Toelichting bij COM(2000)592 - Oprichting van een Europees justitieel netwerk op het gebied van burgerlijke en handelszaken - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2000)592 - Oprichting van een Europees justitieel netwerk op het gebied van burgerlijke en handelszaken. |
---|---|
bron | COM(2000)592 |
datum | 22-09-2000 |
Inhoudsopgave
2. Doelstellingen
Rechtsgrondslag
4. Verantwoording van het voorstel in het licht van het evenredigheids- en het subsidiariteitsbeginsel
5. Algemene uitgangspunten
6. Toelichting per artikel
Overeenkomstig artikel 2 van het Verdrag betreffende de Europese Unie stelt de Unie zich de handhaving en ontwikkeling van een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid ten doel. Volgens artikel 61, onder c) van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap neemt de Raad met het oog op de geleidelijke totstandbrenging van deze ruimte maatregelen aan op het gebied van justitiële samenwerking in burgerlijke zaken. In artikel 65, onder c) van dit Verdrag wordt in dat verband de afschaffing van hinderpalen voor de goede werking van burgerrechtelijke procedures genoemd.
De Raad en de Commissie hebben bij de Europese Raad van Wenen van 11 en 12 december 1998 een actieplan ingediend over hoe de bepalingen van het Verdrag van Amsterdam inzake de totstandbrenging van een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid het best kunnen worden uitgevoerd i. In dit actieplan wordt de versterking van de justitiële samenwerking in civiele zaken een essentieel stadium genoemd in de totstandbrenging van een Europese justitiële ruimte die concrete voordelen biedt voor iedere burger van de Unie. Meer in het bijzonder moet volgens punt 40, onder d) van het Actieplan als een van de te nemen maatregelen binnen twee jaar na de inwerkingtreding van het Verdrag worden onderzocht of het beginsel van het Europees justitieel netwerk op het gebied van strafzaken kan worden uitgebreid tot civielrechtelijke procedures.
De Europese Raad heeft op 15 en 16 oktober 1999 een buitengewone bijeenkomst gehouden over de totstandbrenging van een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid in de Europese Unie. In de conclusies daarvan verzocht de Europese Raad onder de titel 'Een ware Europese rechtsruimte' om 'de instelling van een gemakkelijk toegankelijk informatiesysteem dat wordt onderhouden en bijgewerkt door een netwerk van bevoegde nationale autoriteiten'.
Onder het Finse voorzitterschap van de Unie (tweede helft van 1999) is de discussie over de oprichting van een Europees netwerk op het gebied van burgerlijke en handelszaken op gang gekomen. De voorlichting aan het publiek werd uitvoerig besproken tijdens een vergadering van deskundigen die de Commissie op 29 november 1999 had belegd over de tenuitvoerlegging van de conclusies van de Europese Raad van Tampere.
Onder het Portugese voorzitterschap (eerste helft 2000) werd de discussie over de oprichting en de werkwijze van een Europees justitieel netwerk op het gebied van burgerlijke en handelszaken voortgezet en verdiept. Dankzij deze discussie kan de Commissie nu, zoals zij had aangekondigd in haar mededeling aan de Raad en het Europees Parlement over het scorebord van de vorderingen op het gebied van de totstandbrenging van een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid in de Europese Unie i, dit voorstel voor een beschikking van de Raad indienen.
2. Doelstellingen
In een Europese Unie waarin het vrije verkeer is gewaarborgd en waarin een gemeenschappelijke markt zonder binnengrenzen bestaat, worden de contacten tussen de lidstaten op het gebied van burgerlijke en handelszaken steeds intensiever en wordt het steeds belangrijker dat particulieren en ondernemingen hun rechten ook over de grenzen heen kunnen uitoefenen.
Het is zoals de Europese Raad in Tampere heeft gezegd: 'vrijheid kan alleen worden genoten bij de gratie van een ware rechtsruimte, waarin de burgers in elke andere lidstaat even gemakkelijk toegang hebben tot de rechter en de autoriteiten als in hun eigen lidstaat'. Volgens de Europese Raad mogen in een ware Europese rechtsruimte 'burgers en bedrijven door de onderlinge onverenigbaarheid of de complexiteit van de juridische en administratieve stelsels van de lidstaten niet worden verhinderd of ontmoedigd om hun rechten te doen gelden'.
Dit voorstel voor een beschikking sluit daarbij aan en is erop gericht de procedures bij burgerlijke en handelszaken met grensoverschrijdende gevolgen goed te doen verlopen. Uiteindelijk is dit voorstel bedoeld om het leven van de burgers te vereenvoudigen, door de justitiële samenwerking tussen de lidstaten in burgerlijke en handelszaken te verbeteren en door de toegang tot de rechter in een andere lidstaat te vergemakkelijken.
Om dat te bereiken wordt voorgesteld een Europees justitieel netwerk op het gebied van burgerlijke en handelszaken op te zetten, dat een tweeledig doel heeft: de justitiële samenwerking tussen de lidstaten verbeteren en het publiek praktische informatie verstrekken die de toegang tot de rechter vergemakkelijkt bij geschillen met grensoverschrijdende gevolgen.
