Overwegingen bij COM(2025)33 - Standpunt EU in de Wereldhandelsorganisatie inzake de toevoeging van de Overeenkomst inzake elektronische handel aan de Overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
1. De Overeenkomst van Marrakesh tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (“de WTO-overeenkomst”) is door de Unie gesloten bij Besluit 94/800/EG van de Raad van 22 december 19946 en is op 1 januari 1995 in werking getreden.

2. Ingevolge artikel X, lid 9, van de WTO-overeenkomst kan de Algemene Raad van de Wereldhandelsorganisatie (“WTO”) bij consensus besluiten een overeenkomst toe te voegen aan bijlage 4 bij de WTO-overeenkomst.

3. Het is passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie moet worden ingenomen in de Algemene Raad van de WTO, aangezien de besluiten voor de Unie bindend zullen zijn.

4. De onderhandelingen over een Overeenkomst inzake elektronische handel zijn in januari 2019 formeel van start gegaan. De Commissie heeft namens de EU onderhandeld. Op 26 juli 2024 bereikten de WTO-leden een gestabiliseerde tekst van de Overeenkomst inzake elektronische handel.

5. De WTO-leden die deelnemen aan de onderhandelingen over de Overeenkomst inzake elektronische handel zijn voornemens bij de Algemene Raad van de WTO een formeel verzoek in te dienen om de Overeenkomst inzake elektronische handel op te nemen in bijlage 4, overeenkomstig artikel X, lid 9, van de WTO-overeenkomst. De Unie moet zich aansluiten bij dat verzoek als voorbereidende stap naar een mogelijk besluit van de Algemene Raad.