Toelichting bij COM(2000)685 - Monitoring of Article 95 ECSC Steel Aid Cases, Fourteenth Report, October 2000 - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2000)685 - Monitoring of Article 95 ECSC Steel Aid Cases, Fourteenth Report, October 2000. |
---|---|
bron | COM(2000)685 |
datum | 31-10-2000 |
|
52000DC0685
VERSLAG VAN DE COMMISSIE Toezicht inzake gevallen van steunverlening aan de ijzer- en staalindustrie ex artikel 95 van het EGKS-Verdrag - Veertiende Verslag, oktober 2000
INHOUDSOPGAVE
Samenvatting
Overzicht
Irish Steel, Ierland
Siderurgia Nacional, Portugal
Eko Stahl, Duitsland
Voest Alpine Erzberg, Oostenrijk
Samenvatting
De Commissie publiceert haar Veertiende Toezichtverslag inzake gevallen van steunverlening aan de ijzer- en staalindustrie ex artikel 95 van het EGKS-Verdrag overeenkomstig haar beschikkingen van 4 april 1994 i, 21 december 1994 i en 29 november 1995 i.
Overeenkomstig voornoemde beschikkingen zal dit Veertiende Toezichtverslag over de volgende ondernemingen gaan: Irish Steel, Siderurgia Nacional, EKO-Stahl en Voest Alpine Erzberg. Aangezien al voldaan werd aan de meeste voorwaarden die de Commissie in haar beschikkingen had verbonden aan de goedkeuring van de steun, worden in dit verslag enkel die voorwaarden behandeld op de naleving waarvan de Commissie toezicht houdt.
1. Irish Steel, Ierland
Tot 30 juni 2000 liggen de investeringen in Irish Ispat in de lijn van hetgeen gepland was. Uit de verslaglegging blijkt dat de productie en afzet gedurende het boekjaar 1999/2000 (juli 1999 - juni 2000) binnen de gestelde maxima liggen.
2. Siderurgia Nacional, Portugal
Het toezicht is toegespitst op de tenuitvoerlegging van het plan voor de installatie van de elektrische vlamboogoven die volgens een aangepast plan in het tweede halfjaar van 2001 in bedrijf moet worden genomen. De sluiting van SN Serviços is gepland voor het eerste kwartaal van 2001. Wetgevende maatregelen die nodig zijn voor de personeelsinkrimping bij SN Serviços werden nog niet genomen. Om toezicht te houden op de voltooiing van de herstructurering waarvoor steun werd verleend, is de Commissie voornemens haar toezicht voort te zetten tot 15 maart 2002.
3. Eko-Stahl, Duitsland
De enige voorwaarden op de naleving waarvan de Commissie nog toezicht houdt, is het respecteren van de beperking van de jaarcapaciteit (900 kt/jaar tot eind januari 2000 en 1,5 miljoen ton/jaar vanaf februari 2000) van de nieuwe warmwalserij en het feit dat de productie ervan uitsluitend wordt gebruikt voor verdere verwerking binnen de onderneming. De capaciteitsbeperking wordt gecontroleerd door een elektrisch apparaat, waarvan de goede werking door de Commissie in het oog wordt gehouden. In de toezichtsperiode werd de capaciteitsbeperking nageleefd.
4. Voest Alpine Erzberg, Oostenrijk
De prijs voor ijzererts was in overeenstemming met de marktprijzen en hoger dan de prijs van ingevoerd ijzererts in de verslagperiode.
Krachtens de beschikking mocht in 2000 voor 52 miljoen ATS steun worden verleend. In het eerste halfjaar van 2000 werd 20 miljoen ATS uitgekeerd.
5. Niet-afgehandelde kwesties bij ondernemingen die eerder onder toezicht stonden
ILP
De investeringen in het eerste halfjaar van 2000 hadden geen wijziging van de totale productiecapaciteit van de onderneming tot gevolg.
In het geschil tussen Riva en IRI over de prijs die voor ILP betaald werd, heeft het bevoegde ICC-arbitragehof in Parijs besloten dat Riva aan IRI een aanvullend bedrag van 188,5 miljard ITL moet betalen. Dit bedrag komt bovenop het al betaalde bedrag, waarvan sprake in het Tiende Toezichtverslag (tabel, blz. 25).
