Toelichting bij COM(2009)466 - Naar een geïntegreerd maritiem beleid voor beter bestuur in het Middellandse Zeegebied

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Belangrijke juridische mededeling

|
52009DC0466

Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - Naar een geïntegreerd maritiem beleid voor beter bestuur in het Middellandse Zeegebied /* COM/2009/0466 def. */


[afbeelding - zie origineel document] COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

2.

Brussel, 11.9.2009


COM(2009) 466 definitief

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT

Naar een geïntegreerd maritiem beleid voor beter bestuur in het Middellandse Zeegebied

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT

Naar een geïntegreerd maritiem beleid voor beter bestuur in het Middellandse Zeegebied

1.

Inleiding



Uit het uitgebreide openbare overleg in aanloop naar de vaststelling van een Europees geïntegreerd maritiem beleid in 2007 bleek brede steun te bestaan voor de stelling dat een toename van de economische maritieme bedrijvigheid en een versterking van de milieubescherming hand in hand kunnen gaan en in een symbiotische relatie naar elkaar toe kunnen groeien voor zover adequate bestuurlijke en horizontale mechanismen voorhanden zijn.

Het Middellandse Zeegebied is een uitstekend voorbeeld van een maritieme regio waar met menselijke activiteiten méér economische opbrengsten uit de zee kunnen worden gehaald en de impact daarvan op het ecosysteem kan worden verminderd. Tegenover dit ideale scenario staat echter de reële constellatie, die wordt bepaald door meer dan twintig kuststaten met ongelijke niveaus van economische ontwikkeling en administratieve capaciteit en grote politieke geschillen, onder meer over de territoriale afbakening van zowel land- als zeegebieden. In tegenstelling tot andere half ingesloten wateren, zoals de Oostzee of de Zwarte Zee, bestaat de Middellandse Zee grotendeels uit diepzeegebied en spelen bijgevolg specifieke bestuurskwesties.

Zeven kuststaten zijn lid van de EU, twee zijn kandidaat-lidstaten en drie zijn potentiële kandidaat-lidstaten in het kader van het uitbreidingsbeleid van de EU. De resterende landen hebben sterke, stevig verankerde banden met de EU, meestal via het Europese nabuurschapsbeleid. Op één na zijn alle kuststaten lid van de Unie voor het Middellandse Zeegebied.

Deze mededeling heeft betrekking op de mechanismen en instrumenten die in werking moeten worden gesteld, wil men werk maken van een geïntegreerde aanpak van het bestuur van maritieme activiteiten in het Middellandse Zeegebied. Zij is bovendien bedoeld als aanvulling op de verschillende sectorale acties die de EU in het Middellandse Zeegebied stimuleert. Waar het geïntegreerde maritieme beleid in de eerste plaats tot de lidstaten is gericht, daar wordt in deze mededeling gepleit voor een omvattende, sterkere samenwerking met niet tot de EU behorende mediterrane partners op de juiste niveaus.

3.

2. VOORNAAMSTE UITDAGINGEN


Dertig procent van het volume van de maritieme wereldhandel, waaronder een kwart van de mondiale maritieme handel in olie, verloopt naar en vanuit de meer dan 450 havens en terminals aan de Middellandse Zee. De ruim 150 miljoen bewoners van de mediterrane kusten zien hun aantal tijdens het toerismeseizoen verdubbelen. De helft van de communautaire visserijvloot (veelal kleinschalige en kustvaartuigen) is er actief, naast een groeiende mariene aquacultuursector. Daarbovenop hebben de visbestanden te lijden onder de druk van vaartuigen uit het zuidelijke mediterrane gebied en uit niet tot de EU behorende landen.

