Overwegingen bij COM(2001)109 - Wijziging van richtlijn 97/67/EG met betrekking tot de verdere openstelling van de postmarkt in de EG voor mededinging

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) De Raad heeft in zijn resolutie van 7 februari 1994 over de ontwikkeling van de postdiensten in de Gemeenschap  i als een van de hoofddoelstellingen van het communautaire postbeleid genoemd, het met elkaar verenigen van de bevordering van de geleidelijke en beheerste liberalisering van de postmarkt en het duurzaam waarborgen van de universeledienstverlening.

(2) Bij Richtlijn 97/67/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 december 1997 betreffende gemeenschappelijke regels voor de ontwikkeling van de interne markt voor postdiensten in de Gemeenschap en de verbetering van de kwaliteit van de dienst  i werd een raamregeling voor de postsector op communautair niveau vastgesteld, waaronder maatregelen om een universele dienst te garanderen, de vaststelling van maximumgrenzen voor postdiensten die de lidstaten met het oog op de handhaving van de universele dienst aan hun universeledienstverleners kunnen voorbehouden en het tijdschema voor de besluitvorming over de verdere openstelling van de markt voor mededinging teneinde een interne markt voor postdiensten tot stand te doen komen.

(3) In artikel 16 van het Verdrag wordt gewezen op de plaats die de diensten van algemeen economisch belang in de gemeenschappelijke waarden van de Unie innemen, alsook op de rol die zij vervullen bij het bevorderen van sociale en territoriale samenhang. Verder bepaalt dit artikel dat ervoor moet worden zorg gedragen dat deze diensten functioneren op basis van beginselen en voorwaarden die hen in staat stellen hun taken te vervullen.

(4) Het Europees Parlement wijst in zijn resoluties van 14 januari 1999 over de Europese postdiensten  i en in zijn resolutie van 18 februari 2000, eveneens over de Europese postdiensten  i, op het sociale en economische belang van postdiensten en op de noodzaak een universele dienst van hoge kwaliteit te handhaven.

(4bis) De genoemde maatregelen moeten zodanig vorm krijgen dat ook de sociale taken van de Gemeenschap volgens artikel 2 van het Verdrag - namelijk een hoog niveau van werkgelegenheid en van sociale bescherming - als doelstellingen worden verwezenlijkt.

(4ter) Het rurale postnetwerk in bergachtige streken en op eilanden is van vitaal belang voor de integratie van ondernemingen in de nationale/mondiale economie en voor de instandhouding van de sociale samenhang en de werkgelegenheid op het platteland in bergachtige en insulaire gebieden. Bovendien kunnen rurale postkantoren in bergachtige streken en op eilanden als een essentieel infrastructuurnet fungeren dat ervoor zorgt dat iedereen toegang krijgt tot nieuwe communicatietechnologieën.

(5) De Europese Raad op 23 en 24 maart 2000 te Lissabon bijeen, noemde in zijn conclusies van het voorzitterschap twee besluiten van toepassing op de postdiensten, ten aanzien waarvan de Commissie, de Raad en de lidstaten, in overeenstemming met hun onderscheiden bevoegdheden, maatregelen moeten nemen. De vereiste maatregelen zijn: ten eerste de uitwerking vóór het eind van 2000 van een strategie voor de verwijdering van hinderpalen voor diensten, waaronder de postdiensten, en ten tweede een snellere liberalisering op gebieden zoals de postdiensten. Hiermee wordt de verwezenlijking van een volledig operationele markt voor postdiensten beoogd.

(5bis) De Europese Raad van Lissabon in maart 2000 achtte het tevens essentieel dat er in het kader van de interne markt en van een kenniseconomie ten volle rekening wordt gehouden met de Verdragsbepalingen omtrent diensten van algemeen economisch belang en met de ondernemingen aan wie de verlening van dergelijke diensten is toevertrouwd.

(6) De Commissie heeft de postsector in de Gemeenschap grondig onderzocht, en ook studies over de economische, sociale en technologische ontwikkelingen in de sector laten verrichten, en zij heeft uitvoerig met de betrokkenen overlegd.

