Toelichting bij COM(2014)277 - Verslag betreffende de echtheidscontrole van euromunten en de behandeling van euromunten die ongeschikt zijn voor circulatie - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2014)277 - Verslag betreffende de echtheidscontrole van euromunten en de behandeling van euromunten die ongeschikt zijn voor circulatie ... |
---|---|
bron | COM(2014)277 |
datum | 20-05-2014 |
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET ECONOMISCH EN FINANCIEEL COMITÉ overeenkomstig artikel 12 van Verordening (EU) nr. 1210/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 2010 betreffende de echtheidscontrole van euromunten en de behandeling van euromunten die ongeschikt zijn voor circulatie /* COM/2014/0277 final */
Inhoudsopgave
- VERSLAG VAN DE COMMISSIE
- 1. Doel van Verordening (EU) nr. 1210/2010
- 2. Doel van het verslag
- 3. Verslagen van de lidstaten over hun werkzaamheden op het gebied van de echtheidscontrole van euromunten
- 4. Beoordeling van de verslagen van de lidstaten over het jaar 2012 4.1. Beoordelingscriteria
- 4.2. Beoordeling van de verslagen
- 4.2.3. Het totale aantal gecontroleerde muntsorteermachines
- 4.2.4. De totale hoeveelheid door de gecontroleerde muntsorteermachines verwerkte munten
- 4.2.5. Het totale aantal geanalyseerde munten waarvan vermoed wordt dat ze vals zijn
- 4.2.6. Het totale aantal ongeschikte munten dat is vergoed
- 5. Conclusies
- aan.
- BIJLAGE II
- BIJLAGE III
AAN HET ECONOMISCH EN FINANCIEEL COMITÉ
overeenkomstig artikel 12 van Verordening (EU) nr. 1210/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 2010 betreffende de echtheidscontrole van euromunten en de behandeling van euromunten die ongeschikt zijn voor circulatie i
Om de euro tegen valsemunterij te beschermen, hebben de kredietinstellingen en, binnen de grenzen van hun betalingsactiviteit, de overige betalingsdienstaanbieders, evenals iedere andere instelling die deelneemt aan de verwerking en verstrekking aan het publiek van biljetten en muntstukken (hierna 'instellingen' genoemd), krachtens Verordening (EG) nr. 1338/2001 i de verplichting om alle ontvangen eurobankbiljetten en ‑muntstukken op hun echtheid te controleren voordat ze opnieuw in omloop worden gebracht, alsook te zorgen voor het detecteren van vervalsingen.
Voor munten is deze verplichting nader gespecificeerd in Verordening (EU) nr. 1210/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 2010 betreffende de echtheidscontrole van euromunten en de behandeling van euromunten die ongeschikt zijn voor circulatie (hierna 'de verordening' genoemd). De verordening heeft tot doel in de hele eurozone een doeltreffende en eenvormige echtheidscontrole van euromunten te garanderen door te voorzien in bindende voorschriften voor de toepassing van gemeenschappelijke procedures voor de echtheidscontrole van in omloop zijnde euromunten en de toepassing van een controlemechanisme voor de echtheidscontroleprocedures door de nationale autoriteiten. Er is een echtheidscontroleprocedure opgezet om na te gaan of euromunten echt zijn en geschikt zijn voor circulatie.
In de verordening is bepaald dat de verplichting om de echtheid te controleren met muntsorteermachines of met opgeleid personeel moet worden nagekomen. Na de echtheidscontroleprocedure worden alle euromunten waarvan wordt vermoed dat ze vals zijn en de voor circulatie ongeschikte euromunten naar het nationale analysecentrum voor munten gestuurd of naar een andere autoriteit die door de betrokken lidstaat is aangewezen. In de verordening zijn de testvereisten voor de muntsorteermachines vermeld, evenals de voorschriften voor de behandeling van euromunten die ongeschikt zijn voor circulatie en de controlemechanismen die de lidstaten moeten invoeren om te garanderen dat de instellingen hun verplichting nakomen om de echtheid te controleren.
Overeenkomstig artikel 7 van de verordening heeft het Europees Technisch en Wetenschappelijk Centrum (ETWC), opgericht bij Besluit 2005/37/EG van de Commissie i, de richtsnoeren vastgelegd voor de tenuitvoerlegging van Verordening (EU) nr. 1210/2010 (hierna 'de ETWC-richtsnoeren' genoemd).
