Toelichting bij COM(2004)616 - Wijziging van Verordening 2201/2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1347/2000, inzake Verdragen met de Heilige Stoel

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. Verordening (EG) nr. 1347/2000 van de Raad (Verordening Brussel II)  i voorziet in de wederzijdse erkenning van beslissingen in huwelijkszaken. Als algemene regel geldt, dat deze verordening enkel van toepassing is op burgerlijke rechtsvorderingen en niet op door religieuze autoriteiten gegeven beslissingen.


2. Als uitzondering op deze regel bepaalt artikel 40 dat beslissingen van kerkelijke rechterlijke instanties in Spanje, Italië en Portugal op grond van de verdragen tussen deze lidstaten en de Heilige Stoel (hierna 'Concordaten' genoemd) in de andere lidstaten worden erkend overeenkomstig de bepalingen van de verordening. Deze verdragen verlenen de kerkelijke rechtbanken in de betrokken lidstaten de bevoegdheid canonieke huwelijken nietig te verklaren.

3. Bijlage II van de Toetredingsakte van 2003 heeft aan artikel 40 de Overeenkomst toegevoegd van 3 februari 1993 tussen de Heilige Stoel en Malta inzake de erkenning van de burgerrechtelijke gevolgen van canonieke huwelijken en van beslissingen van de kerkelijke autoriteiten en rechtbanken aangaande zulke huwelijken.

4. Het bepaalde van artikel 40 is overgenomen in artikel 63 van Verordening (EG) nr. 2201/2003  i van de Raad, die in de plaats komt van 'Verordening Brussel II'. Verordening (EG) nr. 2201/2003 is in werking getreden op 1 augustus 2004 en wordt met ingang van 1 maart 2005 van kracht in alle lidstaten, behalve in Denemarken.


5. Malta heeft verzocht artikel 63 van Verordening (EG) nr. 2201/2003 in die zin te wijzigen dat het verdrag tussen Malta en de Heilige Stoel erin wordt opgenomen. Aangezien de verordening echter vóór de toetreding van Malta tot de Europese Unie is goedgekeurd, werd overeengekomen de wijziging overeenkomstig artikel 57 van de Toetredingsakte van 2003 door te voeren. Deze bepaling voorziet in een vereenvoudigde procedure waarbij de Raad, op voorstel van de Commissie, met gekwalificeerde meerderheid van stemmen wijzigingen aan besluiten van vóór de toetreding vaststelt.