Toelichting bij COM(2001)684 - Vaststelling, voor de oogsten 2002, 2003 en 2004 en per soortengroep, van de garantiedrempels per lidstaat en de premies voor tabaksbladeren

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Op 16 mei 2001 heeft de Commissie de mededeling 'Duurzame ontwikkeling in Europa voor een betere wereld: Een strategie van de Europese Unie voor duurzame ontwikkeling' (COM(2001) 264 def.) goedgekeurd.

In dit document wordt, in het kader van de communautaire maatregelen ter beperking van de risico's voor de volksgezondheid, het volgende voorgesteld: "Heroriëntering van de steun van het gemeenschappelijk landbouwbeleid waarbij kwaliteit en gezondheidsoverwegingen wel en kwantiteit niet wordt beloond; in aansluiting op de vóór 2002 geplande evaluatie van de tabaksregeling, hierin zodanige aanpassingen doorvoeren dat de tabakssubsidies geleidelijk aan kunnen worden afgeschaft en er tegelijkertijd maatregelen kunnen worden ingevoerd ter ontwikkeling van alternatieve inkomstenbronnen en economische activiteiten voor tabakstelers en hun werknemers, en hiertoe een vroege datum vaststellen".

Overeenkomstig artikel 26 van Verordening (EEG) nr. 2075/92 van de Raad van 30 juni 1992 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector ruwe tabak  i dient de Commissie vóór 1 april 2002 bij het Europees Parlement en bij de Raad een verslag in over de werking van de GMO. Het verslag dat tegen die datum kan worden ingediend, kan slechts gebaseerd zijn op de door de lidstaten over de oogst van 1999 en een gedeelte van de oogst van 2000 verstrekte gegevens.

Niettemin is de Commissie in het kader van de systematische evaluatie van de landbouwmaatregelen gestart met een evaluatie van de GMO voor ruwe tabak op basis waarvan een balans zal kunnen worden opgemaakt van de gevolgen van de communautaire regelgeving voor de sector ruwe tabak. De conclusies worden verwacht voor eind 2002.

Op basis daarvan zal een in het eerste trimester van 2003 een voorstel worden ingediend dat in de lijn ligt van de mededeling van de Commissie.

Met dit voorstel voor een verordening van de Raad wordt dan ook beoogd de premies en de garantiedrempels voor de volgende periode van drie jaar vast te stellen en een aantal bepalingen van de gemeenschappelijke marktordening voor tabak te wijzigen en de premies en garantiedrempels voor een periode van twee jaar vast te stellen.

A. Vaststelling van de premiebedragen en drempels voor de oogsten 2002, 2003 en 2004

Om de hierboven uiteengezette redenen bestrijkt het voorstel de periode van drie jaar die nodig is om de aan de gang zijnde evaluatie af te ronden, de nieuwe richtsnoeren goed te keuren met het oog op de hervorming van de sector en de omschakelingsregeling voor de sector uit te voeren.

Voor de tabakssoorten van groep V bestaan grote afzetmoeilijkheden en zijn extra maatregelen genomen om de stopzetting van de teelt te begeleiden. Ook wat het premiebedrag betreft, moet consequent worden gehandeld, zodat de producenten worden aangespoord om over te schakelen op soorten met betere afzetmogelijkheden, of om de tabaksteelt te beëindigen via het programma voor de opkoop van quota. Voor de andere soortengroepen wordt voorgesteld de premiebedragen vast te stellen op hetzelfde niveau als voor de oogst 2001.

Rekening houdend met het voorstel voor verhoging van de inhouding voor het Tabaksfonds (zie punt B) zullen alle aan de producenten toegekende premies vanaf 2003 evenwel nog eens worden verlaagd met 1% in 2003 en 3% in 2004.

Wat de garantiedrempels betreft, is het voorstel het resultaat van een tweevoudige actie:

- het productieprofiel aanpassen op basis van de in de laatste drie verkoopseizoenen aangevraagde overdrachten binnen de garantiedrempel, die het mogelijk hebben gemaakt de productie te heroriënteren naar soorten die beter in de markt liggen,

- de hoeveelheden selectief aanpassen ten aanzien van het in de loop van de laatste jaren vastgestelde gebruik en de vraag op de markt, met name voor de soortengroepen I, II, III en V, om rekening te houden met de in de laatste jaren vastgestelde tendensen in de productie en het verbruik met het oog op een evenwicht tussen de vraag en het aanbod van deze tabakssoorten.

