Bijlagen bij COM(2018)845 - Zeventiende voortgangsverslag over de totstandbrenging van een echte en doeltreffende Veiligheidsunie

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

bijlage I). De Europese Raad heeft hen ook opgeroepen om zich te buigen over het initiatief van de Commissie om de bevoegdheden van het Europees Openbaar Ministerie uit te breiden tot terroristische misdrijven die meer dan één lidstaat treffen. De Commissie vindt het belangrijk dat de voordelen van deze aanpak worden onderzocht. Staatshoofden en regeringsleiders hebben bovendien benadrukt hoe belangrijk het is dat de democratische stelsels van de Unie goed worden beschermd en dat we desinformatie bij de komende Europese verkiezingen moeten bestrijden. De Europese Raad komt op 13 en 14 december 2018 opnieuw bijeen. Op de agenda staat onder meer het verschijnsel van de desinformatiecampagnes. Deze vormen een acuut gevaar voor democratische stelsels en moeten met spoed worden aangepakt, met name om vrije en eerlijke Europese en nationale verkiezingen te kunnen garanderen. Vanuit deze achtergrond wordt in dit verslag de balans opgemaakt van de vooruitgang die tot nu toe is geboekt bij het waarborgen van de electorale weerbaarheid van de Unie.

De voorzitters van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie hebben in hun gezamenlijke verklaring over de wetgevingsprioriteiten van de EU voor 2018-19 2 de bescherming van de veiligheid van EU-burgers aangemerkt als een van de hoogste prioriteiten. De drie instellingen hebben toegezegd alle voorstellen betreffende de Veiligheidsunie in behandeling te nemen als dringende prioritaire dossiers die voor het einde van de huidige zittingsperiode moeten zijn goedgekeurd. Het afgelopen jaar is weliswaar vooruitgang geboekt, maar het werk is nog niet gedaan. Daarom roept de Commissie de medewetgevers dringend op om vaart te zetten achter de onderhandelingen.

De Commissie verheugt zich op de vaststelling door het Europees Parlement van het verslag met de bevindingen en aanbevelingen van de speciale commissie terrorisme die voor 12 december 2018 gepland staat. Dit verslag zal een belangrijke bijdrage vormen aan onze inspanningen om terrorisme tegen te gaan en de Veiligheidsunie verder uit te bouwen.

II. UITVOERING VAN WETGEVINGSPRIORITEITEN

De medewetgevers hebben de afgelopen maanden aanzienlijke vooruitgang geboekt bij een aantal wetgevingsprioriteiten, met name aangaande de versterking van het Schengeninformatiesysteem, aangaande de cyberbeveiligingsverordening en aangaande niet-contante betaalmiddelen. Een groot aantal belangrijke prioritaire dossiers wacht echter nog steeds op een politiek akkoord. Die vergen de nodige inspanningen om ze nog voor de verkiezingen voor het Europees Parlement goed te keuren (zie ook de lijst met alle initiatieven betreffende de Veiligheidsunie in bijlage I).

1.Krachtigere en slimmere informatiesystemen voor veiligheid en grens- en migratiebeheer

De Commissie is verheugd over de vooruitgang die het Europees Parlement en de Raad hebben geboekt met de wetgevingsvoorstellen voor het bereiken van interoperabiliteit van de EU-informatiesystemen op het gebied van veiligheid en grens- en migratiebeheer 3 . Het doel van deze voorstellen is dat de grenswachten, immigratieambtenaren en rechtshandhavers van de lidstaten de beschikking krijgen over nauwkeurige en betrouwbare informatie en zo nog beter in staat zijn om meervoudige identiteiten op te sporen en identiteitsfraude tegen te gaan. Op 24 oktober 2018, 15 november 2018 en 27 november 2018 hebben trialoogvergaderingen plaatsgevonden. In overeenstemming met de gezamenlijke verklaring dringt de Commissie er bij de medewetgevers op aan dat zij bij de volgende trialoogvergadering op 13 december 2018 een politiek akkoord bereiken.

De interoperabiliteit van informatiesystemen strekt zich ook uit tot het Visuminformatiesysteem. Wat het wetgevingsvoorstel van mei 2018 4 betreft, onderzoeken het Europees Parlement en de Raad de mogelijkheden om de antecedenten van visumaanvragers grondiger te onderzoeken, de lacunes in veiligheidsinformatie weg te werken door een betere informatie-uitwisseling tussen de lidstaten en volledige interoperabiliteit met andere EU-databanken te waarborgen. De Commissie roept alle medewetgevers op om hun onderhandelingsmandaat zo snel mogelijk vast te stellen zodat hierover nog tijdens de huidige zittingsperiode van het Europees Parlement een akkoord kan worden bereikt.

Zodra dat akkoord er is, kunnen we dankzij die interoperabiliteit van informatiesystemen ook profiteren van alle voordelen van het versterkte Schengeninformatiesysteem zoals de medewetgevers dit op 28 november 2018 hebben goedgekeurd 5

Interoperabiliteit strekt zich ook uit tot de voorgestelde 6 uitbreiding van het Europees Strafregisterinformatiesysteem tot onderdanen van derde landen. Het voorstel voorziet in een centrale gegevensbank waarmee snel kan worden nagegaan of een lidstaat informatie heeft over veroordelingen van een onderdaan van een niet-EU-land. De Commissie roept de medewetgevers op om de onderhandelingen over dit prioritaire wetgevingsinitiatief af te ronden bij de volgende trialoogvergadering op 11 december 2018.