Overeenkomstig artikel 12, lid 4, van de verordening dient de Commissie, na onderzoek van de ingekomen verslagen van de lidstaten, een jaarlijks verslag in bij het Economisch en Financieel Comité over de ontwikkelingen en bevindingen op het gebied van de echtheidscontrole van euromunten en voor circulatie ongeschikte euromunten.
Dit is de eerste keer dat de Commissie zo'n jaarlijks verslag heeft opgesteld. De verordening is, wat de echtheidscontroleprocedure betreft, sinds 1 januari 2012 toepasselijk. Het verslag heeft betrekking op het jaar 2012 en het voornaamste doel ervan is na te gaan of de gemeenschappelijke echtheidscontroleprocedures naar behoren zijn uitgevoerd en of de controlemechanismen van de echtheidscontroleprocedures door de nationale autoriteiten doeltreffend zijn. Tot slot biedt het verslag een algeheel statistisch overzicht op basis van de verslagen die van de lidstaten zijn ontvangen.
3. Verslagen van de lidstaten over hun werkzaamheden op het gebied van de echtheidscontrole van euromunten
Overeenkomstig artikel 12, lid 1, dienen de lidstaten jaarlijks bij de Commissie een verslag in over hun werkzaamheden op het gebied van de echtheidscontrole van euromunten. Daarin wordt informatie verstrekt over het aantal verrichte controles en geteste muntsorteermachines, de testresultaten, de hoeveelheid euromunten die door die machines zijn verwerkt, het aantal geanalyseerde munten waarvan vermoed wordt dat ze vals zijn, en het aantal voor circulatie ongeschikte euromunten dat is vergoed, alsmede informatie over de in de verordening bedoelde afwijkingen.
De uiterste termijn waarop de lidstaten de jaarlijkse verslagen moeten indienen is in de ETWC-richtsnoeren vastgesteld op 15 februari van het jaar na het jaar waarover verslag wordt uitgebracht i.
De belangrijkste criteria aangaande de verslaglegging over de echtheidscontrole van euromunten en voor circulatie ongeschikte euromunten zijn vastgelegd in artikel 12 van de verordening. Om de uitvoering van de echtheidscontroleprocedures te coördineren, is in artikel 7 van de verordening het Europees Technisch en Wetenschappelijk Centrum (ETWC) aangewezen om, na raadpleging van de deskundigengroep Vervalsing euromunten, richtsnoeren op te stellen, inclusief praktische uitvoeringsbepalingen aangaande controles, tests en onderzoek door de lidstaten. Op basis van de ETWC-richtsnoeren dienden de lidstaten verslag uit te brengen over de volgende indicatoren i:
1. het totale aantal verwerkte munten in 2012 wat de drie hoogste denominaties betreft;
2. het totale aantal ter plaatse verrichte controles;
3. het totale aantal gecontroleerde muntsorteermachines;
4. de totale hoeveelheid door de gecontroleerde muntsorteermachines verwerkte munten;
5. het totale aantal geanalyseerde munten waarvan vermoed wordt dat ze vals zijn;
6. het totale aantal ongeschikte munten dat is vergoed.
16 lidstaten van de eurozone konden aan de verplichting voldoen hun 'jaarverslag' in te dienen, namelijk: België, Duitsland, Estland, Ierland, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Italië, Cyprus, Luxemburg, Malta, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Slovenië en Slowakije.
Van de lidstaten die eraan zijn herinnerd hun verslag op te sturen, heeft alleen Finland nog niet aan dat verzoek voldaan.
Er dient te worden opgemerkt dat wanneer in dit verslag wordt verwezen naar totale aantallen, dit uitsluitend de situatie weergeeft in de lidstaten van de eurozone die tot dusver gegevens hebben verstrekt.
Bijlage II biedt een algeheel overzicht van alle cijfers.
4.2.1. Het totale aantal verwerkte munten in 2012 wat de drie hoogste denominaties betreft Op grond van artikel 3 voeren de instellingen i de verplichting om de echtheid te controleren uit door muntsorteermachines te gebruiken die zijn opgenomen in de lijst van het ETWC en die zijn ontworpen om na te gaan of deze euromunten echt zijn en geschikt zijn voor circulatie. Het totale aantal door muntsorteermachines verwerkte munten in 2012 wat de drie hoogste denominaties betreft (2 euro, 1 euro en 50 eurocent) bedraagt 9 845 834 296.[7] Dit komt neer op 58,82 % van het aantal munten dat in omloop is i. 4.2.2. Het totale aantal ter plaatse verrichte controles
Overeenkomstig artikel 6 van de verordening verrichten lidstaten jaarlijks controles ter plaatse bij 'instellingen', om aan de hand van detectietests de correcte werking na te gaan van een representatief aantal van de muntsorteermachines die in gebruik zijn.
