Overwegingen bij COM(2011)661 - Financiële bijdragen van de lidstaten aan het Europees Ontwikkelingfonds (derde tranche 2011) - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
dossier | COM(2011)661 - Financiële bijdragen van de lidstaten aan het Europees Ontwikkelingfonds (derde tranche 2011). |
---|---|
document | COM(2011)661 |
datum | 18 oktober 2011 |
(2) Op 5 november 2010[6] heeft de Raad op voorstel van de Commissie besloten het aandeel van de Commissie van het jaarlijkse bedrag van de bijdragen van de lidstaten aan het EOF voor 2011 vast te stellen op 3.690.000.000 euro en het aandeel van de Europese Ontwikkelingsbank (EIB) op 210.000.000 euro. Op een volgend voorstel van de Commissie heeft de Raad op 20 juni 2011[7] besloten het aandeel van de Commissie voor 2011 aan te passen tot 3.100.000.000 euro.
(3) Overeenkomstig artikel 7, lid 3, van het Intern Akkoord inzake het tiende EOF moet de Commissie, als de vastgestelde bijdragen afwijken van de werkelijke behoeften van het EOF, bij de Raad een voorstel indienen tot wijziging van de omvang van de bijdragen, met inachtneming van het reeds vastgestelde maximum. Het aan de EIB toegewezen jaarlijkse bedrag voor 2011 van de bijdragen van de lidstaten aan het EOF moet daarom worden vastgesteld op 200.000.000 euro.
(4) Overeenkomstig artikel 145, eerste alinea, van het financieel reglement van het tiende EOF heeft de EIB de Commissie haar bijgewerkte vastleggings- en betalingsramingen voor de door haar beheerde instrumenten toegezonden.
(5) Artikel 58, lid 2, van het financieel reglement van het tiende EOF bepaalt dat bij de verzoeken om bijdragen eerst in chronologische volgorde de bedragen voor vorige EOF's worden opgebruikt. Derhalve moet het verzoek om bijdragen in het kader van het negende EOF tevens gebaseerd worden op artikel 58, lid 2, van het financieel reglement van het tiende EOF.