ACERALIA
In het eerste halfjaar van 1999 vond geen wijziging plaats van de totale productiecapaciteit van de onderneming.
AHV-Ensidesa Capital
De sociale steun die de onderneming in het eerste halfjaar van 2000 werd uitgekeerd, lag in de lijn van de goedgekeurde steun.
Acenor
De sociale steun die de onderneming in het eerste halfjaar van 2000 werd uitgekeerd, lag in de lijn van de goedgekeurde steun.
Freital
In het eerste halfjaar van 2000 is de overblijvende capaciteit niet toegenomen.
Overzicht
Siderurgia Nacional, EKO Stahl, SEW Freital, Voest Alpine Erzberg
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
Irish Steel, Ierland
I.
Inleiding
De Commissie besloot op 7 februari 1996 (Beschikking nr. 96/315/EGKS van de Commissie) i goedkeuring te verlenen aan steun ex artikel 95 van het EGKS-Verdrag in verband met de verkoop van Irish Steel Ltd (ISL) aan Ispat International voor een bedrag van ten hoogste 38,298 miljoen IEP i, met verschillende doeleinden die gericht zijn op de herstructurering van Irish Steel (voor bijzonderheden, zie de vorige toezichtverslagen).
Krachtens de beschikking was de steun onder verschillende voorwaarden goedgekeurd (voor bijzonderheden, zie de vorige toezichtverslagen).
Op dit moment hoeft nog slechts toezicht te worden gehouden op de naleving van de productie- en verkoopbeperkingen tot 30 juni 2001 en de bevriezing van de productiecapaciteit gedurende vijf jaar tot eind mei 2001.
Het negende toezichtverslag betreffende Irish Steel Ltd (thans Irish Ispat Ltd) bestrijkt de periode tot 30 juni 2000, op basis van de door de Ierse autoriteiten op 14 september 2000 verstrekte inlichtingen overeenkomstig de beschikking van de Commissie.
II. Productie
De reële productie van eindproducten in het eerste halfjaar van 2000 bedroeg 188 291 ton. In de periode juli 1999 - juni 2000 bedroeg de productie in totaal 333 350 ton. i De productiebeperking van 361 000 ton die in de beschikking voor de periode juli 1999 - juni 2000 werd opgelegd, is nageleefd. In de volgende tabel wordt deze situatie samengevat:
(x 1 000 ton)
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
De afmetingen van de geproduceerde balken behoren tot het normale gamma dat in november 1995 aan de Commissie werd meegedeeld.
De totale productie van knuppels bedroeg in het eerste halfjaar 2000 197 959 ton. De productie van knuppels voor afzet buiten de onderneming bedroeg in de toezichtperiode 777 ton (in de beschikking van de Commissie is voor 1999/2000 een maximum van 90 000 ton vastgesteld.
III. Afzet
In de toezichtperiode werd in totaal 194 206 ton eindproducten verkocht, ten opzichte van een totale afzet van 167 772 ton in de overeenkomstige, voorgaande periode.
De uitsplitsing van de afzet per markt in het eerste halfjaar van 2000 toont aan dat ongeveer 91% van de verkoop of 176 480 ton werd afgezet op Europese markten in de zin van de beschikking (d.w.z. de Gemeenschap, inclusief binnenlandse markt in Ierland, plus Zwitserland en Noorwegen). In het tweede halfjaar van 1999 beliep deze afzet in totaal 131 135 ton, terwijl de afzet voor periode juli 1999 - juni 2000 in totaal 307 615 ton bedroeg. De beperking inzake de afzet in Europa welke voor deze periode werden opgelegd in de beschikking van de Commissie (320 000 ton), werd nageleefd.
De Ierse autoriteiten hebben ook prijsinformatie verstrekt. De Commissie heeft deze informatie onderzocht en is tot de conclusie gekomen dat de prijzen binnen de normale marges vallen.