De interoperabiliteit van informatiesystemen strekt zich ook uit tot Eurodac. Het voorstel van de Commissie is erop gericht om Eurodac 7 te versterken door daar niet alleen de gegevens van asielzoekers in op te nemen, maar ook die van illegaal verblijvende of irregulier in de EU binnengekomen onderdanen van derde landen. De Commissie heeft recentelijk de voordelen uiteengezet van het goedkeuren van dit voorstel als één van de vijf voorstellen conform het gemeenschappelijk Europees asielstelsel waarover bijna overeenstemming is bereikt 8 . Deze voorstellen zouden moeten worden goedgekeurd voordat de verkiezingen voor het Europees Parlement plaatsvinden.


Om krachtigere en slimmere informatiesystemen voor veiligheid, grensbeheer en migratiebeheer tot stand te brengen, roept de Commissie het Europees Parlement en de Raad op om:

Prioriteiten van de gezamenlijke verklaring:

·voor het einde van dit jaar een akkoord te bereiken over de wetgevingsvoorstellen betreffende interoperabiliteit;

·uiterlijk in december 2018 een akkoord te bereiken over het wetgevingsvoorstel om het Europees Strafregisterinformatiesysteem uit te breiden tot onderdanen van derde landen;

·voor de verkiezingen voor het Europees Parlement het wetgevingsvoorstel betreffende Eurodac goed te keuren, waarover al bijna overeenstemming is bereikt.

Overige:

·zo snel mogelijk hun respectieve onderhandelingsmandaten vast te stellen met betrekking tot het wetgevingsvoorstel tot versterking van het Visuminformatiesysteem.

2.Meer veiligheid door beter beheer van de buitengrenzen

Krachtige en betrouwbare bescherming van de buitengrenzen is een eerste vereiste voor een veilige ruimte van vrij verkeer, zonder controles aan de binnengrenzen. Het betreft een gezamenlijke taak van de lidstaten. Het beheer van hun buitengrenzen dient zowel hun eigen als het gemeenschappelijke belang. Zij worden daarbij geholpen door de Europese grens- en kustwacht. Naar aanleiding van de conclusies van de Europese Raad van juni 2018 9 stelde de Commissie in september 2018 voor 10 om de Europese grens- en kustwacht verder uit te bouwen zodat het agentschap op constante basis betrouwbaarder ondersteuning zou kunnen verlenen. Het voorstel van de Commissie houdt in dat de lidstaten primair verantwoordelijk blijven voor de bescherming van de buitengrenzen, maar het agentschap de instrumenten krijgt om daarbij ondersteuning te geven met een permanent korps van 10 000 Europese grenswachten. De geleidelijke doch vlotte totstandbrenging van dit korps zou een directe impuls geven aan de gezamenlijke capaciteit van de EU om de buitengrenzen te beschermen en te zorgen voor de daadwerkelijke terugkeer uit de EU.

De Raad Justitie en Binnenlandse Zaken is op 6 december 2018 een gedeeltelijke algemene aanpak overeengekomen over die aspecten van het voorstel van de Commissie die te maken hebben met terugkeer en de buitengrenzen. De inspanningen aangaande alle aspecten van het voorstel moeten echter worden opgevoerd, zodat in januari zo snel mogelijk een mandaat kan worden goedgekeurd en de trialoogbesprekingen met het Europees Parlement kunnen beginnen. Het verslag van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken zal naar verwachting in januari 2019 worden goedgekeurd in het Europees Parlement. Dit voorstel is voor de Europese Unie een duidelijke prioriteit. De Commissie roept het Europees Parlement en de Raad op om de voorgestelde wetgeving nog tijdens de huidige zittingsperiode van het Europees Parlement goed te keuren.

Om de veiligheid te versterken door beter beheer van de buitengrenzen, roept de Commissie het Europees Parlement en de Raad op om:

Initiatieven genoemd in de Staat van de Unie 2018:

·zo snel mogelijk hun volledige onderhandelingsmandaten vast te stellen voor het wetgevingsvoorstel tot versterking van de Europese grens- en kustwacht zodat de wetgeving nog tijdens de huidige zittingsperiode van het Europees Parlement kan worden goedgekeurd.

3.Radicalisering voorkomen

De onderhandelingen in de Raad over het voorstel voor een verordening over terroristische online-inhoud, dat de Commissie samen met de staat van de Unie van 2018 11 heeft gepresenteerd, zijn al in een vergevorderd stadium. Het doel van deze verordening is een duidelijk en geharmoniseerd rechtskader tot stand te brengen om misbruik van hostingdiensten voor de verspreiding van terroristische inhoud te voorkomen terwijl de grondrechten in alle opzichten gewaarborgd blijven. De voorgestelde verordening is een antwoord op dringende oproepen van zowel de Europese Raad 12 als het Europees Parlement 13 . De Commissie is verheugd dat de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken op 6 december 2018 een algemene aanpak heeft goedgekeurd. De Commissie dringt er bij het Europees Parlement op aan om zijn inspanningen betreffende dit voorstel op te voeren, zodat dit in de huidige zittingsperiode kan worden goedgekeurd.


Intussen blijft de Commissie zich volledig inzetten om de lidstaten en aanbieders van hostingdiensten te ondersteunen bij hun inspanningen om terroristische online-inhoud aan te pakken. Het EU-internetforum blijft de lidstaten en aanbieders van hostingdiensten stimuleren om vrijwillig samen te werken en maatregelen te nemen om de toegang tot terroristische online-inhoud in te perken en het maatschappelijk middenveld in staat te stellen een groter volume aan doeltreffende alternatieve gezichtspunten online te brengen. Het vierde ministeriële EU-internetforum heeft op 5 december 2018 plaatsgevonden. Daarbij is geïnventariseerd hoeveel vooruitgang de afgelopen twaalf maanden is geboekt bij het verwijderen van terroristische inhoud van het internet.


