Toelichting bij COM(2007)148 - Voorontwerp van gewijzigde begroting nr. 2 bij de begroting 2007 - Algemene staat van ontvangsten - Staat van ontvangsten en uitgaven per afdeling : afdeling III - Commissie

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Belangrijke juridische mededeling

|
52007DC0148

Voorontwerp van gewijzigde begroting nr. 2 bij de begroting 2007 - Algemene staat van ontvangsten - Staat van ontvangsten en uitgaven per afdeling : afdeling III – Commissie /* COM/2007/0148 def. */


[afbeelding - zie origineel document] COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

Brussel, 28.3.2007

COM(2007) 148 definitief

VOORONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING nr. 2 BIJ DE BEGROTING 2007 ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

STAAT VAN ONTVANGSTEN EN UITGAVEN PER AFDELING Afdeling III – Commissie

(door de Commissie ingediend)

VOORONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING nr. 2 BIJ DE BEGROTING 2007 ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

STAAT VAN ONTVANGSTEN EN UITGAVEN PER AFDELING Afdeling III – Commissie

Gelet op:

- het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 272,

- het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name op artikel 177,

- Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen i, en met name op artikel 37,

dient de Europese Commissie, om de in de toelichting vermelde redenen, bij de begrotingsautoriteit het voorontwerp van gewijzigde begroting nr. 2 bij de begroting 2007 in.

***

INHOUDSOPGAVE

Inleiding

4

2. Beschikbaarstelling uit het EU-Solidariteitsfonds 4

2.1. Hongarije: overstromingen van april 2006 4

2.2. Griekenland: overstromingen van maart 2006 5

Financiering

7

3. Wijziging van de structuur van de begroting 2007 voor onderzoek ingevolge de goedkeuring van het Zevende Kaderprogramma 8

3.1. Splitsing van de onderzoeksprioriteit 'veiligheid en ruimtevaart' in twee afzonderlijke begrotingsonderdelen 8

3.2. Invoering van een nieuw subprogramma in het specifieke programma"Capaciteiten: coherente ontwikkeling van het onderzoeksbeleid" 8

3.3. Reductie van de betalingskredieten 8

OVERZICHTSTABEL PER RUBRIEK VAN HET FINANCIEEL KADER 9

ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN EN STAAT VAN ONTVANGSTEN EN UITGAVEN PER AFDELING

De algemene staat van ontvangsten en de staat van ontvangsten en uitgaven voor afdeling III - Commissie - worden afzonderlijk via het SEI-BUD-systeem toegezonden. Bij wijze van voorbeeld wordt de Engelse versie als budgettaire bijlage bijgevoegd.

1.

Inleiding



Dit voorontwerp van gewijzigde begroting betreft twee elementen:

- de beschikbaarstelling van middelen uit het Solidariteitsfonds van de Europese Unie voor de overstromingen die in maart en april 2006 Hongarije en Griekenland troffen;

- de wijziging van de structuur van de begroting 2007 voor onderzoek ingevolge de goedkeuring van het Zevende Kaderprogramma.

Het effect op de vastleggingskredieten is een stijging met in totaal 24,4 miljoen euro; het algemene niveau van de betalingskredieten blijft ongewijzigd.

BESCHIKBAARSTELLING UIT HET EU-SOLIDARITEITSFONDS

In maart en april 2006 werden grote delen van Midden-, Zuidoost- en Zuid-Europa getroffen door ernstige overstromingen die in een aantal landen zware schade veroorzaakten. Hongarije en Griekenland verzochten in verband met deze overstromingen om financiële bijstand uit het EU-Solidariteitsfonds binnen de termijn van tien weken als vastgesteld in artikel 4 van Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad i.

De Commissie heeft de aanvragen grondig onderzocht in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 2012/2002, en met name met de artikelen 2, 3 en 4 daarvan.

