Toelichting bij COM(2011)604 - Ondertekening en de voorlopige toepassing protocol over vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie tussen EU en Guinee-Bissau

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Op basis van het mandaat van de Raad[1], heeft de Europese Commissie met de Republiek Guinee-Bissau onderhandeld met het oog op de verlenging van het protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Guinee-Bissau van 17 maart 2008. Ter afronding van deze onderhandelingen is op 15 juni 2011 een nieuw protocol geparafeerd.

De onderhandelingen over het nieuwe protocol liepen vertraging op vanwege het overleg tussen de Europese Unie en Guinee-Bissau in 2011 in het kader van artikel 96 van de Overeenkomst van Cotonou. Aangezien heel weinig tijd overblijft voor de sluiting van een nieuw protocol vóór het verstrijken van het vorige protocol, hebben beide partijen besloten een protocol voor één jaar te sluiten om zichzelf de tijd te geven de perspectieven van een toekomstig protocol van langere duur te evalueren.

Het nieuwe protocol bestrijkt een periode van 1 jaar vanaf 16 juni 2011. In het nieuwe protocol worden de bepalingen van het vorige protocol gehandhaafd en wordt bovendien een clausule opgenomen waardoor het kan worden geschorst in geval van schending van de mensenrechten en de democratische beginselen.

De onderhavige procedure loopt parallel aan de procedures met betrekking tot het besluit van de Raad met instemming van het Parlement betreffende de sluiting van het protocol zelf, alsmede de verordening van de Raad betreffende de verdeling van de vangstmogelijkheden over de lidstaten van de Unie.

Het voornaamste doel van het protocol is om de vangstmogelijkheden voor de vaartuigen van de Europese Unie te handhaven binnen de grenzen van het beschikbare overschot. De Commissie heeft zich onder meer gebaseerd op de resultaten van een evaluatie achteraf door externe deskundigen en op de adviezen van het in het kader van de overeenkomst ingestelde wetenschappelijk comité.

Het algemene doel is de samenwerking tussen de Europese Unie en de Republiek Guinee-Bissau voort te zetten en daartoe, in het belang van beide partijen, een partnerschapskader in te stellen voor de ontwikkeling van een duurzaam visserijbeleid en de verantwoorde exploitatie van de visbestanden in de visserijzone van Guinee-Bissau.

Beide partijen hebben het nieuwe protocol nodig geacht om het partnerschap en de samenwerking in de visserijsector te versterken met gebruikmaking van alle beschikbare financieringsinstrumenten. Hiertoe wordt eraan herinnerd dat een situatie moet worden geschapen die gunstig is voor de ontwikkeling van de investeringen.

De in het protocol bedoelde financiële tegenprestatie van in totaal 7 500 000 euro over de hele periode is gebaseerd op: a) maximaal 27 machtigingen voor vaartuigen voor de tonijnvisserij en 8 800 brt voor trawlers, voor een financiële tegenprestatie van 4 550 000 euro en b) steun voor de ontwikkeling van het visserijbeleid van de Republiek Guinee-Bissau ten bedrage van 2 950 000 euro. Deze steun beantwoordt aan de doelstellingen van het nationale visserijbeleid.

Meer in het bijzonder worden in het protocol, evenals in zijn voorganger, de vangstmogelijkheden voor de volgende visserijtakken vastgesteld:

- 4 400 brt voor vriestrawlers voor de garnaalvisserij

- 4 400 brt voor vriestrawlers voor de visvangst en de vangst van koppotigen

- 23 vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen/vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug:

- 14 vaartuigen voor de tonijnvisserij met de hengel.

De Commissie stelt op grond hiervan voor dat de Raad bij besluit de ondertekening en de voorlopige toepassing van het protocol goedkeurt.