De uitermate hoge druk die de economische bedrijvigheid op het mediterrane ecosysteem legt, neemt bovendien nog hand over hand toe. Hoewel de sector zware gevolgen van de huidige economische crisis ondervindt, wordt verwacht dat het maritieme vervoer uiteindelijk nog verder zal toenemen als gevolg van de groeiende behoeften aan vervoer van passagiers, toeristen en goederen, waaronder energie. Het cruisetoerisme bijvoorbeeld kent een gestage groei: de grote havens in de Middellandse Zee ontvangen per jaar meer dan 1 miljoen cruisetoeristen. Op de reeds dicht bevolkte en volgebouwde kusten worden infrastructuur-, toerisme- en recreatievoorzieningen aangelegd (in tal van kustgebieden in Italië, Frankrijk en Spanje is al meer dan 45 % van de eerste kilometer kuststrook bebouwd).

Door deze steeds verder toenemende menselijke inplanting en economische bedrijvigheid gaat de milieusituatie alsmaar verder achteruit. Het kwetsbare mariene milieu in de Middellandse Zee krijgt af te rekenen met een steeds zorgwekkender combinatie van pressiefactoren, zoals verontreiniging afkomstig van het vasteland en van schepen, afval, druk op de biodiversiteit, overbevissing en aantasting van de kust. De Middellandse Zee is in het kader van MARPOL sinds 1983 ingedeeld als “special areas” voor olie en sinds mei 2009 als “special areas” voor afval i. Het opruimen van de verontreiniging in de Middellandse Zee staat op de prioriteitenlijst van de Unie voor het Middellandse Zeegebied i. De kustlijn, met haar unieke culturele en natuurlijke erfenis in de vorm van meer dan 400 UNESCO-sites, komt onder toenemende druk te staan.

Het mediterrane gebied is door de Intergouvernementele Werkgroep inzake klimaatverandering ingedeeld als een “hot spot” met een dermate groot risico van overstromingen, kusterosie en verdere achteruitgang van de bodem i dat dringend instrumenten moeten worden gevonden om de aanpassing aan de klimaatverandering te bevorderen. Illegale immigratie over zee is een ander groot probleem in de regio dat roept om samenwerking met de mediterrane partners teneinde dit fenomeen tegen te gaan en het verlies van mensenlevens te voorkomen.

4.

3. NAAR BETER MARITIEM BESTUUR


Om de hierboven beschreven problemen aan te pakken, moeten eerst twee zeer zwakke punten op het gebied van bestuur uit de weg worden geruimd. Ten eerste zijn in de meeste mediterrane landen de sectorale beleidsgebieden elk in een afzonderlijke dienst ondergebracht, net zoals elke internationale overeenkomst binnen haar eigen set van regels ten uitvoer wordt gelegd. Dit maakt het moeilijk de cumulatieve impact van maritieme activiteiten, inclusief voor de Middellandse Zee, in kaart te brengen. Ten tweede bemoeilijkt het grote aandeel diepzeegebied in de totale mariene ruimte de inspanningen van de kuststaten om activiteiten die hun territoriale wateren en kusten rechtstreeks beïnvloeden, te plannen, organiseren en reguleren. Als gevolg van de combinatie van deze twee factoren komt het niet zelden voor dat beleidslijnen en activiteiten worden ontwikkeld zonder rekening te houden met onderlinge raakpunten en zonder adequate afstemming, noch tussen alle activiteitsterreinen die een impact hebben op de zee, noch tussen alle lokale, nationale, regionale en internationale betrokken partijen. Tot slot spelen ook nog andere essentiële elementen van goed bestuur een rol, zoals participatie van belanghebbende partijen, transparante besluitvorming en toepassing van onderling afgesproken regels.

5.

3.1. De rol van de mediterrane kuststaten


Geïntegreerde maritieme besluitvorming begint met de ontwikkeling van een strategische en geïntegreerde benadering op nationaal niveau i. De aan de Middellandse Zee gelegen lidstaten worden aangemoedigd hun inspanningen voor de ontwikkeling van een eigen geïntegreerd maritiem beleid voort te zetten. Om de uitwisseling van beste praktijken te bevorderen, heeft de Commissie een systeem voor het delen van informatie en documenteren van vooruitgang opgezet i.

