Toelichting bij COM(2000)119 - Instelling van de Snellereactiefaciliteit

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2000)119 - Instelling van de Snellereactiefaciliteit.
bron COM(2000)119 NLEN
datum 11-04-2000
Snellereactiefaciliteit

1.

PLEIDOOI VOOR EEN SNELLEREACTIEFACILITEIT


1. Na en naar aanleiding van de inwerkingtreding van het Verdrag van Amsterdam heeft de Unie snel gehandeld om het Gemeenschappelijk Europees Veiligheids- en Defensiebeleid (EVDB) tot stand te brengen. Tijdens de zitting van de Europese Raad te Keulen in juni 1999 werden richtsnoeren vastgesteld. Op de Europese Raad te Helsinki, in december 1999, werd indrukwekkende vooruitgang geboekt door het stellen van een primair militair doel. Het werk om dat doel te bereiken is thans aan de gang, terwijl er ook naar wordt gestreefd om de vereiste structuren tot stand te brengen en overeenstemming te bereiken over de wijze van samenwerking met niet tot de EU behorende landen en met de NAVO.

2. De Europese Raad van Helsinki kwam ook tot overeenstemming over een actieplan voor de beheersing van niet-militaire crisissituaties, als aanvulling op het militaire document. Hierin werd een beroep gedaan op de Unie, o.a. om 'de middelen voor civiele crisisbeheersing waarmee de Unie en de lidstaten al aanzienlijke ervaring hebben opgedaan, te verbeteren en doeltreffender aan te wenden. Bijzondere aandacht zal worden besteed aan de capaciteit om snel in te grijpen'. Elders in dat document wordt uitdrukkelijk aangedrongen op 'snelle financieringsmechanismen, zoals de oprichting van een fonds voor snelle reactie'. De recente Europese Raad te Lissabon liet zich gunstig uit over het voorlopige rapport van het voorzitterschap over de tenuitvoerlegging van de conclusies van Helsinki en nam er nota van dat de Commissie binnenkort een voorstel zal indienen voor het opzetten van een dergelijk snel financieringsmechanisme.

3. Bij de recente conflicten in Afrika, in de Balkan en in de Kaukasus is gebleken dat de EU over een groot gamma van humanitaire, economische, financiële en civiele hulpmiddelen beschikt. Op tal van deze gebieden draagt de Gemeenschap eerste- pijlerverantwoordelijkheid, hetgeen ondermeer het volgende omvat: verlichting van financiële crisissituaties, mensenrechtenwerk, toezicht op verkiezingen, opbouw van instellingen, ondersteuning van media, grensbeheer, humanitaire opdrachten, mijnopruimingsacties, opleiding van politietroepen en verschaffing van politieuitrusting, verlening van hulp bij civiele noodsituaties, herstel, wederopbouw, vredestichting, demobilisatie en hervestiging van militairen en bemiddeling. Het probleem was dat, al bestaan deze middelen, de EU ondanks de goede prestaties van ECHO niet altijd in staat is deze voldoende snel of doeltreffend toe te passen.

4. Met de GBVB-middelen financiert de EU acties die strikt op politiek, diplomatiek of veiligheidsterrein liggen. Het instellen van de Eenheid voor Beleidsplanning en Vroegtijdige Waarschuwing ("eenheid beleidsplanning") onder de verantwoordelijkheid van de Hoge Vertegenwoordiger voor het GBVB versterkt het vermogen van de Raad om een passende reactie op crisissituaties vast te stellen en te coördineren. Verschillende financieringsfaciliteiten zijn echter nodig voor de brede civiele activiteiten op veiligheidsgebied, en daarop moet ook in crisissituaties een beroep kunnen worden gedaan. Deze faciliteiten moeten worden toegesneden op de bijzondere vereisten van crisispreventie en crisisbeheersing. Vooral moeten zij snel kunnen worden beschikbaar gesteld en soepel zijn.

5. Het in deze mededeling uiteengezette voorstel van de Commissie voor een verordening van de Raad voor het opzetten van een Snellereactiefaciliteit (SRF), waarom de staatshoofden en regeringsleiders van de EU uitdrukkelijk hebben gevraagd, beantwoordt aan deze vereiste, terwijl de prestaties van de communautaire instrumenten worden aangescherpt en de Gemeenschap de mogelijkheid krijgen om, in geval van nood, prompt hun toevlucht te nemen tot deze instrumenten. Met dit vrij bescheiden mechanisme wordt namelijk de actieradius van zowel bestaande communautaire verordeningen en beproefde begrotingstechnieken uitgebreid, als van de besluitvormings- en operationele methoden. Dit versterkt de bijdrage van de Gemeenschap aan het EVDB en maakt snel en concreet optreden mogelijk, in nauwe coördinatie met het werk van de Eenheid Beleidsplanning en de instanties van de Raad voor crisisbeheer.

