Toelichting bij COM(2004)92-2 - Sluiting van de overeenkomst met Albanië inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

I. Politiek en juridisch kader

De Raad Justitie en Binnenlandse Zaken heeft de Commissie bij besluit van 28 november 2002 machtiging verleend om te onderhandelen over een overnameovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Albanië. Eind maart 2003 heeft de Commissie een ontwerptekst van de overnameovereenkomst aan de Albanese autoriteiten toegezonden. De eerste onderhandelingsronde heeft plaatsgevonden op 15/16 mei 2003 in Tirana. Op 18 september is in Brussel een tweede ronde gehouden, gevolgd door een laatste ronde op 5 november 2003 in Tirana. De overeenkomst is op 18 december 2003 in Brussel geparafeerd.

De lidstaten zijn op de hoogte gehouden en in alle (formele en informele) fasen van de onderhandelingen geraadpleegd.

Wat de Gemeenschap betreft, vormt artikel 63, lid 3, onder b), in samenhang met artikel 300 EG-verdrag de rechtsgrond van de overeenkomst.

De bijgevoegde voorstellen zijn de juridische instrumenten voor de ondertekening en sluiting van de overeenkomst. De Raad besluit met eenparigheid van stemmen (artikel 300, lid 2, eerste alinea, in samenhang met artikel 67 EG-verdrag). Het Europees Parlement moet in overeenstemming met artikel 300, lid 3, van het EG-verdrag formeel worden geraadpleegd over de sluiting van de overeenkomst.

Het voorgestelde besluit betreffende de sluiting bevat de interne regelingen die nodig zijn voor de praktische toepassing van de overeenkomst. Met name wordt er in bepaald dat de Commissie de Gemeenschap vertegenwoordigt in het Gemengd Comité dat bij artikel 18 van de overeenkomst wordt ingesteld. Verder wordt bij de overeenkomst een Comité Overname ingesteld, dat voor bepaalde technische aangelegenheden beslissingen met rechtskracht kan nemen. Gezien de technische aard van die beslissingen, lijkt het passend te voorzien in een vereenvoudigde procedure voor de vaststelling van het communautaire standpunt in dergelijke gevallen. Deze procedures zijn dezelfde als de procedures die door de Raad zijn vastgesteld in het besluit betreffende de sluiting van de overnameovereenkomst met Hongkong.

Daartoe bepaalt het besluit dat de Commissie, in overleg met een door de Raad ingesteld bijzonder comité, het reglement van orde van het Gemengd Comité vaststelt. Met betrekking tot andere besluiten die door het Gemengd Comité moeten worden genomen, bepaalt het besluit dat het standpunt van de Gemeenschap door de Raad, op voorstel van de Commissie, met gekwalificeerde meerderheid wordt vastgesteld.

II. Resultaten van de onderhandelingen

De Commissie is van oordeel dat de door de Raad in zijn onderhandelingsrichtsnoeren vastgestelde doelstellingen zijn bereikt en dat de ontwerp-overnameovereenkomst aanvaardbaar is voor de Gemeenschap.

De uiteindelijke inhoud van deze overeenkomst kan als volgt worden samengevat:

- De overeenkomst omvat 8 afdelingen met in totaal 23 artikelen. Zij telt tevens 6 bijlagen, die een integrerend onderdeel ervan uitmaken, alsmede vijf gemeenschappelijke verklaringen.

De in de overeenkomst vervatte overnameverplichtingen (artikelen 2 tot en met 5) zijn op basis van volledige wederkerigheid opgesteld en hebben betrekking op eigen onderdanen (artikelen 2 en 4) alsook op onderdanen van derde landen en staatloze personen (artikelen 3 en 5). Alle artikelen bevatten een clausule die zegt dat de overname moet plaatsvinden zonder andere formaliteiten dan die welke in deze overeenkomst zijn vastgelegd.

