Toelichting bij COM(2018)890 - Voorbereidingen treffen voor de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de EU op 30 maart 2019: uitvoering van het noodplan van de Commissie

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

EUROPESE COMMISSIE

1.

Brussel, 22.1.2019


COM(2018) 890 final/2

CORRIGENDUM
This document corrects document COM(2018) 890 final of 19.12.2018.
Concerns the Dutch language version.
In one occurrence, in the title 'European Central Bank' was corrected into 'European Investment Bank'.
The text shall read as follows:

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

Voorbereidingen treffen voor de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie op 30 maart 2019: uitvoering van het noodplan van de Commissie


De Europese Raad roept ertoe op meer te doen om op alle niveaus voorbereid te zijn op de gevolgen van de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk, en daarbij rekening te houden met alle mogelijke uitkomsten.

Europese Raad (artikel 50), 13 december 2018 1

Inleiding



Het Verenigd Koninkrijk heeft beslist de Europese Unie te verlaten en daartoe een beroep gedaan op de procedure van artikel 50 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. Tenzij de beslissing wordt teruggedraaid 2 of de termijn unaniem wordt verlengd, zal dit over iets meer dan 100 dagen een feit zijn. De Commissie betreurt deze beslissing, maar respecteert ze. Zoals werd benadrukt in de eerste mededeling van de Commissie van 19 juli 2018 3 over de voorbereidingen voor de brexit, zal de keuze van het Verenigd Koninkrijk in eender welk scenario tot aanzienlijke ontregeling leiden. Daarom heeft de Commissie Europese burgers, bedrijven en lidstaten consequent opgeroepen zich op alle mogelijke scenario’s voor te bereiden, de desbetreffende risico’s te beoordelen en hun reacties zo te plannen dat deze risico’s worden verminderd.

Op 13 november 2018 heeft de Commissie in haar tweede mededeling over de voorbereidingen voor de brexit een noodplan 4 gepresenteerd. De in het actieplan aangekondigde noodmaatregelen zijn eenzijdige maatregelen ter beperking van de schade en kunnen alleen de meest ernstige gevolgen van een terugtrekking zonder akkoord verzachten. Op 14 november 2018 zijn de onderhandelaars van de Commissie en het Verenigd Koninkrijk het eens geworden over de voorwaarden van het terugtrekkingsakkoord 5 . Op 22 november 2018 keurde de Commissie het voltooide terugtrekkingsakkoord goed 6 . Op 25 november 2018 onderschreef de Europese Raad (artikel 50) het terugtrekkingsakkoord en verzocht hij de Commissie, het Europees Parlement en de Raad de nodige maatregelen te nemen opdat het akkoord op 30 maart 2019 in werking kan treden en voor een ordelijke terugtrekking zorgt 7 .

Op 5 december 2018 heeft de Commissie twee voorstellen voor besluiten van de Raad betreffende de ondertekening en de sluiting van het terugtrekkingsakkoord aangenomen, zodat het akkoord aan EU-zijde in de komende weken kan worden gesloten en geratificeerd. De Europese Raad (artikel 50) van 13 december 2018 bevestigde zijn goedkeuring van het terugtrekkingsakkoord en zijn voornemen om de ratificatie ervan voort te zetten. Het terugtrekkingsakkoord moet worden geratificeerd door het Verenigd Koninkrijk in overeenstemming met zijn eigen grondwettelijke bepalingen. Ratificatie van het terugtrekkingsakkoord door beide partijen blijft nog steeds de doelstelling en de prioriteit van de Commissie.

De Europese Raad (artikel 50) van 13 december 2018 heeft eveneens ertoe opgeroepen meer te doen om op alle niveaus voorbereid te zijn op de gevolgen van de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk en daarbij rekening te houden met alle mogelijke uitkomsten. In deze mededeling worden de maatregelen toegelicht die de Commissie vandaag 19 december 2018, samen met andere cruciale stappen in de implementatie van haar noodplan, heeft vastgesteld in antwoord op die oproep.

2.

2.Het noodplan van de Commissie


Gezien de aanhoudende onzekerheid over het ratificatieproces aan de zijde van het Verenigd Koninkrijk, en overeenkomstig de conclusies van de Europese Raad (artikel 50) op 13 december, zet de Commissie de implementatie van haar noodplan onverwijld voort. De Commissie heeft vandaag alle wetgevingsvoorstellen en gedelegeerde handelingen aangenomen die zij had aangekondigd in dat actieplan 8 . De overige aangekondigde ontwerpen van uitvoeringshandelingen zullen uiterlijk 15 februari 2019 gereed zijn, zodat de bevoegde comités hierover tijdig kunnen stemmen.

Parallel daarmee is de Commissie nauw blijven samenwerken met de lidstaten om de planning op EU- en nationaal niveau te coördineren. Bij het in deze mededeling toegelichte pakket maatregelen van de Commissie is rekening gehouden met het overleg met de lidstaten 9 . Deze actie komt bovenop de voorbereidingsmaatregelen die al zijn genomen en uiteengezet in de tweede mededeling over de voorbereidingen.