De belangrijkste afwegingen die bij de beoordeling zijn gemaakt, kunnen als volgt worden samengevat:

Hongarije: overstromingen van april 2006

1. De aanvraag werd bij de Commissie ingediend op 9 juni 2006, binnen de termijn van tien weken na de vaststelling van de eerste schade op 3 april 2006. Op verzoek van de diensten van de Commissie hebben de Hongaarse autoriteiten aanvullende informatie verstrekt, die werd ontvangen op 21 september 2006.

2. Er is sprake van een natuurramp. De Hongaarse autoriteiten hebben de totale directe schade geraamd op 519 miljoen euro. Aangezien dit bedrag boven de drempel van 0,6% van het BNI van Hongarije (459 miljoen euro) uitkomt, kan de gebeurtenis worden aangemerkt als 'grote natuurramp' die daarmee onder het voornaamste toepassingsgebied van Verordening (EG) nr. 2012/2002 valt. De totale directe schade dient als basis voor de berekening van het bedrag van de financiële bijstand. De financiële bijstand mag alleen worden gebruikt voor noodacties inzake eerste levensbehoeften zoals gedefinieerd in artikel 3 van de verordening i.

3. Volgens de Hongaarse autoriteiten betrof de ramp meer dan 1,5 miljoen inwoners in 8 van de 20 provincies van het land in het stroomgebied van de Donau en de Theiss. De Hongaarse autoriteiten maakten melding van ernstige schade aan infrastructuur, met name in de water/afvalwatersector (136 miljoen euro), beschermingsinstallaties tegen overstromingen (85 miljoen euro), de transportsector (93 miljoen euro), de landbouw (meer dan 61 miljoen euro), het culturele erfgoed, diverse natuurgebieden.

4. De kosten voor noodacties inzake eerste levensbehoeften, die krachtens artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2012/2002 in aanmerking worden genomen, zijn, opgesplitst volgens het soort actie, door de Hongaarse autoriteiten geraamd op 335 miljoen euro. Vergeleken met eerdere rampen waarvoor het Solidariteitsfonds intervenieerde, lijkt dit bedrag ongewoon hoog te liggen in vergelijking met de totale schade (waarvan het 64,4% uitmaakt) en nog een stuk hoger in vergelijking met de publieke schade (waarvan het 82% bedraagt). Ondanks dit en ondanks een aantal ongerijmdheden in de aanvraag met betrekking tot de aard en de kosten van de subsidiabele maatregelen is het duidelijk dat de werkelijke kosten van de subsidiabele maatregelen in elk geval veel hoger zouden uitvallen dan het mogelijke steunbedrag van het Solidariteitsfonds. In de uitvoeringsovereenkomst zouden de typen maatregelen die effectief uit het fonds zouden worden gefinancierd duidelijk worden omschreven.

5. Hongarije is niet van plan een beroep te doen op financiering uit andere communautaire instrumenten voor maatregelen in verband met de overstromingen.

6. De Hongaarse autoriteiten hebben bevestigd dat de in punt 4 genoemde in aanmerking komende maatregelen niet door verzekeringen worden gedekt.

Om de hierboven vermelde redenen wordt voorgesteld de aanvraag van Hongarije tot erkenning van de overstroming in april-mei 2006 als 'grote ramp' goed te keuren en middelen uit het Solidariteitsfonds vrij te geven.

Griekenland: overstromingen van maart 2006

7. De aanvraag werd bij de Commissie ingediend op 22 mei 2006, binnen de termijn van tien weken na de vaststelling van de eerste schade op 13 maart 2006.Er is sprake van een natuurramp. De Griekse autoriteiten ramen de schade op 402 miljoen euro. Hierin is echter voor een bedrag van 30 miljoen euro indirecte economische schade begrepen ten gevolge van de onderbreking van economische activiteiten; met dit bedrag kan eventueel geen rekening worden gehouden bij de raming van de directe schade van een ramp in het kader van het Solidariteitsfonds. De totale directe schade die in aanmerking kan worden genomen, bedraagt 372 miljoen euro. Er zij op gewezen dat het cijfer voor de geraamde totale schade slechts gedeeltelijk rekening houdt met particuliere schade. Het aandeel van de publieke schade (325 miljoen euro) beslaat daarom bijna 87% van de totale schade. Dit betekent dat de totale schade waarschijnlijk groter is dan het aangegeven bedrag.

