Overwegingen bij COM(2018)96 - Recht dat van toepassing is op de derdenwerking van de cessie van vorderingen

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
 
(1) De Unie heeft zich ten doel gesteld een ruimte van vrijheid, veiligheid en recht te ontwikkelen. Met het oog op de geleidelijke totstandbrenging van deze ruimte dient de Unie maatregelen te nemen op het gebied van de justitiële samenwerking in burgerlijke zaken met grensoverschrijdende gevolgen, voor zover dat nodig is voor het goed functioneren van de interne markt.

(2) Overeenkomstig artikel 81 van het Verdrag omvatten deze maatregelen maatregelen die de verenigbaarheid van de in de lidstaten geldende regels voor collisie beogen.

(3) De goede werking van de interne markt vereist, om de voorspelbaarheid van de uitslag van rechtsgedingen, de rechtszekerheid en de wederzijdse erkenning van beslissingen te bevorderen, dat de in de lidstaten geldende collisieregels hetzelfde nationale recht als toepasselijk recht aanwijzen, ongeacht bij welke rechter het geding aanhangig is gemaakt.

(4) De kwestie van de derdenwerking van de cessie van vorderingen valt niet onder Verordening (EG) nr. 593/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst (Rome I). Wel is in artikel 27, lid 2, van die verordening bepaald dat de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch en Sociaal Comité verslag uitbrengt over het vraagstuk van de werking van een cessie of subrogatie van een vordering jegens derden en de voorrang van de gecedeerde of gesubrogeerde vordering boven een recht van een ander persoon, en dat dat verslag zo nodig vergezeld gaat van een voorstel tot wijziging van deze verordening en een beoordeling van de gevolgen van de in te voeren bepalingen.

(5) Op 18 februari 2015 hechtte de Commissie haar goedkeuring aan het Groenboek 'Het opbouwen van een kapitaalmarktunie' 36 , waarin is bepaald dat het tot stand brengen van grotere rechtszekerheid in gevallen van grensoverschrijdende overdracht van vorderingen en de rangorde van dergelijke overdrachten, vooral in gevallen zoals insolventie, een ander belangrijk aspect is bij de ontwikkeling van een pan-Europese markt voor securitisatie en financiëlezekerheidsovereenkomsten en ook van andere activiteiten zoals factoring.

(6) Op 30 september 2015 heeft de Commissie een mededeling aangenomen houdende een actieplan voor de opbouw van een kapitaalmarktenunie 37 . In dat actieplan werd opgemerkt dat verschillen in de nationale aanpak van de werking ten aanzien van derden in geval van overdracht van schuldvorderingen tot complicaties leiden voor het gebruik daarvan als grensoverschrijdende zekerheid en geconcludeerd dat dit gebrek aan rechtszekerheid economisch belangrijke financiële transacties, zoals securitisaties belemmert. In dat actieplan werd ook aangekondigd dat de Commissie eenvormige regels zou voorstellen om met rechtszekerheid vast te stellen welk nationaal recht van toepassing is op gevolgen ten aanzien van derden in geval van overdracht van schuldvorderingen.

(7) Op 29 juni 2016 heeft de Commissie een verslag goedgekeurd over de geschiktheid van artikel 3, lid 1, van Richtlijn 2002/47/EG betreffende financiëlezekerheidsovereenkomsten 38 , dat als doel had te beoordelen of de richtlijn doeltreffend en efficiënt functioneert wat betreft de formaliteiten die moeten worden vervuld om kredietvorderingen als zekerheid te stellen. In het verslag wordt geconcludeerd dat een voorstel voor eenvormige regels betreffende derdenwerking van cessie van vorderingen het mogelijk zou maken om met rechtszekerheid vast te stellen welk nationaal recht van toepassing zou zijn op gevolgen ten aanzien van derden in geval van de cessie van schuldvorderingen, wat zou bijdragen aan meer rechtszekerheid op het gebied van de grensoverschrijdende mobilisatie van kredietvorderingen als zekerheid.

(8) Op 29 september 2016 heeft de Commissie een verslag aangenomen betreffende de kwestie van de werking van een cessie of subrogatie van een vordering jegens derden en de voorrang van de gecedeerde of gesubrogeerde vordering boven het recht van een andere persoon. In dat verslag werd geconcludeerd dat uniforme conflictregels die van toepassing zijn op de derdenwerking van cessies alsook op de rangorde van vorderingen van concurrerende cessionarissen en andere rechthebbenden, de rechtszekerheid vergroten en de praktische problemen en hoge juridische kosten die de huidige diversiteit aan benaderingen in de lidstaten met zich meebrengt, verminderen.