Het netwerk moet dus, evenals het informatiesysteem voor het publiek dat door het netwerk wordt beheerd, een verbetering betekenen voor iedereen die is betrokken bij geschillen met grensoverschrijdende gevolgen, hetzij omdat de autoriteiten van de lidstaten intensiever samenwerken, hetzij omdat de betrokkenen op Internet informatie kunnen vinden.
Rechtsgrondslag
Deze problematiek valt onder artikel 65 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en de keuze voor artikel 61, onder c), wordt ingegeven door het onderwerp en het doel van dit voorstel.
Er is gekozen voor een dwingend communautair besluit in de vorm van een beschikking omdat de doelstellingen alleen kunnen worden bereikt als de bepalingen door alle lidstaten worden toegepast.
Deze beschikking is niet van toepassing op het Verenigd Koninkrijk en Ierland, tenzij deze landen kenbaar maken dat zij willen deelnemen aan de goedkeuring ervan, overeenkomstig het aan het Verdrag betreffende de Europese Unie gehechte Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland. Krachtens het aan het Verdrag betreffende de Europese Unie gehechte Protocol betreffende de positie van Denemarken is de beschikking evenmin van toepassing op Denemarken.
4. Verantwoording van het voorstel in het licht van het evenredigheids- en het subsidiariteitsbeginsel
Dit voorstel past in het kader van de totstandbrenging van een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid waarnaar in de verdragen wordt gestreefd en waartoe de Europese Raad van Tampere de aanzet heeft gegeven. In concreto is deze maatregel erop gericht een netwerk te vormen tussen de autoriteiten van de lidstaten, en wel in de gehele Europese Unie op dezelfde manier. Omdat de doelstelling (verbetering van de samenwerking tussen de autoriteiten van de lidstaten bij de beslechting van geschillen met grensoverschrijdende gevolgen) niet door de lidstaten kan worden verwezenlijkt, moeten op communautair niveau maatregelen worden genomen. De voorgestelde beschikking heeft ten doel op gecoördineerde en homogene wijze de justitiële samenwerkingsvormen in de gehele Unie te versterken, en het publiek te voorzien van praktische informatie die nuttig kan zijn voor iemand die betrokken is bij een geschil met grensoverschrijdende gevolgen.
Dit voorstel blijft beperkt tot het minimum dat nodig is om de beoogde doelstellingen te verwezenlijken en reikt niet verder dan hetgeen daartoe nodig is. Het voorstel doet geen afbreuk aan reeds bestaande samenwerkingsvormen en gaat sterk uit van een nauwe samenwerking tussen de Commissie en de lidstaten.
5. Algemene uitgangspunten
De voorgestelde beschikking, waarvan de artikelen in punt 6 uitvoeriger worden belicht, is gebaseerd op een aantal uitgangspunten die hieronder worden genoemd:
a) Meerwaarde voor de eindgebruiker
Het bestaansrecht van het Europees justitieel netwerk op het gebied van burgerlijke en handelszaken ligt in het feit dat het netwerk het voor personen die betrokken zijn bij geschillen met grensoverschrijdende gevolgen, gemakkelijker maakt op de juiste manier te handelen. Het netwerk moet voor deze personen een meerwaarde hebben waar zij werkelijk iets aan hebben bij het uitoefenen van hun rechten in een situatie met grensoverschrijdende aspecten. Deze meerwaarde kan twee vormen aannemen: een soepeler verloop van geschillen en meer informatie over de gerechtelijke systemen van de lidstaten.
b) Inachtneming van de bestaande samenwerkingsvormen: geen vervanging
Het Europees justitieel netwerk moet geen afbreuk doen aan bestaande samenwerkingsvormen. Op grond van andere communautaire besluiten of internationale instrumenten op het gebied van justitiële samenwerking in burgerlijke en handelszaken zijn immers ook bepaalde vormen van samenwerking tussen de lidstaten ontstaan. Dit voorstel is er dus niet op gericht deze te wijzigen of ervoor in de plaats te treden. In de tekst van het voorstel wordt dan ook duidelijk gemaakt dat het feit dat in communautaire besluiten of internationale instrumenten bedoelde autoriteiten lid worden van het netwerk, niet ten koste gaat van hun bevoegdheden. Zo mogen de contactpunten van het netwerk zich niet bezig te houden met verzoeken om informatie waarvoor in de hierboven bedoelde instrumenten reeds een ander mechanisme in het leven is geroepen.
c) Geïsoleerde werkterreinen vermijden
Het netwerk gaat juist uit van de integratie van de ervaringen die op verschillende gebieden met specifieke instrumenten is opgedaan. Het netwerk is een instrument dat ervoor moet zorgen dat op het gebied van burgerlijke en handelszaken geen geïsoleerde werkterreinen ontstaan, en doet dat door te proberen na te gaan wat de beste praktijken zijn en deze kennis vervolgens te verspreiden. Bovendien is het een aanvullend instrument, dat zo nodig ter ondersteuning van de bestaande instrumenten kan worden ingezet.
d) Een instrument voor de gebieden die niet onder communautaire besluiten of internationale instrumenten vallen
Het netwerk is ook een samenwerkingsmechanisme dat nuttige kanalen kan bieden op de gebieden die niet onder een communautair besluit of een internationaal instrument vallen. Op deze gebieden zou het bijzonder nuttig kunnen zijn voor de lidstaten om te beschikken over een samenwerkingsstructuur die de nodige bijstand kan bieden bij het formuleren en verspreiden van verzoeken om samenwerking.
e) Het netwerk als instrument voor de opbouw van een Europese rechtsruimte.