Een aantal lidstaten heeft reeds concrete maatregelen voor een beter bestuur op het gebied van maritieme aangelegenheden genomen. Dit neemt niet weg dat met name inzake het instellen van specifieke besluitvormingsprocedures voor de coördinatie van verschillende beleidsgebieden, meer inspanningen nodig zijn.

De Commissie zal:

- voorstellen dat de nationale contactpunten op hoog niveau van de lidstaten de vooruitgang op het gebied van geïntegreerde maritieme beleidsvorming in het Middellandse Zeegebied geregeld bespreken.

- de lidstaten ertoe aanzetten beste praktijken inzake geïntegreerd maritiem beheer uit te wisselen, met name via de op het Middellandse Zeegebied gerichte programma’s voor Europese territoriale samenwerking.

Omdat de Middellandse Zee niet volledig door land wordt omsloten en maritieme activiteiten grensoverschrijdende gevolgen hebben, dringt een nauwere samenwerking met niet tot de EU behorende mediterrane partnerlanden zich op. De hierboven toegelichte informatie-uitwisseling zal in het kader van een geïntegreerde benadering tot deze partners worden uitgebreid. Niet-EU-partners kan in dit verband worden verzocht contactpunten aan te wijzen die, in voorkomend geval, kunnen deelnemen aan een dialoog op hoog niveau voor het hele mediterrane gebied. Als basis voor samenwerking op het vlak van geïntegreerde maritieme beleidsvorming en een beter bestuur daarvan zal tevens gebruik worden gemaakt van het bestaande multilaterale kader, d.w.z. de Unie voor het Middellandse Zeegebied, bilaterale overeenkomsten en regionale samenwerking binnen het Europese nabuurschapsbeleid en betrekkingen met kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaten voor toetreding tot de EU.

De Commissie heeft besloten:

- een werkgroep geïntegreerd maritiem beleid in te stellen voor het inleiden van een dialoog en het uitwisselen van beste praktijken met niet tot de EU behorende mediterrane kuststaten.

- in het kader van het Europese nabuurschapsbeleid en het partnerschapsinstrument i technische bijstand te verlenen aan mediterrane partners die belangstelling tonen voor een geïntegreerde benadering van maritieme aangelegenheden, en daarbij de bewustmaking te bevorderen en hulp te bieden bij de vaststelling van doelstellingen en uitvoeringsmechanismen.

6.

3.2. Bestuur van de mariene ruimte


Het uit 1982 daterende Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee (UNCLOS) vormt het voornaamste kader voor de meeste maritieme activiteiten en komt op een groot aantal punten overeen met het internationaal recht. Alle mediterrane kuststaten behalve Turkije, Syrië, Israël en Libië hebben dit verdrag geratificeerd.

De mediterrane mariene ruimte bestaat momenteel voor een groot deel uit diepzeegebied. Circa 16 % van de mariene ruimte bestaat uit territoriale wateren en 31 % uit diverse maritieme zones die vaak door andere kuststaten worden betwist vanwege de omvang of de geldigheid van de aanspraak i.

Als gevolg van deze situatie valt een groot deel van de mediterrane wateren buiten de gebieden onder jurisdictie of soevereine rechten van de kuststaten. Bijgevolg beschikken deze staten niet over regelgevings- en handhavingsbevoegdheden om menselijke activiteiten buiten deze zones algemeen te reguleren of om, meer in het bijzonder, regels op te stellen inzake bescherming van het mariene milieu, visserij of energiebronnen. Buiten deze gebieden mogen de staten slechts maatregelen ten aanzien van hun eigen burgers en vaartuigen vaststellen. Op bepaalde gebieden (bescherming van het mariene milieu en instandhouding en beheer van levende rijkdommen) kunnen met inachtneming van een beperkt aantal voorschriften uit regionale overeenkomsten gezamenlijke acties worden ondernomen, hoewel de handhaving van de vastgestelde besluiten, ook ten aanzien van niet-aangesloten derde landen, problematisch blijft.

