Toelichting bij COM(2007)159 - Wijziging van Verordening 1408/71 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de EG verplaatsen

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel


Dit voorstel beoogt Verordening (EEG) nr. 1408/71 aan te passen aan de wijzigingen in de nationale socialezekerheidswetgeving van de lidstaten.

Algemene context


Het voorstel is een van de regelmatige aanpassingen van Verordening (EEG) nr. 1408/71, en met name van de bijlagen. Het doel is de wijzigingen in de nationale wetgevingen in de bijlagen te verwerken, met het oog op een goede coördinatie van de nationale socialezekerheidsregelingen op communautair niveau. Verordening (EEG) nr. 1408/71 is vereenvoudigd en gemoderniseerd door Verordening (EG) nr. 883/2004, die van toepassing zal worden zodra de bijbehorende toepassingsverordening van kracht wordt. Dit zal naar verwachting de laatste aanpassing van Verordening (EEG) nr. 1408/71 zijn voordat de twee nieuwe verordeningen van toepassing worden.

Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied


Verordening (EEG) nr. 1408/71, die is bijgewerkt bij Verordening (EG) nr. 118/97 en laatstelijk is gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 629/2006 van het Europees Parlement en de Raad. Dit voorstel voorziet in een bijwerking en wijziging van bepaalde verwijzingen in een aantal bijlagen van de verordening naar aanleiding van wijzigingen in de nationale wetgevingen waarnaar wordt verwezen.

Samenhang met andere beleidsgebieden en doelstellingen van de EU


Niet van toepassing.

1.

Raadpleging van belanghebbende partijen en effectbeoordeling



Raadpleging van belanghebbende partijen



Wijze van raadpleging, belangrijkste geraadpleegde sectoren en algemeen profiel van de respondenten


De lidstaten is gevraagd verzoeken in de dienen voor wijzigingen in de Verordeningen (EEG) nr. 1408/71 en (EEG) nr. 574/72 naar aanleiding van wijzigingen in hun nationale wetgeving. De diensten van de Commissie hebben de verzoeken geëvalueerd, hebben ze met de vertegenwoordigers van de lidstaten besproken op een vergadering van de Administratieve Commissie voor de sociale zekerheid van migrerende werknemers, en hebben waar nodig nadere details verduidelijkt met vertegenwoordigers van de betrokken lidstaten.

Samenvatting van de reacties en hoe daarmee rekening is gehouden


De verzoeken die in overeenstemming met de EU-wetgeving zijn bevonden en waarmee de Administratieve Commissie heeft ingestemd, zijn goedgekeurd en in de tekst verwerkt.

Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid



Betrokken wetenschaps- en kennisgebieden


Coördinatie van de sociale zekerheid.

Gebruikte methode


Besprekingen tijdens vergaderingen van de Administratieve Commissie voor de sociale zekerheid van migrerende werknemers en waar nodig verdere besprekingen met vertegenwoordigers van de betrokken lidstaten in de Administratieve Commissie om met name bepaalde punten van de nationale wetgeving te verduidelijken.

Belangrijkste geraadpleegde organisaties en deskundigen


De Administratieve Commissie voor de sociale zekerheid van migrerende werknemers en een aantal vertegenwoordigers van de lidstaten in de Administratieve Commissie.

Ontvangen en gebruikte adviezen


Er zijn geen potentieel ernstige risico’s met onomkeerbare gevolgen gesignaleerd.

Er is overeengekomen voor een aantal lidstaten bepaalde vermeldingen in de bijlagen van Verordening (EEG) nr. 1408/71 te wijzigen.

Wijze waarop het deskundigenadvies beschikbaar is gemaakt voor het publiek


Geen.

