Toelichting bij COM(2006)553 - Sluiting van de Overeenkomst met Noorwegen over aanpassingen van de handelspreferenties voor kaas op grond van artikel 19 van de Overeenkomst betreffende de EER

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. Van 3 mei tot en met 7 juni 2006 hebben de Europese Commissie en de Regering van Noorwegen krachtens artikel 19 van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte met elkaar overleg gepleegd met het oog op de verbetering van de bilaterale voorwaarden voor de handel in kaas in het kader van de respectieve preferentiƫle contingenten.

2. Deze overeenkomst heeft voor de EG tot doel het volume van het bestaande tariefcontingent voor invoer van kaas in het Koninkrijk Noorwegen te vergroten[1] om rekening te houden met de toename van de hoeveelheid kaas in pekel of olie die in het kader van dat contingent wordt uitgevoerd. Het extra volume komt overeen met het geraamde gewicht aan pekel of olie die samen met de kaas worden ingevoerd.

3. Voor het Koninkrijk Noorwegen heeft deze overeenkomst tot doel de uitvoermogelijkheden te verbeteren door de samenvoeging van de twee bestaande kaascontingenten1. Dit leidt niet tot een uitbreiding van de concessie voor kaas, maar zou moeten bijdragen tot een beter gebruik van het contingent.

4. Bijgevolg stelt de Commissie voor dat de Raad het bijgaande voorstel voor een besluit betreffende de sluiting van deze overeenkomst in de vorm van een briefwisseling goedkeurt.

5. Financiƫle consequenties: geen wijziging ten opzichte van de bestaande briefwisseling1.