Toelichting bij COM(2010)568 - Globaliseringsfonds aanvraag EGF/2010/018 DE/ Heidelberger Druckmaschinen, Duitsland

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Krachtens punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer[1] mag uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) een jaarlijks maximumbedrag van 500 miljoen euro boven het maximum van de betrokken rubrieken van het financieel kader beschikbaar worden gesteld.

De regels die van toepassing zijn op de bijdragen uit het EFG zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 1927/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering[2].

Op 27 mei 2010 heeft Duitsland aanvraag EGF/2010/018 DE/Heidelberger Druckmaschinen ingediend voor een financiële bijdrage uit het EFG ingevolge ontslagen bij Heidelberger Druckmaschinen AG in Duitsland.

Na de aanvraag grondig te hebben onderzocht, heeft de Commissie overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1927/2006 geconcludeerd dat aan de voorwaarden voor een financiële bijdrage op grond van deze verordening wordt voldaan.

1.

Samenvatting van de aanvraag en analyse



Belangrijkste gegevens:

EGF-referentienummer EGF/2010/

Lidstaat Duitsland

Artikel onder a)

Primaire onderneming Heidelberger Druckmaschinen AG

Leveranciers en downstreamproducenten

Referentieperiode 26.1.2010 – 26.5.

Startdatum voor de individuele dienstverlening 1.1.

Datum van de aanvraag 27.5.

Ontslagen tijdens de referentieperiode 1

Ontslagen voor of na de referentieperiode

Totaal aantal ontslagen 1

Ontslagen werknemers voor wie steun wordt aangevraagd 1

Uitgaven voor individuele dienstverlening in euro's 12 202

Uitgaven voor de implementatie van het EFG[3] in euro's 580

% van de uitgaven voor de implementatie van het EFG 4,

Totaal budget in euro's 12 782

EFG-bijdrage in euro's (65%) 8 308

1. De aanvraag werd op 27 mei 2010 bij de Commissie ingediend; aan de aanvraag werd aanvullende informatie tot en met 1 juli 2010 toegevoegd.

2. De aanvraag voldoet aan de voorwaarden voor steunverlening uit het EFG van artikel 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 1927/2006, en werd ingediend binnen de in artikel 5 van die verordening genoemde termijn van tien weken.

Verband tussen de ontslagen en de grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen ingevolge de globalisering of de financiële en economische wereldcrisis



3. Als bewijs van het verband tussen de ontslagen en de financiële en economische wereldcrisis voerde Duitsland aan dat de vervaardiging van drukmachines de algemene trend in de machinebouw heeft gevolgd, waar zich in 2009 als gevolg van de crisis een daling van het aantal orders heeft voorgedaan. In Duitsland lagen de orders voor drukmachines in april 2009 52,6% onder het niveau van april 2008. Een vergelijkbare daling werd voor de EU-27 geconstateerd. In het vierde kwartaal van 2008 lagen de orders voor drukmachines 54% onder het niveau van het vierde kwartaal van 2007. De totale verkoop van Heidelberger Druckmaschinen AG nam in het tweede kwartaal van 2009 met 22% af ten opzichte van dezelfde periode in 2008 en met 33% ten opzichte van dezelfde periode in 2007.

4. Voorts stellen de Duitse autoriteiten dat de uitgaven voor drukwerk, d.w.z. het eindproduct van de drukapparatuur, en met name de uitgaven voor reclamedrukwerk als gevolg van de financiële en economische crisis wereldwijd aanzienlijk zijn afgenomen. In de aanvraag worden gegevens van Nielsen Media Research GmbH aangehaald, waaruit een daling van uitgaven blijkt: in de eerste helft van 2009 zijn de uitgaven voor reclame in Europa met meer dan 9% afgenomen in vergelijking met dezelfde periode van 2008. Voor de drukkerijsector had deze afname tot gevolg dat de capaciteit in geringere mate benut werd en dat de machines langer stilstonden. De drukkerijsector reageerde hierop met ingrijpende bezuinigingen op de kapitaaluitgaven, waarvan de producenten van drukapparatuur weer de gevolgen hebben ondervonden.