(9) De materiële werkingssfeer en de bepalingen van deze verordening moeten stroken met Verordening (EG) nr. 864/2007 betreffende het recht dat van toepassing is op niet-contractuele verbintenissen (Rome II) 39 , Verordening (EG) nr. 593/2008 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst (Rome I) 40 , Verordening (EU) nr. 1215/2012 betreffende de rechterlijke bevoegdheid, de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken (herschikking) 41 en Verordening (EU) nr. 2015/848 betreffende insolventieprocedures 42 . De uitlegging van deze verordening zou hiaten in de regelgeving tussen deze instrumenten zo veel mogelijk moeten dichten.

(10) Deze verordening geeft uitvoering aan het actieplan voor de kapitaalmarktenunie. Zij voldoet ook aan het in artikel 27, lid 2, van de Rome I-verordening neergelegde vereiste dat de Commissie een verslag moet uitbrengen en zo nodig een voorstel moet publiceren over de werking van een cessie van een vordering jegens derden en de voorrang van het recht van de cessionaris boven het recht van een ander persoon.

(11) Momenteel bestaan er op EU-niveau geen collisieregels inzake de derdenwerking (of de goederenrechtelijke gevolgen) van cessies van vorderingen. Deze collisieregels zijn vastgelegd op het niveau van de lidstaten, maar zij zijn inconsistent en dikwijls onduidelijk. Bij grensoverschrijdende cessie van vorderingen leidt de inconsistentie van nationale collisieregels tot rechtsonzekerheid over de vraag welk recht van toepassing is op de derdenwerking van de cessie. Het gebrek aan rechtszekerheid schept een juridisch risico bij grensoverschrijdende cessies, waarvan bij nationale cessies geen sprake is, aangezien verschillende nationaalrechtelijke materiële regels kunnen worden toegepast, afhankelijk van de lidstaat waarvan de rechters of autoriteiten een geschil over juridische eigendom van de vorderingen behandelen.

(12) Wanneer cessionarissen zich niet bewust zijn van het juridisch risico of ervoor kiezen dit te negeren, kunnen zij met onverwacht financieel verlies te maken krijgen. De onzekerheid over de vraag wie de juridische eigendom van grensoverschrijdend gecedeerde vorderingen heeft, kan secundaire effecten hebben en de weerslag van een financiële crisis verergeren en verlengen. Wanneer cessionarissen besluiten het juridisch risico te beperken door specifiek juridisch advies te vragen, zullen zij met hogere transactiekosten te maken krijgen dan bij binnenlandse cessies. Wanneer cessionarissen worden afgeschrikt door het juridisch risico en ervoor kiezen dit te vermijden, kunnen zij commerciële kansen missen en kan de marktintegratie worden verminderd.

(13) Deze verordening heeft als doel te zorgen voor rechtszekerheid door de vaststelling van gemeenschappelijke collisieregels om aan te wijzen welk nationaal recht van toepassing is op de derdenwerking van cessies van vorderingen.

(14) Een vordering geeft een crediteur het recht op betaling van een geldsom of nakoming van een verplichting door de debiteur. Met de cessie van een vordering kan een crediteur (cedent) zijn recht om een schuld in te vorderen jegens een debiteur, overdragen op een andere persoon (cessionaris). De rechtsregels die van toepassing zijn op de contractuele betrekkingen tussen de debiteur en de crediteur, tussen de cedent en de cessionaris, en tussen de cessionaris en de debiteur, worden aangewezen door de collisieregels van de Rome I-verordening 43 .

(15) De in deze verordening vastgestelde collisieregels dienen van toepassing te zijn op de goederenrechtelijke gevolgen van cessies van vorderingen tussen alle bij de cessie betrokken partijen (dat wil zeggen tussen cedent en cessionaris, en tussen cessionaris en debiteur) alsook ten aanzien van derden (bijvoorbeeld een crediteur van de cedent).

(16) De onder deze verordening vallende vorderingen zijn handelsvorderingen, schuldvorderingen die voortvloeien uit financiële instrumenten zoals gedefinieerd in Richtlijn 2014/65/EU betreffende markten voor financiële instrumenten 44 en op een rekening bij een kredietinstelling gecrediteerde contanten. De in Richtlijn 2014/65/EU gedefinieerde financiële instrumenten omvatten op financiële markten verhandelde effecten en derivaten. Effecten zijn activa; bij derivaten gaat hem om overeenkomsten die zowel rechten (of vorderingen) als verplichtingen van de partijen bij de overeenkomst omvatten.