(7) De postsector in de Gemeenschap heeft een moderne raamregeling nodig die met name uitbreiding van de interne markt voor deze sector tot doel heeft. Een betere concurrentiepositie moet tot integratie van de postsector met andere communicatiemethoden leiden en moet deze sector in staat stellen om de steeds veeleisender wordende gebruikers een betere dienstverlening te garanderen. .

(8) De bereiking van het hoofddoel, namelijk het garanderen van de verlening van een duurzame universele dienst die voldoet aan de door de lidstaten overeenkomstig artikel 3 van Richtlijn 97/67/EG consequent voor de gehele Gemeenschap gestelde kwaliteitsnormen, kan worden gewaarborgd indien in deze sector de mogelijkheid tot het voorbehouden van diensten gehandhaafd blijft en tegelijkertijd ervoor gezorgd wordt dat het vrij verrichten van diensten op efficiënte wijze plaatsvindt .

(9) De door een efficiënt en klantgericht universeel postnet geboden mededingingsvoordelen kunnen bijdragen aan de dekking van eventuele bijkomende kosten als gevolg van de verplichting een universele dienst te leveren die niet zelffinancierend kan zijn.

(10) Uit de ervaring is gebleken dat een verwijzing naar de maximale prijs alleen, als middel voor de vaststelling van de toegevoegde waarde van exprespostdiensten als evolg van de ontwikkeling van exprespostdiensten met een toegevoegde waarde beneden de maximale prijs niet langer zinvol is.

(11) Daarom moet een categorie 'speciale diensten' worden gedefinieerd, die zijn afgestemd op de speciale behoeften van klanten. Deze categorie moet alle diensten met de vereiste bijkomende prestaties omvatten. Deze diensten mogen niet worden voorbehouden, ongeacht het gewicht of de prijs van de poststukken. De post elektronisch te verzenden om haar op afstand te laten drukken zal alleen niet voldoende zijn om haar buiten het voorbehouden gebied te laten vallen.

(12) De voor de middellange termijn voorspelde toename van de vraag in de postdienstsector zal ertoe bijdragen het eventuele verlies van marktaandeel van de universeledienstverleners als gevolg van een verdere openstelling van de markt te compenseren, wat een bijkomende waarborg voor de universele dienst betekent.

(13) De belangrijkste stimulansen voor verandering die van invloed zijn op de werkgelegenheid in de postsector, zijn de technologische ontwikkeling en de druk van de markt om de efficiëntie te vergroten. De openstelling van de markt heeft hierbij een minder prominente rol, maar draagt wel bij tot een algehele uitbreiding van de postmarkten. Eventuele personeelsverminderingen bij de universeledienstverleners als gevolg van deze maatregelen (of de anticipatie hierop) worden waarschijnlijk gecompenseerd door de hieruit voortvloeiende toename van de werkgelegenheid bij particuliere exploitanten en nieuwkomers op de markt.

(14) Op communautair niveau dient een tijdschema voor een geleidelijke en beheerste openstelling van de brievenpostmarkt voor de mededinging te worden vastgesteld, zodat alle universeledienstverleners voldoende tijd krijgen voor de moderniserings- en herstructureringsmaatregelen die nodig zijn om hun levensvatbaarheid op lange termijn onder de nieuwe marktomstandigheden te verzekeren. De lidstaten hebben ook voldoende tijd nodig om hun wettelijke regelingen aan een opener omgeving aan te passen. Daarom is het zinvol bij de verdere openstelling van de markt stapsgewijs te werk te gaan, met nu eerst een tussenstap, bestaande uit een aanmerkelijke, maar beheerste openstelling van de markt, gevolgd door een onderzoek en een voorstel voor een volgende stap.

(15) Er moet voor worden gezorgd dat de volgende fase van de openstelling van de markt inhoudelijk is en voor de lidstaten in de praktijk haalbaar is.

(16) Een algemene verlaging van het maximale gewicht voor diensten die aan de universeledienstverleners mogen worden voorbehouden tot 50 gram, in combinatie met een volledige openstelling van de markt voor uitgaande grensoverschrijdende post en exprespost, is een vrij eenvoudige en beheerste volgende fase die toch aanmerkelijk is.

