Toelichting bij COM(2007)572 - Wijziging van Verordening (EG) nr. 998/2003 inzake veterinairrechtelijke voorschriften voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren, wat betreft de verlenging van de overgangsperiode

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Achtergrond

Verordening (EG) nr. 998/2003 van het Europees Parlement en de Raad harmoniseert de voorschriften voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren tussen de lidstaten of na het binnenkomen of opnieuw binnenkomen in de Gemeenschap uit een derde land. De verordening, die op 13 juni 2003 is bekendgemaakt, is in werking getreden op 3 juli 2003 en is van toepassing op gezelschapsdieren die met hun eigenaar meereizen.

Bij de verordening is onder meer het voor het verkeer tussen de lidstaten te gebruiken paspoort voor katten, honden en fretten ingevoerd, dat het bewijs levert dat het dier tegen rabiës is ingeënt. Dit is de enige eis die voor reizen van gezelschapsdieren naar alle lidstaten wordt gesteld.

De verordening voorziet echter in specifieke afwijkingsvoorwaarden voor het verkeer van gezelschapsdieren naar bepaalde lidstaten gedurende een overgangsperiode van vijf jaar, te rekenen vanaf de datum van inwerkingtreding, dat wil zeggen tot en met 3 juli 2008. Deze afwijkingen moeten vóór het einde van deze periode opnieuw worden bekeken in het licht van de door de lidstaten opgedane ervaring met de uitvoering van de artikelen 6, 8 en 16 van de verordening en van een wetenschappelijk advies van de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA).

Daartoe moest de Commissie overeenkomstig artikel 23 van de verordening vóór 1 februari 2007 aan het Europees Parlement en de Raad een verslag overleggen over de noodzaak van handhaving van de serologische test, tezamen met passende voorstellen om de regeling te bepalen die na de overgangsperiode moest gelden.

Vaststelling van het probleem

Omdat de wetenschappelijke beoordeling langer heeft geduurd dan oorspronkelijk gepland, heeft het verslag van de Commissie vertraging opgelopen. Om op toereikende wijze rekening te kunnen houden met de conclusies van het verslag is het daarom dienstig voornoemde overgangsperiode te verlengen.

Doel van het voorstel



Dit voorstel van de Commissie heeft tot doel de overgangsperiode te verlengen en Verordening (EG) nr. 998/2003 dienovereenkomstig te wijzigen.

Dit voorstel van de Commissie houdt verband met het verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad overeenkomstig artikel 23 van Verordening (EG) nr. 998/2003 van het Europees Parlement en de Raad inzake veterinairrechtelijke voorschriften voor het niet-commerciële verkeer van gezelschapsdieren.