De Commissie vraagt het Europees Parlement en de Raad met spoed werk te maken van de goedkeuring van deze voorstellen. De lidstaten moeten hun voorbereidingen voor alle scenario’s van het vertrek van het Verenigd Koninkrijk intensiveren.


De Commissie verzoekt de lidstaten ook zich te onthouden van het aangaan van bilaterale akkoorden, regelingen en besprekingen met het Verenigd Koninkrijk. Deze zouden het ratificatieproces ondermijnen, in de meeste gevallen niet verenigbaar zijn met het recht van de Unie en het risico inhouden een ongelijk speelveld tussen de lidstaten te creëren. Tevens zouden de toekomstige onderhandelingen van de Unie over een nieuw partnerschap met het Verenigd Koninkrijk hierdoor worden bemoeilijkt. Zoals het geval was voor het terugtrekkingsakkoord, is het essentieel om voor de voorbereidingen en de noodplannen de gezamenlijke aanpak te blijven volgen.

3.

3.Actie ondernemen


Zoals uiteengezet in de tweede mededeling over de voorbereidingen voor de brexit, moeten noodmaatregelen 10 op alle niveaus aan de volgende beginselen voldoen:

·noodmaatregelen mogen niet dezelfde voordelen bieden als de voordelen van het lidmaatschap van de Unie, noch dezelfde voorwaarden als de voorwaarden inzake enige overgangsperiode, als voorzien in het ontwerp-terugtrekkingsakkoord;

·zij dienen tijdelijk van aard te zijn. Met betrekking tot de vandaag goedgekeurde maatregelen heeft de Commissie, in voorkomend geval, beperkingen in de tijd voorgesteld die afhankelijk zijn van de specifieke situatie in de betrokken sector;

·zij worden eenzijdig door de Europese Unie vastgesteld ter behartiging van haar belangen en moeten te allen tijde herroepbaar zijn;

·zij moeten de verdeling van bevoegdheden waarin de Verdragen voorzien respecteren;

·nationale noodmaatregelen moeten verenigbaar zijn met het recht van de Unie;

·zij zijn niet bedoeld om vertragingen te verhelpen die hadden kunnen worden vermeden door normale voorbereidingen en tijdige actie van de belanghebbenden.

Krachtens artikel 355, lid 3, VWEU, en binnen de grenzen van het bepaalde in de Toetredingsakte van 1972 van het Verenigd Koninkrijk tot de Europese Gemeenschappen, is het recht van de Unie van toepassing op Gibraltar als een Europees gebiedsdeel waarvan de buitenlandse betrekkingen door een lidstaat worden behartigd. Artikel 355, lid 3, VWEU, zal niet meer op Gibraltar van toepassing zijn wanneer het Verenigd Koninkrijk niet langer een lidstaat is. Bijgevolg zijn de noodmaatregelen niet van toepassing op Gibraltar.

4.

4.Rechten van burgers


Indien het terugtrekkingsakkoord niet wordt geratificeerd, zouden EU-burgers die in het Verenigd Koninkrijk verblijven niet langer beschermd zijn door de EU-regels inzake vrij verkeer. Onderdanen van het VK in de Europese Unie zouden vanaf de terugtrekkingsdatum onderworpen zijn aan de algemene regels die gelden voor onderdanen van derde landen in de EU. Dit zou gevolgen hebben voor hun recht op verblijf en recht om te werken op de plaats waar zij momenteel wonen, alsook op de sociale bescherming die ze genieten.

De Commissie heeft consequent benadrukt dat de bescherming van EU-burgers in het Verenigd Koninkrijk en van Britse staatsburgers in de Europese Unie een prioriteit is. Zij vraagt de lidstaten een ruimhartige benadering te hanteren ten aanzien van onderdanen van het Verenigd Koninkrijk die reeds op hun grondgebied verblijven 11 . De Commissie heeft zich in haar mededeling van 13 november ingenomen getoond met de door premier May gegeven garanties 12 dat zelfs in een scenario zonder akkoord, de rechten van EU-burgers in het Verenigd Koninkrijk op dezelfde manier zullen worden beschermd. De Commissie verwacht dat deze garantie spoedig zal worden geformaliseerd, zodat de burgers erop kunnen vertrouwen.

5.