Bewijsstukken voor het aantal ontslagen en voldoening aan de criteria van artikel 2, onder a)



5. De aanvraag werd door Duitsland ingediend in het kader van het criterium voor steunverlening van artikel 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 1927/2006, op grond waarvan ten minste 500 gedwongen ontslagen moeten plaatsvinden binnen een periode van 4 maanden in een onderneming in een lidstaat, met inbegrip van de ontslagen bij leveranciers en downstreamproducenten.

6. In de aanvraag wordt melding gemaakt van 1 212 ontslagen bij één enkele onderneming – Heidelberger Druckmaschinen AG – tijdens de referentieperiode (van 26 januari 2010 tot en met 26 mei 2010). Al deze ontslagen werden in overeenstemming met artikel 2, tweede alinea, tweede streepje, van Verordening (EG) nr. 1927/2006 berekend.

Het onvoorziene karakter van deze ontslagen



7. De Duitse autoriteiten betogen dat Heidelberger Druckmaschinen AG in het verleden weliswaar ook het hoofd heeft moeten bieden aan een verminderde afzet als gevolg van conjunctuurschommelingen, maar dat de huidige inzinking van de vraag vanwege de financiële en economische crisis ongekend is en niet had kunnen worden voorzien. In juli 2008 heeft het bedrijf een aanpassingsprogramma ingevoerd dat voorzag in een kostenvermindering van 100 miljoen euro per jaar om de neergang van de economische activiteiten te ondervangen. Na de instorting van Lehmann Brothers in de VS en de verergering van de financiële crisis heeft Heidelberger Druckmaschinen AG nog meer kostenbesparende maatregelen ten bedrage van 200 miljoen euro per jaar genomen. Dit alles was echter niet voldoende om te voorkomen dat besloten werd tot de afvloeiing van een groot aantal werknemers met het oog op de aanpassing aan de onvoorziene daling van de vraag als gevolg van de financiële en economische crisis.

De bedrijven waar de ontslagen vallen, en de werknemers voor wie steun wordt aangevraagd



8. De aanvraag maakt melding van 1 263 gedwongen ontslagen in één enkel bedrijf, namelijk Heidelberger Druckmaschinen AG. Van deze ontslagen vonden er 1 212 plaats gedurende de referentieperiode en 51 daarvoor. Voor 1 181 van deze afgevloeide werknemers wordt steun aangevraagd.

9. Uitsplitsing van de werknemers voor wie steun wordt aangevraagd:

Categorie Aantal Percentage

Mannen 1 86,

Vrouwen 13,

EU-burgers 1 97,

Niet-EU-burgers 2,

15-24 jaar 15,

25-54 jaar 81.

55-64 jaar 2,

39 werknemers (3,3%) van de bovengenoemde categorieën hebben een langdurig gezondheidsprobleem of handicap.

10. Uitsplitsing per beroepscategorie:

Categorie Aantal Percentage

Beleidvoerende en hogere leidinggevende functies 0,

Specialisten 4,

Technici en lagere functies 11,

Administratieve functies 14,

Ambachtsberoepen en verwante beroepen 4,

Bedieningspersoneel van installaties en machines en assembleurs 64,

Lagere beroepen 0,

11. Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. 1927/2006 heeft Duitsland verklaard dat in de verschillende stadia van de tenuitvoerlegging van het EFG, en met name bij de toegang ertoe, een beleid inzake gelijkheid van mannen en vrouwen en non-discriminatie is toegepast en ook verder zal worden toegepast.

Beschrijving van het betrokken gebied, de autoriteiten ervan en andere belanghebbenden



12. Het in de eerste plaats door de ontslagen getroffen gebied is de deelstaat Baden-Württemberg, met name de steden Heidelberg en Wiesloch in het bestuurlijk district Karlsruhe, alsook de steden Ludwigsburg en Amstetten. Een geringer aantal ontslagen is gevallen bij andere productielocaties in Brandenburg en Noordrijn-Westfalen.