Deze situatie is terug te voeren op complexe en politiek gevoelige geschillen over de afbakening van grenzen tussen aan elkaar grenzende staten in een gebied van nauwelijks 400 zeemijl breed. In de Oostzee daarentegen – een andere niet volledig door land ingesloten zee in de EU – hebben de meeste landen hun grensgeschillen op basis van het UNCLOS-verdrag opgelost en een akkoord bereikt over hun maritieme gebieden.

Wat multilaterale samenwerking betreft, hebben de internationale en regionale overeenkomsten inzake maritieme activiteiten, op enkele uitzonderingen na, elk slechts betrekking op één bepaalde sector. De Commissie heeft opdracht gegeven tot het uitvoeren van een studie waarin wordt nagegaan welke belangrijke hindernissen een rem zetten op de ratificatie, tenuitvoerlegging en naleving van besluiten in het kader van bestaande overeenkomsten en organisaties inzake maritieme aangelegenheden in het Middellandse Zeegebied, en welke mogelijkheden in dit verband bestaan om de multilaterale samenwerking en bijstand te verbeteren.

Om tot een sectoroverschrijdende benadering van maritieme aangelegenheden te komen, moet transparanter in kaart worden gebracht welke werkzaamheden de betrokken organisaties verrichten en of de door hen vastgestelde of aanbevolen bepalingen systematisch gemonitored en volledig uitgevoerd worden. De rol en de verantwoordelijkheden van de kuststaten moeten eveneens worden opgehelderd, vooral wat het beheer van de maritieme zones met het oog op duurzame ontwikkeling betreft.

Gezien de verschillen qua politieke en economische situatie kan een beter bestuur van de mariene ruimte op subregionaal niveau worden gestimuleerd. Grote stappen in die richting zijn overeenkomsten tussen aan elkaar grenzende staten over de afbakening van een gemeenschappelijke zeegrens of over het gezamenlijke beheer van de levende of niet-levende hulpbronnen. De belanghebbende partijen hebben zowel regeringen als internationale instellingen reeds met klem gewezen op het belang van vooruitgang op deze gebieden.

De Commissie zal:

- een gestructureerde en informele dialoog tussen de mediterrane kuststaten via vergaderingen op hoog niveau en academische of andere internationale organisaties steunen teneinde het bestuur van de mariene ruimte, onder meer op subregionaal niveau, te verbeteren.

- een overzicht opstellen van de bestaande overeenkomsten en organisaties inzake maritieme aangelegenheden in het Middellandse Zeegebied.

- aanbevelingen doen om de sectoroverschrijdende samenwerking tussen bestaande overeenkomsten en organisaties te bevorderen.

- in het kader van haar bilaterale betrekkingen ervoor blijven pleiten dat het UNCLOS-verdrag wordt geratificeerd en in samenspraak ten uitvoer wordt gelegd.

- een studie over de kosten en baten van de instelling van maritieme zones laten uitvoeren.

7.

3.3. Meer inspraak voor de belanghebbende partijen


Sterke inspraak van de belanghebbenden is van meet af aan een belangrijk uitgangspunt geweest in het geïntegreerde maritieme beleid. Het maatschappelijk middenveld pleit voor een betere dialoog op regionaal niveau om het bestuur in het Middellandse Zeegebied te verbeteren. Bovendien is voor dit gebied onlangs een regionale adviesraad (RAR) opgericht waarin de belanghebbende partijen uit de visserijsector worden samengebracht.

Inspraak van de belanghebbende partijen blijft een kernprioriteit in de tenuitvoerlegging van het geïntegreerde maritieme beleid in het Middellandse Zeegebied.

De Commissie zal:

- fora van belanghebbenden ertoe stimuleren geregeld mediterrane aangelegenheden te bespreken met als doel prioriteiten voor de geïntegreerde maritieme beleidsvorming voor het mediterrane gebied te suggereren.

- nagaan hoe belanghebbenden uit alle kuststaten beter bij het proces kunnen worden betrokken.

8.