Naar verwachting zal het netwerk zich ontwikkelen tot een belangrijk, zelfs essentieel instrument voor de verwezenlijking van een Europese rechtsruimte op het gebied van burgerlijke en handelszaken. Voor de opgave die in de verdragen is geformuleerd zijn instrumenten nodig waarmee een algemene en geïntegreerde aanpak kan worden ontwikkeld voor de samenwerking op het gebied van burgerlijke en handelszaken als geheel. Het netwerk is ontwikkeld om dit doel te bereiken, waarbij het de bestaande structuren zal respecteren en naar de nodige aanknopingspunten zal zoeken. Zonder afbreuk te doen aan de bevoegdheden van andere structuren, moet het netwerk zich ontwikkelen tot een discussieforum waar de vorderingen en de problemen bij de opbouw van een Europese rechtsruimte worden gevolgd, met name aan de hand van de praktische ervaringen van de contactpunten en de leden van het netwerk. Het kan ook een nuttig instrument worden voor de ontwikkeling van initiatieven op dit werkterrein (zie ook punt k).
f) Wisselwerking met de activiteiten op aanverwante gebieden
Er moet niet alleen een wisselwerking bestaan tussen de verschillende aspecten van de samenwerking op het gebied van burgerlijke en handelszaken, maar ook met initiatieven op aanverwante gebieden. Op communautair niveau kunnen verschillende initiatieven de taken van het netwerk aanzienlijk verlichten en helpen vervullen:
- De Dialoog met de burgers die door het directoraat-generaal Interne markt van de Commissie wordt verzorgd in nauwe samenwerking met de lidstaten, is bedoeld om door middel van publicaties en een website (europa.eu.int/citizens) de burgers informatie te verschaffen over hun rechten in de interne markt en over de rechtsmiddelen waarmee zij die kunnen afdwingen.
De Wegwijsdienst helpt de burgers bij het oplossen van praktische problemen in verband met de uitoefening van de rechten die voortvloeien uit de interne markt en is toegankelijk via een gratis nationaal telefoonnummer of via de Website 'Dialoog met de burgers'.
- De Dialoog met het bedrijfsleven (europa.eu.int/business/fr/index), dat door de directoraten-generaal Interne markt en Ondernemingen wordt beheerd, is een soortgelijk initiatief, gericht op het bedrijfsleven.
- De Euro Info Centres (europa.eu.int/comm/enterprise/networks/ eic/eic.html) vormen een netwerk van meer dan 270 contactpunten die informatie, advies en bijstand verstrekken aan het midden- en kleinbedrijf (MKB).
- Het Europees buitengerechtelijk netwerk voor de beslechting van consumentengeschillen, dat in het leven is geroepen op initiatief van het directoraat-generaal Gezondheid en consumentenbescherming, is een ander voorbeeld van een initiatief dat is ontwikkeld om voor mensen die betrokken zijn bij geschillen in een andere dan hun eigen lidstaat, de zaken eenvoudiger te maken.
- De Commissie heeft ook andere initiatieven ontwikkeld op het gebied van de buitengerechtelijke beslechting van geschillen, met name van geschillen met betrekking tot de elektronische handel, zoals Webtrader scheme, Electronic Consumer Dispute Resolution system (ECODIR), enz.
- Het IDA-programma, dat wordt beheerd door het directoraat-generaal Ondernemingen, is bedoeld om het gemakkelijker te maken een netwerk op te zetten tussen de autoriteiten van de lidstaten.
- Tenslotte zijn er de werkzaamheden van het Bureau voor officiële publicaties van de Europese Gemeenschappen, waaruit blijkt dat alle communautaire instellingen ernaar streven hun werkzaamheden doorzichtiger te maken en hun documenten en het recht toegankelijker te maken.
Daarnaast moet het netwerk via de contactpunten worden ingelicht over vergelijkbare initiatieven in de lidstaten en de juiste contacten en wisselwerkingen tot stand kunnen brengen.
g) Gebruik van moderne communicatie- en informatietechnologie
Het netwerk moet bij het uitvoeren van zijn taken zoveel mogelijk gebruik maken van de nieuwe communicatie- en informatietechnologie. Het netwerk zal een eigen website ontwikkelen die via de site van de Commissie kan worden bezocht, en intern gebruik maken van elektronische communicatienetwerken.
h) Praktische informatie verstrekken aan het publiek
In het kader van zijn taak de toegang tot de rechter bij geschillen met grensoverschrijdende gevolgen te vergemakkelijken, moet het netwerk een informatiesysteem voor het publiek opzetten en onderhouden.
Een van de problemen waar mensen mee te maken krijgen als ze hun rechten willen doen gelden in een andere dan hun eigen lidstaat, is het gebrek aan informatie over de middelen waarover ze kunnen beschikken en de manier waarop die gebruikt kunnen worden. De onder punt f) genoemde communautaire initiatieven zijn bedoeld om daar op de gebieden waarop zij gericht zijn, iets aan te doen.