8. Het bedrag van de totale directe schade van 372 miljoen euro is lager dan de drempelwaarde waarboven een beroep kan worden gedaan op het Solidariteitsfonds voor grote rampen (0,6% van het BNI van Griekenland, d.w.z. 1 004 miljoen euro). Het Solidariteitsfonds kan dus alleen in uitzonderlijke gevallen worden aangesproken als wordt voldaan aan de voorwaarden van artikel 2, lid 2, laatste alinea, van Verordening (EG) nr. 2012/2002.

9. De Griekse autoriteiten gaven aan dat het grondgebied van 11 gemeenten met een totale bevolking van 137 171 inwoners en in mindere mate de stad Alexandroupoli (43 000 inwoners) rechtstreeks zijn getroffen door de ramp. Het staat vast dat de meerderheid van de bevolking (rond 71%) van dit gebied ernstige gevolgen van de ramp heeft ondergaan. Dit betreft met name de bevolking die in de buurt of aan de oevers van de Evros woont.

10. De kosten voor noodacties inzake eerste levensbehoeften, die krachtens artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2012/2002 in aanmerking worden genomen, worden geraamd op 325 miljoen euro. Deze maatregelen hebben hoofdzakelijk betrekking op noodacties om fundamentele infrastructuur en voorzieningen opnieuw te laten functioneren, naast preventieve infrastructuur (bedijking), tijdelijke huisvesting, reddingsdiensten en de onmiddellijke schoonmaak van de overstroomde gebieden.

11. De grote schade aan netwerken en infrastructuur verlamde de economische activiteit in de regio. Rond 100 miljoen vierkante meter landbouwgrond langs de rivieroevers werd overstroomd en ongeveer 2 000 stuks vee gingen verloren. De overstroming veroorzaakte de totale vernietiging van de landbouwopbrengst en de trage drainage van de overstroomde gebieden verhinderde het planten van nieuwe gewassen. Ten gevolge van het wegvallen van de landbouwopbrengst werd de lokale industrie grotendeels verhinderd enige landbouw-, verwerkende of commerciële activiteit te ontplooien in een streek waar de bevolking voor 90% afhankelijk is van landbouwactiviteiten. In de gemeenten in de nabijheid of aan de oevers van de Evros en zijn bijrivieren werd de bevolking direct getroffen door de overstromingen en de schade die werd aangericht aan de transport- en watervoorzieningsnetwerken. De grote schade aan het irrigatie- en watervoorzieningsnetwerk maakte het noodzakelijk in een aantal gemeenten flessenwater te verdelen; dit was nog steeds het geval op het ogenblik van de indiening van de aanvraag. Ingevolge de reparatie van de watervoorzieningsnetwerken, de identificatie van alternatieve putten die niet zijn aangetast door de verontreiniging van het hydrologische bekken en het zoeken naar nieuwe bronnen zal de hele regio gedurende meer dan een jaar in een kritieke situatie verkeren alvorens de situatie weer normaal wordt. Er is ook op gewezen dat het negatieve effect van de overstromingen (de ergste van de laatste 50 jaar) op de economische activiteit een regio trof die al ernstig te kampen had met de gevolgen van de overstromingen van 2005. Dit cumulatieve effect heeft het herstellingsvermogen van de lokale economie erg getroffen.

12. Griekenland wees erop dat de schade niet uit andere communautaire bronnen zal worden vergoed.

13. Griekenland heeft verklaard dat de in aanmerking komende schade niet wordt gedekt door verzekeringen.

Om de bovengenoemde redenen wordt de overstroming beschouwd als 'buitengewone ramp' in de zin van de verordening waarbij wordt voldaan aan de in artikel 2, lid 2, laatste alinea, van Verordening (EG) nr. 2012/2002 opgenomen voorwaarden voor uitzonderlijke steunverlening uit het Solidariteitsfonds.