4. HORIZONTALE INSTRUMENTEN VOOR EEN GEÏNTEGREERD MARITIEM BESTUUR


Het maritieme bestuur kan alleen worden verbeterd indien het wordt uitgerust met horizontale instrumenten die tot doel hebben extra potentieel voor mariene economische groei te creëren en zowel de bescherming van het milieu als een betere toekomst voor de kustbevolking te waarborgen.

9.

4.1. Maritieme ruimtelijke ordening en mariene strategieën


Verwacht wordt dat de maritieme bedrijvigheid in het Middellandse Zeegebied (maritiem vervoer, ontwikkeling van hernieuwbare energie en toerisme) de klappen van de economische crisis zal verwerken en verder zal groeien. Zowel een efficiënter gebruik van het groeipotentieel van het mediterrane gebied, overeenkomstig voorwaarden die verenigbaar zijn met de beoogde goede milieusituatie, als de daaruit voortvloeiende optimalisering van de productie kan beter worden bereikt aan de hand van maritieme ruimtelijke ordening (MRO).

MRO is een doeltreffend bestuursinstrument om op ecosystemen gebaseerd beheer toe te passen, onderling gerelateerde gevolgen van maritieme activiteiten aan te pakken, conflicterend ruimtegebruik op te lossen en mariene habitats in stand te houden. In de mededeling van 2008 over de routekaart i reikt de Commissie een aantal beginselen voor de ontwikkeling van MRO door de EU-lidstaten aan die overhevelbaar zijn naar de bredere context van het Middellandse Zeegebied.

De toepassing van MRO-praktijken in het Middellandse Zeegebied laat, in vergelijking met de situatie in andere mariene gebieden, echter te wensen over, mogelijk als gevolg van de gevoeligheid die nog steeds heerst rond de instelling van maritieme zones en de afbakening van grenzen. Deze problemen moeten uit de weg worden geruimd om plaats te maken voor de ontwikkeling van een ruimtelijke ordening op de adequate niveaus.

De EU-lidstaten hebben afgesproken om tegen 2020 een goede milieusituatie in mariene wateren te bereiken i via de ontwikkeling van integratiegerichte “mariene strategieën” die nauw verbonden zijn met MRO en die moeten uitmonden in de toepassing van een op ecosystemen gebaseerde aanpak op menselijke activiteiten met een mariene impact. De tenuitvoerlegging van het geïntegreerde maritieme beleid in het mediterrane gebied zal staan of vallen met het nakomen van dergelijke verplichtingen, eventueel op subregionaal niveau of met behulp van regionale mariene overeenkomsten, zoals het Verdrag van Barcelona, en in samenwerking met regionale organisaties, zoals de Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee (GFCM). Bovendien wordt met de “mediterrane verordening”[10] reeds gestreefd naar een geïntegreerde, op ecosystemen gebaseerde aanpak van het visserijbeheer. Deze benadering zal bovendien worden versterkt via de komende hervorming van het gemeenschappelijk visserijbeleid van de EU i.

De Commissie zal:

- een studie over MRO in het Middellandse Zeegebied verrichten teneinde na te gaan in welke gebieden MRO kan worden toegepast, welke obstakels de toepassing ervan in de weg staan en welke beleidsoplossingen er voorhanden zijn om MRO in specifieke deelgebieden of mariene gebieden toe te passen.

- vervolgens een project op stapel zetten om de toepassing van MRO op subregionaal niveau te testen, en concrete grensoverschrijdende praktijken stimuleren.

- de lidstaten aan de hand van een gemeenschappelijke uitvoeringsstrategie helpen hun in het kader van de kaderrichtlijn mariene strategie vastgestelde verplichtingen op het gebied van mariene strategieën na te komen, onder meer via een omvattende beoordeling van de mariene wateren en het gebruik daarvan, die tegen 2010 moet worden opgesteld.

10.