De ISL-productie voor afzet op de communautaire markten van de grootste (imperiale) U-, (metrische) HE- en IPE-balken beliep tijdens het eerste halfjaar van 2000 20 025 ton. De totale productie voor verkoop van deze producten in de Europese Gemeenschap plus Zwitserland en Noorwegen bedroeg in de periode juli 1999 - juni 2000 34 757 ton en bleef daarmee net onder het in de beschikking van de Commissie vastgestelde jaarlijkse plafond van 35 000 ton.
Siderurgia Nacional, Portugal
I.
Inleiding
Op 12 april 1994 i hechtte de Commissie, op grond van artikel 95 van het EGKS-Verdrag, haar goedkeuring aan 60,12 miljard PTE i steun ten behoeve van de Portugese openbare staalonderneming Siderurgia Nacional (voor bijzonderheden, zie de vorige toezichtverslagen)
Deze steun werd uitbetaald in 1994 en 1995.
In september 1994 gaf de Commissie ingevolge de Vijfde Staalsteuncode goedkeuring aan i:
- 4 925 miljard PTE sociale steun;
- 1 000 miljard PTE milieusteun.
Eind juni 1999 was voor 2 409,56 miljard PTE sociale steun uitgekeerd. De resterende sociale en milieusteun kunnen nog worden uitgekeerd.
Aan de goedkeuring zijn verschillende voorwaarden gehecht. De Commissie houdt toezicht op de onderstaande voorwaarden:
- vervanging van de hoogoven in Seixal door een elektrische vlamboogoven (in uitvoering);
- een personeelsinkrimping van 1 798 werknemers tegen eind 1996 (uitgesteld).
Dit verslag heeft betrekking op de ontwikkelingen tot en met 30 juni 2000 en is gebaseerd op de informatie die de Portugese regering verstrekte in haar dertiende toezichtverslag, dat overeenkomstig het verzoek van de Commissie op 15 september 2000 werd ingediend. Dit verslag is toegespitst op de voorwaarden waarop de Commissie nog toezicht uitoefent.
II. Investeringen
SN Longos - elektrische vlamboogoven
Volgens het oorspronkelijke herstructureringsplan (PERG) zou de hoogoven tegen begin 1996 door een elektrische vlamboogoven worden vervangen. Het besluit van de Portugese regering om de exploitatiemaatschappijen onmiddellijk te privatiseren - een maatregel die niet in het oorspronkelijke herstructureringsplan voorkwam - en de keuze van de autoriteiten om het definitieve investeringsbesluit aan de nieuwe particuliere aandeelhouders van SN Longos over te laten, hebben de installatie van de elektrische vlamboogoven met drie jaar vertraagd.
De investeerder MEGASA heeft een plan ingediend voor de installatie van de oven dat werd besproken in het Twaalfde Toezichtverslag (blz.
8). Zoals uiteengezet in het Dertiende Toezichtverslag (blz. 8/9), werd extra-vertraging opgelopen door het besluit om de oven op een andere locatie te bouwen, daarbij gebruik makend van bestaande installaties. Het aangepaste tijdsschema ziet er dus als volgt uit:
Projectdefinitie en ontwerp van de oven // voltooid
Analyse van de offertes en gunning // voltooid
Engineeringbijzonderheden // voltooid
Werkzaamheden civiele techniek | 2de halfjaar 2000; deels in |
Installatie van de faciliteiten | 1ste halfjaar |
Opstarten | 2de halfjaar |
Oven volledig bedrijfsklaar | 1ste kwartaal |
De Commissie volgt de voortgang op de voet. Benadrukt moet worden dat bij de toekenning van de afwijking ex artikel 95 van het EGKS-Verdrag de vervanging van de hoogoven door een elektrische vlamboogoven werd beschouwd als het sluitstuk van de noodzakelijke industriële herstructurering van Siderurgia Nacional.
De herstructurering kan bijgevolg pas als voltooid worden beschouwd wanneer deze investering is uitgevoerd. Wijst momenteel niets erop dat de vertraging bijkomende steunverlening aan SN Serviços noodzakelijk maakt, toch dient de Commissie toezicht uit te oefenen op de voltooiing van de herstructurering ten behoeve waarvan steun is toegekend.