Recht op verblijf


Op onderdanen van het VK die in de Europese Unie verblijven, zullen de EU-regels en nationale regels die gelden voor onderdanen van derde landen van toepassing zijn waar het gaat om het recht op binnenkomst, verblijf en arbeid in de lidstaten van de EU. Voor korte verblijven (tot 90 dagen in een periode van 180 dagen) heeft de Commissie een voorstel gedaan voor een verordening 13 waarbij onderdanen van het VK worden vrijgesteld van de visumplicht, op voorwaarde dat alle burgers van de Unie eenzelfde vrijstelling genieten in het VK. Onderdanen van derde landen die om wat voor reden ook langer dan 90 dagen willen verblijven in een lidstaat van de EU, moeten bij de bevoegde nationale autoriteiten een verblijfsvergunning of een visum voor verblijf van langere duur aanvragen. Onderdanen van een derde land die gedurende vijf jaar legaal in een lidstaat hebben verbleven, moeten overeenkomstig de regelgeving van de Unie, mits aan bepaalde voorwaarden is voldaan, de status van langdurig ingezetene in die lidstaat krijgen. De Commissie heeft in haar tweede mededeling over de voorbereidingen voor de brexit verduidelijkt dat de perioden van legaal verblijf van onderdanen van het VK in een lidstaat vóór de terugtrekking met het oog daarop in aanmerking moeten worden genomen.

Tegen deze achtergrond verzoekt de Commissie de lidstaten om:

üin overeenstemming met het recht van de Unie maatregelen te nemen opdat alle onderdanen van het VK die legaal in een lidstaat verblijven, op 29 maart 2019 zonder onderbreking nog steeds als legale inwoners van die lidstaat worden beschouwd;

üvoorbereidselen te treffen om verblijfstitels af te geven aan de betrokken onderdanen van het VK als bewijs van hun wettelijke verblijf en recht om te werken. De lidstaten, met name de belangrijkste gastlanden, wordt verzocht een pragmatische aanpak te volgen, die met het recht van de Unie in overeenstemming is, voor de afgifte van tijdelijke verblijfstitels totdat definitieve verblijfsvergunningen kunnen worden afgegeven 14 . Er zijn verschillende technische mogelijkheden, zoals nationale wetgeving aannemen, tijdelijke documenten afgeven of reeds bestaande documenten erkennen, waarmee rekening kan worden gehouden met de specifieke omstandigheden van elke lidstaat; en

üalle nodige wettelijke en administratieve maatregelen te nemen om tegen de datum van de terugtrekking tijdelijke verblijfstitels te kunnen afgeven en tegen eind 2019 aanvragen voor definitieve verblijfsvergunningen volgens het uniform model 15 te kunnen verwerken.

De Commissie zal verdere praktische aspecten met de lidstaten (EU27) bespreken op 20 december 2018, teneinde een coherente aanpak te waarborgen.

Voor EU-burgers die in het Verenigd Koninkrijk verblijven, zullen de vertegenwoordigingen van de Commissie, naast de diplomatieke vertegenwoordigingen van de lidstaten in het Verenigd Koninkrijk, de positie van het Verenigd Koninkrijk ten aanzien van het voortgezet verblijf van burgers van de Unie in het Verenigd Koninkrijk van nabij blijven volgen. Belangstellende burgers zullen een beroep kunnen doen op informatie en deskundigheid.

6.

Coördinatie van de sociale zekerheid


Het recht van de Unie voorziet in gemeenschappelijke regels inzake de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels ter bescherming van de socialezekerheidsrechten van burgers van de EU die gebruik hebben gemaakt van hun fundamentele recht zich naar een andere lidstaat te begeven. De regels van de Unie inzake de coördinatie van de sociale zekerheid omvatten rechten die afgeleid zijn van het nationale recht inzake ziekte, moederschap en vaderschap, pensioenen, invaliditeit, werkloosheid, gezinsbijslagen, arbeidsongevallen en beroepsziekten 16 . De leidende beginselen voor de regels inzake de coördinatie van de sociale zekerheid waarborgen dat burgers slechts uit hoofde van de wetgeving van één lidstaat gedekt zijn (eenheidsbeginsel), en dat zij dezelfde rechten en verplichtingen hebben als de onderdanen van de lidstaat waar zij gedekt zijn (beginsel van gelijke behandeling). De beginselen waarborgen ook dat eerdere tijdvakken van verzekering, van werkzaamheden of van verblijf in andere lidstaten in aanmerking worden genomen voor het bepalen door de autoriteiten of een persoon in aanmerking komt voor een uitkering (samentelling) en dat burgers in de regel uitkeringen waar zij recht op hebben kunnen ontvangen, ook als zij in een andere lidstaat wonen (exporteerbaarheid).

Indien het terugtrekkingsakkoord niet wordt geratificeerd, zullen de regels van de Unie inzake de coördinatie van de sociale zekerheid niet langer op het Verenigd Koninkrijk van toepassing zijn. EU-burgers die momenteel in het Verenigd Koninkrijk werken of wonen, of dat eerder hebben gedaan, maken zich zorgen over hun socialezekerheidsrechten. Dit geldt ook voor onderdanen van het VK die momenteel in een andere lidstaat werken of verblijven.

De Commissie roept de lidstaten op alle mogelijke maatregelen te nemen om aan deze zorgpunten tegemoet te komen en te zorgen voor rechtszekerheid en bescherming van de verworven rechten op sociale zekerheid van burgers die hun recht op vrij verkeer hebben uitgeoefend vóór 30 maart 2019.