4.2. Geïntegreerd beheer in kustgebieden en op eilanden


Als gevolg van de klimaatverandering, de havenontwikkeling, het kusttoerisme en de daarmee gepaard gaande investeringen, en de bezorgdheid over de bescherming van het maritieme erfgoed en het mariene milieu, onder meer in de NATURA 2000-gebieden, is een geïntegreerde aanpak van het beheer van de mediterrane kustgebieden een absolute noodzaak geworden. Zoals reeds is aangegeven in het Witboek heeft de Commissie heeft zich ertoe verbonden de aanpassing aan de klimaatverandering in kust- en mariene gebieden prioritair aan te pakken i.

Zowel de vrijwaring als de grensoverschrijdende benadering van het maritieme erfgoed zal met inachtneming van de economische en ecologische belangen tevens worden nagestreefd in het kader van reeds bestaande instrumenten, zoals het EDEN-initiatief inzake “Europese topbestemmingen” (“European Destinations of Excellence”) en de EU-prijs voor cultureel erfgoed/Europa Nostra-prijzen. Op dit vlak is in het hele Middellandse Zeegebied, met zijn inherente culturele rijkdom, een enorm potentieel voor verdere ontwikkeling voorhanden.

Horizontale bestuursinstrumenten kunnen de mediterrane kustgebieden helpen de sociale, ecologische en economische duurzaamheid op een beter geïntegreerde manier aan te pakken. De lidstaten in het Middellandse Zeegebied zijn bezig met de ontwikkeling van nationale strategieën inzake geïntegreerd beheer van kustgebieden (Integrated Coastal Zone Management - ICZM) en de EU heeft onlangs een eerste voor het hele mediterrane gebied geldend rechtsinstrument inzake IZCM ondertekend dat is vastgesteld in het kader van het Verdrag van Barcelona i.

Dit neemt niet weg dat extra inspanningen moeten worden geleverd, zoals versterkte coördinatie inzake beheer van maritieme ontwikkelingsprojecten offshore en de daaraan gekoppelde ontwikkeling op het land (grensvlak van land en zee). Dit is met name relevant voor eilanden, waar connectiviteit van bijzonder groot belang is. De lidstaten worden in dit verband gestimuleerd geïntegreerde strategieën te ontwikkelen om de problemen van insulaire gebieden aan te pakken en een systeem voor de uitwisseling van beste praktijken op poten te zetten. Voorts dient de kennisbasis over ICZM-praktijken in het Middellandse Zeegebied te worden verstevigd.

Het doel bestaat erin een geïntegreerd maritiem beleid te ontwikkelen waarin consequent een coherente, op ecosystemen gebaseerde benadering voor het grensvlak tussen land en zee wordt bepleit en dat het gebruik van het potentieel van ICZM een nieuw elan moet geven.

De Commissie zal:

- een op internettechnologie gebaseerde inventaris van instrumenten, beste praktijken en gevallenstudies op het gebied van ICZM ter beschikking stellen om de toepassing daarvan te bevorderen.

- in het kader van het zevende kaderprogramma (KP7) steun verlenen voor de ontwikkeling van de kennisbasis inzake ICZM in het mediterrane gebied, met bijzondere nadruk op internationale samenwerking.

- in het kader van de in punt 4.1 voorgestelde MRO-maatregelen mogelijkheden uittesten voor de versterking van het grensvlak tussen land en zee, met name door de ruimtelijke ordening op het land en op zee met elkaar te verbinden.

11.

4.3. Bevordering van op kennis gebaseerde maatregelen


Voor de ontwikkeling van duurzame maritieme economieën en doeltreffend kustbeheer zijn beleidslijnen nodig die gebaseerd zijn op de beste beschikbare wetenschappelijke kennis.

Om de milieusituatie van onze zeeën en de potentiële opbrengst van natuurlijke rijkdommen te kunnen beoordelen, moeten geregeld basisgegevens worden verzameld. De Commissie zal blijven wijzen op het belang van wetenschappelijk advies en gegevensverzameling voor de toepassing van het gemeenschappelijk visserijbeleid en van milieuwetgeving in het Middellandse Zeegebied. Voorts zal worden bekeken hoe aan de hand van gemeenschappelijke programma’s en capaciteitsopbouw nauwer met de mediterrane landen die niet tot de EU behoren, kan worden samengewerkt aan de verzameling van basisgegevens.