Op dezelfde manier is met het oog op de ontwikkeling van het onderdeel burgerlijke en handelszaken van de Europese rechtsruimte een initiatief nodig waarbij de communautaire instellingen en de lidstaten samenwerken om het publiek informatie te verstrekken waarmee de natuurlijke aarzeling die zich in eerste instantie voordoet als men bij situaties met grensoverschrijdende aspecten zijn rechten wil doen gelden, kan worden weggenomen.
Zonder de adviserende functie van de juridische beroepen te willen overnemen, kunnen de overheden het publiek gemakkelijk te begrijpen informatie verstrekken over de procedures voor geschillenbeslechting, het verloop daarvan in de praktijk en de voorwaarden die eraan worden gesteld, teneinde het door het Verdrag gewenste resultaat te bereiken dat door de Europese Raad van Tampere is omschreven als een ruimte 'waarin burgers in elke andere lidstaat even gemakkelijk toegang hebben tot de rechter en de autoriteiten als in hun eigen lidstaat'.
i) Stap voor stap: geleidelijke tenuitvoerlegging
Om dit te bereiken wordt in dit voorstel voor een beschikking dus een Europees justitieel netwerk op het gebied van burgerlijke en handelszaken opgericht, waarbij als een van de concrete initiatieven die het netwerk moet ontwikkelen, het ter beschikking stellen van bepaalde informatie aan het publiek wordt genoemd.
Het netwerk heeft weliswaar ambitieuze doelstellingen, maar de tenuitvoerlegging wordt realistisch benaderd. Er kan dan ook niet genoeg worden gewezen op het feit dat het netwerk geleidelijk moet worden ontwikkeld. De activiteiten en maatregelen die uitdrukkelijk in het voorstel worden genoemd moeten niet worden gezien als een onmiddellijk te verwezenlijken doelstelling, maar eerder als een werkprogramma dat stap voor stap moet worden uitgevoerd, met name waar het gaat om het verstrekken van informatie aan het publiek.
j) Nauwe samenwerking tussen de Commissie en de lidstaten
Het netwerk kan het werkprogramma alleen uitvoeren en de doelstellingen alleen verwezenlijken door middel van een nauwe samenwerking tussen de lidstaten en de Commissie. Of het nu gaat om de bijeenroeping en het verloop van de vergaderingen of over de ontwikkeling van het informatiesysteem of meer in het bijzonder van de informatiedossiers die daarvan een essentieel onderdeel zijn, in de beschikking wordt steeds uitgegaan van samenwerking tussen de lidstaten en de Commissie.
k) Een flexibel instrument dat ruimte biedt voor verandering
Het netwerk is een belangrijk, zelfs essentieel instrument voor de verwezenlijking van een Europese rechtsruimte, en moet daarom flexibel zijn en ruimte bieden voor verandering.
Om geen afbreuk te doen aan bestaande samenwerkingsmechanismen, moest de formulering zeer helder en nauwkeurig zijn, zodat geen onduidelijkheden zouden ontstaan.
De bepalingen betreffende de taken van de contactpunten en de doelstellingen van de vergaderingen binnen het netwerk zijn echter op een flexibele manier geformuleerd, zodat er een scala van concrete taken onder kan vallen, waarbij onduidelijkheid die tot verwarring zou kunnen leiden, is vermeden. Het netwerk moet een flexibele en pragmatische structuur worden, die oplossingen aanreikt voor zeer uiteenlopende praktische problemen, en daarom kunnen in dit stadium onmogelijk alle mogelijke concrete activiteiten van het netwerk worden voorzien en beschreven.
Evenmin moet de lijst van specifieke maatregelen die volgens titel III van het voorstel voor een beschikking door het netwerk moeten worden genomen, als volledig worden beschouwd. Waarschijnlijk zal in de loop van de werkzaamheden van het netwerk blijken dat op sommige gebieden bepaalde initiatieven moeten worden ontwikkeld om de doelstellingen te kunnen verwezenlijken. Het zou bijvoorbeeld nodig kunnen zijn om over een bepaald onderwerp een specifieke database op te zetten. Het is dus onmogelijk en onwenselijk nu al een nauwkeurige lijst op te stellen van deze activiteiten, te meer omdat de vergaderingen van de contactpunten onder andere zijn bedoeld om concrete initiatieven te ontwikkelen als daaraan in de loop van de werkzaamheden van het netwerk behoefte blijkt te bestaan.
In elk geval zijn periodieke herzieningen voorzien, waarbij zonodig voorstellen tot wijziging van de beschikking kunnen worden gedaan.
6. Toelichting per artikel
Titel I: Beginselen van het Europees justitieel netwerk op het gebied van burgerlijke en handelszaken
Artikel 1
Bij dit artikel wordt het Europees justitieel netwerk op het gebied van burgerlijke en handelszaken opgericht.