Op 15 oktober 1998 had de Commissie bijgevolg al besloten de toezichtperiode te verlengen minstens tot 15 september 2000 i. In het licht van voormelde gebeurtenissen heeft de Commissie reeds in het Twaalfde en het Dertiende Toezichtverslag verklaard dat de toezichtperiode zal worden voortgezet tot 15 maart 20002, zodat deze de hele looptijd omvat van het plan voor de installatie van de elektrische vlamboogoven. De investering in de elektrische vlamboogoven zou volgens planning voltooid zijn tegen het eind van het eerste kwartaal van 2001. Rekening houdend met de behoefte om een voldoende ruime veiligheidsmarge in te bouwen omdat bij dit soort investeringen vertragingen kunnen optreden, is de Commissie voornemens de toezichtperiode voort te zetten tot 15 maart 2002.
III. De evolutie van het personeelsbestand
De personeelsinkrimping loopt nog steeds achter op de aanvankelijke planning. Deze achterstand heeft alleen betrekking op SN Serviços en zal daarom geen invloed hebben op de levensvatbaarheid van de geprivatiseerde ondernemingen. De 447 werknemers die SN Serviços nog in dienst houdt, zijn nodig voor het in bedrijf houden van de vlamboogoven, die aanvankelijk eind 1996 buiten bedrijf zou worden gesteld. Portugal en SN Serviços hebben de Commissie meegedeeld dat om technische redenen i SN Serviços besloten had haar activiteiten in het eerste kwartaal van 2001 stop te zetten, dus vóór de nieuwe elektrische vlamboogoven die SN Longos in Seixal zal installeren, in bedrijf komt. De onderneming wil in deze periode overgaan tot de afvloeiing van werknemers. Tot dusver heeft de onderneming nog niet de juridische stappen gedaan of onderhandelingen met vertegenwoordigers gevoerd welke nodig zijn om het personeelsbestand in te krimpen. De achterstand ten opzichte van het oorspronkelijke plan had eind 1999 betrekking op 178 werknemers. In de volgende tabellen worden de ontwikkeling van het personeelsbestand en de vooruitzichten gepresenteerd:
1997-1999 en vooruitzichten 2000 en 2001
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
* Verwachte personeelsinkrimpingen in 2000 en 2001
** Voor de ontmanteling van de installaties vereist aantal werknemers
SN Longos neemt waarschijnlijk meer mensen in dienst zodra de nieuwe elektrische vlamboogoven in bedrijf wordt genomen, zodat na de sluiting van de hoogoven het totale aantal arbeidskrachten van de geprivatiseerde ondernemingen enigszins zal stijgen. De initiële doelstelling uit het herstructureringsplan van 1 410 werknemers zal naar verwachting in de loop van 2001, ná de sluiting van de vlamboogoven, worden bereikt.
Financiering van de afvloeiingen
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
* Voor nadere gegevens over de periode 1993-1998, zie vorige verslagen.
1 Uitgaven waarin de Staat ingevolge artikel 4, lid 1, van de Vijfde (tot en met 1996) en Zesde (vanaf 1997) Staalsteuncode maximaal 50% bijdraagt
2 In wederzijds overleg (via onderhandelingen geregelde ontslagen)
3 Deze cijfers komen niet overeen met de nettopersoneelsinkrimping uit de voorgaande tabel, omdat de ondernemingen enkele nieuwe werknemers in dienst hebben genomen.
In 1999 is 29,79 miljoen PTE aan sociale steun uitgekeerd, die was goedgekeurd op grond van artikel 4 van de Zesde Staalsteuncode.
IV. Afzet
De plakken die SN Serviços op de Portugese markt afzet, gaan uitsluitend naar SN Longos. De prijzen voor deze producten worden volgens normale marktvoorwaarden vastgesteld voor een periode van drie maanden. De rest van de staalproductie wordt op de markt verkocht tegen marktprijzen (Metal Bulletin-locoprijzen). In het toezichtverslag werden de gemiddelde prijzen van de productgroepen vermeld. De Commissie heeft deze prijzen vergeleken met de gemiddelde marktprijzen en is van oordeel dat ze binnen de normale marges liggen.