De recent vastgestelde Europese strategie voor marien en maritiem onderzoek i heeft tot doel de efficiëntie en uitmuntendheid te verbeteren via stimuli voor geïntegreerd onderzoek. In deze strategie wordt het belang van betere internationale samenwerking op wetenschappelijk gebied aangemerkt als een belangrijk instrument voor een geïntegreerd beheer van maritieme activiteiten in gedeelde zeeën. De uitvoering van de strategie in het mediterrane gebied moet een basis vormen voor versterkt geïntegreerd bestuur. Oplossingen om het economische potentieel van onze zeeën volledig te kunnen benutten in het kader van een op ecosystemen gebaseerde aanpak, vergen een versterkte infrastructuur voor marien onderzoek, geïntegreerde O&O-inspanningen via maritieme clusters en technologieplatforms en synergieën tussen lidstaten en regio’s. Er moet met name werk worden gemaakt van de ontwikkeling van multidisciplinaire waarnemingen van de zeebodem die het mogelijk maken tsunamirisico’s in te schatten en te monitoren.

Voorts is de Commissie bezig met de ontwikkeling van een Europees marien observatie- en datanetwerk (EMODNET) dat de kennisinfrastructuur moet verbeteren en obstakels die de ontdekking, de toegankelijkheid en het gebruik van gegevens belemmeren, uit de weg moet ruimen. Bovendien wordt gewerkt aan een Europese zeeatlas om de bewustmaking te stimuleren en een gedeelde maritieme identiteit in mariene gebieden tot stand te brengen. Deze instrumenten zullen het hele mediterrane gebied afdekken.

De Commissie zal:

- bijzondere aandacht aan het Middellandse Zeegebied besteden bij het opzetten van een geïntegreerd marien ERA-NET (European Research Area Network) ter versterking van de coördinatie van marien onderzoek tussen de lidstaten.

- een voor de lange termijn bestemd strategisch kader voor wetenschappelijk onderzoek in het hele Middellandse Zeegebied opstellen om samenwerking op het gebied van marien onderzoek naar gezamenlijke problemen die vooraf door de partijen zijn vastgesteld, binnen een gestructureerde agenda mogelijk te maken.

- een belangrijke horizontale onderzoeksinspanning in het kader van KP7 uitwerken om te komen tot geïntegreerde, interdisciplinaire kennis over de Middellandse Zee.

12.

4.4. Geïntegreerd toezicht ter verbetering van de veiligheid en de beveiliging van de maritieme ruimte


Noch een geslaagd beheer van mariene activiteiten, noch een succesvolle aanpak van veiligheids- en beveiligingsproblemen in het Middellandse Zeegebied is mogelijk zonder toezicht op de bedrijvigheid op zee.

Preventie van scheepsongevallen en scheepsgerelateerde verontreiniging, zoals illegale olielozingen, is slechts mogelijk indien de lidstaten de EU-wetgeving inzake maritieme veiligheid strikt toepassen en de maritieme diensten en havenautoriteiten in de mediterrane partnerlanden aan capaciteitsopbouw werken. Het door de EU gefinancierde SAFEMED-project inzake maritieme veiligheid en beveiliging en de bescherming van het mariene milieu draagt ertoe bij dat de leemten die tussen de mediterrane lidstaten en de mediterrane partnerlanden bestaan op het gebied van structuur en regelgeving, worden opgevuld. De Commissie zal bovendien voorstellen dat het Europees Agentschap voor maritieme veiligheid (EMSA) technische samenwerking met de mediterrane partners, onder meer bij verontreinigingsongevallen, opstart door verontreinigingsbestrijdingsvaartuigen ter beschikking te stellen i. Met betrekking tot het toezicht op bewegingen van vaartuigen zal worden overwogen of de regionale mediterrane server van het automatische identificatiesysteem (AIS) kan worden uitgebreid.