13. De verantwoordelijke autoriteiten zijn de arbeidsbureaus in Heidelberg, Mannheim, Karlsruhe, Amstetten, Ludwigsburg, Brandenburg en Mönchengladbach, het centrale bureau van de federale dienst voor de arbeidsvoorziening, de regionale directie van de federale dienst voor de arbeidsvoorziening in Baden-Württemberg, Noordrijn-Westfalen en Berlijn-Brandenburg, het ministerie van Arbeid en Sociale Zaken, Gezin en Bejaarden van de deelstaat Baden-Württemberg, het ministerie van Arbeid, Gezondheid en Sociale Zaken van de deelstaat Noordrijn-Westfalen en het ministerie van Arbeid, Sociale Zaken, Vrouwen en Gezin van de deelstaat Brandenburg. Andere belanghebbende partijen zijn onder meer IG Metall Heidelberg, Heidelberger Druckmaschinen AG en de re-integratiebedrijven Weitblick en DEKRA.

Verwachte gevolgen van de ontslagen voor de plaatselijke, regionale of nationale werkgelegenheid



14. Volgens de Duitse autoriteiten zijn de gedwongen ontslagen bij Heidelberger Druckmaschinen AG gespreid over vier productielocaties in Baden-Württemberg (Wiesloch, Heidelberg, Amstetten en Ludwigsburg), één productielocatie in Brandenburg in de deelstaat Brandenburg en één productielocatie in Mönchengladbach in de deelstaat Noordrijn-Westfalen. 870 ontslagen (d.w.z. 70% van het totale aantal ontslagen bij Heidelberger Druckmaschinen AG) vonden plaats in productielocaties die onder het regionaal kantoor Heidelberg vielen. Deze 870 ontslagen betekenen een afname met 7% van alle werknemers die in het gebied rondom Heidelberg betrokken zijn bij de productie van drukapparatuur en socialezekerheidsbijdragen betalen.

15. Op grond van hun woonplaats vallen 58% van de ontslagen werknemers onder de bevoegdheid van het arbeidsbureau van Heidelberg, 10% onder die van de arbeidsbureaus van Mannheim en Karlsruhe en de overige onder die van ongeveer 20 andere regionale arbeidsbureaus. De Duitse autoriteiten voeren aan dat de stijging van het werkloosheidscijfer voor de ernstigst getroffen regio's, namelijk Heidelberg, Mannheim en Karlsruhe, tussen december 2008 en maart 2010 respectievelijk 12,4%, 12,3% en 15,6% bedroeg; dit is aanzienlijk meer dan de stijging met 3,7% gedurende dezelfde periode voor Duitsland als geheel. Daarom lijken de ontslagen een significante invloed te hebben op de regionale werkgelegenheid.

Gecoördineerd pakket van individuele dienstverlening waarvoor financiering wordt aangevraagd, gespecificeerde kostenraming en complementariteit met door de structuurfondsen gefinancierde acties



16. De volgende soorten maatregelen worden voorgesteld; samen vormen deze een gecoördineerd pakket van individuele dienstverlening met het oog op de re-integratie van de werknemers in het arbeidsproces.

17. Sollicitatietoelage: uitkering voor korte duur : deze maatregel is bedoeld om het levensonderhoud veilig te stellen van werknemers die ervoor kiezen van de diensten van het re-integratiebedrijf ("Transfergesellschaft")[4] gebruik te maken. In het geval van de EFG-aanvraag kan de uitkering voor korte duur slechts worden toegekend voor perioden waarin de ontslagen werknemers deelnemen aan actieve arbeidsmarktbeleidsmaatregelen die in het kader van het re-integratiebedrijf uitgevoerd worden, waaronder maatregelen die op eigen initiatief door de werknemers worden genomen[5].