6. Het is de bedoeling dat van deze SRF, die niet geografisch beperkt wordt, gebruik wordt gemaakt wanneer bepaalde situaties het volgende vergen:

*snel optreden (wanneer er crisissituatie ontstaan, in crisis- of conflictsituaties zelf, of om aan onmiddellijke behoeften die zich als nasleep van conflicten voordoen, te voldoen).

*optreden van korte duur (indien acties niet binnen het beperkte tijdschema voor SRF-steunmaatregelen kunnen worden voltooid, dienen zij te worden vervangen door of opgenomen in activiteiten die regelmatig binnen bestaande geografische of thematische programma's worden ondernomen).

*een combinatie van instrumenten (zoals bijvoorbeeld het uitzenden van een speciale Gezant, terwijl er ook civiele politie-expertise wordt verleend en burgerbeschermingsmaatregelen worden getroffen).

2.

DE SRF ALS AANVULLEND MECHANISME


7. Het vermogen van de Gemeenschap om haar taak als medespeelster bij het EVDB ten volle op zich te nemen, vereist belangrijke wijzigingen in de arbeidsstructuur en -procedures om ons vermogen om snel en flexibel in te grijpen te verbeteren. De SRF is één daarvan. Maar er zullen nog meer maatregelen nodig zijn om het beheer van de bestaande programma's te vereenvoudigen, de interne coördinatie te verbeteren en het vermogen tot planning te vergroten, teneinde te bevorderen dat de Commissie meer pro-actief bijdraagt tot het EU optreden i.v.m. conflictpreventie.

8. De Snellereactiefaciliteit dient dan ook te worden gezien als een aanvulling op noodhulp- en humanitaire maatregelen en op andere instrumenten die in een crisissituatie of in een na een conflict ontstane toestand kunnen worden aangewend, ter begeleiding van noodhulpacties en voorafgaand aan herstelmaatregelen. Dit voorziet in een leemte in het instrumentarium dat op korte termijn in een crisissituatie beschikbaar is om sneller steunmaatregelen te kunnen treffen en vooruit te lopen op de maatregelen die moeten worden genomen krachtens gewone instrumenten waarnaar de interventiemaatregel kan worden overgeheveld.

9. Deze aanpak komt ook tot uiting in de lichte structuur die de Commissie zal opzetten om de SRF samen met de coördinatieregeling voor de beheersing van civiele crisissituaties te beheren. Deze structuur zal de bestaande geografische en thematische diensten coördinatie- en informatiehulp en procedurele steun verlenen. In crisissituaties zal zij met deze diensten voorstellen en acties voorbereiden, waarbij wordt voortgebouwd op hun specifieke geografische of thematische expertise, onder volledige inachtneming van de belangen en prioriteiten van de EU.

10. Om voor de algemene samenhang bij de aanpak van de Unie en voor een zo groot mogelijke complementariteit met het optreden van de lidstaten te zorgen, zullen de huidige nauwe coördinatie en onderlinge wisselwerking met het situatiecentrum bij de beleidsafdeling van het secretariaat-generaal van de Raad verder moeten worden versterkt. Hiermee wordt gezorgd voor coherentie en complementariteit bij de voorbereiding en in de besluitvormings- en uitvoeringsfase.

11. De in het kader van bestaande communautaire programma's ondernomen acties worden beheerd door de reeds daarvoor opgerichte diensten, maar de SRF en de afdeling crisisbeheersing van de Commissie zullen vroegtijdige ingrepen en de algemene samenhang vergemakkelijken. Met het oog daarop zal deze afdeling ook in alle stadia van de crisisbeheersing nauw contact houden met ECHO en daarbij ten volle rekening houden met ECHO's behoefte aan operationele autonomie.

12. Er zal dan ook extra personeel nodig zijn om deze coördinatieregeling binnen de Commissie te beheren en voor een vlotte samenwerking met de crisisbeheersdiensten bij de Raad te zorgen. Toch blijven de meeste van deze personeelsleden in hun bestaande diensten en mag slechts van dit personeel gebruik worden gemaakt in crisissituaties die met hun specifieke expertise verband houden. De nieuwe crisisbeheersingsafdeling krijgt de taak om snelle acties voor te bereiden en deze in crisissituaties te coördineren. Het extra personeel dat nodig is om de SRF en de afdeling crisisbeheersing permanent op te zetten en te beheren is dan ook tot een minimum beperkt.

13. Dit SRF-ontwerp vormt een aanvulling op de begrotingslijn voor het GBVB, waarmee zowel zuiver diplomatieke of veiligheidsmaatregelen op het gebied van crisispreventie en -beheersing, als maatregelen op terreinen als non-proliferatie en ontwapening worden gesteund. Tot dusver was het dikwijls moeilijk, de communautaire instrumenten snel genoeg ter beschikking te stellen. Dit heeft soms tot nodeloze en nutteloze wanklanken bij het naar buiten optreden van de EU geleid. Ook buiten het kader van de humanitaire bijstand kunnen met deze SRF de communautaire instrumenten snel beschikbaar worden gesteld om gemeenschappelijke doelstellingen na te streven.

