Toelichting bij COM(2023)399 - Ondertekening en voorlopige toepassing van de Overeenkomst met Albanië inzake operationele activiteiten van het Europees Grens- en kustwachtagentschap in Albanië - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2023)399 - Ondertekening en voorlopige toepassing van de Overeenkomst met Albanië inzake operationele activiteiten van het Europees ... |
---|---|
bron | COM(2023)399 |
datum | 07-07-2023 |
•
Motivering en doel van het voorstel
Een van de taken van het Europees Grens- en kustwachtagentschap (hierna “het Agentschap” genoemd) is met derde landen samen te werken op de gebieden die onder de verordening betreffende de Europese grens- en kustwacht (Verordening (EU) 2019/1896) (hierna “de verordening” genoemd) vallen, “onder meer door de mogelijke operationele inzet van grensbeheerteams in derde landen” 1 . Als onderdeel van de Europese kust- en grenswacht is het Agentschap met name verantwoordelijk voor het Europees geïntegreerd grensbeheer 2 , dat onder meer bestaat in samenwerking met derde landen op gebieden die onder de verordening vallen, met bijzondere aandacht voor naburige derde landen en derde landen die land van herkomst of doorreis zijn bij irreguliere migratie 3 . Het Agentschap kan met de autoriteiten van derde landen die bevoegd zijn voor onder deze verordening vallende aangelegenheden, samenwerken voor zover die samenwerking nodig is om zijn taken te vervullen 4 en het mag acties in verband met het Europees geïntegreerd grensbeheer uitvoeren op het grondgebied van een derde land, mits het derde land daarmee instemt.
Krachtens artikel 73, lid 3, van de verordening moet, als de omstandigheden vereisen dat grensbeheerteams van het permanente korps van de Europese grens- en kustwacht worden ingezet in een derde land waar de teamleden uitvoerende bevoegdheden zullen uitoefenen, tussen de Unie en het desbetreffende derde land een statusovereenkomst worden gesloten. Een dergelijke statusovereenkomst moet worden gebaseerd op de door de Commissie opgestelde modelstatusovereenkomst vereist bij artikel 76, lid 1, van die verordening. De Commissie heeft dit model op 21 december 2021 vastgesteld 5 .
De Republiek Albanië ligt op de migratieroute door de Westelijke Balkan, waarlangs een aanzienlijke irreguliere migratiestroom naar de Europese Unie loopt, zowel over land als over de Adriatische Zee. In 2022 heeft het Agentschap aan de buitengrenzen van de Europese Unie meer dan 144 000 irreguliere grensoverschrijdingen en pogingen daartoe geregistreerd op de Westelijke Balkanroute. Irreguliere migranten worden het doelwit van georganiseerde criminele groepen die zich bezighouden met mensensmokkel en er is een groot risico dat zij te maken krijgen met mensenrechtenschendingen. Het hoge aantal irreguliere binnenkomsten en asielaanvragen legt ook aanzienlijke druk op sommige lidstaten van de Europese Unie, waardoor een gemeenschappelijk, gecoördineerd optreden op het niveau van de Unie noodzakelijk is.
Albanië was het eerste land dat overeenstemming bereikte over een statusovereenkomst met de Europese Unie. Deze overeenkomst, die gebaseerd is op de vorige verordening betreffende de Europese grens- en kustwacht (Verordening (EU) 2016/1624 6 ), is in oktober 2018 ondertekend en op 1 mei 2019 in werking getreden 7 .
Gezamenlijke operaties op basis van die statusovereenkomst zijn echter beperkt tot de landgrenzen van Albanië met de Europese Unie en delen van de Adriatische Zee. In dit beperkte kader is Frontex begonnen met twee gezamenlijke operaties in Albanië, de gezamenlijke operatie Albanië Land aan de landgrens van Albanië met Griekenland (gestart op 22 mei 2019) en de gezamenlijke operatie Albanië Zee aan de zeegrens van Albanië (gestart op 24 maart 2021). Bij deze gezamenlijke operaties worden momenteel ongeveer 150 Frontex-functionarissen ingezet, wat heeft geleid tot een betere grenscontrole door irreguliere migratie te beteugelen en grensoverschrijdende criminaliteit te bestrijden.
Op 18 november 2022 en na de inwerkingtreding van Verordening (EU) 2019/1896, waarbij het toepassingsgebied van de statusovereenkomsten werd uitgebreid, heeft de Commissie de machtiging van de Raad gekregen om met de Republiek Albanië en met Montenegro, Servië en Bosnië en Herzegovina onderhandelingen te openen over een overeenkomst inzake operationele activiteiten die het Europees Grens- en kustwachtagentschap in die landen moet uitvoeren op basis van deze nieuwe verordening. Op 30 november 2022 organiseerde de Commissie een bijeenkomst met de vier bovengenoemde landen; bij die gelegenheid werden de belangrijkste nieuwigheden van de modelstatusovereenkomst benadrukt. Op 22 en 23 februari 2023 hebben de Europese Commissie, namens de Europese Unie, en de Republiek Albanië officieel over een overeenkomst onderhandeld in Tirana. De Commissie is van oordeel dat de door de Raad in zijn onderhandelingsrichtsnoeren vastgestelde doelstellingen zijn bereikt en dat de overeenkomst aanvaardbaar is voor de Unie.
Bijgaand voorstel voor een besluit van de Raad vormt de rechtsgrondslag voor de sluiting van de overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Albanië inzake operationele activiteiten die het Europees Grens- en kustwachtagentschap in de Republiek Albanië uitvoert.
Situatie van de geassocieerde Schengenlanden
Het huidige voorstel bouwt voort op het Schengenacquis op het gebied van het beheer van de buitengrenzen. De Unie is echter niet bevoegd om een statusovereenkomst met de Republiek Albanië te sluiten die bindend is voor Noorwegen, IJsland, Zwitserland en Liechtenstein. Om ervoor te zorgen dat grenswachters en andere personeelsleden die door die landen naar de Republiek Albanië worden gestuurd, dezelfde status genieten als die waarin de toekomstige statusovereenkomst voorziet, moet in aan de statusovereenkomst gehechte gezamenlijke verklaringen worden vermeld dat het wenselijk is soortgelijke overeenkomsten te sluiten tussen de Republiek Albanië en elk van die geassocieerde landen.
Dit besluit vormt een ontwikkeling van de bepalingen van het Schengenacquis waaraan Ierland niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2002/192/EG van de Raad 8 ; Ierland neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit en dit is niet bindend voor, noch van toepassing op Ierland. Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, neemt Denemarken niet deel aan de vaststelling van dit besluit en is het besluit noch bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat.
•Verenigbaarheid met andere beleidsterreinen van de Unie
De versterking van de controles op het grondgebied van de Republiek Albanië zal een positief effect hebben op het beheer van de buitengrenzen van de Unie en van de grenzen van de Republiek Albanië zelf. De sluiting van een statusovereenkomst zou aansluiten bij de bredere doelstellingen en prioriteiten voor samenwerking die zijn vastgesteld in de stabilisatie- en associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Albanië 9 .
Ook de bredere inspanningen en toezeggingen van de Europese Unie om de samenwerking en de capaciteit 10 verder te ontwikkelen, zouden door de sluiting van een statusovereenkomst kunnen worden ondersteund, teneinde aan crisisbeheersing bij te dragen en de convergentie tussen de EU en de Republiek Albanië op het gebied van buitenlandse en veiligheidskwesties te bevorderen.