Toelichting bij COM(2001)608 - Standpunt van de EG in de Samenwerkingsraad over twee Gemeenschappelijke Verklaringen betreffende Andorra en San Marino en over wijzigingen op Protocol 4 betreffende de definitie van het begrip 'producten van oorsprong' en methoden van administratieve samenwerking bij de Interimovereenkomst betreffende de handel en aanverwante zaken met Macedonië

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

1. De regels van oorsprong zijn van groot belang voor de correcte werking van de vrijhandelsovereenkomsten tussen de Gemeenschap en haar handelspartners, waaronder de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. De Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, anderzijds, hebben op 9 april 2001 een Stabilisatie- en Associatie-overeenkomst ondertekend. De Interimovereenkomst betreffende de handel en aanverwante zaken tussen de Europese Gemeenschap en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië is op 1 juni 2001 in werking getreden.

Protocol 4 betreffende de definitie van het begrip producten van oorsprong en methoden van administratieve samenwerking werd samen met de Interimovereenkomst goedgekeurd en is met deze op 1 juni 2001 in werking getreden.

2. In het kader van de nieuwe Interimovereenkomst komen producten van oorsprong uit de Republiek San Marino en producten ingedeeld onder de Hoofdstukken 25 tot en met 97 van oorsprong uit het Prinsdom Andorra niet voor een preferentiële behandeling in aanmerking, wanneer deze producten uit deze landen worden uitgevoerd naar de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. San Marino en Andorra hebben een douane-unie met de Europese Gemeenschap voor deze producten en het is gebruikelijk dergelijke gemeenschappelijke verklaringen op te nemen in preferentie-overeenkomsten om ervoor te zorgen dat Protocol 4 van overeenkomstige toepassing is op genoemde producten van oorsprong uit Andorra en San Marino. Op grond van deze verklaringen worden deze producten bij invoer in de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië als producten van oorsprong uit de Gemeenschap beschouwd en de douaneautoriteiten van de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië zullen deze producten dus een preferentiële behandeling geven.

3. Om redenen van duidelijkheid is het wenselijk een aantal materiële fouten te corrigeren alsmede enkele fouten in Protocol 4 die betrekking hebben op onjuiste verwijzingen in enkele artikelen naar andere artikelen. Deze correcties beogen een meer gemakkelijke en eenvormige toepassing van de bepalingen van Protocol 4.

4. De Commissie verzoekt de Raad derhalve een gemeenschappelijk standpunt vast te stellen dat kan worden voorgelegd aan de Samenwerkingsraad EG - Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië.