Toelichting bij COM(2015)651 - Ontwikkeling van de uitgaven uit het ELGF Alarmsysteem nr. 8-10/2015

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

1.

Brussel, 11.12.2015


COM(2015) 651 final

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

over de ontwikkeling van de uitgaven uit het ELGF

Alarmsysteem nr. 8-10/2015


2.

INHOUDSOPGAVE



Inleiding



3.

2. Bestemmingsontvangsten voor het ELGF


4.

3. Opmerkingen over de uitvoering van de ELGF-begroting 2015 (voorlopige cijfers)


5.

4. Feitelijke bestemmingsontvangsten voor het ELGF


6.

5. Conclusies


bijlage 1:Besteding van de ELGF-kredieten tot en met 31.8.2015 (voorlopige cijfers)


1. Inleiding

Dit verslag bevat een update van de voorlopige uitvoering van de begroting 2015 voor het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF). In bijlage 1 wordt met name het werkelijke niveau van de uitvoering van de ELGF-begroting voor de periode van 16 oktober 2014 tot en met 31 augustus 2015 vergeleken met het verwachte uitgavenprofiel. Dit laatste is het resultaat van de toepassing van de indicator op het niveau van de begrotingskredieten. De indicator wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 28 van Verordening (EU) nr. 1306/2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid 1 .

2. Bestemmingsontvangsten voor het ELGF

Krachtens artikel 43 van Verordening (EU) nr. 1306/2013 gelden ontvangsten die voortvloeien uit de financiële correcties die worden opgelegd op grond van besluiten tot boekhoudkundige en conformiteitsgoedkeuring, uit onregelmatigheden en uit de opbrengsten van de melkheffing, als bestemmingsontvangsten ter financiering van ELGF-uitgaven. De bestemmingsontvangsten kunnen worden gebruikt voor de financiering van welke ELGF-uitgaven dan ook. Als een deel van deze ontvangsten niet binnen het begrotingsjaar wordt gebruikt, wordt dat deel automatisch overgedragen naar het volgende begrotingsjaar 2 .

De ELGF-begroting 2015, zoals vastgesteld door de begrotingsautoriteit, omvatte:

– de door de Commissie vastgestelde ramingen van de middelen die nodig zijn voor de financiering van de verwachte uitgaven voor marktmaatregelen en rechtstreekse steun, en

– de ramingen van de bestemmingsontvangsten die naar verwachting in de loop van het begrotingsjaar 2015 zouden worden geïnd, evenals de uit het begrotingsjaar 2014 overgedragen bestemmingsontvangsten.

Bij de opstelling van de begroting 2015 werden de bestemmingsontvangsten door de Commissie op 1 768,6 miljoen EUR geraamd. Dit bedrag omvatte:

– de bestemmingsontvangsten die naar verwachting in de loop van het begrotingsjaar 2015 zouden worden geïnd, geraamd op 1 438,6 miljoen EUR (868,6 miljoen EUR voor correcties in het kader van de conformiteitsgoedkeuring, 165 miljoen EUR voor onregelmatigheden en 405 miljoen EUR voor de opbrengsten uit de melkheffing), en

– de bestemmingsontvangsten die naar verwachting van het begrotingsjaar 2014 naar het begrotingsjaar 2015 zouden worden overgedragen, geraamd op 330 miljoen EUR.

De Commissie heeft deze aanvankelijk verwachte ontvangsten ten bedrage van 1 768,6 miljoen EUR in de begroting 2015 toegewezen aan de begrotingsonderdelen in de volgende artikelen:

– 05 02 08 – Groenten en fruit: 469,3 miljoen EUR 3 ;

– 05 02 12 – Melk en zuivelproducten: 54,3 miljoen EUR 4 ;

– 05 03 01 – Ontkoppelde rechtstreekse steun: 1 245 miljoen EUR 5 .

Voor deze regelingen heeft de begrotingsautoriteit uiteindelijk kredieten goedgekeurd in overeenstemming met het voorstel van de Commissie. De som van de goedgekeurde kredieten en de bovengenoemde bestemmingsontvangsten komt overeen met de totale geraamde behoefte.

In bijlage 1 gaat het bij de begrotingskredieten voor groenten en fruit, voor melk en zuivelproducten en voor ontkoppelde rechtstreekse steun (weergegeven op het niveau van het artikel) om de goedgekeurde kredieten voor die artikelen (respectievelijk 836,2 miljoen EUR, 77,1 miljoen EUR en 37 397 miljoen EUR), waarbij geen rekening is gehouden met de voornoemde bestemmingsontvangsten. Als de bestemmingsontvangsten voor die artikelen worden meegeteld, bedragen de kredieten in de begroting 2015 in totaal 1 305,5 miljoen EUR voor groenten en fruit, 131,4 miljoen EUR voor melk en zuivelproducten en 38 642 miljoen EUR voor ontkoppelde rechtstreekse steun.

3. Opmerkingen over de uitvoering van de ELGF-begroting 2015 (voorlopige cijfers)

De uitvoering van de begroting (voorlopige cijfers) voor de periode van 16 oktober 2014 tot en met 31 augustus 2015, zoals weergegeven in bijlage 1, wordt vergeleken met het uitgavenprofiel op basis van de overeenkomstig artikel 28 van Verordening (EU) nr. 1306/2013 vastgestelde indicator. Hieronder volgt een korte toelichting bij een aantal begrotingsartikelen die de grootste verschillen tussen de werkelijke en de verwachte uitvoering van de begroting 2015 te zien geven.

3.1.Marktmaatregelen

De opname van begrotingskredieten voor interventies op de landbouwmarkten lag 107,7 miljoen EUR boven het niveau van de goedgekeurde begrotingskredieten waarop deze volgens de indicator op 31 augustus 2015 zou moeten liggen. Dit verschil is het netto-effect van de uitvoeringspatronen, vooral in de sector groenten en fruit, de sector melk en zuivelproducten en de sector wijn.

3.1.1.Groenten en fruit (+ 147,1 miljoen EUR in vergelijking met de goedgekeurde kredieten)

Dit uitvoeringsniveau is vooral toe te schrijven aan de uitgaven voor de regeling inzake de actiefondsen van de producentenorganisaties en voor de overige maatregelen voor groenten en fruit, die worden gefinancierd uit zowel goedgekeurde begrotingskredieten als bestemmingsontvangsten (zie punt 2 voor nadere informatie). Daarentegen is de indicator voor de periode tot en met 31 augustus 2015 alleen toegepast op de goedgekeurde begrotingskredieten ten belope van 836,2 miljoen EUR en is daarbij dus geen rekening gehouden met de bestemmingsontvangsten.

Een voetnoot * in de tabel met het overzicht van de uitvoering van de begroting (bijlage 1 – voorlopige cijfers) geeft aan wat de situatie zou zijn geweest als de indicator was toegepast op de totale kredieten voor dit artikel, met inbegrip van de bestemmingsontvangsten ten belope van 469,3 miljoen EUR. Als de indicator was toegepast op de totale financiering die naar raming voor dit artikel beschikbaar zal zijn (1 305,5 miljoen EUR), zou er sprake zijn van een onderbesteding van 168,3 miljoen EUR.

Dit is het gevolg van een lagere opname van alle uit hoofde van dit artikel gefinancierde regelingen. Met name de begrotingskredieten voor crisismaatregelen – die beschikbaar zijn voor de actiefondsen van de producentenorganisaties en voor andere maatregelen in de sector groenten en fruit – werden in geringere mate opgenomen dan werd geraamd op het moment dat de begroting voor 2015 werd vastgesteld. Ook met betrekking tot de traditionele actiefondsen van de producentenorganisaties werd een lagere uitvoering geconstateerd. Ten slotte hebben de lidstaten niet ten volle gebruikgemaakt van het verhoogde budget voor de schoolfruitregeling.

Op dit moment verwachten de diensten van de Commissie een onderbesteding van de kredieten voor dit artikel tegen het einde van het begrotingsjaar.

3.1.2.Producten van de wijnbouwsector (– 77,1 miljoen EUR)

Deze onderbesteding is toe te schrijven aan het tragere tempo van de betalingen door de lidstaten in vergelijking met het uitgavenprofiel van de voor de nationale wijnprogramma's vastgestelde indicator. Doorgaans zetten de lidstaten steeds meer vaart achter de uitvoering van deze programma's naarmate het jaar vordert. Op dit moment gaan de diensten van de Commissie er echter van uit dat tegen het einde van het begrotingsjaar een onderbesteding van de kredieten voor dit artikel mogelijk is.

3.1.3.Melk en zuivelproducten (+ 36,5 miljoen EUR)

Dit uitvoeringsniveau is vooral toe te schrijven aan de uitgaven voor de opslagmaatregelen en voor de overige maatregelen in de sector melk en zuivelproducten (begrotingspost 05 02 12 99), die worden gefinancierd uit zowel goedgekeurde begrotingskredieten als bestemmingsontvangsten (zie punt 2 voor nadere informatie). Daarentegen is de indicator voor de periode tot en met 31 augustus 2015 alleen toegepast op de goedgekeurde begrotingskredieten ten belope van 77,1 miljoen EUR en is daarbij dus geen rekening gehouden met de bestemmingsontvangsten.

Een voetnoot * in de tabel met het overzicht van de uitvoering van de begroting (bijlage 1 – voorlopige cijfers) geeft aan wat de situatie zou zijn geweest als de indicator was toegepast op de totale kredieten voor dit artikel, met inbegrip van de bestemmingsontvangsten ten belope van 54,3 miljoen EUR. Als de indicator was toegepast op de totale financiering die naar raming voor dit artikel beschikbaar zal zijn (131,4 miljoen EUR), zou er sprake zijn van een onderbesteding van 17,2 miljoen EUR.

De Commissie verwacht een geringere opname van de kredieten voor de schoolmelkregeling en voor de crisismaatregelen die beschikbaar zijn voor de opslagmaatregelen en de overige maatregelen in de sector melk en zuivelproducten. Op dit moment verwachten de diensten van de Commissie een onderbesteding van de kredieten voor dit artikel tegen het einde van het begrotingsjaar.

3.2.Rechtstreekse steun

De opname van kredieten voor rechtstreekse steun lag 819,4 miljoen EUR boven het indicatorniveau op 31 augustus 2015.

3.2.1.Ontkoppelde rechtstreekse steun (+ 883,8 miljoen EUR in vergelijking met de goedgekeurde kredieten)

Dit uitvoeringsniveau is vooral toe te schrijven aan de uitgaven voor de bedrijfstoeslagregeling, die wordt gefinancierd uit zowel goedgekeurde kredieten als bestemmingsontvangsten (zie punt 2 voor nadere informatie). Daarentegen is de indicator voor de periode tot en met 31 augustus 2015 alleen toegepast op de goedgekeurde begrotingskredieten ten belope van 37 397 miljoen EUR en is daarbij dus geen rekening gehouden met de bestemmingsontvangsten.

Een voetnoot * in de tabel met het overzicht van de uitvoering van de begroting (bijlage 1 – voorlopige cijfers) geeft aan wat de situatie zou zijn geweest als de indicator was toegepast op de totale kredieten voor dit artikel, met inbegrip van de bestemmingsontvangsten ten belope van 1 245 miljoen EUR. Als de indicator was toegepast op de totale financiering die naar raming voor dit artikel beschikbaar zal zijn (38 642 miljoen EUR), zou er sprake zijn van een onderbesteding van 360,2 miljoen EUR.

Op dit moment hebben de lidstaten al betalingen verricht voor meer dan 99 % van de geraamde budgettaire behoeften voor ontkoppelde rechtstreekse steun in 2015. De Commissie gaat ervan uit dat de beschikbare kredieten plus de bestemmingsontvangsten voldoende zullen zijn om in de financieringsbehoeften voor dit artikel te voorzien en dat er op het einde van het begrotingsjaar een zekere mate van onderbesteding kan worden verwacht.

3.2.2.Andere rechtstreekse steun (– 64,3 miljoen EUR)

Deze onderbesteding van de goedgekeurde kredieten voor andere rechtstreekse steun ten opzichte van het uitgavenprofiel dat overeenstemt met de indicator voor de periode tot en met 31 augustus 2015, is het gevolg van het tragere tempo van de betalingen voor bepaalde regelingen in deze sector, in het bijzonder voor gekoppelde specifieke steun op grond van artikel 68. In dit stadium is de Commissie van mening dat een zekere onderbesteding aan het einde van het begrotingsjaar kan worden verwacht.

3.3.Audit van de landbouwuitgaven (– 21,2 miljoen EUR)

Naast een bedrag voor rechtstreekse uitgaven voor monitoring en preventieve maatregelen ten belope van 6,8 miljoen EUR is in de begroting 2015 een geraamd bedrag van 20 miljoen EUR opgenomen voor positieve correcties in het kader van de goedkeuring van de rekeningen en van 60,5 miljoen EUR voor betalingen in verband met geschillenbeslechting. Op basis van de meest recente informatie zal de door lidstaten te betalen compensatierente voor de beslechting van geschillen lager zijn dan in de begroting voor 2015 is voorzien en zal het uitstaande saldo naar verwachting uit de begroting voor 2016 worden betaald. Bovendien verwacht de Commissie dat zij de lidstaten rond 20 miljoen EUR en 29,2 miljoen EUR zal terugbetalen in verband met positieve besluiten tot boekhoudkundige en conformiteitsgoedkeuring van de rekeningen in hun voordeel. In dit stadium verwacht de Commissie voor het hoofdstuk 'audit van de landbouwuitgaven' een onderbesteding van de kredieten van de begroting voor 2015.