(17) Deze verordening heeft betrekking op de derdenwerking van de cessie van vorderingen. Zij heeft geen betrekking op de overdracht van de overeenkomsten (bijvoorbeeld derivatencontracten), die zowel rechten (of vorderingen) als verplichtingen omvatten, noch op de novatie van overeenkomsten, inclusief de rechten en verplichtingen. Aangezien deze verordening geen betrekking heeft op de overdracht of novatie van overeenkomsten, zal de handel in financiële instrumenten, alsook de clearing en afwikkeling van deze instrumenten, beheerst blijven door het recht dat op contractuele verplichtingen van toepassing is, zoals neergelegd in de Rome I-verordening. Dit recht wordt in het algemeen gekozen door de partijen bij de overeenkomst of aangewezen via niet-discretionaire regels die op financiële markten van toepassing zijn.

(18) Aangelegenheden die worden geregeld door de zekerhedenrichtlijn 45 , de finaliteitsrichtlijn 46 , de liquidatierichtlijn 47 en de registerverordening 48 dienen door deze verordening onverlet te worden gelaten.

(19) Deze verordening moet een universeel karakter hebben: het door deze verordening aangewezen recht dient toepasselijk te zijn, ongeacht of dit het recht van een lidstaat is.

(20) Voorspelbaarheid is van essentieel belang voor derden die geïnteresseerd zijn in het verkrijgen van de juridische eigendom van de gecedeerde vordering. Het recht van het land waar de cedent zijn gewone verblijfplaats heeft, toepassen op de derdenwerking, maakt het voor de betrokken derden mogelijk om gemakkelijk van tevoren te weten welk nationaal recht op hun rechten van toepassing zal zijn. Het recht van de gewone verblijfplaats van de cedent dient dus in de regel van toepassing te zijn op de derdenwerking van cessies van vorderingen. Deze regel dient met name van toepassing te zijn op de derdenwerking van cessie van vorderingen bij factoring, zekerheidsstelling en, wanneer de partijen niet hebben gekozen voor het op de gecedeerde vordering toepasselijke recht, securitisatie.

(21) Het recht dat wordt gekozen om als regel van toepassing te zijn op de derdenwerking van cessies van vorderingen moet het mogelijk maken te bepalen welk recht van toepassing is wanneer toekomstige vorderingen worden gecedeerd, een gangbare praktijk wanneer meerdere claims worden gecedeerd, zoals bij factoring. De toepassing van het recht van de gewone verblijfplaats van de cedent maakt het mogelijk te bepalen welk recht van toepassing is op de derdenwerking van de cessie van toekomstige vorderingen.

(22) De noodzaak te bepalen wie de juridische eigendom van een gecedeerde vordering heeft, doet zich dikwijls voor wanneer de insolvente boedel moet worden beschreven ingeval de cedent insolvent wordt. Daarom is het wenselijk dat de collisieregels van deze verordening coherent zijn met die welke in Verordening (EU) 2015/848 betreffende insolventieprocedures zijn vastgelegd. De coherentie dient te worden verwezenlijkt door het als regel toepassen van het recht van de gewone verblijfplaats van de cedent op de derdenwerking van cessies van vorderingen, aangezien het gebruik van de gewone verblijfplaats van de cedent als aanknopingsfactor samenvalt met het centrum van de voornaamste belangen van de debiteur, dat als aanknopingsfactor wordt gebruikt voor insolventiedoeleinden.

(23) Het Verdrag van de Verenigde Naties van 2001 inzake de cessie van vorderingen in de internationale handel bepaalt dat de voorrang van het recht van een cessionaris ten aanzien van de gecedeerde vordering boven het recht van iemand met een concurrerende aanspraak wordt beheerst door het recht van het land waar de cedent is gevestigd. De compatibiliteit tussen de collisieregels van de Unie die in deze verordening zijn vastgesteld en de oplossing die op internationaal niveau door het verdrag wordt voorgestaan, zou de oplossing van internationale geschillen moeten bevorderen.

