Toelichting bij COM(2007)151-1 - Ondertekening van de Overeenkomst met Panama inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel


Ingevolge de arresten van het Hof van Justitie in de zogenoemde 'Open Skies'-zaken heeft de Raad de Commissie op 5 juni 2003 een mandaat verleend om onderhandelingen met derde landen te beginnen over de vervanging van sommige bepalingen in bestaande overeenkomsten door een communautaire overeenkomst[1] (het 'horizontale mandaat'). Deze overeenkomsten hebben ten doel alle communautaire luchtvaartmaatschappijen niet-discriminerende toegang tot luchtroutes tussen de Gemeenschap en derde landen te verlenen en bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en derde landen in overeenstemming te brengen met het Gemeenschapsrecht.

Algemene context


De internationale luchtvaartrelaties tussen lidstaten en derde landen worden traditiegetrouw vastgelegd in bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en derde landen, in bijlagen bij deze overeenkomsten en in aanverwante bilaterale of multilaterale regelingen. Lidstaten overtreden het Gemeenschapsrecht wanneer zij traditionele clausules betreffende de aanwijzing van luchtvaartmaatschappijen opnemen in hun bilaterale overeenkomsten inzake luchtdiensten. Dergelijke clausules verlenen een derde land het recht om de machtigingen en vergunningen van een luchtvaartmaatschappij te weigeren, in te trekken of op te schorten wanneer deze maatschappij door een lidstaat is aangewezen, hoewel ze niet substantieel in handen is van deze lidstaat of onderdanen ervan, noch effectief door hen wordt gecontroleerd. Dit wordt beschouwd als discriminatie van communautaire luchtvaartmaatschappijen die op het grondgebied van een lidstaat zijn gevestigd maar die in handen zijn van en gecontroleerd worden door onderdanen van andere lidstaten. Dit is in strijd met artikel 43 van het Verdrag, dat onderdanen van een lidstaat die hun recht op vrijheid van vestiging uitoefenen, garandeert dat ze in de ontvangende lidstaat dezelfde behandeling krijgen als de onderdanen van die lidstaat. Er zijn nog meer aspecten, zoals de belasting van vliegtuigbrandstof of door luchtvaartmaatschappijen uit derde landen op intracommunautaire luchtroutes gehanteerde tarieven, ten aanzien waarvan overeenstemming met het Gemeenschapsrecht dient te worden bereikt door bestaande bepalingen in bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en derde landen te wijzigen of aan te vullen.

Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied


De bepalingen van de overeenkomst vervangen de bestaande bepalingen in de zeven bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en de Republiek Panama, of zijn een aanvulling daarop.

Samenhang met andere beleidsgebieden en doelen van de EU De overeenkomst zal een fundamentele doelstelling van het externe luchtvaartbeleid van de Gemeenschap dienen door bestaande bilaterale overeenkomsten inzake luchtdiensten in overeenstemming te brengen met het Gemeenschapsrecht.

1.

Raadpleging van belanghebbende partijen en effectbeoordeling



Raadpleging van belanghebbende partijen



Wijze van raadpleging, belangrijkste geraadpleegde sectoren en algemeen profiel van de respondenten


Zowel de lidstaten als de sector zijn tijdens de hele duur van de onderhandelingen geraadpleegd.

Samenvatting van de reacties en hoe daarmee rekening is gehouden


Met de opmerkingen die de lidstaten en de sector hebben gemaakt, is rekening gehouden.

2.