Tegen deze achtergrond verzoekt de Commissie de lidstaten om:

üvoor burgers van de EU27 en Britse onderdanen rekening te houden met tijdvakken van arbeid/verzekering in het Verenigd Koninkrijk vóór de terugtrekking;

üde burgers ervan in kennis te stellen dat zij de nodige bewijsstukken voor deze tijdvakken moeten bewaren;

üte waarborgen dat de “samentelling” van tot de terugtrekking vervulde tijdvakken ook wordt toegekend aan degenen die in het Verenigd Koninkrijk blijven wonen;

üouderdomspensioenen te exporteren naar het Verenigd Koninkrijk, ondanks het feit dat het een derde land zal zijn. Dit zou gelden voor burgers die na de datum van de terugtrekking in het Verenigd Koninkrijk blijven wonen, maar ook voor onderdanen van het VK die vóór de datum van de terugtrekking binnen de EU27 rechten op een ouderdomspensioen hebben verworven.

De Commissie zal de lidstaten (EU27) op 20 december 2018 concreet en gedetailleerd advies verstrekken om tot een samenhangende aanpak van de coördinatie van de sociale zekerheid te komen, door de lidstaten toe te passen vanaf de datum van de terugtrekking.

De Commissie herinnert eraan dat de Unie exclusief bevoegd is voor de coördinatie van de sociale zekerheid voor de vervulde tijdvakken en voor situaties en gebeurtenissen die vóór de datum van de terugtrekking hebben plaatsgevonden.

7.

5.Sectorspecifieke regulering


Financiële diensten

Indien het terugtrekkingsakkoord niet wordt geratificeerd, zullen financiële spelers in het Verenigd Koninkrijk vanaf de terugtrekkingsdatum niet langer gerechtigd zijn om hun diensten op grond van een EU-paspoort voor financiële diensten in de lidstaten van de EU27 aan te bieden. Spelers uit het VK en hun tegenpartijen in de EU27 moeten daarom maatregelen nemen om aan de wetgeving van de Unie te voldoen, in alle scenario’s en voldoende lang vóór de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk, zoals de Commissie heeft aangegeven in de kennisgevingen aan belanghebbenden die zij op dit gebied heeft gepubliceerd 17 .

Na onderzoek van de risico’s die verbonden zijn aan een scenario zonder akkoord in de financiële sector, en rekening houdend met de standpunten van de Europese Centrale Bank en de Europese toezichthoudende autoriteiten, heeft de Commissie geconcludeerd dat slechts een beperkt aantal noodmaatregelen nodig is ter vrijwaring van de financiële stabiliteit in de EU27. Deze maatregelen beperken de risico’s voor de financiële stabiliteit alleen op die gebieden waar voorbereidingen van marktdeelnemers alleen duidelijk ontoereikend zijn om deze risico’s tegen het tijdstip van de terugtrekking te ondervangen. Daarom heeft de Commissie vandaag de volgende handelingen vastgesteld, die van toepassing zullen zijn met ingang van de terugtrekkingsdatum indien het terugtrekkingsakkoord niet wordt geratificeerd:

üEen tijdelijk en voorwaardelijk gelijkwaardigheidsbesluit I voor twaalf maanden, om ontregeling van de centrale clearing van derivaten te voorkomen. Hierdoor zal de Europese Autoriteit voor effecten en markten (ESMA) tijdelijk centrale tegenpartijen kunnen erkennen die momenteel in het Verenigd Koninkrijk gevestigd zijn, waardoor zij tijdelijk diensten kunnen blijven verstrekken in de Unie. De Commissie heeft geoordeeld dat bedrijven in de EU27 deze tijd nodig hebben om volwaardige alternatieven voor de spelers van het VK op poten te zetten.

üEen tijdelijk en voorwaardelijk gelijkwaardigheidsbesluit II voor 24 maanden, om ontregeling van diensten die worden verstrekt door centrale effectenbewaarinstellingen in het VK te voorkomen. Hierdoor zullen deze instellingen tijdelijk notariële diensten en centrale diensten voor het aanhouden van effectenrekeningen aan spelers in de Unie kunnen blijven verstrekken. Spelers van de EU27 die momenteel niet onmiddellijk over een alternatief beschikken in de EU27, zullen hiermee aan hun verplichtingen uit hoofde van het EU-recht kunnen voldoen.

üTwee gedelegeerde verordeningen III , IV om de vernieuwing, voor een bepaalde periode, van sommige otc-derivatencontracten met een in het Verenigd Koninkrijk gevestigde tegenpartij te vergemakkelijken totdat die tegenpartij door een tegenpartij in de Unie is vervangen. Hierdoor kunnen dergelijke contracten aan een EU27-tegenpartij worden overgedragen met behoud van hun vrijstelling en worden zij dus niet onderworpen aan de clearing- en margestortingsvereisten van de Verordening Europese marktinfrastructuur (EMIR). Contracten die dateren van vóór EMIR, zijn vrijgesteld van de vereisten van de EMIR-verordening. Deze handeling moet ervoor zorgen dat een verandering van tegenpartij geen gevolgen heeft voor de vrijstelling.