14. Het verschil tussen ECHO en de ontwerp-SRF-verordening ligt in hun onderscheiden doelstelling. ECHO verleent humanitaire bijstand aan de slachtoffers van door mensen veroorzaakte rampen en natuurrampen, hoofdzakelijk door goederen te verschaffen (voedsel, onderdak, enz.). Deze faciliteit is gericht op afzonderlijke mensen, politiek neutraal en uitsluitend bedoeld om menselijk lijden te verzachten. De SRF is bedoeld om middelen te verschaffen voor spoedmaatregelen op het gebied van crisisbeheersing en conflictpreventie, die verband houden met het algemene buitenlands en veiligheidsbeleid van de Unie. Dit is een onderdeel van de crisisbeheersingscapaciteit van de Unie. Normalerwijs functioneert deze faciliteit via de verlening van diensten (politie, begeleidende controle, mijnopruiming en ontwapening), hetgeen af en toe ook de levering van outillage kan inhouden.

15. De Commissie zal voorkomen dat via de ontwerpverordening voor de Snellereactiefaciliteit gefinancierde acties en door ECHO gefinancierde projecten elkaar overlappen. Zo nodig zal de Commissie, om de veiligheid van de humanitaire hulpverleners te waarborgen, via een behoorlijke verspreiding van informatie ervoor zorgen dat de doelgroepen duidelijk begrijpen dat de beginselen van humanitaire hulpverlening anders zijn dan die, welke aan de krachtens de ontwerp-SRF-verordening gefinancierde activiteiten ten grondslag liggen.

3.

DE BEPALINGEN VAN HET ONTWERPVOORSTEL VAN DE COMMISSIE VOOR EEN VERORDENING VAN DE RAAD


16. De thans voorgestelde verordening berust op artikel 308 (ex-235) van het EG-Verdrag. Het toepassingsgebied daarvan dekt alle communautaire maatregelen in verband met veiligheidscrises, ter begeleiding of ondersteuning van EU-activiteiten op de terreinen van het EVDB. Wanneer de desbetreffende acties ook met andere EU-faciliteiten kunnen worden gefinancierd, is deze verordening alleen van toepassing, indien de actie spoedvereisend en in de tijd beperkt is en met de bestaande instrumenten niet snel en samenhangend genoeg kan worden uitgevoerd.

17. De steun krachtens het ontwerpvoorstel van de Commissie voor een verordening van de Raad tot instelling van een snellereactiefaciliteit wordt verleend in de vorm van hetzij een subsidiëring van 100%, hetzij een financiering in combinatie met andere bronnen van openbare financiering.

18. Krachtens de ontwerp-verordening voor financiële hulp in aanmerking komende partners zijn o.a.: nationale regeringen en daaronder ressorterende instanties, regionale en internationale organisaties en suborganisaties, niet-gouvernementele organisaties en openbare en particuliere ondernemers met doelgerichte, gespecialiseerde ervaring en deskundigheid. Er zullen kaderovereenkomsten worden gesloten met een op een voorselectielijst geplaatste ondernemers, hetgeen zal worden aangevuld met snelle, gevalsgebonden financiële contracten, zodra er behoefte is aan specifieke diensten.

19. De verantwoordelijkheid voor de steunmaatregelen krachtens de ontwerp-SRF-verordening berust bij de Commissie. De Commissie wordt in haar taak bijgestaan door een Adviescomité (Crisiscomité), dat bestaat uit vertegenwoordigers van de lidstaten en wordt voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Commissie. Cruciaal is dat door raadpleging van het comité het besluit om via de SRF in specifieke crisissituaties op te treden niet onnodig mag worden vertraagd of anderszins beperkt. Het reglement van orde van dit comité moet er daarom op gericht zijn:

*eenvoudige en snelle besluitvormingsprocedures in te stellen;

*de acties soepel uit te voeren;

*procedures vast te stellen voor de rapportage over de resultaten.

De Commissie zal het Europees Parlement en de Raad verslag over de steunmaatregelen uitbrengen en regelmatig informeren.

20. Met elke via deze faciliteit gefinancierde steunmaatregel mag niet meer dan 12 miljoen euro gemoeid zijn i. De uitvoeringsperiode van maatregelen mag niet langer zijn dan negen maanden. Voor bijdragen van meer dan 5 miljoen euro moet de Commissie het Adviescomité raadplegen. Voor lagere bedragen moet de Commissie zonder voorafgaande raadpleging kunnen beslissen. Het comité wordt echter in dergelijke gevallen wel in kennis gesteld van het besluit.