(17) Normale brievenpost met een gewicht tussen 50 en 350 gram maakt in de Gemeenschap gemiddeld ongeveer 16% van de totale postinkomsten van de universeledienstverleners uit, terwijl uitgaande grensoverschrijdende post en exprespostdiensten onder het prijsmaximum gemiddeld nog eens ongeveer 4% van de totale postinkomsten van de universeledienstverleners in de Gemeenschap uitmaken.

(18) Een maximale prijs voor diensten die kunnen worden voorbehouden, van tweeënhalf maal het openbare tarief van brievenpost van de laagste gewichtsklasse van de snelste standaardcategorie in combinatie met, in voorkomend geval, een maximale gewicht van 50 gram, is passend.

(19) Een maximumgewicht van 50 gram voor normale binnenlandse brievenpost is praktisch omdat daarbij niet het risico ontstaat dat deze regel wordt ontweken door een kunstmatige verhoging van het gewicht van individuele poststukken, omdat brievenpost meestal niet meer weegt dan 20 gram.

(20) In de meeste landen is direct mail al een dynamische groeimarkt met aanzienlijke groeimogelijkheden, terwijl er in de resterende lidstaten nog veel ruimte voor groei is. In zes lidstaten is direct mail al grotendeels voor mededinging opengesteld. Een grotere flexibiliteit van het dienstenaanbod en een betere prijsstelling als gevolg van de concurrentie zou de marktpositie van direct mail ten opzichte van andere communicatiemiddelen versterken. Waarschijnlijk zou dit tot een extra toename van het postverkeer leiden, waardoor de positie van de gehele postsector sterker zou worden. Niettemin moet worden bepaald dat direct mail, voorzover dit nodig is om de universele dienst te waarborgen, voorbehouden kan blijven indien het gewicht 50 gram en de prijs tweeënhalf keer het openbare basistarief niet te boven gaat.

(21) In feite staat het uitgaande grensoverschrijdende postverkeer in de meeste lidstaten reeds voor mededinging open. Het behoeft niet in de voorbehouden sector te worden opgenomen om een universele dienst te waarborgen, omdat het slechts ongeveer 3% van de totale postinkomsten uitmaakt. De openstelling rechtens van dit gedeelte van de markt biedt andere exploitanten van postdiensten de mogelijkheid grensoverschrijdende post te verzamelen, te sorteren en te vervoeren, en dit te in de lidstaten bezorgen, doch slechts voorzover de nationale wettelijke regeling van een bepaalde lidstaat dit toelaat.

(22) De openstelling van het inkomende grensoverschrijdende postverkeer voor mededinging zou de mogelijkheid bieden de grens van 50 gram te ontwijken door een gedeelte van de binnenlandse post in grote partijen elders te posten, waardoor de gevolgen van de openstelling onvoorspelbaar zijn. De vaststelling van de herkomst van brievenpost kan bij de handhaving van de voorschriften extra moeilijkheden opleveren. Een maximumgewicht van 50 gram voor gewone inkomende grensoverschrijdende brievenpost en direct mail, zoals voor de normale binnenlandse brievenpost, is praktisch omdat dit niet het gevaar van ontwijking op deze wijze of door een kunstmatige verhoging van het gewicht van brievenpost oplevert.

(23) Het is van belang nu al een tijdschema voor de volgende stap naar de voltooiing van de interne markt voor postdiensten op te stellen, zowel ter wille van de levensvatbaarheid van de universele dienst op lange termijn als met het oog op de voortgezette ontwikkeling van moderne en doelmatige postdiensten.

(24) Het is dienstig dat ook in de toekomst de mogelijkheid bestaat dat lidstaten bepaalde postdiensten aan hun universeledienstverleners kunnen blijven voorbehouden. Hierdoor hebben de universeledienstverleners de mogelijkheid de aanpassing aan een toename van de mededinging te voltooien, zonder dat dit ten koste van hun financiële evenwicht gaat en dus zonder de universeledienstverlening in gevaar te brengen.

(25) Het is dienstig nieuwe gewichts- en prijsgrenzen vast te stellen, alsmede de diensten waarop zij van toepassing kunnen zijn, en te voorzien in een nieuw onderzoek van de postsector en in een besluit over de verdergaande openstelling van de markt.