Effectbeoordeling


De lidstaten wijzigen met enige regelmaat hun socialezekerheidswetgeving. Dat heeft tot gevolg dat bepaalde verwijzingen naar de nationale wetgeving in de EU-wetgeving ter coördinatie van de socialezekerheidsregelingen achterhaald raken, wat rechtsonzekerheid schept. Dit is nadelig voor EU-burgers die zich binnen de EU verplaatsen, aangezien zij daardoor niet goed op de hoogte zijn van hun rechten. Ook bemoeilijkt het een correcte toepassing van de EU-bepalingen ter coördinatie van de sociale zekerheid door de nationale socialezekerheidsorganen. Daarom moeten de verwijzingen in de coördinerende EU-wetgeving, met name de Verordeningen (EEG) nr. 1408/71 en (EEG) nr. 574/72, worden bijgewerkt zodat ze overeenstemmen met de nieuwe nationale wetteksten. EU-verordeningen kunnen alleen bij een verordening worden gewijzigd. Het is in het belang van de betrokken burgers dat de EU-verordeningen zo spoedig mogelijk na de wijzigingen in de nationale wetgeving worden bijgewerkt, ook al is Verordening (EG) nr. 883/2004 die Verordening (EEG) nr. 1408/71 vervangt op 20 mei 2004 van kracht geworden: deze verordening zal namelijk pas van toepassing worden als de toepassingsverordening, waarover nog onderhandeld wordt, is goedgekeurd. Qua werkbelasting of kosten verandert er met de voorgestelde wijzigingsverordening niets voor de socialezekerheidsorganen, overheidsdiensten, werknemers of werkgevers. Deze bijwerking beoogt integendeel een betere coördinatie van de socialezekerheidsregelingen en dus een betere bescherming van EU-burgers die zich binnen de EU verplaatsen.

2.

Juridische elementen van het voorstel



Samenvatting van de voorgestelde maatregel


Dit voorstel beoogt een aantal bijlagen van Verordening (EEG) nr. 1408/71 aan te passen aan wijzigingen in de nationale socialezekerheidswetgeving van de lidstaten. Door de communautaire wetgeving ter coördinatie van de socialezekerheidsregelingen af te stemmen op de geldende nationale wetgeving zal dit voorstel de toepassing van de communautaire wetgeving vergemakkelijken.

Rechtsgrondslag


Artikelen 42 en 308 van het EG-Verdrag.

Subsidiariteitsbeginsel


Het subsidiariteitsbeginsel is van toepassing voor zover het voorstel geen gebieden bestrijkt die onder de exclusieve bevoegdheid van de Gemeenschap vallen.

De doelstellingen van het voorstel kunnen om de volgende reden(en) niet voldoende door de lidstaten worden verwezenlijkt.

Overeenkomstig artikel 42 van het Verdrag zijn communautaire coördinatiemaatregelen op het gebied van de sociale zekerheid nodig om werknemers in staat te stellen hun in het Verdrag vastgelegde recht op vrij verkeer ten volle uit te oefenen. Zonder deze coördinatie zou het vrije verkeer wel eens onuitvoerbaar kunnen zijn, aangezien mensen minder van dit recht gebruik zouden maken indien ze daardoor in een andere lidstaat verworven socialezekerheidsrechten zouden verliezen. De bestaande EU-wetgeving inzake sociale zekerheid is niet bedoeld om de verschillende nationale regelingen te vervangen. Er zij op gewezen dat het voorstel geen harmonisatiemaatregel is en niet verder gaat dan wat voor een doeltreffende coördinatie nodig is. Het voorstel beoogt voornamelijk de bestaande coördinatievoorschriften aan te passen aan de wijzigingen in de nationale wetgeving. Hoewel het voorstel dus vooral op bijdragen van de lidstaten gebaseerd is, kunnen de lidstaten dergelijke bepalingen niet op nationaal niveau vaststellen, aangezien dit strijdig kan zijn met de verordening. Daarom moeten de bijlagen van de verordening worden aangepast zodat de verordening effectief kan worden toegepast in de desbetreffende lidstaten. De coördinatie van de sociale zekerheid betreft grensoverschrijdende gevallen die lidstaten niet alleen kunnen regelen. De communautaire coördinatieverordening vervangt de vele bestaande bilaterale overeenkomsten. Dit vereenvoudigt niet alleen de coördinatie van de sociale zekerheid voor de lidstaten, maar garandeert ook een gelijke behandeling van mensen die krachtens de nationale socialezekerheidswetgeving verzekerd zijn.

De doelstellingen van het voorstel kunnen om de volgende reden(en) beter door een optreden van de Gemeenschap worden verwezenlijkt.

De coördinatie van de socialezekerheidsregelingen heeft alleen zin op communautair niveau. Doel is ervoor te zorgen dat de socialezekerheidsregelingen in alle lidstaten effectief worden gecoördineerd. Dit berust op en wordt gerechtvaardigd door het vrije verkeer van personen binnen de EU.

