Overwegingen bij COM(2004)186 - Ondertekening en voorlopige toepassing van de overeenkomst betreffende de verlenging van het protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 juli 2004 tot en met 30 juni 2005, vangstmogelijkheden en financiële tegenprestatie, als bedoeld in de Overeenkomst met Kaapverdië inzake de visserij voor de kust van Kaapverdië

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
dossier COM(2004)186 - Ondertekening en voorlopige toepassing van de overeenkomst betreffende de verlenging van het protocol tot vaststelling, voor ...
document COM(2004)186 NLEN
datum 22 maart 2004
 
(1) Op grond van de overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek Kaapverdië inzake de visserij voor de kust van Kaapverdië  i voeren de overeenkomstsluitende partijen, vóórdat de geldigheidsduur van het aan de overeenkomst gehechte protocol afloopt, onderhandelingen om in onderlinge overeenstemming de inhoud van het protocol voor de volgende periode te bepalen en, in voorkomend geval, te bepalen welke wijzigingen of aanvullingen in de bijlage moeten worden aangebracht.

(2) De twee partijen hebben besloten om, bij overeenkomst in de vorm van een briefwisseling, het huidige bij Verordening (EG) nr. 301/2002  i goedgekeurde protocol met een jaar te verlengen in afwachting dat onderhandelingen worden gevoerd over de in het protocol aan te brengen wijzigingen.

(3) Op grond van deze briefwisseling krijgen de vissers van de Gemeenschap voor de periode van 1 juli 2004 tot en met 30 juni 22005 vangstmogelijkheden toegewezen in de wateren onder de soevereiniteit of de jurisdictie van Kaapverdië.

(4) Om een onderbreking van de visserijactiviteit van de vaartuigen van de Gemeenschap te voorkomen, moet de verlenging zo spoedig mogelijk worden toegepast. Daarom moet de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling worden ondertekend en voorlopig worden toegepast, in afwachting dat de procedures voor de sluiting ervan worden afgerond.

(5) De sleutel voor de verdeling van de vangstmogelijkheden over de lidstaten die bij het aflopende protocol betrokken zijn, moet worden bevestigd.