De Commissie blijft ook steun verlenen voor de preventie van radicalisering in de lidstaten. Bij haar eerste vergadering in Wenen op 24 oktober 2018 heeft de stuurgroep voor EU-maatregelen ter voorkoming en bestrijding van radicalisering 14  jaarlijkse strategische richtsnoeren afgesproken voor acties en initiatieven op EU-niveau voor 2019. De strategische prioriteiten zijn gestoeld op de inzichten van deskundigen (conclusies van de vierde conferentie op hoog niveau over radicalisering in het kader van het netwerk voor voorlichting over radicalisering en de plenaire vergadering van het netwerk voor voorlichting over radicalisering van 11 en 12 oktober 2018), onderzoekers (onderzoeksconferentie in het kader van het netwerk voor voorlichting over radicalisering van 17 oktober 2018), andere EU-netwerken en -initiatieven (zoals met name het Europese strategische communicatienetwerk), alsook bijdragen van beleidsmakers.


Als onderdeel van het werkprogramma voor 2018 van het Fonds voor interne veiligheid, het instrument voor politiële samenwerking en misdaadpreventie, heeft de Commissie op 28 november 2018 een oproep uitgeschreven voor het indienen van voorstellen voor gerichte financiering, voor een bedrag van 5 miljoen EUR, om radicalisering te voorkomen en te bestrijden, gericht op prioritaire gebieden die de deskundigengroep op hoog niveau inzake radicalisering van de Commissie heeft aangewezen: betrokkenheid van de gemeenschap, lokale dimensie, aanpak door meerdere instanties en jeugd 15 . Daarnaast kunnen organisaties uit het maatschappelijk middenveld die het uitdragen van terroristische boodschappen willen tegengaan door positieve alternatieven te bieden, rekenen op financiële steun uit het EU-programma voor de versterking van het maatschappelijk middenveld. In het kader van dit programma is 12 miljoen EUR gereserveerd voor het opleiden en financieren van partners uit het maatschappelijk middenveld die antiterroristische online-voorlichtingscampagnes willen lanceren.

Op het gebied van de preventie van radicalisering roept de Commissie het Europees Parlement op om:

Initiatief genoemd in de Staat van de Unie 2018:

·prioriteit te geven aan het vaststellen van hun onderhandelingsmandaat voor het wetgevingsvoorstel om de verspreiding van terroristische online-inhoud te voorkomen, zodat de wetgeving nog tijdens de huidige zittingsperiode van het Europees Parlement kan worden goedgekeurd.

4.Desinformatie aanpakken en de electorale weerbaarheid waarborgen

In het verlengde van een verzoek van de Europese Raad in juni 2018 hebben de Commissie en de hoge vertegenwoordiger samen met de lidstaten op 5 december 2018 een actieplan 16 gepresenteerd met gerichte voorstellen voor een gecoördineerde EU-aanpak van de desinformatie, inclusief de nodige mandaten en extra middelen voor de desbetreffende strategische communicatieteams van de Europese Dienst voor Extern Optreden.

Bovendien ziet de Commissie nauwlettend toe op de uitvoering van maatregelen om desinformatie tegen te gaan, zoals zij deze heeft aangekondigd in haar mededeling uit april 2018 over de bestrijding van online-desinformatie 17 . Op 16 oktober 2018 hebben de eerste ondertekenaars zich geschaard achter de gedragscode inzake desinformatie voor online-platforms en de online-reclamesector. Het gaat om de drie grote platforms (Facebook, Google/YouTube en Twitter), de browseraanbieder Mozilla en vakverenigingen die andere online-platforms en de reclamesector vertegenwoordigen. De zelfregulering omvat vijftien verbintenissen, verdeeld over vijf pijlers: (1) toezicht op de plaatsing van advertenties; (2) politieke reclames en reclames over standpunten; (3) integriteit van de diensten; (4) een grotere beslissingsmacht voor de consument; en (5) steun aan onderzoek. De Commissie ziet de eerste twaalf maanden nauwgezet en continu toe op de tenuitvoerlegging van de gedragscode, met name met de verkiezingen voor het Europees Parlement in 2019 in het vooruitzicht 18 . Mochten de tenuitvoerlegging en de impact van de gedragscode onvoldoende blijken, dan kan de Commissie verdere maatregelen voorstellen, ook van regelgevende aard.

Om de electorale weerbaarheid te bevorderen, heeft de Commissie een aantal initiatieven ingediend voor het ondervangen van mogelijke aanvallen op de electorale infrastructuur en IT-systemen voor campagnes en het risico dat misbruik wordt gemaakt van persoonsgegevens om de uitslag van de Europese verkiezingen te beïnvloeden. Op 12 september 2018 heeft de Commissie een mededeling over het garanderen van vrije en eerlijke verkiezingen 19 goedgekeurd, alsook een aanbeveling betreffende electorale samenwerkingsnetwerken, online-transparantie, bescherming tegen cyberincidenten en bestrijding van desinformatiecampagnes in het kader van de verkiezingen voor het Europees Parlement. Het samenwerkingsnetwerk voor de Europese verkiezingen vormt een forum voor de coördinatie van de tenuitvoerlegging van de aanbeveling. De Raad verwacht begin 2019 met conclusies over deze maatregelen te komen.

Naast deze mededeling en aanbeveling heeft de Commissie ook richtsnoeren uitgevaardigd voor de toepassing van de EU-wetgeving inzake gegevensbescherming. Degenen die zich in een electorale context moeten houden aan de verplichtingen inzake gegevensbescherming conform de EU-wetgeving 20 , kunnen deze richtsnoeren als extra leidraad gebruiken. Ze fungeren ook als wetgevingsvoorstel tot wijziging van de verordening uit 2014 betreffende de financiering van partijen  21 . De Commissie constitutionele zaken van het Europees Parlement heeft op 6 december 2018 gestemd over dit verslag. Het goedkeuren van het onderhandelingsmandaat staat op de agenda van de plenaire vergadering van het Europees Parlement in december 2018. De Commissie roept de Raad op om in december 2018 zijn onderhandelingsmandaat goed te keuren, zodat beide medewetgevers meteen trialoogsessies kunnen beleggen. Zo kunnen we er ook voor zorgen dat de voorgestelde gerichte wijzigingen op tijd zijn doorgevoerd voor de verkiezingen voor het Europees Parlement in 2019.

Op 15 en 16 oktober heeft de Commissie een conferentie op hoog niveau over cyberbedreigingen gehouden. Deze ging over de inspanningen van de Europese Commissie om electorale processen veiliger en weerbaarder te maken, zodat ze zijn opgewassen tegen cyberbedreigingen die constant van karakter veranderen. Deskundigen uit de hele wereld hebben besproken hoe bestaande initiatieven het beste kunnen worden opgevolgd. Aansluitend op deze conferentie is er een workshop op hoog niveau gehouden om nationale verkiezingscommissies en cyberbeveiligingsexperts bij elkaar te brengen. Dit was de eerste keer dat electorale en cyberbeveiligingsinstanties samen om de tafel gingen zitten om de beste aanpak van cyberbedreigingen bij verkiezingen te bespreken.

Bij het colloquium over de grondrechten van 26 en 27 november 2018 hebben nationale en Europese beleidsmakers, academici en vertegenwoordigers uit het maatschappelijk middenveld, de media, internationale organisaties en het bedrijfsleven het brede begrip van democratie in de EU op hoog niveau besproken. De conclusies van dit colloquium geven een beeld van de werkzaamheden van het Europese electorale samenwerkingsnetwerk, dat de Commissie in januari voor het eerst samen zal brengen.

Om desinformatie aan te pakken en electorale weerbaarheid te waarborgen, roept de Commissie het Europees Parlement en de Raad op om: 

Initiatieven genoemd in de Staat van de Unie 2018:

·ervoor te zorgen dat de voorgestelde gerichte wijzigingen van de verordening inzake partijfinanciering ruim op tijd gereed zijn voor de verkiezingen voor het Europees Parlement in 2019.

Intentieverklaring 2018:

·de acties van het gezamenlijke Actieplan tegen desinformatie dat de Europese Commissie op 5 december 2018 heeft voorgesteld, snel en doortastend ten uitvoer te leggen.

5.Cyberbeveiliging verbeteren

In het kader van de acties in de gezamenlijke mededeling uit september 2017 22  over „Weerbaarheid, afschrikking en defensie: bouwen aan sterke cyberbeveiliging voor de EU” hebben de medewetgevers tussen 13 september 2018 en 10 december 2018 vijf trialoogvergaderingen gehouden over de voorgestelde Cyberbeveiligingsverordening 23 en hebben zij daarover een politiek akkoord bereikt. Deze verordening kan nu formeel worden goedgekeurd en zo snel mogelijk van kracht worden, en versterkt het mandaat van het Agentschap van de Europese Unie voor netwerk- en informatiebeveiliging. Het betekent ook dat er nu een EU-kader voor cyberbeveiligingscertificering is voor producten, systemen en diensten op het gebied van informatie- en communicatietechnologie.

De Commissie is verheugd over de vooruitgang die is geboekt betreffende haar wetgevingsvoorstel over niet-contante betaalmiddelen 24 . De voorgestelde regels houden een modernisering in van het rechtskader van de EU inzake fraude en vervalsing in verband met niet-contante betaalmiddelen. Zij voorzien in het aanpakken van nieuwe uitdagingen en technologische ontwikkelingen zoals virtuele valuta en mobiele betalingen, nemen hindernissen weg voor operationele samenwerking en voorzien in preventiemaatregelen en bijstand aan slachtoffers. De trialoogbesprekingen zijn in september 2018 van start gegaan. De laatste vond plaats op 28 november 2018 en daarbij is een voorlopig akkoord bereikt. De Commissie roept de medewetgevers op om de onderhandelingen over dit dossier af te ronden bij de volgende trialoogvergadering op 12 december 2018.

In vervolg op de ambitieuze cyberbeveiligingsinitiatieven die in 2017 zijn aangekondigd, heeft het voorstel van de Commissie uit september 2018 voor een verordening tot oprichting van een Europees kenniscentrum voor industrie, technologie en onderzoek op het gebied van cyberbeveiliging, met een netwerk van nationale coördinatiecentra tot doel de technologische en industriële capaciteiten op dit gebied te ondersteunen. Dit kenniscentrum moet ook fungeren als hoeksteen voor een goed beschermd Europa. Dit gaat hand in hand met de kerndoelstelling om het concurrentievermogen van de cyberbeveiligingssector in de Unie te verhogen en cyberbeveiliging om te zetten in een concurrentievoordeel voor andere Europese sectoren. De Commissie roept het Europees Parlement en de Raad op om hun respectieve onderhandelingsmandaten snel goed te keuren, zodat de trialoogbesprekingen zo snel mogelijk van start kunnen gaan, rekening houdend met de lopende onderhandelingen over het programma Digitaal Europa.

Gelet op het mondiale karakter van cyberbedreigingen is internationale samenwerking op dit gebied van essentieel belang. Op 23 en 24 oktober 2018 hebben vertegenwoordigers van het Amerikaanse ministerie van Binnenlandse Veiligheid (Department of Homeland Security) en de Europese Commissie deelgenomen aan een workshop over de beleidsmatige aanpak van cyberbeveiliging. Zij hebben gekeken naar de mogelijkheden voor verdere samenwerking. De deelnemers hebben diverse kansen voor het faciliteren van de bilaterale samenwerking gesignaleerd. Voor de dagelijkse praktijk moedigden ze verdere uitwisselingen aan over de respectieve certificering van informatie, het risicobeheer in de toeleveringsketen, het beheer van personeel en vaardigheden, alsook onderzoeks- en ontwikkelingsprioriteiten met betrekking tot cyberbeveiliging.

De afgelopen maanden heeft de Europese Dienst voor Extern Optreden in samenwerking met Commissie een nieuwe ronde cyberdialogen gehouden met de Verenigde Staten (10 september 2018) en China (16 november 2018). Voor 12 december 2018 staat nog een cyberdialoog gepland met India. Deze dialogen gingen over de tenuitvoerlegging van cybernormen, maatregelen om een gedegen grondslag voor cyberbeveiliging te leggen en de toepassing van het internationaal recht in cyberspace. De afgelopen maanden is ook aanzienlijke vooruitgang geboekt bij de tenuitvoerlegging van het kader voor de gezamenlijke diplomatieke EU-respons op kwaadwillige cyberactiviteiten (het „instrumentarium voor cyberdiplomatie”) 25 , in antwoord op een oproep van de Europese Raad in juni 2018 en de conclusies van de Raad uit oktober 2018 over het treffen van beperkende EU-maatregelen aangaande cyberaanvallen.

Met het oog op het verbeteren van de cyberbeveiliging roept de Commissie het Europees Parlement en de Raad op om: 

Initiatieven genoemd in de Staat van de Unie 2018:

·zo snel mogelijk hun onderhandelingsmandaat goed te keuren voor het wetgevingsvoorstel tot oprichting van het Europees kenniscentrum voor industrie, technologie en onderzoek op het gebied van cyberbeveiliging en het netwerk van nationale coördinatiecentra, zodat tijdens de huidige zittingsperiode van het Europees Parlement zoveel mogelijk vooruitgang kan worden geboekt.

Overige:

·het akkoord uit december 2018 over het wetgevingsvoorstel over niet-contante betaalmiddelen af te ronden.

6.De armslag van terroristen beperken

De mate waarin misdrijven effectief kunnen worden onderzocht, vervolgd en bestraft, is sterk afhankelijk van elektronisch bewijs. De aanwezigheid van dergelijk bewijs is met name van belang bij de vervolging van grensoverschrijdende misdrijven, zoals terrorisme of cybercriminaliteit. De Commissie is verheugd dat de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken op 7 december 2018 een algemene aanpak heeft goedgekeurd over de in april 2018 door de Commissie voorgestelde verordening om de grensoverschrijdende toegang tot elektronisch bewijs in strafzaken 26 te verbeteren. Gezien het belang van elektronisch bewijs in strafzaken voor vrijwel alle typen criminaliteit en gelet op de gezamenlijke verklaring dringt de Commissie er bij het Europees Parlement op aan om zijn inspanningen betreffende dit voorstel op te voeren, zodat dit in de huidige zittingsperiode kan worden goedgekeurd.

Wat de internationale ontwikkelingen op het gebied van elektronisch bewijs betreft, volgt de Commissie van nabij de lopende onderhandelingen over een tweede aanvullend protocol inzake de toegang tot elektronisch bewijsmateriaal bij het Verdrag van Boedapest inzake cybercriminaliteit (Raad van Europa). Een akkoord met de Verenigde Staten zou bovendien juridische helderheid scheppen voor rechtshandhavingsinstanties aan beide zijden en tegenstrijdige wettelijke verplichtingen voor dienstverleners voorkomen. Op de bijeenkomst van de ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken van de EU en de VS op 8 en 9 november 2018 in Washington hebben de vertegenwoordigers van zowel de EU als de VS onderstreept hoe belangrijk het is voor rechtshandhavingsinstanties en rechterlijke instanties dat zij snel grensoverschrijdende toegang tot elektronisch bewijs hebben. De Commissie is van plan om gezamenlijk en zo spoedig mogelijk twee aanbevelingen voor onderhandelingsrichtsnoeren voor deze internationale aspecten voor te stellen. Daarbij wordt gekeken naar de vooruitgang die is geboekt bij de bespreking van de voorstellen inzake elektronisch bewijsmateriaal en de behoefte aan duidelijkheid over de parameters en waarborgen van de toekomstige interne EU-regelingen.

Omdat het voor rechtshandhavingsinstanties belangrijk is dat zij toegang hebben tot financiële informatie, heeft de Commissie in april 2018 een wetgevingsvoorstel vastgesteld ter vergemakkelijking van het gebruik van financiële en andere informatie voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van ernstige strafbare feiten 27 . Het voorstel moet specifieke rechtshandhavingsinstanties en bureaus voor de ontneming van vermogensbestanddelen rechtstreekse toegang bieden tot bankrekeninginformatie die in nationale centrale registers van bankrekeningen wordt bijgehouden, en de samenwerking tussen de nationale financiële-inlichtingeneenheden en de rechtshandhavingsautoriteiten versterken. Op 21 november 2018 heeft de Raad een algemene aanpak van het dossier goedgekeurd. Nu de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken het verslag op 3 december 2018 heeft goedgekeurd, zal het Europees Parlement naar verwachting tijdens de plenaire vergadering van december 2018 overeenstemming bereiken over het onderhandelingsmandaat. De Commissie is verheugd over de geboekte vooruitgang en dringt er bij de medewetgevers op aan om onverwijld verder te gaan met de interinstitutionele onderhandelingen, zodat er voor de Europese verkiezingen een akkoord is.

In april 2018 heeft de Commissie een wetgevingsvoorstel over beperkingen voor het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven 28 ingediend. Dit moet de toegang beperken tot gevaarlijke precursoren voor explosieven die kunnen worden misbruikt om zelfgemaakte explosieven te maken. Het voorstel heeft als doel veiligheidslacunes te dichten met maatregelen zoals het verbieden van nog een aantal chemische stoffen, verplichte controles van het strafregister van personen die een vergunning aanvragen voor de aanschaf van stoffen waarvoor beperkingen gelden, en het verduidelijken dat regels die voor marktdeelnemers gelden, ook van toepassing zijn op ondernemingen die online opereren. De Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken van het Europees Parlement zal het verslag naar verwachting op 10 december 2018 goedkeuren. Gezien de voortgang die met dit dossier is geboekt, roept de Commissie de Raad op om zijn onderhandelingsmandaat nog in december 2018 goed te keuren, en roept de Commissie beide medewetgevers op om tijdens de huidige zittingsperiode van het Europees Parlement tot een akkoord te komen.

In april 2018 heeft de Commissie nog een wetgevingsvoorstel ingediend, gericht op de versterking van de beveiliging van identiteitskaarten van burgers van de Unie en van verblijfsdocumenten 29 . Het voorstel behelst met name minimale beveiligingskenmerken voor nationale identiteitskaarten, waaronder biometrische kenmerken (een gezichtsopname en twee vingerafdrukbeelden) op een contactloze chip. Het voorstel is aangemerkt als hangend prioriteitsvoorstel onder het werkprogramma van de Commissie voor 2019. Op 14 november 2018 heeft de Raad een mandaat goedgekeurd om met het Parlement te gaan onderhandelen over het voorstel. Op 3 december 2018 is het Parlement overeengekomen om te gaan onderhandelen op basis van het verslag van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. De trialoogbesprekingen beginnen binnenkort en de Commissie is vastberaden om de medewetgevers te steunen om het voorstel nog voor de aanstaande verkiezingen voor het Europees Parlement goed te keuren.

Om de armslag van terroristen te beperken, roept de Commissie:

Prioriteiten van de gezamenlijke verklaring:

·het Europees Parlement op om met spoed het onderhandelingsmandaat goed te keuren voor de wetgevingsvoorstellen inzake elektronisch bewijsmateriaal en onverwijld met de trialoogbesprekingen met de Raad te beginnen;

·het Europees Parlement en de Raad op om voor de verkiezingen voor het Europees Parlement een akkoord te bereiken over het wetgevingsvoorstel ter vergemakkelijking van het gebruik van financiële gegevens.

Overige:

·het Europees Parlement en de Raad op om uiterlijk eind 2018 het onderhandelingsmandaat goed te keuren voor het wetgevingsvoorstel tot versterking van de beperkingen op het op de markt brengen en het gebruik van precursoren voor explosieven;

·het Europees Parlement en de Raad op om voor de verkiezingen voor het Europees Parlement een akkoord te bereiken over het wetgevingsvoorstel tot verbetering van de beveiligingskenmerken van nationale identiteitskaarten en verblijfsdocumenten, zodat dit voor de verkiezingen voor het Europees Parlement kan worden goedgekeurd.


III.    STAND VAN DE UITVOERING VAN ANDERE PRIORITAIRE DOSSIERS OP HET GEBIED VAN VEILIGHEID

1.Uitvoering van wetgevingsmaatregelen in het kader van de Veiligheidsunie

Om de voordelen van een echte en doeltreffende Veiligheidsunie te waarborgen, is de volledige en juiste tenuitvoerlegging van de overeengekomen maatregelen van cruciaal belang. De Commissie ondersteunt de lidstaten hier actief bij, bijvoorbeeld met financiering en door de uitwisseling van goede praktijken te faciliteren. Zo nodig maakt de Commissie gebruik van al haar bevoegdheden die haar krachtens de verdragen voor de handhaving van het EU-recht ter beschikking staan, inclusief inbreukprocedures.

Aangezien de termijn voor de tenuitvoerlegging van de EU-richtlijn inzake persoonsgegevens van passagiers 30  op 25 mei 2018 was verstreken, heeft de Commissie op 19 juli 2018 inbreukprocedures ingeleid tegen veertien lidstaten die geen nationale wetgeving hadden gemeld tot volledige omzetting van die richtlijn 31 , die een essentieel instrument is voor de bestrijding van terrorisme en zware criminaliteit. Sindsdien hebben vijf lidstaten hun volledige omzetting gemeld 32 . Tegelijkertijd blijft de Commissie alle lidstaten steunen bij hun inspanningen om de ontwikkeling van hun systemen voor de registratie van passagiersnamen af te ronden, onder meer door de uitwisseling van informatie en beste praktijken te bevorderen.


De termijn voor de omzetting van de richtlijn terrorismebestrijding 33 is verstreken op 8 september 2018. De Commissie heeft op 21 november 2018 inbreukprocedures ingeleid tegen zestien lidstaten die geen kennis hebben gegeven van de goedkeuring van nationale wetgeving waarbij de richtlijn volledig is omgezet 34 .


De termijn voor de omzetting van de richtlijn inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens 35 is verstreken op 14 september 2018. De Commissie heeft daarom op 22 november 2018 inbreukprocedures ingeleid tegen 25 lidstaten die geen kennis hebben gegeven van de goedkeuring van nationale wetgeving waarbij de richtlijn volledig is omgezet 36 . Nadat de inbreukprocedures waren ingeleid, heeft nog één lidstaat de volledige omzetting van de maatregelen gemeld 37 .