In alle sectoren van de financiële dienstverlening moeten bedrijven alle noodzakelijke acties blijven ondernemen om de risico’s te beperken en de continuïteit van de dienstverlening aan de klanten te waarborgen. De bedrijven moeten hun cliënten actief informeren over de maatregelen die zij hebben genomen en de wijze waarop deze worden geïmplementeerd. Klanten van Britse bedrijven in de Europese Unie moeten zich van hun kant voorbereiden op een scenario waarin hun dienstverstrekker niet meer aan de wetgeving van de EU gebonden is.

8.

Luchtvervoer


Indien het terugtrekkingsakkoord niet wordt geratificeerd, zal het luchtverkeer tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk vanaf de terugtrekkingsdatum worden onderbroken. De Commissie heeft vandaag twee tijdelijke maatregelen aangenomen om een complete onderbreking van het luchtverkeer tussen de EU en het VK te voorkomen en de basisverbindingen te garanderen.

üEen voorstel voor een verordening V om tijdelijk, voor een periode van twaalf maanden, het verrichten van bepaalde luchtvervoerdiensten tussen het Verenigd Koninkrijk en de EU27-lidstaten te verzekeren, waardoor luchtvaartmaatschappijen uit het Verenigd Koninkrijk over het grondgebied van de Unie kunnen vliegen zonder te landen, op het grondgebied van de Unie kunnen landen voor niet-verkeersgebonden doeleinden, en lijndiensten en andere diensten voor internationaal passagiers- en vrachtvervoer kunnen verrichten. Voorwaarde is dat het Verenigd Koninkrijk soortgelijke rechten toekent aan luchtvaartmaatschappijen van de Unie en voorwaarden voor eerlijke concurrentie waarborgt.

üEen voorstel voor een verordening VI inzake de veiligheid van de luchtvaart om tijdelijk, voor een periode van negen maanden, de geldigheid van sommige bestaande vergunningen te verlengen, om te voorzien in de specifieke situatie op het gebied van de veiligheid van de luchtvaart waarbij het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (EASA) bepaalde certificaten enkel kan afgeven op basis van een vergunning die in een derde land is verleend, terwijl het Verenigd Koninkrijk slechts vergunningen kan verlenen vanaf de terugtrekkingsdatum, wanneer het opnieuw de status van “land van ontwerp” zal verkrijgen.

Enkel door middel van noodmaatregelen op EU-niveau kan het vereiste rechtskader tot stand worden gebracht dat een abrupte onderbreking van de luchtvervoersactiviteiten moet voorkomen 18 . Er zijn geen aanvullende nationale maatregelen nodig.

9.

Goederenvervoer over de weg


Indien het terugtrekkingsakkoord niet wordt geratificeerd, zal het goederenvervoer over de weg tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk ernstige beperkingen ondervinden en onderworpen zijn aan een internationaal systeem van beperkte contingenten. De Commissie heeft vandaag een maatregel aangenomen om de basisverbindingen te garanderen. Hierdoor zullen spelers uit het Verenigd Koninkrijk tijdelijk goederen in de Unie kunnen binnenbrengen, op voorwaarde dat het Verenigd Koninkrijk gelijkwaardige rechten toekent aan ondernemingen voor goederenvervoer over de weg uit de Unie en voorwaarden voor eerlijke concurrentie waarborgt:

üEen voorstel voor een verordening VII om tijdelijk, voor een periode van negen maanden, aan in het Verenigd Koninkrijk erkende ondernemingen voor goederenvervoer over de weg het recht te verlenen om goederen over de weg te vervoeren tussen het grondgebied van het Verenigd Koninkrijk en de EU27-lidstaten.

Er zijn noodmaatregelen op EU-niveau nodig om te zorgen voor een passend rechtskader op het gebied van het goederenvervoer over de weg. EU-wetgeving heeft oude bilaterale overeenkomsten over wegvervoersrechten vervangen en deze kunnen niet opnieuw worden geïntroduceerd. Eventuele nieuwe bilaterale overeenkomsten zouden bevoegdheidsproblemen opwerpen en spelers uit een andere lidstaat niet toestaan om goederenvervoer over de weg naar het Verenigd Koninkrijk (“derdelandenvervoer”) te verrichten. Zij vormen derhalve geen praktische oplossing.

10.

Douane en uitvoer van goederen


Indien het terugtrekkingsakkoord niet wordt geratificeerd, zullen alle wettelijke bepalingen van de EU inzake ingevoerde goederen en uitgevoerde goederen met ingang van de terugtrekkingsdatum van toepassing zijn. Dit omvat het innen van heffingen en belastingen en het vervullen van de formaliteiten en controles die krachtens het huidige rechtskader vereist zijn, om een gelijk speelveld te garanderen.