(26) Bij de maatregelen van een lidstaat, waaronder de oprichting van een compensatiefonds, eventuele wijzigingen in de werking ervan, iedere aanvulling erop dan wel betalingen hieruit, kan het gaan om steunmaatregelen van een lidstaat of in welke vorm dan ook met staatsmiddelen bekostigd, in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag, waarvan ingevolge artikel 88, lid 3, van het EG-Verdrag de Commissie vooraf op de hoogte moet worden gebracht.

(27) De mogelijkheid concurrenten op het gebied van de universele dienst een vergunning te verlenen kan worden verbonden met de eis dat de vergunninghouders aan de universele dienst bijdragen.

(27bis) Richtlijn 97/67/EG bepaalt dat de lidstaten een of meer nationale regelgevende instanties voor de postsector aanwijzen, die juridisch onderscheiden en functioneel onafhankelijk zijn van de exploitanten van postdiensten. In verband met het dynamische karakter van de Europese postmarkten dient de belangrijke rol die de nationale regelgevende instanties spelen te worden erkend en te worden bevorderd. Gewezen zij op artikel 9 van Richtlijn 97/67/EG dat de lidstaten de mogelijkheid biedt verder te gaan dan de doelstellingen van deze richtlijn.

(28) De nationale regelgevende instanties kunnen de invoering van vergunningen verbinden met de eis dat er voor de consumenten van de door vergunninghouders verleende diensten doorzichtige, eenvoudige en goedkope procedures voor de behandeling van hun klachten bestaan, ongeacht of deze op de diensten van de universeledienstverleners betrekking hebben, dan wel op de diensten van exploitanten met een machtiging, onder wie die met een individuele vergunning. Deze procedures moeten betrekking hebben op de gebruikers van alle postdiensten, ongeacht of dit universele diensten zijn of niet. Dergelijke procedures dienen te voorzien in regelingen ter bepaling van de aansprakelijkheid voor verlies of beschadiging van poststukken.

(29) De universeledienstverleners verlenen normaal diensten, bijvoorbeeld aan zakelijke klanten, aan tussenpersonen die post voor verschillende klanten samenvoegen en aan aanbieders van post in grote partijen, die hun de mogelijkheid bieden de poststroom op andere punten en onder andere voorwaarden te betreden dan bij de normale brievenpost het geval is. Wanneer zij dit doen moeten de universeledienstverleners het doorzichtigheidsbeginsel naleven alsook het verbod van discriminatie tussen de verschillende derden en tussen derden en universeledienstverleners die gelijkwaardige diensten verlenen. Het is gegeven het verbod van discriminatie bij de dienstverlening, ook nodig dat dergelijke diensten beschikbaar zijn voor niet-zakelijke klanten die onder soortgelijke omstandigheden van de post gebruik maken.

(30) In het licht van de klachten die de laatste jaren tegen bepaalde gevestigde exploitanten zijn ingebracht, moeten bepalingen worden vastgesteld om ervoor te zorgen dat universeledienstverleners geen diensten buiten het voorbehouden gebied subsidiëren met inkomsten uit diensten binnen het voorbehouden gebied, tenzij dit volstrekt noodzakelijk is gebleken om aan specifieke universeledienstverplichtingen te voldoen, zoals vastgesteld door de lidstaten overeenkomstig artikel 3 van Richtlijn 97/67/EG, als gewijzigd bij deze richtlijn. Daarom is het dienstig dat de nationale regelgevende autoriteiten daartoe regels dienaangaande vaststellen en deze aan de Commissie meedelen.

(31) In verband met de wijzigingen moet de in artikel 27 van Richtlijn 97/67/EG bepaalde datum voor het eventuele verstrijken van die richtlijn worden vervangen door 31 december 2006.

(32) Richtlijn 97/67/EG moet derhalve worden gewijzigd.

(33) Deze richtlijn doet geen afbreuk aan de toepassing van de in het Verdrag neergelegde mededingingsregels en regels inzake het vrij verrichten van diensten, zoals met name toegelicht in de Mededeling van de Commissie over de toepassing van de mededingingsregels op de postsector en over de beoordeling van bepaalde overheidsmaatregelen met betrekking tot postdiensten  i, wordt uiteengezet.