Toelichting bij COM(2000)676 - Tweede wijziging van Verordening 1294/1999 inzake de bevriezing van middelen en een verbod op investeringen ten aanzien van Joegoslavië (FRJ) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1295/98 en Verordening (EG) nr. 1607/98 en tot intrekking van artikel 2 van Verordening 926/98 betreffende de beperking van bepaalde economische betrekkingen met Joegoslavië

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.


Bij de Verordeningen (EG) nr. 926/1998 en (EG) nr. 1294/1999 van de Raad werden financiële beperkingen ingesteld ten aanzien van de Federale Republiek Joegoslavië, welke beperkingen gericht waren op de regering van de Federale Republiek Joegoslavië en de regering van de Republiek Servië.

Gezien het feit dat de heer Vojislav Kostunica thans is ingehuldigd als president van de Federale Republiek Joegoslavië, oordeelde de Raad dat onder andere deze financiële beperkingen dienden te worden herzien, teneinde uitsluitend die beperkingen te handhaven welke van toepassing zijn op de heer Milosevic en de natuurlijke personen en rechtspersonen die nauwe banden met hem onderhouden.

De Commissie stelt daarom voor de thans geldende bepalingen zodanig te wijzigen dat zij alleen van toepassing zijn op deze beperkte categorie, teneinde hervatting te voorkomen van de schendingen van de resoluties van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties en het extreme en strafrechtelijk onverantwoordelijke beleid, dat onder meer geweld tegen burgers inhield, dat de Raad ertoe noopte financiële beperkingen in te stellen tegen de Federale Republiek Joegoslavië tijdens het presidentschap van de heer Milosevic.