Er zijn geen kwalitatieve indicatoren, maar de verordening is van belang voor alle EU-burgers die zich om welke reden dan ook binnen de EU verplaatsen.

Het voorstel is louter een coördinatiemaatregel, die alleen op communautair niveau kan worden vastgesteld. De lidstaten blijven verantwoordelijk voor de organisatie en financiering van hun eigen socialezekerheidsstelsels.

Het voorstel is dus in overeenstemming met het subsidiariteitsbeginsel.

Evenredigheidsbeginsel


Het voorstel is om de volgende reden(en) in overeenstemming met het subsidiariteitsbeginsel.

Verordening (EEG) nr. 1408/71 vereist dit soort maatregel omdat een verordening alleen bij een verordening kan worden gewijzigd. De lidstaten blijven echter volledig verantwoordelijk voor de organisatie en financiering van hun eigen socialezekerheidsregelingen.

Het voorstel maakt het de lidstaten makkelijker om de socialezekerheidsstelsels te coördineren en komt dus zowel de burgers als de nationale socialezekerheidsorganen ten goede. Deze bijzondere bepalingen zijn gebaseerd op voorstellen van de lidstaten. Daardoor blijven de eventuele financiële en administratieve lasten tot een minimum beperkt en staan ze in verhouding tot bovengenoemde doelstelling. Zonder deze wijziging van Verordening (EEG) nr. 1408/71 zouden de financiële en administratieve lasten waarschijnlijk groter zijn.

Keuze van instrumenten



Voorgesteld(e) instrument(en): verordening.

Andere instrumenten zouden om de volgende reden ongeschikt zijn: Er is geen alternatief omdat een verordening zoals Verordening (EEG) nr. 1408/71 alleen door een verordening kan worden gewijzigd.

3.

Gevolgen voor de begroting



Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Gemeenschap.

4.

Aanvullende informatie



Intrekking van bestaande wetgeving


De vaststelling van het voorstel heeft de intrekking van bestaande wetgeving tot gevolg.

Europese Economische Ruimte


De voorgestelde maatregel betreft een onderwerp dat onder de EER-overeenkomst valt en moet daarom worden uitgebreid tot de Europese Economische Ruimte.