V. Financiële resultaten
SN Serviços
De Portugese autoriteiten hebben een volledige reeks financiële gegevens en ratio's verstrekt, overeenkomstig de bijlage bij de beschikking van de Commissie. Zoals uiteengezet in het Dertiende Toezichtverslag, leed SN Serviços in 1998 en 1999 verliezen ingevolge de algemene inzinking van de staalprijzen. De financiële resultaten zijn in het tweede halfjaar van 1999 evenwel verbeterd dankzij een verbetering van de staalprijzen vanaf het tweede halfjaar van 1999. Ondanks een verbetering van de staalprijzen in het eerste halfjaar van 2000 kon de onderneming in deze periode nog niet opnieuw winstgevend worden, en wel om technische redenen: de verouderde installaties van SN waren in de toezichtperiode minstens 20 dagen buiten gebruik.
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
* voorlopige cijfers
VI. Steun
De steun die is goedgekeurd op grond van artikel 95 van het EGKS-Verdrag is betaald in zes tranches, tussen maart 1994 en juni 1995, zoals uiteengezet in het Vierde Toezichtverslag. De milieusteun waarvoor goedkeuring is verleend op grond van artikel 3 van de Vijfde Staalsteuncode, is tot dusver niet uitgekeerd. De sociale steun die werd toegestaan op grond van artikel 4, lid 1, van, onderscheidenlijk, de Vijfde en Zesde Staalsteuncode, werd hierboven sub II.3 besproken (financiering van de afvloeiingen).
EKO Stahl GmbH, Duitsland
I.
Inleiding
Op 21 december 1994 i hechtte de Commissie op grond van artikel 95 van het EGKS-Verdrag haar goedkeuring aan 900,62 miljoen DEM i steun ten behoeve van EKO Stahl GmbH (voor bijzonderheden, zie de vorige toezichtverslagen).
Voorts heeft de Commissie, op grond van artikel 5 van de Vijfde Staalsteuncode, op 21 december 1994 i goedkeuring verleend aan regionale investeringssteun ten bedrage van 385 miljoen DEM i.
Aan de goedkeuring zijn verschillende voorwaarden gehecht. De Commissie houdt toezicht op de onderstaande voorwaarden:
- dat de nieuwe warmwalserij eind 1997 een capaciteit van 900 kt/j bereikt en dat dit capaciteitsniveau tot eind januari 2000 wordt gehandhaafd. Vanaf februari 2000 mocht de onderneming de capaciteit van deze walserij uitbreiden tot 1,5 miljoen ton/jaar tot eind januari 2005 (toezicht hierop, zie II);
- dat de productie van de nieuwe warmwalserij uitsluitend wordt gebruikt voor verdere verwerking in de eigen koudwalsinstallaties van de onderneming (tot dusver nageleefd).
Dit verslag heeft betrekking op de ontwikkelingen tot en met 30 juni 2000 en is gebaseerd op de informatie die door de Duitse regering is verstrekt in haar verslag, dat op 14 maart 2000 bij de Commissie werd ingediend. Dit verslag is toegespitst op de twee voorwaarden waarop de Commissie nog toezicht uitoefent.
II. Capaciteitsinkrimping
De beperking van de capaciteit van de nieuwe warmwalserij tot 900 kt/jaar tot eind januari 2000, en nadien tot 1,5 miljoen ton/jaar tot eind januari 2005 wordt gegarandeerd door een elektronisch apparaat dat het technisch onmogelijk maakt deze drempels te overschrijden. Deze technische oplossing werd begin 1996 in beginsel aanvaard door de Commissie. Voor meer bijzonderheden over die oplossing, zie het Vijfde Toezichtverslag. De oplossing is betrouwbaar gebleken en er is regelmatig bij de Commissie verslag uitgebracht over de geproduceerde hoeveelheden.
