Overwegingen bij COM(2024)441 -

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

 
dossier COM(2024)441 - .
document COM(2024)441
datum 9 oktober 2024
 
(1) De Regionale Conventie betreffende de pan-Euromediterrane preferentiële oorsprongsregels (de conventie) is door de Unie gesloten bij Besluit 2013/94/EU0 van de Raad en is voor de Unie op 1 mei 2012 in werking getreden.

(2) Overeenkomstig artikel 4, lid 1, en artikel 4, lid 3, punt a), van de conventie kan het bij de conventie opgerichte Gemengd Comité (Gemengd Comité) bij besluit wijzigingen op de conventie vaststellen.

(3) Het Gemengd Comité zal op zijn 16e vergadering een besluit aannemen over het gebruik van elektronisch afgegeven certificaten inzake goederenverkeer.

(4) De conventie is gewijzigd bij Besluit Nr. 1/20230 van het Gemengd Comité, dat op 1 januari 2025 in werking zal treden. Op 7 december 2023 heeft het Gemengd Comité Aanbeveling nr. 1/20230 aangenomen over het gebruik van elektronisch afgegeven certificaten inzake goederenverkeer in het kader van de conventie. Om een duidelijk rechtskader te bieden en consistentie te waarborgen bij het gebruik van elektronische certificaten in het kader van de overgang van de huidige regels van de conventie naar de herziene regels van de conventie, die op 1 januari 2025 in werking zullen treden, moet Besluit Nr. 1/2023 worden gewijzigd zodat in de herziene conventie de algemene eisen met betrekking tot elektronisch afgegeven bewijzen van oorsprong worden opgenomen in artikel 17, lid 4, van aanhangsel I.

(5) Het is passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie moet worden ingenomen in het Gemengd Comité, aangezien het besluit van het Gemengd Comité voor de Unie bindend zal zijn.