffende de statistiek van het zeevervoer van goederen en personen (COM(2015) 362 final van 28 juli 2015).

4 Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de uitoefening van de bevoegdheid tot het vaststellen van gedelegeerde handelingen die aan de Commissie is verleend overeenkomstig Richtlijn 2009/42/EG betreffende de statistiek van het zeevervoer van goederen en personen (COM(2020) 149 final van 17 april 2020).

5 Gedelegeerd Besluit 2012/186/EU van de Commissie van 3 februari 2012 tot wijziging van Richtlijn 2009/42/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de statistiek van het zeevervoer van goederen en personen (PB L 101 van 11.4.2012, blz. 5).

6 Gedelegeerd Besluit (EU) 2018/1007 van de Commissie van 25 april 2018 tot aanvulling van Richtlijn 2009/42/EG van het Europees Parlement en de Raad wat de lijst van havens betreft en tot intrekking van Beschikking 2008/861/EG van de Commissie (PB L 180 van 17.7.2018, blz. 29).

NL NL