(24) Wanneer de cedent tussen verscheidene cessies van dezelfde vordering zijn gewone verblijfplaats wijzigt, dient het recht te worden toegepast van de gewone verblijfplaats van de cedent op het tijdstip waarop een van de cessionarissen voor het eerst zijn cessie tegenover derden afdwingbaar maakt door aan de vereisten te voldoen op grond van het recht dat van toepassing is op basis van de gewone verblijfplaats van de cedent op dat moment.

(25) Overeenkomstig de marktpraktijk en de behoeften van marktdeelnemers dient de derdenwerking van bepaalde cessies bij wijze van uitzondering te worden beheerst door het op de gecedeerde vordering toepasselijke recht, namelijk het recht dat van toepassing is op de oorspronkelijke overeenkomst tussen de crediteur en de debiteur waaruit de vordering voortvloeit.

(26) Het op de gecedeerde vordering toepasselijke recht dient van toepassing te zijn op de derdenwerking van de cessie door een rekeninghouder van contanten die worden gecrediteerd op een rekening bij een kredietinstelling, waarbij de rekeninghouder de crediteur/cedent en de kredietinstelling de debiteur is. Aan derden, zoals crediteurs van de cedent en concurrerende cessionarissen, wordt grotere voorspelbaarheid geboden wanneer het op de gecedeerde vordering toepasselijke recht van toepassing is op de derdenwerking van die cessie, aangezien algemeen wordt aangenomen dat de vordering van een rekeninghouder inzake contanten die op een rekening bij een kredietinstelling zijn gecrediteerd, wordt beheerst door het recht van het land waar de kredietinstelling is gevestigd (in plaats van het recht van de gewone verblijfplaats van de rekeninghouder/cedent). Dat recht wordt doorgaans gekozen in de overeenkomst tussen de rekeninghouder en de kredietinstelling.

(27) Ook de derdenwerking van cessies van vorderingen die voortvloeien uit financiële instrumenten, dient te worden beheerst door het recht dat de gecedeerde vordering beheerst, namelijk het recht dat van toepassing is op de overeenkomst waaruit de vordering voortvloeit (zoals een derivatencontract). Dat het op de gecedeerde vordering toepasselijke recht en niet het recht van de gewone verblijfplaats van de cedent, de derdenwerking van cessies van vorderingen die voortvloeien uit financiële instrumenten beheerst, is van essentieel belang voor het behoud van de stabiliteit en goede werking van de financiële markten. Dat behoud wordt verzekerd aangezien het recht dat van toepassing is op het financiële instrument waaruit de vordering voortvloeit, het recht is dat partijen bij de overeenkomst hebben gekozen of het recht dat is aangewezen volgens niet-discretionaire regels die van toepassing zijn op de financiële markten.

(28) Ook moet worden voorzien in flexibiliteit bij het bepalen van het recht dat van toepassing is op de derdenwerking van cessies van vorderingen in het kader van een securitisatie, om tegemoet te komen aan de behoeften van alle securitisers en de uitbreiding van de grensoverschrijdende securitisatiemarkt tot kleinere spelers te bevorderen. Het recht van de gewone verblijfplaats van de cedent moet weliswaar als algemene regel van toepassing zijn op de derdenwerking van cessies van vorderingen in het kader van een securitisatie, maar de cedent (initiator) en de cessionaris ("special purpose vehicle") moeten ervoor kunnen kiezen dat het op de gecedeerde vordering toepasselijke recht ook van toepassing is op de derdenwerking van de cessie van vorderingen. De cedent en de cessionaris moeten ervoor kunnen kiezen dat de algemene regel van de toepassing van het recht van de gewone verblijfplaats van de cedent blijft gelden voor de derdenwerking van de cessie van vorderingen in het kader van een securitisatie, dan wel dat het op de gecedeerde vordering toepasselijke recht van toepassing is, afhankelijk van de structuur en de kenmerken van de transactie, bijvoorbeeld het aantal initiators en de plaats waar zij zijn gevestigd, en het aantal rechtsstelsels dat op de gecedeerde vorderingen van toepassing is.

(29) Er kan sprake zijn van prioriteitsconflicten tussen cessionarissen van dezelfde vordering wanneer de derdenwerking van de cessie bij één cessie wordt beheerst door het recht van de gewone verblijfplaats van de cedent en bij een andere cessie door het op de gecedeerde vordering toepasselijke recht. In dergelijke gevallen dient het recht dat van toepassing is op het oplossen van het prioriteitsconflict, het recht te zijn dat van toepassing is op de derdenwerking van de cessie van de vordering die krachtens het op die vordering toepasselijke recht het eerst tegenover derden afdwingbaar is geworden.