Het is onverminderd van essentieel belang dat de lidstaten actie ondernemen. De lidstaten moeten alle noodzakelijke maatregelen nemen om, vanaf de terugtrekkingsdatum indien het terugtrekkingsakkoord niet wordt geratificeerd, het douanewetboek van de Unie en de desbetreffende voorschriften inzake indirecte belastingen op alle invoer uit en uitvoer naar het Verenigd Koninkrijk te kunnen toepassen. Zij moeten gebruikmaken van de bestaande mogelijkheden om faciliterende maatregelen waarin het douanewetboek van de Unie voorziet, toe te staan. Op bijeenkomsten met de lidstaten heeft de Commissie gedetailleerde informatie verstrekt over de opties die het douanewetboek van de Unie biedt.

De Commissie heeft vandaag tevens de volgende technische maatregel aangenomen:

üEen gedelegeerde verordening VIII om de zeeën rond het Verenigd Koninkrijk op te nemen in de bepalingen inzake termijnen waarbinnen summiere aangiften bij binnenbrengen en aangiften vóór vertrek moeten worden ingediend voorafgaand aan het binnenkomen of verlaten van het douanegebied van de Unie.

Indien het terugtrekkingsakkoord niet wordt geratificeerd, zal voor alle uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik van de EU naar het Verenigd Koninkrijk vanaf de terugtrekkingsdatum een afzonderlijke vergunning vereist zijn. Producten voor tweeërlei gebruik zijn goederen, programmatuur en technologie die kunnen worden gebruikt voor zowel civiele als militaire toepassingen. De Unie controleert de uitvoer en doorvoer van en de tussenhandel in producten voor tweeërlei gebruik, zodat zij kan bijdragen tot de internationale vrede en veiligheid en het voorkomen van de proliferatie van massavernietigingswapens (MVW). Op grond van algemene uitvoervergunningen van de Unie (EUGEA’s) wordt de uitvoer van producten voor tweeërlei gebruik naar bepaalde bestemmingen onder bepaalde voorwaarden toegestaan 19 . Ter vergemakkelijking van de controles op de uitvoer naar het Verenigd Koninkrijk van producten voor tweeërlei gebruik vanaf de terugtrekkingsdatum indien het terugtrekkingsakkoord niet wordt geratificeerd, en om de goede werking van de regeling voor uitvoervergunningen voor alle EU27-lidstaten te waarborgen, heeft de Commissie de volgende handeling vastgesteld:

üEen voorstel voor een verordening IX om het Verenigd Koninkrijk toe te voegen aan de lijst van landen waarvoor een algemene uitvoervergunning voor producten voor tweeërlei gebruik in de hele EU geldig is.

11.

Het klimaatbeleid van de Europese Unie


Het klimaatbeleid van de Europese Unie bestaat uit verschillende instrumenten, met name de regeling voor de handel in emissierechten (ETS), en een quotasysteem voor het op de markt brengen van fluorkoolwaterstoffen. De regeling voor de handel in emissierechten werkt op basis van marktmechanismen voor het aanbod van emissierechten. Indien het terugtrekkingsakkoord niet wordt geratificeerd, zal het Verenigd Koninkrijk niet langer deelnemen aan de regeling en kunnen de emissierechten tot een situatie van overaanbod leiden. Om zulke verstoring van de markt te voorkomen en de soepele werking en de milieu-integriteit van de regeling voor de handel in emissierechten te waarborgen, heeft de Commissie de volgende handeling vastgesteld:

üEen besluit van de Commissie X tot tijdelijke opschorting voor het Verenigd Koninkrijk van de gratis toewijzing van emissierechten, veiling en de uitwisseling van internationale kredieten met ingang van 1 januari 2019.

Indien het terugtrekkingsakkoord niet wordt geratificeerd, zal het Verenigd Koninkrijk bovendien niet langer deelnemen aan het quotasysteem voor het op de markt brengen van fluorkoolwaterstoffen. De Commissie heeft daarom de volgende technische maatregelen aangenomen:

üEen uitvoeringsbesluit XI om ondernemingen uit het VK een passende jaarlijkse quotatoewijzing toe te staan voor de toegang tot de EU27-markt.

üEen uitvoeringsverordening XII om ervoor te zorgen dat de rapportage door ondernemingen een onderscheid maakt tussen de EU-markt en de markt van het VK teneinde in de toekomst een correcte toewijzing van quota mogelijk te maken.

12.

Overige sectoren


De Commissie herhaalt dat zij erop zal toezien dat de huidige programma’s tussen de aangrenzende graafschappen van Ierland en Noord-Ierland in eender welk scenario worden voortgezet, gezien het bijzondere belang van regionale samenwerking in het gebied. Daartoe heeft de Commissie vandaag de volgende handeling vastgesteld:

üEen voorstel voor een verordening XIII om de voortzetting van de programma’s Peace IV (Ierland-Verenigd Koninkrijk) en Verenigd Koninkrijk-Ierland (Ierland/Noord-Ierland/Schotland) tot eind 2020 te garanderen.

