Bijlagen bij COM(2016)240 - Ontwikkeling van de uitgaven uit het ELGF Alarmsysteem nr. 1-4/2016

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage 1:

bijlage 2:
Begrotingsprocedure 2016

Besteding van de ELGF-kredieten tot en met 29.2.2016 (voorlopige cijfers)


1. Procedure voor de vaststelling van de ELGF-begroting 2016

De tabel in bijlage 1 geeft een overzicht van de belangrijkste cijfers voor het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) in de verschillende fasen van de begrotingsprocedure.

De ELGF-begroting 2016 is op 25 november 2015 door het Europees Parlement vastgesteld. In de begroting zijn voor maatregelen voor de landbouwmarkten en rechtstreekse betalingen vastleggings- en betalingskredieten opgenomen voor een bedrag van respectievelijk 42 220,3 miljoen EUR en 42 212,0 miljoen EUR.

Het verschil tussen de vastleggings- en de betalingskredieten houdt verband met het feit dat voor bepaalde maatregelen die rechtstreeks door de Commissie worden uitgevoerd, gesplitste kredieten worden gebruikt. Deze kredieten dienen hoofdzakelijk voor maatregelen om de afzet van landbouwproducten te bevorderen en voor maatregelen op het gebied van de beleidsstrategie en -coördinatie voor het beleidsterrein landbouw.

2. Bestemmingsontvangsten voor het ELGF

Krachtens artikel 43 van Verordening (EU) nr. 1306/2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid worden ontvangsten die voortvloeien uit financiële correcties op grond van besluiten tot boekhoudkundige en conformiteitsgoedkeuring, ontvangsten als gevolg van terugvorderingen wegens onregelmatigheden en opbrengsten uit de melkheffing beschouwd als bestemmingsontvangsten ter financiering van ELGF-uitgaven. Overeenkomstig de bepalingen van dat artikel kunnen de bestemmingsontvangsten worden gebruikt voor de financiering van welke ELGF-uitgaven dan ook. Als een deel van deze ontvangsten niet binnen het begrotingsjaar wordt gebruikt, wordt dat automatisch overgedragen naar het volgende begrotingsjaar 1 . Hierbij wordt opgemerkt dat het begrotingsjaar 2016 het laatste jaar is waarin opbrengsten uit de melkheffing worden geïnd, aangezien de melkquotaregeling op 31 maart 2015 is afgelopen.

De ELGF-begroting 2016 bevat zowel de door de Commissie vastgestelde laatste ramingen van de middelen die nodig zijn om de verwachte uitgaven voor marktmaatregelen en rechtstreekse betalingen te financieren, en ramingen van de bestemmingsontvangsten die naar verwachting in de loop van het betrokken begrotingsjaar zullen worden geïnd, als het over te dragen saldo van de uit het voorafgaande begrotingsjaar beschikbare bestemmingsontvangsten. In haar voorstel voor de begrotingskredieten voor het ELGF voor 2016 heeft de Commissie de totale verwachte bestemmingsontvangsten in aanmerking genomen, met het verzoek om voor de begroting 2016 bij de berekening van het bedrag aan kredieten de geraamde bestemmingsontvangsten in mindering te brengen op de geraamde financieringsbehoeften. De begrotingsautoriteit heeft vervolgens de ELGF-begroting goedgekeurd, rekening houdend met de verwachte bestemmingsontvangsten.

Bij de opstelling van de begroting 2016 werden de beschikbare bestemmingsontvangsten door de Commissie op 2 980 miljoen EUR geraamd. Meer bepaald:

– werd verwacht dat in de loop van het begrotingsjaar 2016 bestemmingsontvangsten ten bedrage van 2 090 miljoen euro zouden worden geïnd. De ontvangsten uit correcties in het kader van de conformiteitsgoedkeuring en uit terugvorderingen wegens onregelmatigheden werden op respectievelijk 1 125 miljoen EUR en 155 miljoen EUR geraamd. De opbrengsten uit de melkheffing werden op 810 miljoen EUR geraamd;

– werden de van het begrotingsjaar 2015 naar het begrotingsjaar 2016 over te dragen bestemmingsontvangsten op 890 miljoen EUR geraamd.

De Commissie heeft deze aanvankelijk verwachte ontvangsten ten bedrage van 2 980 miljoen EUR in de begroting 2016 toegewezen aan de volgende regelingen:

– 600 miljoen EUR voor de actiefondsen van de producentenorganisaties voor groenten en fruit, en

– 2 380 miljoen EUR voor de basisbetalingsregeling.

Voor deze regelingen heeft de begrotingsautoriteit uiteindelijk kredieten goedgekeurd in overeenstemming met het voorstel van de Commissie. De som van de goedgekeurde kredieten en de bovengenoemde bestemmingsontvangsten komt overeen met:

– 898 miljoen EUR voor de actiefondsen van de producentenorganisaties voor groenten en fruit,

– 18 307 miljoen EUR voor de basisbetalingsregeling.  