In 2012 werden door lidstaten in totaal 220 i controles ter plaatse uitgevoerd. Het aantal controles waarover verslag werd uitgebracht, varieerde aanzienlijk met tussen de 1 en 76 controles per lidstaat. Dit zou kunnen worden verklaard door de omvang van de markt en de manier waarop de geldverwerking in een specifieke lidstaat is georganiseerd. In sommige lidstaten wordt het totale aantal munten verwerkt door één geldtransportbedrijf en in andere bijvoorbeeld door afzonderlijke handelsbanken. Vier lidstaten (Griekenland, Italië, Luxemburg en Malta) hebben geen controles gemeld. Zij zullen worden verzocht om hun verslaglegging te verbeteren of controlemechanismen in te voeren, indien zij dit nog niet hebben gedaan.
Er zijn in totaal 315 i muntsorteermachines gecontroleerd en 70,15 %[11] daarvan waren in overeenstemming met de specificaties. Bij niet-reglementair geachte machines moeten de in artikel 6, lid 7, van de verordening genoemde corrigerende maatregelen worden uitgevoerd.
Tenzij de Commissie een verzoek tot afwijking heeft ontvangen zoals is vastgelegd in artikel 6, lid 5, van de verordening, zijn de lidstaten op grond van artikel 6, lid 3, verplicht de muntsorteermachines te controleren die ten minste 25 % hebben verwerkt van de totale gecumuleerde nettohoeveelheid aan euromunten met de drie hoogste denominaties die door die lidstaat sinds de invoering van de euromunten tot het einde van 2011 zijn uitgegeven.
Uit gegevens uit de ECB-databank over de netto-uitgifte per lidstaat sinds de invoering van de euro tot het einde van 2011 blijkt dat de volgende lidstaten aan het in artikel 6, lid 3, genoemde criterium van 25 % hebben voldaan: België, Estland, Ierland, Spanje, Frankrijk, Nederland, Portugal en Slovenië[12] (zie bijlage III).
Duitsland en Slowakije hadden verzocht om de in artikel 6, lid 5, genoemde afwijking en voldeden aan de lagere drempel van 10 %[13].
De totale hoeveelheid door de muntsorteermachines verwerkte munten die door de aangewezen nationale autoriteiten is gecontroleerd, bedraagt 6 117 955 983 i. Dit is 62,13 % van de hoeveelheid munten die in 2012 werd verwerkt i.
Het totale aantal geanalyseerde munten waarvan vermoed wordt dat ze vals zijn, betreft alle verdachte munten die in afzonderlijke lidstaten voor onderzoek naar de nationale analysecentra voor munten zijn gestuurd. Het totale aantal geanalyseerde munten waarvan vermoed wordt dat ze vals zijn, bedraagt 567 054 i munten. Het totale aantal van in omloop ontdekte valse munten bedraagt 180 139 munten i.
De lidstaten vergoeden of vervangen euromunten die na langdurige circulatie of door toevallige beschadiging ongeschikt zijn geworden of om andere redenen tijdens de echtheidscontroleprocedure zijn afgekeurd. Onverminderd de vergoeding van munten die voor liefdadigheidsdoeleinden worden verzameld, zoals munten die in fonteinen worden gegooid, kunnen de lidstaten weigeren voor circulatie ongeschikte euromunten te vergoeden wanneer deze opzettelijk zijn veranderd of een bewerking hebben ondergaan waarvan redelijkerwijs te verwachten is dat ze de munt verandert.
Het totale aantal ongeschikte munten dat is vergoed, bedraagt 14 002 311 i munten.
Het onderhavige verslag is het eerste verslag overeenkomstig artikel 12, lid 4, van de verordening. Aangezien de verordening met uitzondering van hoofdstuk III sinds 1 januari 2012 toepasselijk is, was het kalenderjaar 2012 het eerste jaar waarop zij van toepassing was.
Omdat niet alle verslagen zijn ontvangen i, zal de Commissie de nodige maatregelen nemen om de lidstaten van de eurozone eraan te herinneren hun verplichting na te komen om tijdig aan de eisen op grond van Verordening (EU) nr. 1210/2010 te voldoen.
Op basis van de verstrekte informatie kan worden geconcludeerd dat in de meeste lidstaten van de eurozone de echtheidscontroleprocedure in de 'instellingen' lijkt te zijn ingevoerd, en dat 12 van de 17 lidstaten van de eurozone controles verrichten naar de juiste tenuitvoerlegging van de aan de 'instellingen' opgelegde verplichting om de echtheid te controleren, zoals bedoeld in artikel 6 van Verordening (EU) nr. 1338/2001.