De Commissie wijst erop dat zij met het oog op het volgende meerjarig financieel kader heeft voorgesteld de grensoverschrijdende steun voor vrede en verzoening in het grensgebied van Ierland en Noord-Ierland voort te zetten en te versterken 20 .

Tot slot zijn als gevolg van de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk bepaalde aanpassingen van de regels voor statistieken nodig. Daartoe heeft de Commissie vandaag de volgende handeling vastgesteld:

üEen gedelegeerde verordening van de Commissie XIV betreffende de vermelding van het Verenigd Koninkrijk in de statistiek inzake de betalingsbalans, de internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen.

13.

6.Volgende stappen van de noodplanning


De Commissie zal de implementatie van haar noodplanning de komende weken voortzetten. Zij zal blijven nagaan of er behoefte is aan aanvullende maatregelen.

De nauwe coördinatie met de lidstaten zal worden voortgezet, onder meer in sectorale seminars in de werkgroep van de Raad (artikel 50). De Commissie zal zo vaak als nodig is aan de bijeenkomsten van het Europees Parlement en de Raad over normale voorbereidingen en noodmaatregelen deelnemen.

De Commissie roept de medewetgevers op toe te zien op de goedkeuring van de voorgestelde wetgevingshandelingen, zodat zij uiterlijk op de datum van de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk in werking treden. De Commissie wijst het Europees Parlement en de Raad er ook op dat het belangrijk is dat gedelegeerde handelingen zo snel mogelijk in werking treden.

Tot slot herhaalt de Commissie haar oproep aan de lidstaten om ook wat de noodmaatregelen betreft verenigd te blijven en zich te onthouden van bilaterale regelingen die niet verenigbaar zijn met het recht van de Unie en waarmee niet dezelfde resultaten als actie op EU-niveau kunnen worden bereikt. Dergelijke regelingen zouden ook de totstandbrenging van de toekomstige betrekkingen tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk bemoeilijken.


Lijst van wetgevingshandelingen aangenomen door de Commissie

(1)

data.consilium.europa.eu/doc/document

(2)

Het staat het Verenigd Koninkrijk vrij om de kennisgeving van zijn voornemen zich terug te trekken uit de EU eenzijdig, ondubbelzinnig en onvoorwaardelijk in te trekken (zaak C-621/18 Andy Wightman e.a. tegen Secretary of State for Exiting the European Union).

(3)

https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/HTML/?uri=CELEX:52018DC0556&qid=1542188446126&from=NL

(4)

https://ec.europa.eu/info/publications/communication-preparing-withdrawal-united-kingdom-european-union-30-march-2019-contingency-action-plan-13-11-2018_en

(5)

https://ec.europa.eu/commission/sites/beta-political/files/joint_report_0.pdf ; https://ec.europa.eu/commission/sites/beta-political/files/draft_withdrawal_agreement_0.pdf

(6)

Mededeling aan de Commissie, goedgekeurd op 22 november 2018, C(2018)9001.

(7)

www.consilium.europa.eu/media/37111">https://www.consilium.europa.eu/media/37111

(8)

Zie bijlagen I en II bij de tweede mededeling over de voorbereidingen voor de brexit.

(9)

Er hebben een aantal seminars voor sectorale voorbereiding met de lidstaten (EU27) plaatsgevonden; een lijst daarvan is opgenomen in bijlage 6 bij de tweede mededeling over de voorbereidingen voor de brexit.

(10)

De lijst van maatregelen neemt niet weg dat in een later stadium aanvullende maatregelen nodig kunnen blijken.

(11)

De term „onderdanen van het Verenigd Koninkrijk” in deze mededeling moet worden opgevat als ook betrekking hebbend op hun familieleden uit derde landen die reeds in de respectieve lidstaat van ontvangst verblijven op de datum van de terugtrekking.

(12)

https://www.gov.uk/government/news

(13)

COM(2018) 745 final.

(14)

Om te blijven wonen en werken in een lidstaat van de EU, zullen onderdanen van het VK die in de lidstaat verblijven op het tijdstip van de terugtrekking in het bezit moeten zijn van een verblijfsvergunning voor onderdanen van derde landen, afgegeven door de bevoegde nationale autoriteiten.

(15)

Overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1030/2002 van de Raad van 13 juni 2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen (PB L 157 van 15.6.2002, blz.

1).

(16)

Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (PB L 166 van 30.4.2004, blz.

1) en Verordening (EG) nr. 987/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (PB L 284 van 30.10.2009, blz.

1).