De vanaf februari 2000 toegestane capaciteitsverhoging leverde voor de onderneming technische problemen op omdat het elektronische apparaat was ingesteld voor een capaciteitsjaar dat loopt van juli tot juni. Op 15 maart 1999 heeft de Commissie derhalve ingestemd met een voorstel van de Duitse autoriteiten dat voor de berekening van de productie in de periode juli 1999 - juli 2000 zal worden gebruik gemaakt van de gemiddelde productie in het kader van de productieplafonds, hetgeen een jaarcapaciteit van 1,15 miljoen ton oplevert voor het capaciteitsjaar juli 1999 - juni 2000 i. Het apparaat is op 1 juli 1999 in die zin bijgesteld en werd ingesteld op een productie van 1,5 miljoen ton per jaar vanaf 1 juli 2000.
III. De productie van de nieuwe warmwalserij
Warmband dat in de nieuwe warmwalserij is vervaardigd, wordt uitsluitend in de koudwalserij gebruikt.
De productie van warmband bedroeg in de periode 1 juli 1999 - 30 juni 2000 1 149 981 ton, hetgeen betekent dat de capaciteitsbeperking voor de periode 1999-2000 werd nageleefd.
Voest Alpine Erzberg GmbH, Oostenrijk
I.
Inleiding
Op 29 november 1995 i heeft de Commissie goedkeuring verleend voor overheidssteun ten behoeve van Voest Alpine Erzberg GmbH (VAEG) om de onderneming in staat te stellen haar mijnactiviteiten tegen het jaar 2002 geleidelijk af te bouwen. De goedgekeurde steun omvat 272 miljoen ATS ter dekking van de exploitatieverliezen uit de periode 1995-2002 en 136 miljoen ATS i voor de betaling van de kosten van een veilige en milieuvriendelijke afbouw van de ijzerertswinning.
De onderstaande jaarlijkse plafonds werden goedgekeurd voor de verschillende soorten steun zoals aangegeven in de tabel van punt 4.
Aan de goedkeuring van de steun waren onder meer de volgende voorwaarden verbonden:
- het jaarlijkse steun- en productieplafond uit de bovenstaande tabel mochten niet worden overschreden (productieplafond overschreden, zie II.2.a) ;
- de exploitatiesteun mocht niet meer bedragen dan het verschil tussen de productiekosten en de inkomsten (tot dusver nageleefd), en
- de prijs die voor het ijzererts werd aangerekend, moest in de lijn liggen van de marktprijs en mocht niet lager zijn dan de prijs voor geïmporteerd ijzererts (tot dusver nageleefd).
Dit verslag heeft betrekking op de ontwikkelingen tot 30 juni 2000 en is gebaseerd op de informatie die Oostenrijk heeft verstrekt in zijn achtste toezichtverslag, dat overeenkomstig het verzoek van de Commissie op 14 september 2000 werd ingediend.
II. Nieuw toezichtverslag
1. De onderneming
Voest Alpine Erzberg Gesellschaft mbH (VAEG) is in handen van ÖIA Bergbauholding Aktiengesellschaft, die op haar beurt een onderdeel is van Österreichische lndustrieholding Aktiengesellschaft, een industriële holding die volledig in handen is van de Oostenrijkse Staat. VAEG wint erts met een laag ijzergehalte (ca. 32% Fe). De onderneming heeft slechts één afnemer, Voest Alpine Stahl AG (VASA), die in het najaar van 1995 werd geprivatiseerd.
2. Exploitatiesteun
(a) Productie en afzet
In het eerste halfjaar van 2000 heeft VAEG 471 000 ton ijzererts geproduceerd met een gemiddelde kwaliteit van 33,6% Fe en 383 000 ton laagwaardige producten, die door VASA als last (Möllerzusatzmaterial) kunnen worden gebruikt. Deze volumes werden verkocht en geleverd aan VASA.
Evenals in 1999 geldt voor 2000 een productieplafond van 1 miljoen ton ijzererts (cf. artikel 1 van de beschikking). In 1999 heeft VAEG 1,149 miljoen ton ijzererts geproduceerd. Een en ander was echter te wijten aan onvoorziene natuurlijke omstandigheden waarop VAEG of de Oostenrijkse autoriteiten geen vat hadden i. Op 13 juni 2000 stemde de Commissie in met het voorstel van de Oostenrijkse autoriteiten dat de extra 149 000 ton zou worden afgetrokken van de voor 2000 toegestane productie, die daardoor slechts 851 000 ton zal bedragen.