Artikel 2
In artikel 2 wordt zo duidelijk mogelijk beschreven hoe het netwerk is samengesteld. In lid 1 worden vier categorieën deelnemers onderscheiden, die weer in twee grote categorieën kunnen worden ondergebracht:
- De eerste categorie bestaat uit de contactpunten, die in punt a) worden genoemd. Vanwege de taken die in punt 5 aan de contactpunten worden toegekend, vormen zij de hoeksteen van het netwerk.
Om zo doeltreffend mogelijk te werken, is deze categorie beperkt. Als de contactpunten betrekkelijk gering in aantal blijven, kunnen zij gemakkelijker intensieve en gerichte bilaterale contacten onderhouden, vaker bijeenkomen en een meer praktische bijdrage leveren aan het opzetten van het informatiesysteem.
Dat neemt niet weg dat ook wat het aantal contactpunten per lidstaat betreft, flexibiliteit geboden is. Omdat de contactpunten tot taak hebben de toegang tot de verschillende rechtsstelsels te vergemakkelijken, kan het zijn dat in lidstaten waar meerdere stelsels naast elkaar bestaan of die zeer gedecentraliseerd zijn, misschien een groter aantal contactpunten moet worden aangewezen. Lid 2 van artikel 2 biedt deze flexibiliteit, onder voorwaarde dat de lidstaten die er gebruik van maken, voor de nodige coördinatiemechanismen zorgen.
In ieder geval is het aantal vertegenwoordigers voor de vergaderingen van de contactpunten beperkt tot vier per lidstaat, ongeacht het aantal contactpunten dat de lidstaten hebben aangewezen (waarbij een grote vrijheid bestaat ten aanzien van de samenstelling van de delegaties, zodat alle lidstaten op voet van gelijkheid zijn vertegenwoordigd).
- De tweede grote categorie deelnemers (de overige leden van het netwerk, dus de in lid 1, onder b), c) en d) bedoelde autoriteiten, is daarentegen een heel open categorie. In deze categorie moet er enerzijds naar worden gestreefd dat de werkzaamheden van de contactpunten op zo groot mogelijke schaal effect hebben, en anderzijds moet een algemene aanpak worden ontwikkeld voor de samenwerking op het gebied van burgerlijke en handelszaken als geheel en moet ervoor worden gezorgd dat de goede praktijken die in bepaalde sectoren worden toegepast, ook ingang vinden in andere sectoren.
Punt d) is het duidelijkste voorbeeld van de openheid van deze tweede grote categorie, want dit punt biedt de lidstaten de mogelijkheid andere (justitiële of niet-justitiële) autoriteiten bij het netwerk te betrekken die zich, hoewel er geen enkel instrument is dat hun specifieke samenwerkingstaken oplegt, vaak moeten bezighouden met zaken met grensoverschrijdende gevolgen.
In artikel 2 wordt ook geregeld dat de lidstaten de volledige personalia van de contactpunten en de overige leden van het netwerk doorgeven aan de Commissie.
Artikel 3
In artikel 3, lid 1, worden de twee hoofdtaken van het netwerk genoemd, namelijk het vergemakkelijken van de justitiële samenwerking tussen de lidstaten op het gebied van burgerlijke en handelszaken, en het opzetten van een informatiesysteem voor het publiek.
In lid 2 worden de doelstellingen van de werkzaamheden van het netwerk nader beschreven, die uiteraard aansluiten bij de twee eerder genoemde hoofdtaken. Deze bepalingen doen geen afbreuk aan bepalingen in andere communautaire besluiten of internationale instrumenten op het gebied van burgerlijke en handelszaken.
Tenslotte wordt in lid 3 duidelijk gemaakt dat de activiteiten van het netwerk niet ten doel hebben afbreuk te doen aan het belang of de omvang van de communautaire of nationale initiatieven voor alternatieve manieren om geschillen op te lossen, waarvan de buitengerechtelijke beslechting van consumentengeschillen, de andere systemen voor alternatieve geschillenbeslechting en de discussies over gedragscodes enkele voorbeelden op communautair niveau zijn.
Artikel 4
Het netwerk werkt op drie manieren: via de contacten tussen de leden, de vergaderingen, en de terbeschikkingstelling van bepaalde informatie aan het publiek.
Artikel 5
In dit artikel worden de taken van de contactpunten omschreven, die als hoekstenen van de structuur fungeren en centraal staan in het netwerk. Hun taken zijn duidelijk maar ook flexibel omschreven, zodat er een scala van concrete activiteiten onder kan vallen die moeilijk zijn te voorzien.
Lid 3 illustreert de flexibiliteit die binnen het netwerk heerst: indien een contactpunt een verzoek om informatie niet kan behandelen, geeft hij dit verzoek door aan degene die dat waarschijnlijk wel kan, of dat nu een contactpunt is of een ander lid van het netwerk. Bovendien moet dit eerste contactpunt beschikbaar blijven om bij latere contacten eventueel bijstand te verlenen. De bepaling kan vooral (maar niet uitsluitend) zeer nuttig zijn voor lidstaten met meerdere rechtsstelsel of zeer gedecentraliseerde lidstaten.
Lid 4 is duidelijk: de contactpunten zijn niet bevoegd verzoeken om informatie te behandelen die betrekking hebben op onderwerpen die onder andere communautaire besluiten of internationale instrumenten vallen.
