Toelichting bij COM(2010)565 - Sluiting van een protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden bij de visserijovereenkomst met de Comoren

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Op basis van het mandaat van de Raad1, heeft de Europese Commissie met de Unie van de Comoren onderhandeld met het oog op de verlenging van het protocol bij de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Unie van de Comoren van 6 oktober 2006. Na afloop van de onderhandelingen is op 21 mei 2010 een nieuw protocol geparafeerd, dat op 16 september 2010 bij briefwisseling is gewijzigd. Dit protocol geldt voor een periode van 3 jaar vanaf de goedkeuring van het besluit van de Raad betreffende de ondertekening en de voorlopige toepassing van dat protocol, en na afloop van het geldende protocol op 31 december 2010.

De onderhavige procedure loopt parallel aan de procedures ten aanzien van het besluit van de Raad betreffende de ondertekening namens de Europese Unie en de voorlopige toepassing van het protocol zelf, alsmede de verordening van de Raad betreffende de verdeling van de vangstmogelijkheden over de lidstaten van de EU.

Bij het bepalen van haar onderhandelingspositie heeft de Commissie zich onder meer gebaseerd op de resultaten van een evaluatie achteraf door externe deskundigen.

Het voornaamste doel van het protocol is om de aan de vaartuigen van de Europese Unie geboden vangstmogelijkheden vast te stellen op basis van het beschikbare overschot, alsmede de financiële tegenprestatie voor, afzonderlijk, de toegangsrechten en de ondersteuning van de sector.

Het doel is de samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Unie van de Comoren voort te zetten en daartoe, in het belang van beide partijen, een partnerschapskader in te stellen voor de ontwikkeling van een duurzaam visserijbeleid en de verantwoorde exploitatie van de visbestanden in de Comorese visserijzone.

Beide partijen hebben het nieuwe protocol nodig geacht om het partnerschap en de samenwerking in de visserijsector te versterken met gebruikmaking van alle beschikbare financieringsinstrumenten. Hiertoe wordt eraan herinnerd dat een situatie moet worden geschapen die gunstig is voor de ontwikkeling van de investeringen in deze sector en voor het beter benutten van de productie van de kleinschalige visserij.

De in het protocol genoemde financiële tegenprestatie van in totaal 1 845 750 euro over de hele periode is gebaseerd op: a) een referentiehoeveelheid per jaar die is vastgesteld op 4 850 ton voor 70 vaartuigen, hetgeen overeenkomt met 315 250 euro per jaar, en b) een ondersteuning van de ontwikkeling van het sectorale visserijbeleid van de Unie van de Comoren ter waarde van 300 000 euro per jaar. Deze steun beantwoordt aan de doelstellingen van het nationale visserijbeleid.

Wat de vangstmogelijkheden betreft, is overeengekomen dat 45 vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen en 25 vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug een vismachtiging zullen krijgen. Niettemin kunnen deze vangstmogelijkheden naar boven of naar beneden worden bijgesteld naar aanleiding van de jaarlijkse evaluatie van de toestand van de visbestanden, hetgeen tot een overeenkomstige herziening van de financiële tegenprestatie leidt.

De Commissie stelt op grond hiervan voor dat de Raad, met instemming van het Parlement, bij besluit dit nieuwe protocol goedkeurt.