(30) De werkingssfeer van het nationale recht dat krachtens deze verordening wordt aangewezen als het recht dat van toepassing is op de derdenwerking van een cessie van vorderingen moet uniform zijn. Door het toepasselijk verklaarde nationale recht moeten met name worden beheerst: i) de afdwingbaarheid van de cessie jegens derden, dat wil zeggen de maatregelen die door de cessionaris moeten worden genomen om te waarborgen dat hij de juridische eigendom van de gecedeerde vordering krijgt (bijvoorbeeld de registratie van de cessie bij een openbare instantie of in een publiek register, of de schriftelijke kennisgeving van de cessie aan de debiteur); en (ii) prioriteitskwesties, namelijk conflicten tussen verschillende personen die aanspraak op de eigendom van de vordering (bijvoorbeeld tussen twee cessionarissen wanneer dezelfde vordering tweemaal is gecedeerd, of tussen een cessionaris en een crediteur van de cedent).

(31) Gezien het universele karakter van deze verordening kan het recht van landen met verschillende rechtstradities worden aangeduid als het toepasselijke recht. Wanneer, naar aanleiding van de cessie van een vordering, de overeenkomst waaruit de vordering voortvloeit, wordt overgedragen, dient het recht dat krachtens deze verordening is aangewezen als het recht dat van toepassing is op de derdenwerking van een cessie, ook van toepassing te zijn op een prioriteitsconflict tussen de cessionaris van de vordering en de nieuwe begunstigde van dezelfde vordering naar aanleiding van de overdracht van de overeenkomst waaruit de vordering voortvloeit. Om dezelfde reden dient, wanneer novatie als een functioneel equivalent van de overdracht van een overeenkomst wordt gebruikt, het recht dat krachtens deze verordening is aangewezen als het recht dat van toepassing is op de derdenwerking van een cessie, ook van toepassing te zijn op de oplossing van een prioriteitsconflict tussen een cessionaris van een vordering en de nieuwe begunstigde van de functioneel equivalente vordering naar aanleiding van de novatie van de overeenkomst waaruit de vordering voortvloeit.

(32) Overwegingen van algemeen belang rechtvaardigen dat de rechters van de lidstaten zich in uitzonderlijke omstandigheden kunnen beroepen op rechtsfiguren zoals de exceptie van openbare orde en op bepalingen van bijzonder dwingend recht, die restrictief moeten worden uitgelegd.

(33) De eerbiediging van de door de lidstaten aangegane internationale verplichtingen vereist dat deze verordening de internationale overeenkomsten waarbij een of meer lidstaten partij zijn op het moment dat deze verordening wordt vastgesteld, onverlet laat. Om de regels toegankelijker te maken zou de Commissie aan de hand van de gegevens die de lidstaten haar doorgeven, de lijst van de betrokken overeenkomsten moeten bekendmaken in het Publicatieblad van de Europese Unie.

(34) Deze verordening eerbiedigt de grondrechten en neemt de in het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie erkende beginselen in acht. Met name beoogt deze verordening de toepassing te bevorderen van de artikelen 17 en 47, betreffende, respectievelijk, het recht op eigendom en het recht op een doeltreffende voorziening in rechte en een eerlijk proces.

(35) Aangezien de doelstellingen van deze verordening niet voldoende door de lidstaten kunnen worden verwezenlijkt en wegens de omvang en de gevolgen van deze verordening beter op het niveau van de Unie kunnen worden verwezenlijkt, kan de Unie, overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel, maatregelen nemen. De gewenste uniformiteit van de collisieregels op het gebied van derdenwerking van cessie kan alleen maar worden bereikt door een verordening, aangezien alleen een verordening een consistente interpretatie en toepassing van de regels op nationaal niveau kan waarborgen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze verordening niet verder dan nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken,

(36) Overeenkomstig artikel 3 en artikel 4 bis, lid 1, van Protocol nr. 21 betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, [hebben/heeft] [nemen/neemt] [het Verenigd Koninkrijk] [en] [Ierland] [te kennen gegeven dat ze/het aan de aanneming en de toepassing van deze verordening wensen/wenst deel te nemen] [niet deel aan de aanneming van deze verordening en is deze derhalve niet bindend voor noch van toepassing op deze lidstaten/lidstaat].

(37) Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, neemt Denemarken niet deel aan de aanneming van deze verordening en is deze derhalve niet bindend voor noch van toepassing op Denemarken,