Artikel 6
Bij de discussies ter voorbereiding van dit voorstel vroegen de lidstaten zich af hoe het netwerk zich zou verhouden tot bestaande communautaire en internationale instrumenten.
Zoals gezegd is het beginsel dat geen afbreuk wordt gedaan aan reeds bestaande samenwerkingsmechanismen, een van de uitgangspunten van dit voorstel.
Dit beginsel ligt ook aan de basis van artikel 6, waarin tegelijkertijd van twee andere beginselen wordt uitgegaan:
- met het oog op de ontwikkeling van het onderdeel burgerlijke en handelszaken van de Europese rechtsruimte moet een algemene aanpak worden ontwikkeld voor de samenwerking op het gebied van burgerlijke en handelszaken als geheel, waarbij versnippering moet worden voorkomen;
- positieve ervaringen op een bepaald gebied moeten worden doorgegeven aan de betrokkenen op andere gebieden.
In lid 1 wordt dus het beginsel verwoordt dat geen afbreuk wordt gedaan aan bestaande mechanismen, terwijl in lid 2, met inachtneming van dit beginsel, de uitwisseling van informatie tussen de contactpunten en de door de bestaande instrumenten aangewezen autoriteiten wordt aangemoedigd. In lid 3 worden de contactpunten ter beschikking gesteld van deze autoriteiten, om alle nodige hulp te verlenen.
Artikel 7
Rekening houdend met hun taken, moeten de contactpunten over de nodige talenkennis beschikken.
Artikel 8
Dit artikel vloeit voort uit de opdracht van het netwerk om bij het uitvoeren van zijn taken zoveel mogelijk gebruik te maken van de nieuwe informatie- en communicatietechnologie.
Zoals voor het opzetten van het gehele netwerk geldt, zal ook dit artikel geleidelijk ten uitvoer worden gelegd.
De Commissie wil om te beginnen voorstellen een intern netwerk op basis van het CIRCA-systeem te creëren dat alleen toegankelijk is voor de contactpunten. CIRCA, dat is ontwikkeld onder het IDA-programma, is een systeem dat op Internet wordt geïnstalleerd en waarmee gegevens ter beschikking van een beperkte groep gebruikers kunnen worden gesteld.
Er is een bepaalde beveiliging ingebouwd, zoals controle op de toegang (door middel van een password) en vertrouwelijke uitwisseling (codering).
Vervolgens moet het netwerk tijdens de vergaderingen van de contactpunten en de overige leden zelf bepalen of het systeem voldoet of dat bepaalde maatregelen moeten worden genomen, bijvoorbeeld om de toegang tot CIRCA uit te breiden tot alle leden van het netwerk of om de communicatie strenger te beveiligen (eigen virtueel netwerk).
Titel II: Tenuitvoerlegging en werking van het netwerk
Artikel 9
In dit artikel wordt het minimumaantal vergaderingen van de contactpunten vastgelegd, alsmede het maximumaantal vertegenwoordigers per lidstaat dat aan die vergaderingen kan deelnemen (vier). Hoewel de lidstaten krachtens artikel 2 extra contactpunten kunnen aanwijzen, moet het aantal vertegenwoordigers per lidstaat bij de vergaderingen uit praktische overwegingen worden beperkt. Binnen deze beperking biedt lid 2 de lidstaten een zekere vrijheid ten aanzien van de samenstelling van de delegaties.
Artikel 10
Omdat de contactpunten zo'n belangrijke rol spelen in het netwerk, moet ook het doel van hun vergaderingen nader worden beschreven.
Een van de doelstellingen van het netwerk is de contactpunten de mogelijkheid te bieden elkaar te leren kennen en persoonlijke contacten te leggen, die zij kunnen gebruiken bij de uitoefening van hun in artikel 5 beschreven taken.
Daarnaast moet een forum worden gecreëerd waarin de contactpunten ervaringen kunnen uitwisselen en de problemen die zij bij de uitvoering van hun taken ondervinden, kunnen bespreken. Deze vergaderingen kunnen zeer nuttig zijn voor de ontwikkeling van een Europese rechtsruimte, omdat tijdens deze vergaderingen duidelijk wordt welke problemen zich voordoen en wat de obstakels zijn voor de goede werking van de procedures bij zaken met grensoverschrijdende gevolgen.
Tijdens deze vergaderingen wordt ook gewerkt aan het informatiesysteem voor het publiek. Daarbij wordt in het bijzonder besproken over welke onderwerpen een dossier wordt opgesteld, wat de prioriteiten zijn, welke structuur wordt gevolgd, welk tempo, enz. In de praktijk betekent dit dat de contactpunten in onderling overleg voor elk informatiedossier de structuur en het te bereiken resultaat vaststellen, waarna iedere lidstaat zijn dossier opstelt.
Tenslotte kunnen tijdens de vergaderingen van de contactpunten andere initiatieven worden ontwikkeld, die aan dezelfde criteria voldoen en dezelfde doelstellingen hebben als de initiatieven in titel III, maar daar niet worden genoemd.
Artikel 11
Tevens moet geregeld worden dat ook alle andere leden van het netwerk, dus alle in artikel 2, lid 1 genoemde categorieën deelnemers, periodiek bijeen kunnen komen, al zal vanzelfsprekend minder vaak gebeuren.