De termijn voor de omzetting van de richtlijn gegevensbescherming bij rechtshandhaving 38 in nationaal recht is verstreken op 6 mei 2018. De Commissie heeft op 19 juli 2018 inbreukprocedures ingeleid tegen negentien lidstaten die geen kennis hebben gegeven van de goedkeuring van nationale wetgeving waarbij de richtlijn volledig is omgezet 39 .

Volgens de kennisgevingen die de Commissie van de lidstaten heeft gekregen, is de richtlijn inzake de beveiliging van netwerk- en informatiesystemen 40 in 21 lidstaten volledig omgezet en in drie andere lidstaten deels omgezet 41 . De Commissie heeft voor 18 van de 21 lidstaten prima-faciecontroles uitgevoerd die erop wijzen dat er sprake is van een volledige omzetting. De Commissie had op 19 juli 2018 inbreukprocedures ingeleid tegen zeventien lidstaten die na het verstrijken van de omzettingstermijn op 9 mei 2018 nog geen kennis hadden gegeven 42 .

In het kader van de omzetting van de richtlijn inzake de beveiliging van netwerk- en informatiesystemen hadden de lidstaten de Commissie uiterlijk 9 november 2018 moeten informeren over de identificatie van aanbieders van essentiële diensten binnen hun staatsgebied. Het gaat om publieke en private entiteiten die conform de voorschriften in de richtlijn hun netwerk- en informatiesystemen moeten beveiligen en ernstige incidenten moeten melden. Tot nu toe heeft de Commissie van negentien lidstaten feedback ontvangen. Zestien lidstaten hebben de gevraagde informatie aan de Commissie doorgegeven 43 . De Commissie gaat nu de ontvangen input bestuderen en maakt een verslag over de consistentie van de aanpak die de lidstaten hebben gehanteerd bij het identificatieproces.

De Commissie beoordeelt ook de omzetting van de vierde antiwitwasrichtlijn 44 en spant zich in om ervoor te zorgen dat de regels in de praktijk worden toegepast. De Commissie heeft inbreukprocedures ingeleid tegen 21 lidstaten die geen kennis hebben gegeven van de vaststelling van nationale wetgeving waarbij de richtlijn volledig is omgezet 45 . Zij zal haar bevoegdheden blijven gebruiken waar nodig om de volledige tenuitvoerlegging van deze richtlijn te waarborgen. Ter aanvulling van deze richtlijn zijn op 3 december 2018 in de EU nieuwe strafrechtelijke maatregelen ter bestrijding van het witwassen van geld van kracht geworden. De nieuwe richtlijn 46 harmoniseert strafbare feiten en sancties op het gebied van het witwassen van geld door te voorzien in even strenge sancties in de hele EU, met een minimumgevangenisstraf van vier jaar. De lidstaten hebben 24 maanden de tijd om deze richtlijn om te zetten en hun omzetting bij de Commissie te melden.


De Commissie roept alle lidstaten op alle EU-maatregelen en -instrumenten die in het kader van de Veiligheidsunie zijn overeengekomen, volledig ten uitvoer te leggen en toe te passen.

Aangezien de omzettingstermijnen zijn verstreken, heeft de Commissie inbreukprocedures ingeleid en doet de Commissie een dringend beroep op de lidstaten om de nodige maatregelen te nemen om de volgende richtlijnen volledig in nationaal recht om te zetten en de Commissie daarvan in kennis te stellen:

·de EU-richtlijn betreffende persoonsgegevens van passagiers: zes lidstaten moeten nog kennisgeving doen van omzetting in nationaal recht en drie lidstaten moeten nog kennisgeving doen van de vervollediging van de omzetting 47 ;

·de richtlijn inzake de beveiliging van netwerk- en informatiesystemen: vier lidstaten moeten nog kennisgeving doen van omzetting in nationaal recht en drie lidstaten moeten nog kennisgeving doen van de vervollediging van de omzetting; 48

·de richtlijn terrorismebestrijding: zeven lidstaten moeten nog kennisgeving doen van omzetting in nationaal recht en negen lidstaten moeten nog kennisgeving doen van de vervollediging van de omzetting 49 ;

·de richtlijn inzake de controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens: negentien lidstaten moeten nog kennisgeving doen van omzetting in nationaal recht en vijf lidstaten moeten nog kennisgeving doen van de vervollediging van de omzetting 50

·de richtlijn gegevensbescherming bij rechtshandhaving: elf lidstaten moeten nog kennisgeving doen van omzetting in nationaal recht en twee lidstaten moeten nog kennisgeving doen van de vervollediging van de omzetting 51 ; alsook

·de vierde antiwitwasrichtlijn: drie lidstaten moeten nog kennisgeving doen van de vervollediging van de omzetting 52 .

2.Paraatheid en bescherming

Eén jaar na de vaststelling van het actieplan van de Commissie van 2017 ter bescherming van openbare ruimten 53  is er op allerlei gebieden aanzienlijke vooruitgang geboekt bij de tenuitvoerlegging van dit plan, met name bij het verstrekken van richtsnoeren en EU-fondsen om de lidstaten te ondersteunen.

Overheden en particuliere exploitanten hebben tijdens zes vergaderingen goede praktijken en informatie uitgewisseld over hoe zij de veiligheid van diverse soorten openbare ruimten kunnen aanscherpen. Denk aan hotels, winkelcentra, vervoersknooppunten, stadions en culturele trekpleisters. Bij deze bijeenkomsten bleek dat zowel overheidsinstanties als exploitanten weliswaar initiatieven ontplooien om de veiligheid van hun locaties aan te scherpen, maar dat er nog uitdagingen en lacunes bestaan. Sommige sectoren hebben al een gevestigde veiligheidscultuur terwijl andere nog maar net zijn begonnen met het ten uitvoer leggen van een systematische aanpak van de bescherming van hun locaties. Het EU-forum van beheerders, een door de Commissie geleide groep die publiek-private veiligheidspartnerschappen aanmoedigt, heeft op 26 november 2018 een vergadering belegd waaraan alle sectoren hebben deelgenomen. De deelnemers gaven aan dat ze blij waren met de richtsnoeren van de Commissie. Daarin worden goede praktijken aangereikt voor maatregelen die exploitanten en overheden kunnen treffen om de veiligheid van openbare ruimten aan te scherpen.