(17)

https://ec.europa.eu/info/brexit/brexit-preparedness/preparedness-notices_nl#fisma

(18)

Ten aanzien van de belanghebbenden heeft de Commissie benadrukt dat luchtvaartmaatschappijen, fabrikanten en onderhoudsbedrijven, alsmede aan vergunning onderworpen personeel, in een zo vroeg mogelijk stadium de nodige vergunningen, certificaten en goedkeuringen moeten aanvragen. De Commissie herhaalt eveneens dat ondernemingen die willen worden erkend als luchtvaartmaatschappijen uit de EU alle nodige maatregelen moeten nemen om op 30 maart 2019 aan de vereisten te voldoen.

(19)

Voor de uitvoer naar Australië, Canada, Japan, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Zwitserland, Liechtenstein en de Verenigde Staten van Amerika geldt een algemene uitvoervergunning van de Unie.

(20)

COM(2018) 374 final.

(I)

Uitvoeringsbesluit (EU) van de Commissie waarbij voor een beperkte periode wordt bepaald dat het regelgevingskader voor centrale tegenpartijen in het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland gelijkwaardig is, in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad (C(2018) 9139).

(II)

Uitvoeringsbesluit (EU) van de Commissie waarbij voor een beperkte periode wordt bepaald dat het regelgevingskader voor centrale effectenbewaarinstellingen van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland gelijkwaardig is, in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 909/2014 van het Europees Parlement en de Raad (C(2018) 9138).

(III)

Gedelegeerde Verordening (EU) van de Commissie tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2205, Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/592 en Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1178 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen inzake de clearingverplichting teneinde de uitgestelde data van toepassing van de clearingverplichting voor bepaalde otc-derivatencontracten te verschuiven (C(2018) 9122).

(IV)

Gedelegeerde Verordening (EU) van de Commissie tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/2251 van de Commissie tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 648/2012 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de datum tot wanneer tegenpartijen hun risicobeheerprocedures voor bepaalde niet door een centrale tegenpartij geclearde otc-derivatencontracten mogen blijven toepassen (C(2018) 9118).

(V)

Voorstel van de Commissie voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende gemeenschappelijke regels ter waarborging van basisconnectiviteit in het luchtvervoer in verband met de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Unie (COM(2018) 893 final).

(VI)

Commission proposal for a Regulation of the European Parliament and of the Council on certain aspects of aviation safety with regard to the withdrawal of the United Kingdom of Great Britain and Northern Ireland from the Union (COM(2018) 894 final).

(VII)

Commission proposal for a Regulation of the European Parliament and of the Council on common rules ensuring basic road freight connectivity with regard to the withdrawal of the United Kingdom of Great Britain and Northern Ireland from the Union (COM(2018) 895 final).

(VIII)

Gedelegeerde Verordening van de Commissie tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2015/2446 wat betreft de termijnen voor de indiening van summiere aangiften bij binnenbrengen en aangiften vóór vertrek bij vervoer over zee van en naar het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, alsmede de Kanaaleilanden en het eiland Man (C(2018) 9094).

(IX)

Voorstel van de Commissie voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad door de verlening van een uniale algemene uitvoervergunning voor de uitvoer van bepaalde producten voor tweeërlei gebruik uit de Unie naar het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland (COM(2018) 891 final).

(X)

Commission Decision of 17 December 2018 on instructing the central administrator to temporarily suspend the acceptance by the European Union Transaction Log of relevant processes for the United Kingdom relating to free allocation, auctioning and the exchange of international credits (C(2018) 8707).

(XI)

Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 17 december 2018 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2017/1984 van de Commissie tot vaststelling van referentiewaarden ingevolge Verordening (EU) nr. 517/2014 van het Europees Parlement en de Raad betreffende gefluoreerde broeikasgassen, wat betreft de referentiewaarden voor de periode van 30 maart 2019 tot en met 31 december 2020 voor in het Verenigd Koninkrijk gevestigde producenten of invoerders die na 1 januari 2015 rechtmatig fluorkoolwaterstoffen op de markt hebben gebracht, zoals gerapporteerd overeenkomstig die verordening (C(2018) 8801).

(XII)

Uitvoeringsverordening van de Commissie van 14 december 2018 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1191/2014 wat betreft de in artikel 19 van Verordening (EU) nr. 517/2014 bedoelde rapportage van gegevens met betrekking tot fluorkoolwaterstoffen die in het Verenigd Koninkrijk en in de Unie van 27 lidstaten op de markt worden gebracht (C(2018) 8575).

(XIII)

Voorstel van de Commissie voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad om de voortzetting van de territoriale samenwerkingsprogramma's Peace IV (Ierland-Verenigd Koninkrijk) en Verenigd Koninkrijk-Ierland (Ierland/Noord-Ierland/Schotland) mogelijk te maken in het kader van de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie (COM(2018) 892 final).

(XIV)

Gedelegeerde Verordening (EU) van de Commissie van 19 december 2018 tot wijziging van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 184/2005 van het Europees Parlement en de Raad wat de niveaus van geografische uitsplitsing betref (C(2018) 8872).