Toelichting bij COM(2007)180 - Sluiting van de visserijovereenkomst met Kiribati - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2007)180 - Sluiting van de visserijovereenkomst met Kiribati. |
---|---|
bron | COM(2007)180 |
datum | 12-04-2007 |
Bij het bepalen van haar onderhandelingspositie heeft de Commissie zich onder meer gebaseerd op de resultaten van een evaluatie vooraf en een evaluatie achteraf door externe deskundigen.
Het hoofddoel van de nieuwe partnerschapsovereenkomst is de samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kiribati te versterken en daartoe, in het belang van beide partijen, een partnerschapskader in te stellen voor de ontwikkeling van een duurzaam visserijbeleid en de verantwoorde exploitatie van de visbestanden in de visserijzone van Kiribati. De twee partijen verbinden zich tot het aangaan van een politieke dialoog over visserijaangelegenheden van wederzijds belang. In het kader van deze nieuwe partnerschapsovereenkomst inzake visserij zal bijzondere aandacht worden geschonken aan de ondersteuning van het visserijbeleid van Kiribati. Beide partijen zullen met elkaar afspreken wat de prioriteiten voor die ondersteuning zullen zijn, en zullen de doelstellingen, de jaarlijkse en meerjarige programmering en de criteria voor de beoordeling van de te bereiken resultaten omschrijven, met de bedoeling te komen tot een duurzaam en verantwoord beheer van de sector.
De financiƫle tegenprestatie is vastgesteld op 478 400 euro per jaar. Van deze financiƫle tegenprestatie moet het eerste jaar 30 % worden gebruikt voor de ondersteuning en de uitvoering van initiatieven in het kader van het door de regering van Kiribati vastgestelde sectorale visserijbeleid. Dit percentage bedraagt het tweede jaar 40 % en de daaropvolgende jaren 60 %.
Wat de vangstmogelijkheden betreft, is overeengekomen dat 4 ringzegenvaartuigen en 12 vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug zullen mogen vissen. Op verzoek van de Gemeenschap en voor zover de beheersbeslissingen van de partijen bij de Palau-regeling daartoe ruimte bieden, kan het aantal vergunningen voor ringzegenvaartuigen worden verhoogd. In het protocol wordt een referentiehoeveelheid van 6 400 ton tonijn per jaar vastgesteld. Voorts is in het protocol bepaald dat de toekenning door Kiribati van vangstmogelijkheden voor vaartuigen van de Gemeenschap moet stroken met de beheersbeslissingen die, op regionaal niveau, door de naties in het centraal-westelijk deel van de Stille Oceaan zullen worden genomen in het kader van de Palau-regeling voor het beheer van de ringzegenvisserij in het westelijk deel van de Stille Oceaan . Er is overeengekomen dat de visserijinspanning van de EG in de EEZ van Kiribati verenigbaar moet zijn met de evaluaties van de tonijnbestanden op basis van wetenschappelijk criteria, met inbegrip van de wetenschappelijke overzichten die elk jaar door het Secretariaat van de Pacifische Gemeenschap (SPC) zullen worden opgesteld.
Voorts voorziet de partnerschapsovereenkomst in de bevordering van de economische, wetenschappelijke en technische samenwerking in de visserijsector en verwante sectoren.
Op basis hiervan stelt de Commissie de Raad voor de sluiting van deze nieuwe partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Kiribati bij verordening goed te keuren.