18. Opleidingscursussen die worden afgesloten met kwalificaties : deze maatregel is in eerste instantie bedoeld voor de categorie industriële werknemers die het ernstigst getroffen is door de afvloeiingen. Aangezien het merendeel van deze werknemers reeds over een goed kwalificatieniveau beschikt, zijn de nieuwe kwalificaties erop gericht om hun beroepscompetenties te actualiseren en te consolideren en zijn zij gebaseerd op de profilering van en het eerste interview met de werknemers. Deze maatregel omvat individuele en groepskwalificaties op onder meer de volgende gebieden: computerondersteund ontwerpen (CAD), gecomputeriseerde numerieke besturing (CNC), draaien en frezen, elektrotechniek, hydrauliek, pneumatiek, projectbeheer, arbeidsorganisatie, direct marketing en kwaliteitszorg.

19. Kwalificatiemanagement : in het kader van deze maatregel worden individuele concepten voor de re-integratie van de werknemers opgesteld en de in kaart gebrachte kwalificatiebehoeften van de betrokkenen vastgesteld. De kwalificatiemanager heeft tot taak om de tijdens het counselingproces vastgestelde behoefte aan verdere kwalificaties af te stemmen op de in de regio beschikbare scholingsmogelijkheden.

20. Workshops/peer groups : naast activiteiten voor de meer traditionele doelgroepen van werknemers van boven de 40 en 50 jaar of werknemers met een migrantenachtergrond, worden er ook activiteiten aangeboden aan werknemers die nog maar korte tijd als leerling in dienst zijn bij het bedrijf. Afgezien van wat zij in het kader van hun stage hebben geleerd, hebben zij nog maar weinig werkervaring opgedaan. Door middel van een intensieve uitwisseling van ervaringen binnen 'peer groups' ontvangen deze werknemers praktische adviezen voor hun werkzame leven en krijgen zij mogelijkheden aangereikt voor de verdere ontwikkeling van hun beroepsperspectieven.

21. Internationale oriëntatie : deze maatregel heeft tot doel om belangstellende werknemers voor te bereiden op een sollicitatie in het buitenland en omvat o.a. talencursussen, banenbeurzen, interculturele training en de vertaling van de nodige documenten voor een sollicitatie. Bijzondere aandacht gaat uit naar de mogelijkheid om voor in Mönchengladbach ontslagen werknemers technische functies te vinden op de nabijgelegen arbeidsmarkt in de zuidwestelijke regio's van Nederland.

22. Intensieve begeleiding bij het opstarten van bedrijven : deze maatregel behelst de planning, uitvoering en financiering van het opstarten van een bedrijf, en gespecialiseerde advisering in verband met juridische kwesties, belastingen, marketing, aankoopbeleid, bedrijfsadministratie en bankieren.

23. Bemiddelingsonderzoek : arbeidsbemiddelaars werken samen met potentiële werkgevers en stellen op basis van specifieke vacatures vast wie de meest geschikte kandidaten zijn en welke verdere beroepsspecifieke opleidingsbehoeften er bestaan. Tot deze maatregel behoort ook het bijhouden van databanken van werkgevers, die ter beschikking staan van ontslagen werknemers om op eigen initiatief sollicitaties in te dienen.

24. Mobiliteitstoelage : hierbij gaat het om een toelage om de ontslagen werknemers aan te moedigen werk aan te nemen dat een verandering van woonplaats met zich meebrengt. De toelage wordt ook uitbetaald wanneer de begunstigde besluit nieuw werk in een ander Europees land te aanvaarden.

25. Begeleiding en ondersteuning in een nieuwe baan en bij werkloosheid : deze maatregel voorziet in coaching door het re-integratiebedrijf tijdens de fase waarin de werknemers zich aan een nieuwe baan moeten aanpassen. Ook dient deze maatregel tot ondersteuning van arbeidskrachten die bij de beëindiging van hun re-integratieperiode geen nieuw werk hebben gevonden. Om te voorkomen dat de continuïteit van de bemiddelingsactiviteiten verloren gaat, behouden zij gedurende een periode van maximaal zes maanden na het staken van de activiteiten van het re-integratiebedrijf dezelfde mentoren die hen bij de re-integratie hebben begeleid.

26. De in de aanvraag vermelde uitgaven voor de implementatie van het EFG overeenkomstig artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1927/2006 dekken activiteiten op het vlak van beheer en controle, alsook voorlichting en publiciteit.