Juridische elementen van het voorstel



Samenvatting van de voorgestelde maatregel(en)


Overeenkomstig de mechanismen en richtsnoeren in de bijlage bij het 'horizontale mandaat', heeft de Commissie met de Republiek Panama onderhandeld over een overeenkomst ter vervanging van sommige bepalingen in de bestaande bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en de Republiek Panama. Artikel 2 van deze overeenkomst vervangt de traditionele aanwijzingsclausules door een communautaire aanwijzingsclausule, waardoor alle communautaire luchtvaartmaatschappijen gebruik kunnen maken van het vestigingsrecht. De artikelen 4 en 5 van de overeenkomst hebben betrekking op twee types clausules over kwesties die onder de bevoegdheid van de Gemeenschap vallen. Artikel 4 heeft betrekking op de belasting van vliegtuigbrandstof, een kwestie die geharmoniseerd is bij Richtlijn 2003/96/EG van de Raad tot herstructurering van de communautaire regeling voor de belasting van energieproducten en elektriciteit, en met name artikel 14, lid 2. Bij artikel 5 (Prijs) worden strijdigheden weggenomen tussen de bestaande bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten en Verordening (EEG) nr. 2409/92 van de Raad inzake tarieven voor luchtdiensten, die luchtvaartmaatschappijen uit derde landen verbiedt een dominerende rol te spelen bij het vaststellen van de tarieven voor luchtvervoersdiensten die volledig binnen de Gemeenschap plaatsvinden. Bij artikel 6 worden mogelijke conflicten met de EG-mededingingsregels opgelost.

Rechtsgrondslag


Artikelen 80, lid 2, en 300, lid 2, van het EG-Verdrag

Subsidiariteitsbeginsel


Het voorstel is geheel gebaseerd op het door de Raad verleende 'horizontale mandaat', rekening houdend met de onder het Gemeenschapsrecht en bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten vallende aspecten.

Evenredigheidsbeginsel


Bij de overeenkomst worden bepalingen in bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten slechts in zoverre gewijzigd of aangevuld als nodig is om deze in overeenstemming te brengen met het Gemeenschapsrecht.

Keuze van instrumenten



De overeenkomst tussen de Gemeenschap en de Republiek Panama is het meest efficiënte instrument om alle bestaande bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en de Republiek Panama in overeenstemming te brengen met het Gemeenschapsrecht.

3.

Gevolgen voor de begroting



Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Gemeenschap.

4.

Aanvullende informatie



Vereenvoudiging



Het voorstel behelst een vereenvoudiging van de wetgeving.

De desbetreffende bepalingen van bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en de Republiek Panama worden vervangen of aangevuld door in één enkele communautaire overeenkomst ondergebrachte bepalingen.

Nadere uitleg van het voorstel


Overeenkomstig de standaardprocedure voor de ondertekening en sluiting van internationale overeenkomsten wordt de Raad verzocht de besluiten inzake de ondertekening en sluiting van de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Panama inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten goed te keuren en de personen aan te wijzen die bevoegd zijn om de overeenkomst namens de Gemeenschap te ondertekenen.

1. Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

inzake de ondertekening van de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Panama inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 80, lid 2, in samenhang met artikel 300, lid 2, eerste alinea, eerste zin,

Gezien het voorstel van de Commissie[2],

Overwegende hetgeen volgt:

2. De Raad heeft de Commissie op 5 juni 2003 gemachtigd met derde landen te onderhandelen over de vervanging van sommige bepalingen in bestaande bilaterale overeenkomsten door een communautaire overeenkomst.

3. Overeenkomstig de mechanismen en richtsnoeren in de bijlage bij het besluit van de Raad waarbij de Commissie werd gemachtigd om met derde landen onderhandelingen te beginnen over de vervanging van sommige bepalingen in bestaande bilaterale overeenkomsten door een communautaire overeenkomst, heeft de Commissie namens de Gemeenschap met de Republiek Panama onderhandeld over een overeenkomst inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten.

4. Onder voorbehoud van sluiting op een later tijdstip dient de overeenkomst waarover de Commissie heeft onderhandeld, te worden ondertekend,

BESLUIT:

Enig artikel

1. Onder voorbehoud van sluiting op een later tijdstip wordt de voorzitter van de Raad gemachtigd de persoon (personen) aan te wijzen die bevoegd is (zijn) namens de Europese Gemeenschap de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Panama inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten te ondertekenen.

2. De tekst van de overeenkomst is aan dit besluit gehecht.

Gedaan te Brussel,

Voor de Raad

De Voorzitter