Toelichting bij COM(2008)242 - Sluiting van de overeenkomst betreffende de voorlopige toepassing van het protocol bij de visserijovereenkomst met Mauritanië voor de periode van 1 augustus 2008 tot en met 31 juli 2012 tot vaststelling van vangstmogelijkheden en tegenprestatie

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

De Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië hebben onderhandeld over een protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië, en hebben dit protocol op 13 maart 2008 geparafeerd.

Dit protocol is voor een periode van vier jaar gesloten. De overeenkomst treedt in werking op de datum waarop de partijen elkaar in kennis stellen van de voltooiing van de daartoe vereiste procedures. Zij is van toepassing met ingang van 1 augustus 2008. Zij vervangt het protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie, die van 1 augustus 2006 tot en met 31 juli 2008 van kracht was, en die stilzwijgend kon worden verlengd tot en met 31 juli 2012.

Bij de vaststelling van haar onderhandelingspositie heeft de Commissie zich onder andere gebaseerd op de evaluatie van de mate waarin van het vorige protocol gebruik is gemaakt. Zodoende is in het nieuwe protocol een verlaging van de vangstmogelijkheden vastgesteld ten opzichte van die in het kader van het protocol dat van 1 augustus 2006 tot en met 31 juli 2008 van kracht was, waarmee tegemoet wordt gekomen aan de verminderde behoeften van de Europese vloot en aan recente wetenschappelijke adviezen. De vangstmogelijkheden zijn met 25% gedaald voor de visserij op koppotigen, met 10% tot 50% voor die op demersale soorten en met 43% voor die op kleine pelagische soorten, zodat de totale hoeveelheid van de huidige 440.000 ton per jaar tot 250.000 ton wordt verlaagd.

Dit protocol is gericht op versterking van de economische integratie van de visserijsector via een intensievere ondersteuning door de sector zelf, door met name de investeringen te bevorderen, onder andere door Europese ondernemingen in de Mauritaanse visserijsector.

Op basis van de sectorale visserijstrategie die door de nieuwe, na de democratische verkiezingen van maart 2007 gevormde Mauritaanse regering is vastgesteld, worden de huidige prioriteiten van het Mauritaanse visserijbeleid, van de te realiseren doelstellingen en van de jaarlijkse en de daarmee samenhangende meerjarenprogrammering voortaan in onderling overleg vastgesteld met het oog op een duurzaam en verantwoord beheer van de sector.

De financiële tegenprestatie van het protocol is vastgesteld op 86 miljoen euro voor het eerste jaar, 76 miljoen euro voor het tweede jaar, 73 miljoen euro voor het derde jaar en 70 miljoen euro voor het vierde jaar. Van deze financiële tegenprestatie wordt in het eerste jaar 11 miljoen euro, in het tweede jaar 16 miljoen euro, in het derde jaar 18 miljoen euro en in het vierde jaar 20 miljoen euro uitgetrokken voor de financiële ondersteuning van de tenuitvoerlegging van het nationale visserijbeleid; van die bedragen wordt per jaar 1 miljoen euro uitgetrokken ter ondersteuning van het nationaal park Banc d'Arguin (Parc National du Banc d'Arguin).

In de overeenkomst zijn elf categorieën vangstmogelijkheden vastgesteld. De voorwaarden voor elke vergunningsperiode luiden als volgt:

- schaaldieren met uitzondering van langoesten: maximaal toegestane tonnage 9.570 ton bruto (BT);

- trawlers en vaartuigen voor de visserij met de grondbeug op zwarte heek: maximaal toegestane tonnage 3.240 BT;

- vaartuigen voor de visserij op andere demersale soorten dan zwarte heek, met ander vistuig dan trawlnetten: maximaal toegestane tonnage 1162 BT;

- demersale trawlers – voor de visserij op andere soorten dan zwarte heek, koppotigen en schaaldieren: maximaal toegestane tonnage 375 BT;

- visserij op koppotigen: maximaal toegestane tonnage 13.950 BT voor 32 vergunningen;

- langoesten en krab: maximaal toegestane tonnage 300 BT voor elke categorie;

- vaartuigen voor de tonijnvisserij: maximaal 22 vergunningen voor vaartuigen met de zegen en 22 vergunningen voor de visserij met de hengel en vaartuigen met de beug;

- kleine vriestrawlers voor de pelagische visserij: 17 vergunningen;

- kleine trawlers voor de pelagische visserij (geen vriestrawlers): maximaal toegestane tonnage 15.000 BT.

De rechten van de reders zijn vastgesteld voor elke categorie. Het totaal van de bijdragen van de reders die rechtstreeks aan Mauritanië worden betaald, wordt geraamd op ongeveer 15 000 000 euro per jaar.

De Commissie stelt derhalve voor dat de Raad de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling betreffende de voorlopige toepassing van het protocol bij besluit goedkeurt, in afwachting van de definitieve inwerkingtreding ervan.

Een voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de sluiting van het nieuwe protocol wordt in een afzonderlijke procedure behandeld.