27. De door de Duitse autoriteiten voorgestelde individuele dienstverlening omvat actieve arbeidsmarktmaatregelen die op grond van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1927/2006 voor financiering in aanmerking komen. De Duitse autoriteiten ramen de totale kosten van deze dienstverlening op 12 202 392 euro en de uitgaven voor de implementatie van het EFG op 580 000 euro (= 4,5% van het totale bedrag). Van het EFG wordt in totaal een bijdrage van 8 308 555 euro (65% van de totale kosten) gevraagd.

Maatregelen Geschat aantal werknemers voor wie steun wordt aangevraagd Geraamde kosten per betrokken werknemer (in euro's) Totale kosten (EFG en nationale medefinanciering) (in euro's)

Individuele dienstverlening (artikel 3, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 1927/2006 )

Sollicitatietoelage: uitkering voor korte duur (Beihilfen für die Arbeitssuche: Transferkurzarbeitergeld) 1 6 7 938

Opleidingscursussen die worden afgesloten met kwalificaties (Qualifizierungen) 3 2 036

Management van cursussen die worden afgesloten met kwalificaties (Qualifizierungmanagement) 138

Workshops/peer groups 181

Internationale oriëntatie (Internationale Beratung) 86

Intensieve begeleiding bij het opstarten van bedrijven (Vertiefte Existenzgründerberatung) 1 180

Bemiddelingsonderzoek (Stellenresearch) 433

Mobiliteitstoelagen (Mobilitätshilfen) 3 211

Begeleiding en ondersteuning in een nieuwe baan en bij werkloosheid (Beratung und Betreuung bei Arbeitsaufnahme und Arbeitslosigkeit) 1 993

Subtotaal individuele dienstverlening 12 202

Uitgaven voor de implementatie van het EFG (artikel 3, derde alinea, van Verordening (EG) nr. 1927/2006)

Subtotaal uitgaven voor de implementatie van het EFG 580

Totale geraamde kosten 12 782

EFG-bijdrage (65% van de totale kosten) 8 308

28. Duitsland bevestigt dat de hierboven beschreven maatregelen complementair zijn met de maatregelen die door de structuurfondsen worden gefinancierd, met name met door het ESF gecertificeerde opleidingscursussen ten behoeve van de verwerving van kwalificaties die in het kader van het federale programma ESF-BA worden aangeboden. De Duitse autoriteiten hebben de nodige regelingen getroffen om elk risico van dubbele financiering uit te sluiten.

Datum/data waarop met individuele dienstverlening aan de getroffen werknemers is begonnen of waarop gepland is daarmee te beginnen



29. Op 1 januari 2010 heeft Duitsland ten behoeve van de getroffen werknemers een begin gemaakt met de individuele dienstverlening van het gecoördineerde pakket, waarvoor een financiële bijdrage van het EFG wordt aangevraagd. Deze datum geldt daarom als het begin van de periode waarin uitgaven voor een eventuele ondersteuning uit het EFG in aanmerking komen.

Wijze waarop de sociale partners zijn geraadpleegd



30. Het Duitse ministerie van Arbeid en Sociale Zaken heeft verscheidene malen overleg gevoerd met de bij de onderneming Heidelberger Druckmaschinen AG betrokken partijen om de mogelijkheden tot EFG-steun te verkennen en overeenstemming te bereiken over de voornaamste aspecten van deze steun. Vertegenwoordigers van de dienst voor de arbeidsvoorziening, IG Metall en de deelstaatministeries van Arbeid namen eveneens deel aan dit overleg.

31. De Duitse autoriteiten hebben bevestigd dat aan de voorschriften van de nationale en EU-wetgeving betreffende collectieve ontslagen is voldaan.

Informatie over acties die volgens de nationale wet of collectieve overeenkomsten verplicht zijn



32. In verband met de criteria van artikel 6 van Verordening (EG) nr. 1927/2006 hebben de Duitse autoriteiten in de aanvraag:

33. bevestigd dat de financiële bijdrage van het EFG niet in de plaats komt van maatregelen die krachtens de nationale wetgeving of collectieve arbeidsovereenkomsten onder de verantwoordelijkheid van ondernemingen vallen;

34. aangetoond dat de maatregelen ten doel hebben steun te verlenen aan individuele werknemers en niet worden gebruikt om ondernemingen of sectoren te herstructureren;

35. bevestigd dat voor de hierboven vermelde subsidiabele maatregelen geen steun uit andere EU-financieringsinstrumenten wordt ontvangen.