Om praktische redenen moet het aantal aanwezigen worden beperkt tot 180 personen.
Artikel 12
Dit artikel regelt de praktische aspecten van de organisatie en het verloop van deze vergaderingen. De rechtsgrond van dit voorstel ligt weliswaar in het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, wat betekent dat de Commissie een centrale rol speelt, maar het is van groot belang dat de Commissie en de lidstaten nauw samenwerken bij de vergaderingen, evenals trouwens bij alle onderdelen van dit voorstel. Juist omdat met dit initiatief een netwerk tot stand wordt gebracht tussen de autoriteiten van de lidstaten, spelen de lidstaten een zeer belangrijke rol.
Titel III: binnen het netwerk beschikbare gegevens en informatiesysteem voor het publiek
Artikel 13
Dit artikel heeft betrekking op de gegevens die binnen het netwerk beschikbaar zijn. De namen en andere personalia van de in artikel 2, lid 1 bedoelde contactpunten en autoriteiten zijn beslist noodzakelijke gegevens voor de werking van het netwerk.
Dit zijn echter niet de enige gegevens die van belang zijn voor de interne werking van het netwerk, en daarom wordt in dit artikel een open formulering gebruikt (lid 2). Het doel is een bestand op te bouwen van gegevens die vanwege hun technische karakter alleen voor de leden van het netwerk van nut zijn bij de uitoefening van hun taak.
Artikel 14
Het netwerk heeft ten doel het publiek informatie te verstrekken die de toegang tot de rechter vergemakkelijkt bij geschillen met grensoverschrijdende aspecten. In artikel 14 wordt de inhoud van dit systeem omschreven.
In lid 3 zijn de punten a) tot d) bedoeld om het publiek (en met name de juridische beroepen) gemakkelijker toegang te geven tot het relevante recht op het gebied van justitiële samenwerking in burgerlijke en handelszaken.
Bij het opzetten van de website die met dit doel wordt ontworpen, kan volgens artikel 14 via links naar de sites waar de oorspronkelijke informatie is te vinden en naar initiatieven op aanverwante gebieden worden verwezen. In dit verband moet nogmaals worden gewezen op de werkzaamheden van het Publicatiebureau, dat het gemeenschapsrecht al beschikbaar stelt aan het publiek en dat momenteel nog meer initiatieven voorbereidt om dit recht nog gemakkelijker toegankelijk te maken.
Zowel door gebruik te maken van links als door ervoor te zorgen dat de werkzaamheden aansluiten op die van het Publicatiebureau moet binnen een redelijke termijn een 'platform'-site kunnen worden opgezet die toegang geeft tot de relevante juridische informatie over justitiële samenwerking op het gebied van burgerlijke en handelszaken.
De in artikel 14, lid 3 bedoelde informatie is te vinden op de volgende sites:
a) De geldende communautaire besluiten zijn toegankelijk via de communautaire database EUR-Lex (europa.eu.int/eur-lex/) en via CELEX (europa.eu.int/celex/). De voorstellen van de Commissie zijn ook te vinden op CELEX en EUR-Lex, maar via PreLex kan het verloop van de interinstitutionele procedures worden gevolgd (europa.eu.int/prelex/apcnet.cfm).
Daarnaast werkt het Publicatiebureau aan een site waarop alle drie de databases die nu toegang geven tot het gemeenschapsrecht en het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen, te weten EUR-Lex, CELEX en Eudor, zijn ondergebracht.
b) In CELEX wordt al verwezen naar de nationale maatregelen ter omzetting van de communautaire besluiten, maar het EULEX-project van het Publicatiebureau is bedoeld om toegang te geven tot de nationale omzettingsmaatregelen zelf.
c) De relevante internationale instrumenten zijn te vinden op de websites van de organisaties waardoor ze zijn aangenomen: de Conferentie van Den Haag (www.hcch.net/), de Raad van Europa (conventions.coe.int/), enz.
d) De communautaire jurisprudentie is te vinden in CELEX, en een recent deel ervan is ook toegankelijk via de website van het Hof van Justitie (curia.eu.int/fr/index). Op deze site biedt een speciale database toegang tot recente jurisprudentie in verband met de verdragen van Brussel en Lugano betreffende de rechterlijke bevoegdheid en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (curia.eu.int/common/recdoc/convention/fr/ index.htm).
Bij het toegankelijk maken van de belangrijkste jurisprudentie van de lidstaten zou op dezelfde manier te werk kunnen worden gegaan als bij het opstellen van de informatiedossiers: de contactpunten stellen tijdens hun vergaderingen de prioriteiten vast, waarna de lidstaten binnen een bepaalde termijn een vooraf vastgesteld aantal belangrijke arresten of vonnissen verstrekken.