Financiering



Het totale jaarlijkse budget van het Solidariteitsfonds bedraagt 1 miljard euro. In 2007 zijn nog geen middelen uitgetrokken voor eerdere steunaanvragen, zodat er nog 1 miljard euro beschikbaar is.

Aangezien solidariteit de belangrijkste rechtvaardiging van de oprichting van het fonds was, is de Commissie van mening dat de steun van het fonds progressief moet zijn. Dit betekent, gelet op de praktijk tot dusverre, dat het deel van de schade dat de drempel overstijgt (0,6% van het BNI of 3 miljard euro in prijzen van 2002, indien dit bedrag lager is) recht geeft op een hogere steunintensiteit dan schade onder de drempel. In het verleden werden de toewijzingen voor grote rampen vastgesteld op 2,5% van de totale directe schade onder de drempel en 6% van de schade boven de drempel. De Commissie stelt voor deze percentages ook in dit geval toe te passen.

De door de Commissie voorgestelde toewijzing uit het fonds is gebaseerd op de gegevens die de aanvragers hebben verstrekt.

De Commissie stelt voor de volgende bedragen ter beschikking te stellen:

IN EURO

Directe schade Bedrag op basis van 2,5% Bedrag op basis van 6% Voorgesteld totaal steunbedrag

Hongarije: Overstromingen april 519 096 11 487 3 576 15 063

Griekenland: Overstromingen maart 372 261 9 306 9 306

Totaal 24 370

Na deze bijstandsverlening blijft ten minste 25% van het EU-Solidariteitsfonds beschikbaar om de behoeften tot het einde van het begrotingsjaar te dekken, zoals voorgeschreven door artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2012/2002.

Rekening houdend met de vaststelling van meer betalingskredieten dan nodig in begrotingsonderdeel 02 04 01 'Onderzoek op het gebied van veiligheid en ruimtevaart', zal er evenwel geen vers geld nodig zijn voor de financiering van de betalingen uit het EU-Solidariteitsfonds aan Hongarije en Griekenland. Een bedrag van 24 miljoen euro zou worden overgeboekt uit begrotingsonderdeel 02 04 01 naar begrotingsonderdeel 13 06 01 om de overeenstemmende behoeften voor de beschikbaarstelling van middelen uit het Solidariteitsfonds van de EU (zie punt 3.3 hieronder) te dekken.

WIJZIGING VAN DE STRUCTUUR VAN DE BEGROTING 2007 VOOR ONDERZOEK INGEVOLGE DE GOEDKEURING VAN HET ZEVENDE KADERPROGRAMMA

De rechtsgrondslag voor het Zevende Kaderprogramma werd eind 2006 goedgekeurd.[4] Er zijn enkele verschillen tussen de begrotingsstructuur in de goedgekeurde rechtsgrondslag en de structuur van de begroting 2007, die was gebaseerd op het gewijzigde voorstel van de Commissie van 24 mei 2006 betreffende het zevende kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007 tot 2013).[5] De voornaamste wijzigingen die nu in de structuur van de begroting 2007 moeten worden ingevoegd, zijn de volgende (zie ook bijlage I):

Splitsing van de onderzoeksprioriteit 'veiligheid en ruimtevaart' in twee afzonderlijke begrotingsonderdelen

Er wordt voorgesteld twee posten in begrotingsonderdeel 02 04 01 'Onderzoek op het gebied van veiligheid en ruimtevaart' te creëren: post 02 04 01 01 'veiligheidsonderzoek' en post 02 04 01 02 'ruimtevaartonderzoek'. De voor deze beide nieuwe posten voorgestelde vastleggingskredieten komen overeen met het gesplitste bedrag dat in de begroting toegekend was aan 'Onderzoek op het gebied van veiligheid en ruimtevaart'. Het bedrag voor elke nieuwe post zal worden berekend op basis van het percentage dat in de rechtsgrondslag van het Zevende Kaderprogramma voor deze beide subprogramma's is uitgetrokken.