(b) Productiekosten
In het eerste halfjaar van 2000 bedroegen de productiekosten voor gewoon ijzererts in totaal 74,088 miljoen ATS, of 157,44 ATS/ton. De productiekosten voor de laagwaardige producten bedroegen in diezelfde periode 29,114 miljoen ATS, of 76 ATS/ton. In het totaalbedrag van 114,592 miljoen ATS zijn ook de sluitings- en saneringsactiviteiten begrepen die in het eerste halfjaar van 2000 plaatsvonden. In de bijlage wordt een gedetailleerd overzicht van de productiekosten gepresenteerd.
(c) Prijsstelling
Het gewone ijzererts werd verkocht tegen 139,5 ATS per ton. In november 1999 werd deze standaardprijs vastgesteld voor het volledige jaar 2000.
Het laagwaardige materiaal (Möllerzusatzmaterial) werd verkocht voor 76 ATS/ton (5,52 EUR), een prijs die was vastgesteld op grond van de marktprijs voor kalkgrind (Kalkschotter).
De gemiddelde prijs voor ijzererts en laagwaardig materiaal (Möllerzusatzmaterial) bedraagt 105,2 ATS/ton. De aangerekende prijs bedroeg, met inbegrip van de kosten voor het transport tot VASA/Linz, 684,14 ATS/ton Fe (49,72 EUR).
De door Oostenrijk in zijn tiende verslag verstrekte informatie bevestigt de informatie die Voest Alpine Rohstoffbeschaffungs GmbH (een dochteronderneming van Voest-Alpine Stahl AG die verantwoordelijk is voor de inkoop van grondstoffen) meedeelde, namelijk dat bovengenoemde prijs per ton Fe voor ijzererts hoger ligt dan de vergelijkbare prijs die voor ingevoerd ijzererts wordt betaald.
Derhalve kan worden geconcludeerd dat de in het eerste halfjaar van 2000 aangerekende prijzen niet lager waren dan hetgeen op grond van artikel 2 van de beschikking van de Commissie van 29 november 1995 vereist was.
(d) Exploitatiesteun
In het eerste halfjaar van 2000 bedroegen de verliezen van VAEG in totaal 24,779 miljoen ATS (1,746 miljoen EUR).
Van het totale verlies voor deze periode had 11,39 miljoen ATS betrekking op sluitingsactiviteiten. (Voor nadere informatie over de verliezen, zie de bijlage.)
In het eerste halfjaar van 2000 werd voor in totaal 20 miljoen ATS aan exploitatie- en sluitingssteun uitgekeerd (9 miljoen ATS exploitatiesteun en 11 miljoen ATS sluitingssteun). Het bedrag dat de Commissie voor 2000 had toegestaan, is 52 miljoen ATS (30 miljoen ATS exploitatiesteun en 22 miljoen ATS sluitingssteun). Door een verbeterd exploitatieresultaat verwacht de onderneming dat in 2000 slechts een deel van de toegestane exploitatiesteun zal moeten worden uitgekeerd.
3. Sluitingssteun
Voor 2000 was maximaal 22 miljoen ATS sluitingssteun toegestaan. In het eerste halfjaar van 2000 is 11 miljoen ATS betaald, terwijl de sluitingskosten 11,39 miljoen ATS bedroegen.
4. Steunuitkeringen in vergelijking met goedgekeurde steun
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
5. Ontwikkeling van het personeelsbestand
Het plan inzake personeelsinkrimping ziet er als volgt uit:
>RUIMTE VOOR DE TABEL>
Uitgaande van het bovenstaande plan werd het personeelsbestand in de productie in 1999 ingekrompen tot 219. De personeelsinkrimping loopt daardoor vooruit op het plan.
Bijlage Vergelijking van productiekosten en inkomsten in het eerste halfjaar van 2000
>RUIMTE VOOR DE TABEL>