Met zo gericht mogelijke links naar de hierboven genoemde bronnen kan dus betrekkelijk snel een eerste 'platform'-versie van de website van het netwerk tot stand worden gebracht. Deze kan vervolgens worden uitgebreid met links naar de website van Dialoog met de burgers (europa.eu.int/citizens) en de Dialoog met het bedrijfsleven (http:/europa.eu.int/ business/fr/index.html, de website van de Euro Info Centres (http:/europa.eu.int/ comm/enterprise/networks/eic/eic.html), de webpagina's van het DG Gezondheid en consumentenbescherming over het buitengerechtelijk netwerk voor de beslechting van consumentengeschillen (europa.eu.int/comm/consumers/policy/developments index_en.html), en naar het toekomstige initiatief van het Publicatiebureau dat toegang zal geven tot de juridische databases van de lidstaten.
Uitgaande van de geleidelijke totstandbrenging van het netwerk, kan deze website door de contactpunten gezamenlijk worden ontwikkeld. Dat neemt niet weg dat nu vast kan worden nagedacht over de ontwikkeling van de website van het netwerk door middel van andere links (bijvoorbeeld naar de ministeries van justitie van de lidstaten en naar andere nationale websites), hetzij na de voltooiing van de werkzaamheden van het Publicatieblad, hetzij zelfstandig. Het kan ook zijn dat op een gegeven moment binnen het netwerk de behoefte ontstaat databases te ontwikkelen over bepaalde onderwerpen. Maar hoe de website er precies moet uitzien en hoe die zich in de toekomst zal ontwikkelen, is iets dat moet worden vastgesteld door de contactpunten.
Afgezien van de ontwikkeling van de website en het aanbrengen van links naar de hierboven genoemde sites, zal de Commissie, zoals gezegd, ervoor zorgen dat het netwerk samenwerkt met en aansluit bij de initiatieven die op aanverwante gebieden worden ontwikkeld. Structuren zoals de Wegwijsdienst en het netwerk van de Euro Info Centres, die het publiek informatie, advies en bijstand verstrekken, zouden een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan het vervullen van de taken van het netwerk.
Artikel 15
Toegang verschaffen tot het recht, zelfs als dat via rechtstreekse links gebeurt, is op zichzelf niet genoeg om voor de gemiddelde burger een gerechtelijke procedure in een andere dan de eigen lidstaat toegankelijk te maken. Er is dus meer nodig: er moet praktische en voor het publiek begrijpelijke informatie worden verstrekt.
Daarom bevat dit voorstel voor een beschikking een uitvoerig artikel over het opstellen van informatiedossiers.
Het is weliswaar geen eenvoudige opgave, maar het opstellen van informatiedossiers voor het grote publiek is niet nieuw. Op de website van de Dialoog met de burgers wordt ook met dergelijke dossiers gewerkt om het publiek te informeren over de rechten die voortvloeien uit de interne markt en over de manier om die te doen gelden. Op deze website zijn al dossiers te vinden over onderwerpen die te maken hebben met justitiële samenwerking (toegang tot rechtshulp en beroepsmogelijkheden) of over aanverwante onderwerpen (administratieve procedures en alternatieve manieren van geschillenbeslechting).
Dit voorstel is bedoeld om een vergelijkbaar systeem te ontwikkelen voor justitiële samenwerking in burgerlijke en handelszaken, en dus voor geschillen met grensoverschrijdende gevolgen. Rekening houdend met wat er al is gedaan in het kader van de Dialoog met de burgers, hoeven we niet geheel bij het begin te beginnen. De Commissie is van plan te zoeken naar aanknopingspunten tussen de beide initiatieven.
Deze informatiedossiers moeten in alle officiële talen van de Gemeenschap beschikbaar zijn.
Tenslotte nog over de lijst van informatiedossiers in artikel 15: deze moet niet als volledig worden beschouwd.
Artikel 16
Het voortdurend bijwerken van de informatie is van kapitaal belang voor de geloofwaardigheid van de website van het netwerk. Artikel 16 beschrijft hoe dat moet gebeuren.
Titel IV: Slotbepalingen
Artikel 17
Dit artikel bepaalt dat het netwerk in beginsel periodiek wordt geëvalueerd, waarbij zo nodig voorstellen tot wijziging van de beschikking worden gedaan.
Dit voorstel laat ruimte voor toekomstige ontwikkelingen. Daarom moet in het licht van de opgedane ervaring, afgezien van de vraagstukken die zich nog kunnen voordoen, worden gekeken naar de toekomstige ontwikkeling van het informatiesysteem als het publiek eventueel rechtstreeks toegang krijgt tot de contactpunten, de toegang van de juridische beroepen tot de activiteiten van het netwerk, en de mogelijke aanknopingspunten met het buitengerechtelijk netwerk voor de beslechting van consumentengeschillen. Het feit dat het netwerk in beginsel geleidelijk wordt opgebouwd, voorkomt dat het te vroeg taken op zich neemt die het nog niet naar tevredenheid zou kunnen vervullen.
Artikel 18
In dit artikel worden de fases beschreven die voorafgaan aan het begin van de werkzaamheden van het netwerk. Voordat het netwerk operationeel wordt, moeten de lidstaten de personalia van de leden van het netwerk doorgeven aan de Commissie. De Commissie moet de website van het netwerk voorbereiden, zodat die snel in gebruik kan worden genomen.
Artikel 19
In dit artikel wordt de toepassing van de beschikking negen maanden opgeschort, om een grondige voorbereiding mogelijk te maken voordat het netwerk operationeel wordt.