De verlaging van de garantiedrempels zal een budgettaire besparing van 31,4 miljoen euro mogelijk maken.

B. Wijzigingen in Verordening (EEG) nr. 2075/92

De wijziging in artikel 6, lid 5, beoogt de lidstaten de mogelijkheid te geven het opbodsysteem voor slechts één bepaalde soortengroep toe te passen. De producerende lidstaten hebben namelijk geen gebruik gemaakt van dit systeem, dat toch, met name voor bepaalde soortengroepen, zou kunnen bijdragen tot een aanzienlijke verbetering van de handelsprijzen. De voornaamste reden hiervoor is dat het mechanisme, doordat het voor alle soortengroepen geldt, te complex is. De voorgestelde wijziging maakt het mogelijk het opbodsysteem voor één enkele soortengroep toe te passen.

De nationale reserve was bedoeld om de herstructurering van de productie te bevorderen. Ze moest een stimulans zijn om de bestaande productie grootschaliger te maken en efficiëntere bedrijfsstructuren tot stand te brengen. Deze reserve, die wordt gevormd door een inhouding van 0,5 % tot 2 % op de quota, heeft niet de minimale kritische massa doen ontstaan die nodig is om de herstructurering van de bedrijven in een reeds door economische en sociale achteruitgang getroffen sector effectief te versnellen. Integendeel, het inhoudings- en verdelingsmechanisme heeft de administratieve behandeling en de functionering van het systeem op nationaal niveau zo complex gemaakt dat dit nadelig was voor de producenten. Het is dan ook raadzaam de regeling te vereenvoudigen door de nationale reserve te schrappen.

Het Gemeenschappelijk Fonds voor tabak is opgericht om het agrarisch onderzoek naar minder schadelijke en milieuvriendelijker producten te bevorderen en om voorlichtingsacties over de schadelijke gevolgen van tabaksproducten te organiseren. Enerzijds blijkt uit de ervaring dat de communautaire dimensie op het gebied van het agrarisch onderzoek geen meerwaarde biedt die opweegt tegen de complexiteit van het beheer van dergelijke acties op communautair niveau. Anderzijds worden in de mededeling van de Commissie 'Duurzame ontwikkeling in Europa voor een betere wereld: Een strategie van de Europese Unie voor duurzame ontwikkeling' (COM(2001) 264 def.) de volgende maatregelen voorgesteld: "Heroriëntering van de steun van het gemeenschappelijk landbouwbeleid waarbij kwaliteit en gezondheidsoverwegingen wel en kwantiteit niet wordt beloond; in aansluiting op de vóór 2002 geplande evaluatie van de tabaksregeling, hierin zodanige aanpassingen doorvoeren dat de tabakssubsidies geleidelijk aan kunnen worden afgeschaft en er tegelijkertijd maatregelen kunnen worden ingevoerd ter ontwikkeling van alternatieve inkomstenbronnen en economische activiteiten voor tabakstelers en hun werknemers, en hiertoe een vroege datum vaststellen".

Derhalve wordt voorgesteld de werkingssfeer van het Gemeenschappelijk Fonds voor tabak te wijzigen en het agrarisch onderzoek te vervangen door een actie ter ondersteuning van de ontwikkeling van specifieke initiatieven voor de omschakeling van tabaksproducenten op andere teelten en werkgelegenheidsscheppende economische activiteiten. Voorts dient, vanaf de oogst 2004, de voor het Fonds bestemde inhouding te worden verhoogd tot 3% in 2003 en tot 5% vanaf 2004, om de budgettaire middelen voor de financiering van de voorlichtingsacties over de schadelijke gevolgen van het tabaksverbruik en de omschakelingsinitiatieven te verhogen. Deze laatste actie, die een nieuwe prioriteit vormt, zal op nationaal niveau kunnen worden uitgevoerd in het kader van specifieke omschakelingsmaatregelen en is bedoeld om synergieën met het programma voor de opkoop van quota te flankeren en te ontwikkelen.