Beheers- en controlesystemen



36. Duitsland heeft de Commissie meegedeeld dat de financiële bijdragen door dezelfde instanties worden beheerd en gecontroleerd die de financiering van het Europees Sociaal Fonds (ESF) in Duitsland beheren en controleren. Binnen het Duitse ministerie van Arbeid en Sociale Zaken ("Bundesministerium für Arbeit and Soziales") zal de "Gruppe Europaïsche Fonds für Beschäftigung – Referat EF 3" fungeren als beheersautoriteit en de 'Organisationseinheit Prüfbehörde' als controleautoriteit.

Financiering



37. Op grond van de aanvraag van Duitsland bedraagt de voorgestelde bijdrage uit het EFG aan het gecoördineerd pakket van individuele dienstverlening 8 308 555 euro (65% van de totale kosten). De Commissie heeft haar voorstel voor een bijdrage uit het fonds gebaseerd op de informatie van Duitsland.

38. Gezien het beschikbare maximumbedrag aan bijdragen uit het EFG ingevolge artikel 10, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1927/2006, alsook de mogelijkheden tot herschikking van de kredieten, stelt de Commissie voor om uit het EFG het hierboven vermelde totale bedrag beschikbaar te stellen, dat zal worden toegewezen onder rubriek 1a van de financiële vooruitzichten.

39. Het voorgestelde bedrag van de financiële bijdrage laat meer dan 25% van het jaarlijkse maximumbedrag van het EFG beschikbaar voor toewijzingen tijdens de laatste vier maanden van het jaar, zoals voorgeschreven bij artikel 12, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1927/2006.

40. Met haar voorstel om middelen uit het EFG beschikbaar te stellen, leidt de Commissie de vereenvoudigde trialoogprocedure in, zoals voorgeschreven in punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006, om van de twee takken van de begrotingsautoriteit de instemming te verkrijgen betreffende de noodzaak van het fonds gebruik te maken en betreffende het vereiste bedrag. De Commissie verzoekt de eerste tak van de begrotingsautoriteit die op het passende politieke niveau overeenstemming bereikt over het ontwerpvoorstel voor een beschikbaarstelling uit het fonds de andere tak en de Commissie van zijn voornemens op de hoogte te brengen. Indien één van de twee takken van de begrotingsautoriteit het niet met het voorstel eens is, wordt een formele trialoogvergadering bijeengeroepen.

41. De Commissie presenteert afzonderlijk een voorstel tot overschrijving om in de begroting voor 2010 specifieke vastleggings- en betalingskredieten op te nemen, zoals voorgeschreven in punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006.

Bron van betalingskredieten



42. Gezien de huidige stand van de implementatie is te verwachten dat de betalingskredieten die in 2010 beschikbaar zijn in begrotingsonderdeel 01.0404 "Kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie – Programma voor ondernemerschap en innovatie" dit jaar niet volledig zullen worden opgebruikt.

43. Dit begrotingsonderdeel omvat namelijk de uitgaven voor de implementatie van het financiële instrument van dit programma, dat als hoofddoel heeft de toegang van het mkb tot financiële middelen te vergemakkelijken. Er verloopt enige tijd tussen de overschrijvingen naar de trustrekeningen die door het Europees Investeringsfonds worden beheerd en de uitbetalingen aan de begunstigden. De financiële crisis heeft ingrijpende gevolgen voor de voor 2010 geraamde uitbetalingen. Om het aanhouden van te grote saldi op de trustrekeningen te vermijden, is de methode voor het berekenen van de betalingskredieten dan ook herzien, rekening houdend met de verwachte uitbetalingen. Bijgevolg kan een bedrag van 8 308 555 euro voor overschrijving beschikbaar worden gesteld.