Toelichting bij COM(2000)844 - Wijziging van Richtlijn 93/7/EEG betreffende de teruggave van cultuurgoederen die op onrechtmatige wijze buiten het grondgebied van een lidstaat zijn gebracht

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. Achtergrond

Verordening (EEG) nr. 3911/92 van de Raad betreffende de uitvoer van cultuurgoederen en Richtlijn 93/7/EEG van de Raad betreffende de teruggave van cultuurgoederen die op onrechtmatige wijze buiten het grondgebied van een lidstaat zijn gebracht, voorzien in begeleidende maatregelen voor de totstandbrenging van de interne markt die tot doel hebben het fundamentele beginsel van vrij verkeer van cultuurgoederen te verenigen met dat van bescherming van nationale kunstschatten. De verordening voert een eenvormige preventieve controle op de uitvoer van cultuurgoederen aan de buitengrenzen van de Gemeenschap in, waardoor de bevoegde instanties (cultuur en douane) van de lidstaten van waaruit cultuurgoederen naar een derde land worden uitgevoerd, rekening kunnen houden met de belangen van de andere lidstaten. De richtlijn vormt een aanvulling op dit preventieve instrument en voorziet in mechanismen en een procedure voor de teruggave van nationale kunstschatten wanneer die op onrechtmatige wijze buiten het grondgebied van een lidstaat zijn gebracht.

Om het toepassingsgebied van Verordening (EEG) nr. 3911/92 en Richtlijn 93/7/EEG af te bakenen, worden telkens in een bijlage met identieke inhoud categorieën cultuurgoederen opgesomd. Deze categorieën zijn vastgesteld met de aard van de betrokken goederen en hun ouderdom als criteria, waaraan een economische waarde in ecu's is toegevoegd. In deze bijlagen wordt l januari 1993 vastgesteld als datum voor de omrekening in nationale valuta van deze waarden in ecu's.

2. De gevolgen van de overgang naar de euro voor het Gemeenschapsrecht

Op grond van Verordening (EG) nr. 1103/97 is iedere verwijzing naar de ecu in rechtsinstrumenten op 1 januari 1999 een verwijzing naar de euro geworden, na omrekening tegen een koers van 1 tegen 1.

In haar mededeling 'Gevolgen van de overgang op de euro voor het beleid, de instellingen en de wetgeving van de Gemeenschap' van 5 november 1997 (COM(97)560 def.) stelt de Commissie dat deze relatief eenvoudige aanpassing ingewikkelder wordt indien het bedrag in ecu's in een rechtsinstrument van de Gemeenschap is voorzien van een clausule over de omrekening naar de respectieve nationale valuta. Voor de lidstaten die aan de Economische en Monetaire Unie (EMU) deelnemen, is het immers logisch ervoor te zorgen dat alle verschillen tussen verwijzingen naar bedragen in de Gemeenschapswetgeving en verwijzingen in nationale wetten die uitsluitend het gevolg zijn van eerdere koersschommelingen of afrondingen, binnen een redelijke termijn - in ieder geval voor het einde van de overgangsperiode (1 januari 2002) - door een aanpassing van de bedragen worden weggenomen.

3. Het voorstel voor een richtlijn tot wijziging van de bijlage bij Richtlijn 93/7/EEG

In bijlage 8 van de mededeling 'Gevolgen van de overgang op de euro voor het beleid, de instellingen en de wetgeving van de Gemeenschap' van 5 november 1997 stelde de Commissie vast dat - tenzij de bijlage van Richtlijn 93/7/EEG (en dus de vaste wisselkoers die overeenkomt met de koers van 1 januari 1993) wordt gewijzigd - de lidstaten die aan de EMU deelnemen verschillende bedragen zullen blijven toepassen (omgerekend op basis van de wisselkoersen van 1993 en niet van de omrekeningskoersen die op 1 januari 1999 onherroepelijk zijn vastgesteld), en dat dit zo zal blijven zolang de omrekeningsregel een integrerend deel van de richtlijn is. Voorts gaf de Commissie aan dat zij een wijziging van de richtlijn zou kunnen voorstellen om de deelnemende lidstaten vanaf 1 januari 2002 direct de drempels in euro's te laten toepassen die in de Gemeenschapswetgeving zijn vastgelegd. De andere lidstaten zullen deze drempels in nationale valuta blijven omrekenen op basis van een wisselkoers die op een geschikte - nog te bepalen - datum wordt vastgesteld, totdat de nieuwe drempels op 1 januari 2002 in werking treden (deze datum vervangt de datum 1 januari 1993 die nu als referentie voor de omrekening in ecu's wordt gebruikt).

Tijdens de achtste vergadering van het Raadgevend Comité cultuurgoederen (artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 3911/92 en artikel 17 van Richtlijn 93/7/EEG), die op 30 november 1999 in Brussel werd gehouden, hebben de diensten van de Commissie onder verwijzing naar de bovengenoemde mededeling de te volgen richtsnoeren uiteengezet voor de aanpassing van de bijlage bij Richtlijn 93/7/EEG. Op basis van deze richtsnoeren passen de deelnemers aan de EMU vanaf 1 januari 2002 direct de drempels in euro's toe die in de Gemeenschapswetgeving zijn vastgelegd, terwijl de andere lidstaten deze drempels blijven omrekenen in nationale valuta op basis van een wisselkoers die op een geschikte datum vóór 1 januari 2002 wordt vastgesteld en die periodiek wordt aangepast om de wisselkoersschommelingen tussen deze nationale valuta en de euro te compenseren. Afgezien van enkele nader te onderzoeken punten zijn deze richtsnoeren bij de lidstaten niet op bezwaren gestuit. De Commissie heeft op deze richtsnoeren gewezen in haar Verslag van 25 mei 2000 aan de Raad, het Europees Parlement en het Economisch en Sociaal Comité over de toepassing van Verordening (EEG) nr. 3911/92 en Richtlijn 93/7/EEG (COM(2000)325 def.).

Bij deze achtste vergadering van het Raadgevend Comité cultuurgoederen is ook gebleken dat de waarde 0 (nul), die op een aantal categorieën in de bijlage van toepassing is, moet worden vervangen om interpretatieverschillen te vermijden. De Commissie heeft bij deze gelegenheid, en nogmaals in haar verslag van 25 mei 2000, aangekondigd de bijlage te willen wijzigen door de waarde '0 (nul)' te vervangen door de uitdrukking 'ongeacht hun waarde'.

Het voorstel van de Commissie heeft dus tot doel de twee technische wijzigingen in de bijlage bij Richtlijn 93/7/EEG aan te brengen, die zijn aangekondigd in het verslag over de toepassing van Verordening (EEG) nr. 3911/92 en Richtlijn 93/7/EEG:

* in de eerste plaats de vervanging van de waarde '0 (nul)' in rubriek B door 'ongeacht hun waarde';

* in de tweede plaats de wijziging van de laatste alinea van rubriek B, door voor de landen die niet aan de EMU deelnemen een datum voor de omrekening van de in euro's uitgedrukte waarden in nationale valuta vast te stellen en een tweejaarlijkse aanpassing van de bedragen in nationale valuta voor te schrijven. Als referentiedatum is 31 december 2001, de laatste dag van de overgangsperiode naar de euro, gekozen. Voor de tweejaarlijkse aanpassing is het systeem van de periodieke aanpassingen zoals bepaald in de richtlijnen inzake overheidsopdrachten als voorbeeld genomen.