- Aan de verplichting tot overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen (artikelen 3 en 5) zijn de volgende voorwaarden verbonden: a) de over te nemen persoon is, of was op het ogenblik van binnenkomst, in het bezit van een geldige verblijfsvergunning of een geldig visum van de aangezochte partij, of b) de over te nemen persoon is het grondgebied van de verzoekende partij binnengekomen na een (legaal of illegaal) verblijf op of doorreis door het grondgebied van de aangezochte partij. Vrijgesteld van deze verplichting zijn alleen personen in luchthaventransit en alle personen waaraan de verzoekende partij een visum of verblijfsvergunning met een langere geldigheidstermijn heeft afgegeven of personen aan wie een visum of verblijfsvergunning is afgegeven op grond van nagemaakte of vervalste documenten.

- In ruil voor de aanvaarding door Albanië van dergelijke ruime verplichtingen tot overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen (artikelen 3 en 5), heeft de Europese Gemeenschap ingestemd met de Albanese verzoeken om 1) de inwerkingtreding van deze verplichtingen met twee jaar uit te stellen (artikel 22, leden 2 en 3) en 2) een terugnameclausule in de overeenkomst op te nemen voor gevallen van onterechte overname (artikel 12).

- Albanië aanvaardt onder bepaalde omstandigheden het gebruik van het standaardreisdocument van de EU voor verwijderingsdoeleinden (artikel 2, lid 2, en artikel 3, lid 3).

- De overeenkomst bevat een afdeling over doorgeleiding (artikelen 13 en 14).

- Afdeling III van de overeenkomst (artikelen 6 tot en met 12, in samenhang met de bijlagen 1 tot en met 6) bevat de nodige technische bepalingen met betrekking tot de overnameprocedure (overnameverzoek, bewijsmiddelen, termijnen, overdrachtmodaliteiten en wijze van vervoer). De procedure vertoont enige soepelheid omdat in de gevallen waarin de over te nemen persoon in het bezit is van geldige reisdocumenten alleen een schriftelijke mededeling (en geen formele indiening van een overnameverzoek) vereist is (artikel 6).

- De artikelen 15, 16 en 17 bevatten de nodige regels inzake kosten en gegevensbescherming alsook bepalingen inzake de onverminderde toepasselijkheid van andere internationale rechten en verplichtingen die op de partijen van toepassing zijn.

- Artikel 18 bepaalt op welke wijze het comité van deskundigen wordt samengesteld en welke zijn taken en bevoegdheden zijn.

- Om deze overeenkomst in de praktijk uit te voeren machtigt artikel 19 de lidstaten tot het sluiten van bilaterale uitvoeringsprotocollen met Albanië. De verhouding tussen deze uitvoeringsprotocollen en de overeenkomst wordt in artikel 20 toegelicht.

- De slotbepalingen (artikel 21, 22 en 23) bevatten regels inzake inwerkingtreding, duur en opzegging en de juridische status van de bijlagen bij de overeenkomst. Zoals bepaald in artikel 22 treedt de overeenkomst in werking op de eerste dag van de tweede maand na de datum waarop de partijen elkaar in kennis stellen van de voltooiing van de daartoe benodigde juridische procedures. De artikelen 3 en 5, betreffende de overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen, worden echter pas twee jaar na de inwerkingtreding van de overeenkomst van kracht.

- De specifieke situatie van Denemarken komt tot uiting in de preambule, in artikel 1, onder a), in artikel 21 en in een gemeenschappelijke verklaring die aan deze overeenkomst is gehecht. In een gemeenschappelijke verklaring bij de overeenkomst wordt ook gewezen op de nauwe betrokkenheid van Noorwegen en IJsland bij de tenuitvoerlegging, toepassing en ontwikkeling van het Schengen-acquis.

III. Conclusies

Gezien bovengenoemde resultaten stelt de Commissie voor dat de Raad:

- besluit dat de overeenkomst namens de Gemeenschap wordt ondertekend en de voorzitter van de Raad machtigt om de persoon (personen) aan te wijzen die gemachtigd wordt (worden) de overeenkomst namens de Gemeenschap te ondertekenen;

- na raadpleging van het Europees Parlement zijn goedkeuring hecht aan bijgaande overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Albanië inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven.