Toelichting bij COM(2013)503 - Verlenging van een gemeenschappelijke onderneming voor het realiseren van het Europese nieuwe generatie luchtverkeersbeveiligingssysteem (SESAR) tot 2024 - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2013)503 - Verlenging van een gemeenschappelijke onderneming voor het realiseren van het Europese nieuwe generatie ... |
---|---|
bron | COM(2013)503 |
datum | 10-07-2013 |
De gemeenschappelijke onderneming voor het onderzoek naar het beheer van het luchtverkeer in het gemeenschappelijke Europese luchtruim (Single European Sky Air Traffic Management Research, SESAR), een publiek-privaat partnerschap dat in 2007 is opgericht[1], is het instrument voor de tenuitvoerlegging van de technologische pijler van het gemeenschappelijk Europees luchtruim en is als dusdanig belast met de ontwikkelingsfase van het SESAR-project. De gezamenlijke onderneming is dus de 'hoeder' en uitvoerder van het Europees masterplan voor luchtverkeersbeheer (het ATM-masterplan)[2].
In Verordening (EG) nr. 219/2007 is bepaald dat de gemeenschappelijke onderneming op 31 december 2016 zal ophouden te bestaan, aangezien de EU-financiering voor de ontwikkelingsfase van de gemeenschappelijke onderneming beperkt is tot de periode die overeenkomt met de financiële vooruitzichten 2007-2013 van de Unie. De verordening voorziet echter al in de mogelijkheid dat de Raad de werkingssfeer, het bestuur, de financiering en de looptijd van de gemeenschappelijke onderneming op basis van de in de ontwikkelingsfase geboekte vooruitgang kan herzien. Daar het noodzakelijk is ook na 2016 het onderzoek en de ontwikkeling op het gebied van luchtverkeersbeheer voor te zetten, en met name de gecoördineerde benadering inzake ATM-onderzoek en -ontwikkeling in de context van het gemeenschappelijk Europees luchtruim met het oog op de verwezenlijking van de daarin bepaalde doelstellingen, heeft dit wetgevingsvoorstel tot doel de looptijd van de gemeenschappelijke onderneming te verlengen tot na 2016. De meerjarige financiering van de nieuwe activiteiten in het ATM-masterplan van 2014 tot 2020 onder het nieuwe financiële kader van de Unie[3] maakt deel uit van Horizon 2020[4].
Inhoudsopgave
Het wetgevingskader voor het gemeenschappelijk Europees luchtruim bestaat uit vier basisverordeningen[5]. De vier verordeningen die in 2004 zijn vastgesteld (het SES I-pakket), zijn in 2009 herzien en uitgebreid bij Verordening (EG) nr. 1070/2009[6], die tot doel had de algehele prestaties van het systeem voor luchtverkeersbeheer in Europa te verbeteren (het SES II-pakket).
Dit wetgevingskader omvat ook meer dan 20 uitvoeringsregels en EU-specificaties ("technische normen") die sinds 2005 door de Commissie zijn vastgesteld om de interoperabiliteit van de technologieën en systemen te garanderen.
Het SES is in de eerste plaats gericht op prestaties via institutionele veranderingen en het regelgevingskader, maar omvat ook een belangrijke technische pijler, het SESAR-project.
Het ATM-masterplan is het overeengekomen stappenplan dat de link legt tussen onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten op het gebied van ATM en uitrolscenario's die bijdragen tot de verwezenlijking van de SES-prestatiedoelstellingen via de modernisering van ATM-technologieën en -procedures.
De coördinatie en interactie tussen de ontwikkeling en de uitrol is essentieel voor het succes van het SESAR-project en voor de volledige verwezenlijking van het gemeenschappelijk Europees luchtruim.
De gemeenschappelijke onderneming SESAR is verantwoordelijk voor de coördinatie en het beheer van de onderzoeks- en innovatieactiviteiten van het SESAR-project, in overeenstemming met het ATM-masterplan. Zij is ook verantwoordelijk voor de uitvoering en handhaving van het ATM-masterplan. In de recentste versie van het ATM-masterplan, die is vastgesteld in 2012, worden de 'essentiële operationele wijzigingen' vermeld die in drie grote stappen moeten worden doorgevoerd om het nieuwe SESAR-concept tegen 2030 volledig uit te rollen:
– Stap 1 – tijdsgebaseerde activiteiten – vooral gericht op het benutten van latent aanwezige capaciteit, met name door het verbeteren van informatie-uitwisseling, teneinde de netwerkeffecten te optimaliseren.
– Stap 2 – trajectgebaseerde activiteiten – dit omvat de ontwikkeling van een systeemomvattend informatiebeheersysteem en concepten voor het beheer van initiële trajecten, teneinde de efficiëntie te verbeteren.
– Stap 3 – prestatiegebaseerde verbeteringen – dit heeft betrekking op de invoering van volledig en geïntegreerd trajectbeheer, met nieuwe scheidingsmodi om de politieke doelstellingen van het gemeenschappelijk Europees luchtruim op lange termijn te verwezenlijken.
Het huidige overeengekomen werkprogramma van de gemeenschappelijke onderneming SESAR heeft betrekking op stap 1 en, gezien het maturiteitsniveau van de technologie en de activiteiten, op een groot gedeelte van stap 2 van het ATM-masterplan. De voortgangsverslagen van de gemeenschappelijke onderneming SESAR bevestigen dat stap 1 en ongeveer 70 tot 80 % van stap 2 naar verwachting tegen eind 2016 zullen zijn uitgevoerd. Hoewel het huidige werkprogramma van de gemeenschappelijke onderneming SESAR betrekking heeft op de volledige cyclus van onderzoek en innovatie, richt het zich toch vooral op pre-industriële ontwikkelingen.
In december 2011 heeft de Commissie haar voornemen kenbaar gemaakt om de nodige beoordelingen en raadplegingen uit te voeren met het oog op de verlenging van de gemeenschappelijke onderneming SESAR tot na 2016[7].
Tijdens deze beoordelingen en raadplegingen is ook nagegaan of er behoefte was aan een grondiger herziening van de verordening inzake de gemeenschappelijke onderneming SESAR, bijv. om het werkgebied uit te breiden of eventueel het beheer ervan te wijzigen.
Uit de tussentijdse evaluatie[8] is gebleken dat de gemeenschappelijke onderneming SESAR goed gefunctioneerd heeft, zowel wat de opzet en opbouw van de organisatie als wat de uitvoering van de toegewezen taken betreft, d.w.z. de coördinatie en het beheer van de O&O-activiteiten teneinde de SESAR-doelstellingen te verwezenlijken.
Dat het financieel beheer van de gemeenschappelijke onderneming SESAR gezond is, wordt ook bevestigd door de verslagen over de jaarrekeningen[9].
Uit diverse raadplegingen, waaronder een publieke raadpleging onder leiding van het directoraat-generaal Mobiliteit en vervoer van de Commissie (DG MOVE), blijkt dat een verlenging van de gemeenschappelijke onderneming SESAR op unanieme steun kan rekenen. Het overlegproces en de jaarlijkse activiteitenverslagen van de gemeenschappelijke onderneming SESAR tonen ook aan dat de gemeenschappelijke onderneming SESAR goed op weg is om haar taken overeenkomstig het ATM-masterplan uit te voeren.
Het huidige werkgebied van de gemeenschappelijke onderneming SESAR omvat alle O&O-activiteiten in de Unie die tot doel hebben het luchtverkeersbeheer in Europa te moderniseren. De gemeenschappelijke onderneming SESAR heeft activiteiten uitgevoerd met betrekking tot de volledige O&O-cyclus op het gebied van luchtverkeersbeheer, inclusief langetermijnonderzoek. Uit het overleg is gebleken dat het werkgebied van de gemeenschappelijke onderneming SESAR niet hoeft te worden veranderd, hoewel het nodig kan zijn om de focus van de activiteiten binnen dat werkgebied enigszins te verleggen. Bovendien kan geen formeel onderscheid worden gemaakt tussen de fasen van de ATM-innovatiecyclus, omdat ze op elkaar inwerken. Het werkgebied van de gemeenschappelijke onderneming SESAR hoeft dan ook niet te worden gewijzigd.
Wat de processen voor het lidmaatschap en beheer van de gemeenschappelijke onderneming SESAR betreft, zijn er evenmin aanwijzingen dat veranderingen nodig zijn. Deze processen zijn voldoende open en transparant om alle wijzigingen mogelijk te maken die noodzakelijk kunnen zijn door de verlenging van de gemeenschappelijke onderneming SESAR.
Het huidige beheer is al sterker gericht op de totstandbrenging van resultaten die bij de uitrol toepasbaar zijn, en zal in de komende twee jaar nog verder worden ontwikkeld.
De uitrol van het SESAR-concept vereist nog altijd gecoördineerde ontwikkelings- en valideringsactiviteiten om stap 2 van het ATM-masterplan te voltooien en om stap 3 volledig uit te voeren.
Nu de uitrolfase weldra in gang zal worden gezet, kan het evenwicht in de middelen die aan de verschillende fasen van de onderzoeks- en innovatiecyclus worden toegewezen, worden herzien om ervoor te zorgen dat innoverende ideeën blijven binnenstromen. Er kunnen met name meer inspanningen worden geleverd op het gebied van verkennend onderzoek. Er zullen grootschalige demonstratieactiviteiten worden opgezet, gefocust op prestatievoordelen, op het uitvoeren van geïntegreerde en gecoördineerde voorafgaande valideringen en op het aantonen van de paraatheid voor de uitrol en voor de operationele en/of technologische overgang.
Het is onmogelijk het toekomstige programma vanaf 2014 en de tien jaren daarna vanaf het begin vast te stellen; er moeten bepalingen worden vastgesteld die het mogelijk maken veelbelovende resultaten van verkennend onderzoek te laten doorstromen naar het toegepast onderzoek, de ontwikkeling en de voorbereiding van de uitrol. Dit betekent dat de thema's die bijdragen tot het gemeenschappelijk Europees luchtruim voortdurend evolueren.
De gemeenschappelijke onderneming SESAR stelt zijn meerjarig werkprogramma vast om stap 2 van het ATM-masterplan te voltooien en stap 3 aan te vatten, overeenkomstig de voorschriften in de statuten die als bijlage bij Verordening (EG) nr. 219/2007 (artikel 16) zijn gevoegd, en dient het ter goedkeuring in bij de raad van bestuur (artikel 5).
Er is vooraf een beoordeling uitgevoerd, die bij dit voorstel is gevoegd (document SEC(2013) xxx). Hieruit blijkt dat het nuttig en efficiënt is de gemeenschappelijke onderneming SESAR te verlengen in het kader van Horizon 2020, teneinde de prestatiedoelstellingen van het gemeenschappelijk Europees luchtruim te verwezenlijken.
De rechtsgrondslag voor het voorstel is artikel 187 VWEU, voorheen artikel 171 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, dat ook als rechtsgrondslag heeft gediend voor Verordening (EG) nr. 219/2007.
Gezien het bovenstaande stelt de Commissie voor om in de periode van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2020, die samenvalt met het nieuwe meerjarig financieel kader, weer een meerjarige financiële toewijzing op te nemen in de begroting van de Unie. Overeenkomstig het pakket van de Commissie van juni 2011 'Een begroting voor Europa 2020' en de geldende praktijk, moet dit bedrag afkomstig zijn uit het begrotingsonderdeel 'realiseren van een hulpbronefficiënt, milieuvriendelijk, veilig en naadloos Europees vervoersysteem'. De Commissie stelt dan ook voor om een bedrag van maximaal 600 miljoen euro[10] (inclusief bijdrage van de EVA) toe te wijzen voor de referentieperiode. Het uiteindelijke bedrag is afhankelijk van de afloop van de lopende onderhandelingen over het meerjarig financieel kader voor de periode 2014-2020 en de onderhandelingen met privé-partners. Het ATM-masterplan valt onder de activiteiten van de gemeenschappelijke onderneming SESAR. Rekening houdende met het maturiteitsniveau is het huidige programma gefocust op de uitvoering van stap 1 (tijdsgebaseerde activiteiten) en het grootste deel van stap 2 (trajectgebaseerde activiteiten van het ATM-masterplan). De activiteiten die moeten worden uitgevoerd binnen het meerjarig financieel kader 2014-2020, hebben betrekking op het hoogste maturiteitsniveau van stap 2, waarvoor de technologie en activiteiten naar verwachting in 2016 beschikbaar zullen zijn, en op het volledige toepassingsgebied van stap 3 (prestatiegebaseerde activiteiten van het ATM-masterplan). Het werkprogramma van de gemeenschappelijke onderneming SESAR dat gefinancierd wordt op basis van de financiële vooruitzichten van de Unie voor 2007-2013, is in uitvoering en zal worden afgerond tegen 31 december 2016. Vanaf 2014 worden geleidelijk nieuwe activiteiten uitgevoerd. Dit biedt de huidige leden die aan het SESAR-project willen blijven deelnemen de gelegenheid om de middelen die nodig zijn voor het nieuwe werkprogramma, dat in 2014 van start gaat, op peil te houden zonder hun activiteiten te onderbreken. Verdere details worden verstrekt in het bijgevoegde financiële memorandum en de beoordeling vooraf. De begrotingsautoriteit moet toestemming verlenen voor de jaarlijks toe te kennen bedragen, overeenkomstig de begrotingsprocedure.
Om de looptijd van de gemeenschappelijke onderneming SESAR te verlengen, moet Verordening (EG) nr. 219/2007 als volgt worden gewijzigd:
Artikel 1, lid 2, wordt gewijzigd om de looptijd van de gemeenschappelijke onderneming SESAR te verlengen tot 31 december 2024. Aangezien het ATM-masterplan door de Raad is goedgekeurd, is het niet meer nodig ernaar te verwijzen.
Artikel 1, lid 3, wordt geschrapt omdat het ATM-masterplan aan het Europees Parlement is meegedeeld.
Artikel 1, lid 5, vijfde streepje, wordt gewijzigd om de gemeenschappelijke onderneming SESAR duidelijk te machtigen om subsidies aan haar leden en andere deelnemers toe te kennen, volgens de regels voor deelname aan Horizon 2020.
Artikel 2 bis, lid 5, wordt aangepast: de beperking van de aanstellingstermijn van tijdelijke en contractuele functionarissen tot 8 jaar wordt geschrapt. Dit kon immers leiden tot een hoog verloop van ervaren personeel bij een orgaan met een beperkte looptijd. Om dezelfde reden is ook de beperking van arbeidscontracten tot een bepaalde termijn, eenmaal verlengbaar met een bepaalde termijn, geschrapt. Artikel 2 bis, lid 5, bevat al een beperking: de duur van een aanstellingsperiode kan in geen geval langer zijn dan de looptijd van de gemeenschappelijk onderneming. In elk geval zijn de bepalingen van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie, de Regeling die van toepassing is op de andere personeelsleden van de Europese Unie en de bijbehorende uitvoeringsregels van toepassing.
In artikel 4, lid 2, eerste zin, wordt het nieuwe bedrag van de EU-bijdrage van maximaal 600 miljoen euro[11] (inclusief bijdrage van de EVA) voor het financieel kader 2014-2020 in het kader van Horizon 2020 opgenomen.
Artikel 4, lid 3, wordt aangepast aan de verlenging van de looptijd van de gemeenschappelijke onderneming.
Artikel 4 bis, lid 1, wordt aangepast aan de nieuwe financiële kaderregeling.
Artikel 4 bis, lid 2, wordt geschrapt omdat deze bepalingen onder de algemene verwijzing naar de nieuwe financiële kaderregeling vallen.
De eerste zin van artikel 7 wordt in overeenstemming gebracht met de beoordelingsregels van Horizon 2020.
Het voorstel bevat ook drie overgangsbepalingen:
Artikel 2 beperkt het mandaat van de uitvoerend directeur die op 1 januari 2009 in functie is tot 31 december 2016, teneinde de samenhang met artikel 3 van wijzigingsverordening (EG) nr. 1361/2008 te garanderen.
Bij artikel 3 wordt op 31 december 2016 het lidmaatschap beëindigd van de huidige leden van de gemeenschappelijke onderneming die niet bijdragen tot activiteiten die worden gefinancierd door Horizon 2020 onder het meerjarig financieel kader 2014-2020. Het doel van deze bepaling is 'slapende partners' in de gemeenschappelijke onderneming te voorkomen.
Bij artikel 4 worden de activiteiten van de gemeenschappelijke onderneming SESAR die tot 31 december 2016 worden gefinancierd onder het zevende kaderprogramma voor onderzoek beëindigd, behalve het projectbeheer dat betrekking heeft op de stopzetting.
De bijlage bij de verordening inzake de gemeenschappelijke onderneming SESAR, die de statuten van de gemeenschappelijke onderneming SESAR bevat, wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 5, lid 1, onder m), wordt gewijzigd om duidelijk te maken dat de gemeenschappelijke onderneming SESAR subsidies mag verlenen voor de tenuitvoerlegging van het ATM-masterplan, volgens de regels voor deelname aan Horizon 2020.
In lid 2, onder a), wordt het aantal vergaderingen van de raad van bestuur teruggebracht van vier naar drie per jaar. Uit de ervaring van de afgelopen jaren is gebleken dat drie verplichte vergaderingen per jaar volstaan voor het gewone bestuur van de gemeenschappelijke onderneming SESAR en om de raad in staat te stellen zijn verplichtingen na te komen. De voorbereiding van vier vergaderingen zou de administratieve belasting doen toenemen, gezien het relatief korte interval tussen de vergaderingen. Bovendien kunnen extra vergaderingen van de raad worden georganiseerd indien nodig.
Artikel 6, lid 1, wordt gewijzigd om de procedure van de gemeenschappelijke onderneming SESAR voor het toekennen van subsidies te verduidelijken, volgens de regels voor deelname aan Horizon 2020.
Artikel 7, lid 2, wordt aangepast om de ambtstermijn van de uitvoerend directeur te verlengen van 3 tot 5 jaar, met één mogelijke verlenging. Door deze wijziging wordt voorkomen dat de ambtstermijn van de uitvoerend directeur afloopt vóór het einde van de looptijd van de gemeenschappelijke onderneming SESAR. Een dergelijke situatie zou moeilijk te beheren zijn vanuit het oogpunt van de continuïteit. Bovendien zou het grootste gedeelte van het programma van de gemeenschappelijke onderneming SESAR op dat ogenblik zo goed als voltooid zijn, waardoor een vacature voor deze functie minder aantrekkelijk is voor geschikte kandidaten.
Artikel 10, leden 2 en 3, wordt gewijzigd om te verduidelijken dat de gemeenschappelijke onderneming SESAR subsidies toekent volgens de regels voor deelname aan Horizon 2020.
Artikel 13, lid 2, wordt gewijzigd overeenkomstig artikel 8, lid 4, van het Financieel Reglement 2013: intresten uit de bijdrage van de Unie zijn alleen aan de Unie verschuldigd als dit in de delegatieovereenkomst bepaald is.
Artikel 16, lid 1, bevat nu een verwijzing naar het in artikel 4, lid 2, bedoelde financieel kader. Het doel van deze wijziging is een onderscheid te maken tussen de activiteiten van het werkprogramma van de gemeenschappelijke onderneming SESAR die worden gefinancierd in het kader van de financiële vooruitzichten 2007-2013 en die welke worden gefinancierd in het kader van de financiële vooruitzichten 2014-2020. Dit onderscheid is belangrijk voor de periode 2014-2016 omdat in deze periode de activiteiten van het vorige werkprogramma en de nieuwe activiteiten tegelijk worden uitgevoerd.
Artikel 17 wordt gewijzigd om rekening te houden met de standaardbepaling inzake bescherming van de financiële belangen van de Unie en het Financieel Reglement 2013, met name artikel 60.
Ten slotte wordt de verordening aangepast aan artikel 291 van het Verdrag van Lissabon wat betreft uitvoeringshandelingen.