Nadere uitleg van het voorstel, per hoofdstuk of per artikel


I. Wijzigingen van bijlage I 1. Wijziging van deel I Deel I van bijlage I geeft de definities van 'werknemer' en 'zelfstandige' voor zover deze niet uit de nationale wetgeving kunnen worden afgeleid. Rubriek 'I. Ierland' dient te worden aangepast gezien de wijzigingen van de genoemde Ierse wetsteksten als gevolg van de consolidering van de Ierse sociale wetgeving, in de vorm van de geconsolideerde wet op de sociale bescherming van 2005. 2. Wijzigingen van deel II Deel I van bijlage II definieert 'gezinsleden' voor zover de nationale wetgeving geen onderscheid maakt tussen gezinsleden en andere personen. Rubriek 'I. Ierland' dient te worden aangepast gezien de nieuwe Ierse wet houdende oprichting van de Health Service Executive, die in de plaats komt van de oude Health Boards/Authority. II. Wijziging van bijlage II 1. Wijziging van deel I Bijlage II, deel I, noemt de bijzondere stelsels voor zelfstandigen die van de werkingssfeer van de verordening zijn uitgesloten krachtens artikel 1, onder j), vierde alinea. Rubriek 'H. Frankrijk' dient vereenvoudigd te worden aangezien de in paragraaf 2 genoemde aanvullende verzekering uiteindelijk niet is ingevoerd. Deze inkorting van een bijlage betreffende de uitsluiting van bepaalde stelsels van de werkingssfeer van de verordening draagt bij tot de vereenvoudiging van de verordening. 2. Wijziging van deel II Deel II van bijlage II definieert de bijzondere uitkeringen bij geboorte of adoptie die krachtens artikel 1, onder u), i), zijn uitgesloten van de werkingssfeer van de verordening. Rubriek 'S. Polen' dient zodanig gewijzigd te worden dat de genoemde prestatie (aanvulling op uitkering bij geboorte) niet langer van de coördinatie is uitgesloten. De nieuwe vermelding die voortvloeit uit de goedkeuring van de wet van 29 december 2005 is mogelijk geworden uit hoofde van artikel 1, onder u), i). III. Wijziging van bijlage II bis Bijlage II bis vermeldt de bijzondere, niet op premie- of bijdragebetaling berustende prestaties die de begunstigden overeenkomstig artikel 10 bis van Verordening (EEG) nr. 1408/71 uitsluitend genieten op het grondgebied van de lidstaat waar ze verblijven. Rubriek 'I. Ierland' dient te worden aangepast gezien de wijzigingen van de genoemde Ierse wetsteksten als gevolg van de consolidering van de Ierse sociale wetgeving, in de vorm van de geconsolideerde wet op de sociale bescherming van 2005. Er zijn geen substantiële wijzigingen. IV. Wijziging van bijlage III, deel A Bijlage III vermeldt de bepalingen van bestaande bilaterale verdragen die vóór de toepassing van de verordening in de betrokken staten van kracht waren. Deel A vermeldt de bepalingen van bilaterale verdragen die van kracht blijven ondanks het feit dat Verordening (EEG) nr. 1408/71 de bepalingen van bilaterale verdragen in de regel vervangt. De tekst onder de punten '13. Duitsland-Hongarije' en '24. Hongarije-Oostenrijk' dient te worden aangepast aangezien door een wijziging van de Hongaarse wetgeving inzake pensioenen een bepaling die in beide bilaterale verdragen voorkomt, achterhaald geworden is; deze bepaling heeft betrekking op de berekening van pensioenen wanneer het tijdvak van verzekering in Hongarije korter is dan de gemiddelde duur die in de Hongaarse regeling voor de berekening van het pensioen is voorgeschreven. V. Wijzigingen van bijlage IV 1. Wijziging van bijlage IV, deel A Bijlage IV, deel A, vermeldt de wetgevingen als bedoeld in artikel 37, lid 1, van de verordening volgens welke het bedrag van de invaliditeitsuitkeringen onafhankelijk is van de duur van de tijdvakken van verzekering. Rubriek 'I. Ierland' dient te worden aangepast gezien de wijzigingen van de genoemde Ierse wetsteksten als gevolg van de consolidering van de Ierse sociale wetgeving, in de vorm van de geconsolideerde wet op de sociale bescherming van 2005. Rubriek 'Q. Nederland' dient te worden aangepast vanwege de nieuwe 'Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen' (WIA) van 10 november 2005. 2. Wijzigingen van bijlage IV, deel C Bijlage IV, deel C, vermeldt de 'gevallen als bedoeld in artikel 46, lid 1, onder b), van de verordening waarin van de berekening van de uitkering overeenkomstig artikel 46, lid 2, van de verordening kan worden afgezien', omdat deze berekening nooit tot een hoger resultaat zal leiden. Rubriek 'O. Hongarije' dient te worden geschrapt aangezien uit berekeningen op basis van de gewijzigde wetgeving blijkt dat de prorataberekening tot een hoger bedrag zou kunnen leiden dan het nationale pensioen. Aangezien niet langer wordt voldaan aan de voorwaarden voor het afzien van de vergelijkende berekening, dient de vermelding in deze lijst geschrapt te worden. Rubriek 'R. Oostenrijk' dient gewijzigd te worden om rekening te houden met de gevallen waar het uit hoofde van de nieuwe pensioenwet mogelijk is om af te zien van de vergelijkende berekening van de uitkering. VI. Wijzigingen van bijlage VI Bijlage VI vermeldt de bijzonderheden voor de toepassing van de wetgevingen van bepaalde lidstaten. De punten 6 en 11 van Rubriek 'C. Denemarken' dienen te worden aangepast om rekening te houden met een puur formele wijziging van de Deense wetgeving. Punt 4 van rubriek 'Q. Nederland' dient te worden aangepast om rekening te houden met de nieuwe 'Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen' (WIA) van 10 november 2005. Punt 10 van rubriek 'R. Oostenrijk' dient te worden aangevuld om te verduidelijken op welke wijze bij de pensioenrekening rekening gehouden wordt met in het buitenland vervulde tijdvakken. VII. Wijziging van bijlage VIII Bijlage VIII geeft een lijst van regelingen die voor wezen alleen voorzien in gezinsuitkeringen of aanvullende of bijzondere uitkeringen. Rubriek 'I. Ierland' dient te worden aangepast gezien de nieuwe Ierse wet houdende oprichting van de Health Service Executive, die in de plaats komt van de oude Health Boards/Authority.

1. 2007/0054 (COD)