Frontex, het Europees Agentschap voor het beheer van de operationele samenwerking aan de buitengrenzen, heeft zijn steun aan de mediterrane lidstaten die te kampen hebben met de enorme druk van illegale immigratie, de afgelopen jaren opgevoerd i. De Commissie zal zich inspannen om de betrokkenheid van de mediterrane partnerlanden bij de activiteiten die door Frontex in het mediterrane gebied worden gecoördineerd, via dialoog en financiële steun aan deze landen te bevorderen. Wat de handhaving van de regelgeving inzake verdovende middelen betreft, vindt versterkte coördinatie plaats in het kader van het Maritiem analyse- en operationeel centrum op het gebied van verdovende middelen (Maritime Analysis and Operations Centre – Narcotics MAOC-N) en het Centre de Coordination pour la Lutte Anti-Drogue en Méditerranée (CeCLAD-M).

Kenmerkend voor het maritieme toezicht tot dusverre was echter de veelal sectorale aanpak en de overlappende gegevensverzameling op nationaal niveau en door verschillende instanties. Een van de hoofddoelstellingen van het geïntegreerde maritieme beleid op dit vlak bestaat erin het maritieme toezicht te integreren door informatie-uitwisseling en versterkte samenwerking tussen nationale instanties die bevoegd zijn voor monitoring en toezicht op zee, te bevorderen i zonder daarbij te raken aan hun taakomschrijving en bevoegdheid als vastgesteld in de communautaire en nationale wetgeving. Een dergelijke informatieverzameling en -verwerking is niet alleen bevorderlijk voor het globale toezichtniveau en voor de coördinatie van acties op zee of in havens, maar helpt bovendien de toezichtskosten te drukken door gebruik te maken van niet-benutte schaalvoordelen. De integratie van de mediterrane partnerlanden in het maritieme toezicht dient verder in overweging te worden genomen.

De Commissie:

- zet een proefproject op de rails ter bevordering van de samenwerking tussen de nationale autoriteiten van de mediterrane lidstaten die bevoegd zijn voor maritiem toezicht, maritieme surveillance en uitwisseling van informatie tussen havenautoriteiten.

- zal in een mededeling een reeks beginselen voor geïntegreerd maritiem toezicht in de EU voorstellen om de geleidelijke overgang van een sectorale naar een geïntegreerde aanpak van maritiem toezicht op EU- en nationaal niveau te bevorderen.

13.

5. CONCLUSIE


De problemen in de Middellandse Zee vergen gecoördineerde en vooral geïntegreerde antwoorden die hun wortels hebben in een verbeterd maritiem bestuur. De relevantie van een dergelijke aanpak wordt des te duidelijker in het licht van factoren als de alsmaar toenemende vraag naar natuurlijke hulpbronnen, de druk op het mariene milieu en de stijgende behoefte aan groei en werkgelegenheid in de maritieme sectoren en regio’s.

Hierbij moet echter duidelijk voor ogen worden gehouden dat een geïntegreerde aanpak van maritieme aangelegenheden de instrumenten en doelstellingen die zijn vastgesteld voor de ontwikkeling in specifieke gebieden van maritiem belang, niet in gevaar mag brengen. Wel integendeel: de geïntegreerde aanpak moet uitmonden in horizontaal bestuur en horizontale instrumenten om de schadelijke impact tot een minimum te beperken en zowel de efficiëntie als de productie te optimaliseren.

De Commissie roept de Raad en het Europees Parlement daarom op:

- de in deze mededeling voorgestelde doelstellingen en maatregelen te bekrachtigen;

- de voorgestelde aanpak binnen hun eigen bevoegdheidsgebieden te steunen.
(EEZ’s) ingesteld waarin zij soevereine rechten inzake levende en niet-levende mariene hulpbronnen uitoefenen.
“Recente gebeurtenissen in Cyprus, Griekenland, Italië en Malta hebben aangetoond dat de inspanningen voor een efficiënte preventie en bestrijding van illegale immigratie aan de zuidelijke zeegrenzen van de EU dringend moeten worden opgevoerd (…).”