4. Feitelijke bestemmingsontvangsten voor het ELGF

De tabel in bijlage 1 geeft een overzicht van de per 31 augustus 2015 geïnde bestemmingsontvangsten, in totaal 1 951,8 miljoen EUR. Meer bepaald:

– zijn de verwachte ontvangsten uit de correcties op grond van de besluiten tot boekhoudkundige en conformiteitsgoedkeuring grotendeels geïnd (1 062,8 miljoen EUR);

– bedragen de ontvangsten uit terugvorderingen wegens onregelmatigheden 138,3 miljoen EUR en wordt ook verwacht dat daar tegen het einde van het begrotingsjaar nog bedragen bij zullen komen; en

– zijn de inkomsten uit de melkheffing inmiddels volledig geïnd (ca. 409,4 miljoen EUR).

Tot slot zijn uiteindelijk bestemmingsontvangsten ten bedrage van 341,3 miljoen EUR van 2014 naar 2015 overgedragen.

Het voor de financiering van ELGF-uitgaven beschikbare bedrag van de bestemmingsontvangsten bedraagt per 31 augustus 2015 dus 1 951,8 miljoen EUR en zal verder worden aangevuld met nieuwe bestemmingsontvangsten uit terugvorderingen wegens onregelmatigheden, die naar verwachting tegen het einde van het begrotingsjaar zullen worden geïnd.

5. Conclusies

Uit de besteding van de kredieten van de ELGF-begroting 2015 (voorlopige cijfers) voor de periode tot en met 31 augustus 2015 blijkt dat de maandelijkse vergoedingen aan de lidstaten ongeveer 880,5 miljoen EUR boven het uitgavenprofiel voor de uitvoering van de begroting op basis van de indicator liggen.

Wat de bestemmingsontvangsten betreft, is reeds 1 951,8 miljoen EUR beschikbaar en worden naar verwachting in 2015 nog extra bedragen geïnd.

Op dit moment is de Commissie van mening dat de bedragen aan goedgekeurde kredieten en aan bestemmingsontvangsten die nu reeds beschikbaar zijn en die waarop in de loop van het begrotingsjaar wordt gerekend, voldoende zullen zijn om te voorzien in de behoeften van het ELGF in 2015, met inbegrip van de behoeften die zijn ontstaan door de tenuitvoerlegging van de crisismaatregelen die de Commissie naar aanleiding van de Russische boycot heeft genomen, en overeenkomen met de oorspronkelijke verwachting bij de vaststelling van de begroting 2015.

Aangezien de reserve voor crisissituaties in de landbouwsector (433 miljoen EUR) in 2015 nog niet is aangesproken, wordt ervan uitgegaan dat die niet-benutte kredieten naar het begrotingsjaar 2016 zullen worden overgedragen en dat hiermee de landbouwers zullen worden vergoed op wie in het begrotingsjaar 2016 de financiële discipline van toepassing zal zijn.

Het geraamde resterende overschot van het ELGF (750 miljoen EUR) zal worden opgenomen in de nota van wijzigingen nr. 2 bij de ontwerpbegroting 2016.


(1)

PB L 347 van 20.12.2013, blz. 549.

(2)

In artikel 14 van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie is bepaald dat interne bestemmingsontvangsten slechts één jaar mogen worden overgedragen. Daarom worden deze bestemmingsontvangsten, met het oog op een gezond begrotingsbeheer, over het algemeen eerst gebruikt, vóór de goedgekeurde kredieten van het betrokken begrotingsartikel.

(3)

362,4 miljoen EUR voor de actiefondsen van de producentenorganisaties in de sector groenten en fruit en 106,9 miljoen EUR voor de overige maatregelen in de sector groenten en fruit.

(4)

0,9 miljoen EUR voor de opslagmaatregelen voor mageremelkpoeder, 2,9 miljoen EUR voor de opslagmaatregelen voor boter en room en 50,5 miljoen EUR voor de overige maatregelen in de sector melk en zuivelproducten.

(5)

Het volledige bedrag werd toegewezen aan de bedrijfstoeslagregeling.