In bijlage 2, waarin de uitvoering van de begroting 2016 voor de periode tot en met 29 februari 2016 (voorlopige cijfers) wordt weergegeven, is bij de begrotingskredieten voor groenten en fruit en voor ontkoppelde rechtstreekse betalingen (weergegeven op het niveau van het artikel) geen rekening gehouden met de genoemde bestemmingsontvangsten. Deze cijfers geven de goedgekeurde kredieten voor die artikelen weer (respectievelijk 611,8 miljoen EUR en 34 269,2 miljoen EUR). Als de aan deze artikelen toegewezen bestemmingsontvangsten worden meegerekend, lopen de totale bedragen in de begroting 2016 op tot 1 211,8 miljoen EUR voor groenten en fruit en 36 649,2 miljoen EUR voor ontkoppelde rechtstreekse betalingen.

3. Opmerkingen over de uitvoering van de ELGF-begroting 2016 (voorlopige cijfers)

Bijlage 2 geeft een overzicht van de uitvoering van de begroting voor de periode van 16 oktober 2015 tot en met 29 februari 2016 (voorlopige cijfers). Dit uitvoeringsniveau wordt vergeleken met het uitgavenprofiel (indicator) dat is bepaald op grond van artikel 28 van Verordening (EU) nr. 1306/2013. Hieronder volgt een korte toelichting bij een aantal begrotingsartikelen die de grootste verschillen tussen de werkelijke en de verwachte uitvoering van de begroting 2016 te zien geven.

3.1.Marktmaatregelen

De opname van kredieten voor interventies op de landbouwmarkten lag 93 miljoen EUR onder het niveau van de goedgekeurde begrotingskredieten dat volgens de indicator op 29 februari 2016 had moeten worden gehaald. Dit verschil is het netto-effect van de uitvoeringspatronen in voornamelijk de sectoren groenten en fruit, wijn, melk en zuivelproducten en varkensvlees.

3.1.1.Groenten en fruit (- 8,7 miljoen EUR ten opzichte van de goedgekeurde kredieten)

Voor de goedgekeurde kredieten is dit uitvoeringsniveau niet relevant; het hangt namelijk samen met de uitgaven voor de regeling inzake de actiefondsen van de producentenorganisaties en de overige maatregelen voor groenten en fruit, die beide worden gefinancierd uit zowel de goedgekeurde begrotingskredieten als de bestemmingsontvangsten die in de begroting 2016 aan deze regeling zijn toegewezen (zie punt 2 voor meer informatie). Dit uitvoeringsniveau is het resultaat van de toepassing van de indicator voor de periode tot en met 29 februari 2016 op de goedgekeurde begrotingskredieten, dus exclusief de bestemmingsontvangsten voor deze sector.

Een voetnoot * in de tabel met het overzicht van de uitvoering van de begroting (bijlage 2 – voorlopige cijfers) geeft aan wat de situatie zou zijn geweest als de indicator was toegepast op de totale kredieten die naar raming voor de financiering van dit artikel beschikbaar zullen zijn. Als de indicator was toegepast op de geraamde totale kredieten van 1 211,8 miljoen EUR voor dit artikel, zou er sprake zijn van een onderbesteding van 328,1 miljoen EUR.

Dit is het gevolg van de tragere opname bij alle uit hoofde van dit artikel gefinancierde regelingen. Opgemerkt moet worden dat het tempo waarin de begrotingskredieten voor de crisismaatregelen worden opgenomen, niet op betrouwbare wijze kon worden geraamd en waarschijnlijk zal afwijken van een gemiddeld bestedingsprofiel over een periode van drie jaar, dat de basis vormt voor de indicator voor de meeste van de uit hoofde van dit artikel gefinancierde regelingen. Op dit moment wordt ervan uitgegaan dat het een tijdelijke situatie betreft. De uitvoering van dit artikel wordt nauwlettend gemonitord door de diensten van de Commissie.

3.1.2.Producten van de wijnbouwsector (– 13,8 miljoen EUR)

Deze onderbesteding is toe te schrijven aan het tragere tempo van de betalingen door de lidstaten in vergelijking met het uitgavenprofiel van de voor de nationale wijnprogramma's vastgestelde indicator. Op dit moment wordt ervan uitgegaan dat deze situatie van tijdelijke aard is.

3.1.3.Melk en zuivelproducten (- 77,3 miljoen EUR)

De voornaamste reden voor het uitvoeringsniveau voor dit artikel is de voortgang bij de tenuitvoerlegging en de toepassing van de gerichte steun voor de veehouderijsectoren 2 . Het bedrag van 420 miljoen EUR aan kredieten voor de regeling voor gerichte steun is opgenomen in begrotingspost 05 02 12 99 — Overige maatregelen (melk en zuivelproducten). Aangezien de lidstaten de steun evenwel kunnen toewijzen aan producenten in alle sectoren van de veehouderij, zal de opname van de kredieten voor dit artikel lager zijn en zal moeten worden voorzien in de nodige kredietoverschrijvingen voor de financiering van de uitgaven die voor de andere artikelen worden gedeclareerd.

Wat de snelheid van de opname betreft, wordt er op basis van de indicator van de Commissie van uitgegaan dat de uitgaven gelijkmatig gespreid zullen zijn over de subsidiabiliteitsperiode tot en met 30 juni 2016. De huidige onderbesteding wordt evenwel als een tijdelijke situatie gezien. De uitvoering van dit artikel wordt nauwlettend gemonitord door de diensten van de Commissie.

3.1.4.Varkensvlees, eieren, pluimvee, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten (+ 19,8 miljoen EUR)

Deze overbesteding vloeit voort uit de in punt 3.1.3 genoemde gerichte steunmaatregel, waarbij de uitgaven voor de overeenkomstige steun in de sector varkensvlees ten laste van dit artikel worden gedeclareerd, terwijl het volledige bedrag van de begrote kredieten is opgenomen in artikel 05 02 12 — Melk en zuivelproducten. Als gevolg hiervan doet zich bij de voor dit artikel goedgekeurde kredieten een overbesteding voor, die wordt gefinancierd via kredietoverschrijvingen uit het genoemde begrotingsartikel 05 02 12.

3.2.Rechtstreekse betalingen

De opname van kredieten voor rechtstreekse betalingen lag 13 732,9 miljoen EUR onder het indicatorniveau voor 29 februari 2016.

3.2.1.Ontkoppelde rechtstreekse betalingen (- 12 296,2 miljoen EUR ten opzichte van de goedgekeurde kredieten)

Voor de goedgekeurde kredieten is dit uitvoeringsniveau slechts in beperkte mate relevant; het hangt namelijk samen met de uitgaven voor de basisbetalingsregeling, die wordt gefinancierd uit zowel de goedgekeurde begrotingskredieten als de bestemmingsontvangsten die in de begroting 2016 aan deze regeling zijn toegewezen (zie punt 2 voor meer informatie). Dit uitvoeringsniveau is het resultaat van de toepassing van de indicator voor de periode tot en met 29 februari 2016 op de goedgekeurde begrotingskredieten, dus exclusief de bestemmingsontvangsten voor dit artikel.

Een voetnoot * in de tabel met het overzicht van de uitvoering van de begroting (bijlage 2 – voorlopige cijfers) geeft aan wat de situatie zou zijn geweest als de indicator was toegepast op de totale kredieten die naar raming voor de financiering van de ontkoppelde rechtstreekse betalingen beschikbaar zullen zijn. Als de indicator was toegepast op de geraamde totale kredieten van 36 649,2 miljoen EUR voor ontkoppelde rechtstreekse betalingen, zou er sprake zijn van een onderbesteding van 14 612,6 miljoen EUR.

Dit aanzienlijke verschil in het niveau van uitvoering van de begroting voor ontkoppelde rechtstreekse betalingen is hoofdzakelijk toe te schrijven aan tijdelijke vertragingen van administratieve aard die verscheidene lidstaten hebben ondervonden tijdens het eerste jaar van de uitvoering van de hervormde regelingen voor rechtstreekse betalingen. De Commissie verricht maandelijks een nauwlettende monitoring van de situatie, van de niveaus van uitvoering in de lidstaten en van hun ramingen van de toekomstige uitgaven; zij is op dit moment van oordeel dat dit verschil tijdelijk is en verwacht dat de ontkoppelde rechtstreekse betalingen uiteindelijk zullen worden uitgevoerd zoals in de begroting 2016 is voorzien.

3.2.2.Andere rechtstreekse betalingen (- 1 436,6 miljoen EUR)

Deze onderbesteding van de goedgekeurde kredieten voor andere rechtstreekse betalingen ten opzichte van het met de indicator overeenstemmende uitgavenprofiel is ook voornamelijk toe te schrijven aan tijdelijke vertragingen van administratieve aard die verscheidene lidstaten hebben ondervonden tijdens het eerste jaar van de uitvoering, vooral van de maatregel voor vrijwillige gekoppelde steun die deel uitmaakt van de hervormde regelingen inzake rechtstreekse betalingen. De Commissie monitort nauwlettend hoe de opname van de uitgaven zich verder ontwikkelt; zij gaat er op dit ogenblik van uit dat de begroting 2016 voor de andere rechtstreekse betalingen volledig zal worden uitgevoerd.

3.3.Audit van de landbouwuitgaven (– 15,7 miljoen EUR)

Naast een totaal bedrag voor rechtstreekse uitgaven voor monitoring en preventieve maatregelen en uitgaven voor financiële correcties ten gunste van lidstaten ten belope van 29,1 miljoen EUR is in de begroting 2016 een geraamd bedrag van 29,5 miljoen EUR opgenomen voor betalingen in verband met de regeling van geschillen. Bij gebrek aan een op basis van het verleden vastgesteld uitvoeringsprofiel werd bij de vaststelling van het uitgavenprofiel voor de regeling van geschillen aangenomen dat de lidstaten de betaling van deze bedragen gelijkmatig zouden spreiden over het jaar. Per 29 februari 2016 hadden de lidstaten evenwel nog geen enkele dergelijke betaling verricht. Bovendien waren er vertragingen voor kredieten waarvan werd verwacht dat zij uiterlijk op 29 februari 2016 voor monitoring en preventieve maatregelen zouden zijn vastgelegd. Bijgevolg is er voor dit hoofdstuk van de begroting 2016 een onderbesteding ten opzichte van de indicator. Op dit moment wordt ervan uitgegaan dat het een tijdelijke situatie betreft en dat de begroting volledig zal worden uitgevoerd.

4. Feitelijke bestemmingsontvangsten voor het ELGF

De tabel in bijlage 2 geeft een overzicht van de per 29 februari 2016 geïnde bestemmingsontvangsten, in totaal 1 305,4 miljoen EUR. Meer bepaald:

– bedroegen de ontvangsten uit de correcties op grond van de besluiten tot boekhoudkundige en conformiteitsgoedkeuring 447,7 miljoen EUR en is de verwachting dat daar tegen het einde van het begrotingsjaar nog aanzienlijke bedragen bij zullen komen;

– bedroegen de ontvangsten uit terugvorderingen wegens onregelmatigheden 45,6 miljoen EUR en is ook hier de verwachting dat daar tegen het einde van het begrotingsjaar nog bedragen bij zullen komen;

– zijn de inkomsten uit de melkheffing inmiddels volledig geïnd (ca. 812,1 miljoen EUR).

Tot slot zijn uiteindelijk bestemmingsontvangsten ten bedrage van 896,4 miljoen EUR van 2015 naar 2016 overgedragen.

Het voor de financiering van ELGF-uitgaven beschikbare bedrag van de bestemmingsontvangsten bedraagt per 29 februari 2016 dus 2 201,8 miljoen EUR en zal verder worden aangevuld met aanzienlijke nieuwe bestemmingsontvangsten op grond van besluiten tot boekhoudkundige en conformiteitsgoedkeuring en uit terugvorderingen wegens onregelmatigheden, die naar verwachting tegen het einde van het begrotingsjaar zullen worden geïnd.

5. Conclusies

Uit de voorlopige uitvoering van de ELGF-begroting 2016 voor de periode tot en met 29 februari 2016 blijkt dat de maandelijkse vergoedingen aan de lidstaten ongeveer 13 853,5 miljoen EUR onder het indicatorniveau liggen. Dit aanzienlijke verschil is bijna volledig toe te schrijven aan een tijdelijke vertraging bij de uitvoering van de rechtstreekse betalingen aan landbouwers.

Wat de bestemmingsontvangsten betreft, is reeds 2 201,8 miljoen EUR beschikbaar en zullen naar verwachting in 2016 nog extra bedragen worden geïnd.

Op dit moment verwacht de Commissie dat de besteding van de kredieten voor de rechtstreekse betalingen in de komende maanden zal versnellen en dat alle rechtstreekse betalingen zullen worden uitgevoerd zoals oorspronkelijk was verwacht bij de vaststelling van de begroting 2016. Voorts is de Commissie van mening dat het bedrag aan bestemmingsontvangsten dat tegen het einde van het begrotingsjaar beschikbaar zal zijn, voldoende zal zijn voor de financiering van zowel de actiefondsen voor producentenorganisaties in de sector groenten en fruit als voor de basisbetalingsregeling als onderdeel van de ontkoppelde rechtstreekse betalingen, dit overeenkomstig de oorspronkelijke verwachting bij de vaststelling van de begroting 2016.

(1)

   In artikel 14 van Verordening (EU, Euratom) nr. 966/2012 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van de financiële regels van toepassing op de algemene begroting van de Unie is bepaald dat interne bestemmingsontvangsten slechts één jaar mogen worden overgedragen. Daarom worden deze bestemmingsontvangsten, met het oog op een gezond begrotingsbeheer, over het algemeen eerst gebruikt, vóór de goedgekeurde kredieten van het betrokken begrotingsartikel.

(2)

     De sector melk en zuivelproducten, maar ook de sectoren rundvlees, varkensvlees en schapen- en geitenvlees.