De rapportageplicht van de lidstaten moet echter nog verder worden gepreciseerd zodat de Commissie de in de lidstaten ingevoerde echtheidscontroleprocedures volledig in kaart kan brengen. De verslagen van de lidstaten halen wat volledigheid en homogeniteit betreft nog niet het niveau dat voor een nauwkeurige beoordeling door de Commissie is vereist. De verdere harmonisering en verbetering van de verslaglegging zal in de bestaande deskundigengroep (de deskundigengroep Vervalsing euromunten) worden besproken en met het oog op toekomstige verslagen nader worden uitgewerkt in de ETWC-richtsnoeren.
BIJLAGE I
Overzichtstabel
Het totale aantal verwerkte munten in 2012 wat de drie hoogste denominaties betreft| 9 845 834 296
Het totale aantal ter plaatse verrichte controles| 220
Het totale aantal gecontroleerde muntsorteermachines| 315
De totale hoeveelheid door de gecontroleerde muntsorteermachines verwerkte munten| 6 117 955 983
Het totale aantal geanalyseerde munten waarvan vermoed wordt dat ze vals zijn| 567 054
Het totale aantal ongeschikte munten dat is vergoed| 14 002 311
|| BELGIË| DUITSLAND| ESTLAND| GRIEKEN-LAND| SPANJE| FINLAND| FRANKRIJK| IERLAND| ITALIË| CΥPRUS| LUXEMBURG| MALTA| NEDERLAND| OOSTEN-RIJK| PORTUGAL| SLOVENIË| SLOWAKIJE| TOTAAL
Aantal in 2012 verwerkte munten wat de drie hoogste denominaties betreft (totaal)| n.g.| n.g.| n.g.| n.g.| 9845834296
50 eurocent| n.g.| n.g.| n.g.| n.g.| n.g.|
1 euro| n.g.| n.g.| n.g.| n.g.| n.g.| 73573052
2 euro| n.g.| n.g.| n.g.| n.g.| n.g.| 78993768
Aantal uitgevoerde controles| n.g.| n.g.| n.g.| n.g.| 220
Aantal gecontroleerde muntsorteermachines| n.g.| n.g.| n.g.| n.g.| 315
Reglementair| n.g.| n.g.| n.g.| n.g.| 221
Niet-reglementair| n.g.| n.g.| n.g.| n.g.| 94
Hoeveelheid door deze machines verwerkte munten| n.g.| n.g.| n.g.| n.g.| 6117955983
Het aantal geanalyseerde munten waarvan vermoed wordt dat ze vals zijn| n.g.| n.g.| 567054
Het aantal ongeschikte munten dat is vergoed| n.g.| n.g.| n.g.| 14 002 311
Afwijkingen| NEE| JA| NEE| JA| NEE| n.g.| NEE| NEE| NEE| NEE| NEE| NEE| NEE| NEE| NEE| NEE| JA| 3
n.g. = niet gerapporteerd
|| TOTALE GECUMULEERDE NETTOHOEVEELHEID UITGEGEVEN MUNTEN (1/1/2002 – 31/12/2011) i| HOEVEELHEID IN 2012 VERWERKTE MUNTEN DOOR GECONTROLEERDE MUNTSORTEERMACHINES| PERCENTAGE GECONTROLEERDE MUNTEN VERSUS UITGEGEVEN MUNTEN| Reglementair (25 %) i
België| 1 017 677 1 231 858 121,04 %| JA
Duitsland| 4 388 635 450 153 10,25 %| JA i
Estland| 18 185 112 510 618,69 %| JA
Griekenland| 480 071 n.g.[4]| /| NEE i
Spanje| 2 832 597 1 061 000 37,45 %| JA
Finland| n.g.| n.g.| /| /
Frankrijk| 1 777 448 1 152 028 64,81 %| JA
Ierland| 440 517 240 833 54,67 %| JA
Italië| 3 345 815 n.g.| /| NEE
Luxemburg| 159 356 n.g.| /| NEE
Cyprus| 66 482 10 566 15,89 %| NEE
Malta| 32 880 n.g.| /| NEE
Nederland| 249 189 699 911 280,87 %| JA
Oostenrijk| 810 850 130 700 16,11 %| NEE
Portugal| 417 111 929 366 222,81 %| JA
Slovenië| 29 488 29 918 101,45 %| JA
Slowakije| 77 078 8 476 10,99 %| JA i
TOTAAL| 16 143 379 6 117 955|