Invoering van een nieuw subprogramma in het specifieke programma 'Capaciteiten: coherente ontwikkeling van het onderzoeksbeleid'

Er wordt een nieuw begrotingsonderdeel 08 23 01 'Coherente ontwikkeling van het onderzoeksbeleid' gecreëerd en voorgesteld hiervoor 7,6 miljoen euro aan vastleggingskredieten en 2,7 miljoen euro aan betalingskredieten beschikbaar te stellen. Er is echter geen nieuwe financiering nodig, aangezien de kredieten zullen worden afgetrokken van het begrotingsonderdeel 08 16 01 van het subprogramma 'Wetenschap in de samenleving'. Dit stemt overeen met de aanpak van de wetgevende autoriteit die voor deze activiteit voor de duur van het Zevende Kaderprogramma vergeleken met het gewijzigde voorstel van de Commissie van mei 2006 een reductie van 29 miljoen euro vaststelde.

Reductie van de betalingskredieten

Er wordt een reductie voorgesteld van de geraamde betalingskredieten voor onderdeel 02 04 01 'Onderzoek op het gebied van veiligheid en ruimtevaart', voor een bedrag van 24,4 miljoen euro. Deze betalingskredieten worden toegevoegd aan begrotingsonderdeel 13 06 01 om de behoeften in verband met de beschikbaarstelling van middelen uit het Solidariteitsfonds van de EU te dekken. De behoefte aan betalingskredieten voor 'Onderzoek op het gebied van veiligheid en ruimtevaart' zijn lager dan eerst geraamd, ten gevolge van de late goedkeuring van de rechtsgrondslag van het Zevende Kaderprogramma. Gezien de tijd die nodig is van het ogenblik waarop de oproep tot het indienen van voorstellen wordt gepubliceerd tot het ogenblik van de ondertekening van de contracten, zullen in 2007 lagere bedragen dan geraamd worden betaald, en een deel van de prefinanciering zal naar 2008 worden verschoven.

OVERZICHTSTABEL PER RUBRIEK VAN HET FINANCIEEL KADER

Financieel kader Rubriek/subrubriek Financieel kader Begroting 2007+ GB 1/ VOGB 2/ Begroting 2007+ GB 1 + VOGB

|VKBKVKBKVKBKVKBK 1. DUURZAME GROEI 1a. Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid8 918 000 9 367 547 7 071 164 -24 370 9 367 547 7 046 794 1b. Cohesie ter bevordering van groei en werkgelegenheid45 487 000 45 486 784 37 790 265 45 486 784 37 790 265 Totaal 54 405 000 54 854 332 44 861 430 54 854 332 44 837 060 marge i

|50 667 50 667 2. INSTANDHOUDING EN BEHEER VAN NATUURLIJKE HULPBRONNEN waarvan: marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen45 759 000 42 713 661 42 437 641 42 713 661 42 437 641 Totaal 58 351 000 56 250 230 54 718 545 56 250 230 54 718 545 marge2 100 769 2 100 769 3. BURGERSCHAP, VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHTVAARDIGHEID 3a. Vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid637 000 623 833 473 683 623 833 473 683 3b. Burgerschap 636 000 623 233 703 902 24 370 24 370 647 603 728 272 Totaal 1 273 000 1 247 066 1 177 585 1 271 436 1 201 955 marge i

|25 934 25 934 4. DE EU ALS MONDIALE PARTNER i

|6 578 000 6 812 460 7 352 746 6 812 460 7 352 746 marge 67 67 5. ADMINISTRATIE i

|7 039 000 6 942 364 6 942 264 6 942 364 6 942 264 marge 172 635 172 635 6. COMPENSATIE 445 000 444 646 444 646 444 646 444 646 marge 353 353 TOTAAL 128 091 000 123 790 000 126 551 098 115 497 218 24 370 126 575 468 115 497 218 marge2 350 428 8 368 781 2 350 428 8 368 781