In juni 2018 had de Commissie een technische workshop georganiseerd voor stedenbouwkundigen en veiligheidsambtenaren uit Europese steden. In vervolg daarop heeft het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek van de Commissie in twee verslagen in kaart gebracht welke richtsnoeren er bestaan voor de bescherming van openbare ruimten en blokkades. Verder is een eerste Europese richtsnoer opgesteld voor de selectie van de juiste blokkadesystemen. Zo kunnen stedenbouwkundigen de veiligheid van hun stad verbeteren zonder dat het centrum verandert in een vesting.

Er zijn ook EU-fondsen beschikbaar om dit werk te ondersteunen. Na een oproep in het kader van het Fonds voor interne veiligheid-Politie in 2017 zijn acht projecten geselecteerd die zich richten op de bescherming van openbare ruimten, gaande van veiligheidsconcepten voor steden, ingebouwde veiligheid, bescherming tegen aanvallen door een ramvoertuig, de bescherming op het spoor verbeteren tot lesprogramma's en voorlichtingscampagnes opzetten. Verdere acties worden gefinancierd via de oproep tot het indienen van voorstellen van 2018 voor het Fonds voor interne veiligheid-Politie 54 . In het kader van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling loopt er nog een oproep tot het indienen van voorstellen voor stedelijke innovatieve acties 55 . Die is bedoeld om steden innovatieve oplossingen te bieden voor veiligheidsuitdagingen. Bovendien is er in het werkprogramma 2018-2020 van Horizon 2020 een speciale onderzoeksoproep opgenomen voor de uitdaging „Veilige samenlevingen”. Deze is bedoeld om innovatieve oplossingen te bieden voor de bescherming van openbare ruimten.

Op verzoek van de Europese Raad, zoals uitgesproken bij de vergaderingen in maart 2018 en oktober 2018, heeft de Commissie haast gemaakt met haar acties tegen chemische, biologische, radiologische en nucleaire bedreigingen en met haar samenwerking met de lidstaten, met name op het gebied van chemische bedreigingen. Deskundigen van de Commissie en de lidstaten hebben een lijst met zorgwekkende chemische stoffen samengesteld. Zij gaan nu in overleg met de fabrikanten om de detectiemogelijkheden te verbeteren. De Commissie heeft ook een dialoog met het bedrijfsleven opgezet om te onderzoeken wat er kan worden gedaan om terroristen minder makkelijk toegang te geven tot chemische stoffen die als precursoren voor chemische aanvallen kunnen worden gebruikt. De Commissie heeft ook een trainingsprogramma opgezet in het Europees opleidingscentrum voor nucleaire veiligheid. Daar kunnen nationale wetshandhavingsinstanties leren hoe ze radiologische en nucleaire materialen kunnen detecteren. Meer dan honderd politieagenten volgen daar cursussen met geavanceerde apparatuur en echt nucleair materiaal, zodat ze beter voorbereid zijn op mogelijke aanvallen met een radiologisch wapen.

In vervolg op de conclusies van de Europese Raad in juni 2018 heeft de Raad Buitenlandse Zaken op 15 oktober 2018 een nieuwe reeks beperkende maatregelen vastgesteld om het gebruik en de proliferatie van chemische wapens aan te pakken. Op basis hiervan kan de EU sancties opleggen, bestaande uit een reisverbod naar de EU en het bevriezen van tegoeden van personen en entiteiten die betrokken zijn bij de ontwikkeling en het gebruik van chemische wapens, waar dan ook, en ongeacht hun nationaliteit of locatie 56 .

Van 5 t/m 23 november 2018 hebben de EU en de NAVO samen de gecoördineerde oefening EU-NATO Hybrid Exercise uitgevoerd. Zo kon de EU in een veilige omgeving proberen het vermogen van de Unie om adequaat te reageren op een complexe en hybride crisis met een interne en externe dimensie, te verbeteren en te versterken. Een ander doel was het verbeteren van de samenwerking met de NAVO. Bij deze oefening waren relevante EU-instellingen en -lichamen betrokken. 25 lidstaten, Noorwegen en acht EU-agentschappen hebben meegedaan. Zwitserland fungeerde als waarnemer.

Wat paraatheid en bescherming betreft, roept de Commissie:

·de lidstaten op ernaar te streven dat het actieplan ter verbetering van de paraatheid bij veiligheidsrisico's op chemisch, biologisch, radiologisch en nucleair gebied eind 2019 volledig ten uitvoer is gelegd;

·de lidstaten en het bedrijfsleven op om nog nauwer samen te werken om de bescherming van openbare ruimten te verbeteren en te werken aan de volledig tenuitvoerlegging van het actieplan ter bescherming van openbare ruimten.

3.Onderzoek op het gebied van veiligheid

EU-onderzoek op het gebied van veiligheid is een van de bouwstenen van de Veiligheidsunie. Onderzoek resulteert in innovatieve technologieën en kennis die cruciaal zijn voor het ontwikkelen van de nodige capaciteiten om de huidige uitdagingen op het gebied van veiligheid het hoofd te bieden. Onderzoek kan ook toekomstige bedreigingen signaleren en bijdragen aan een concurrerende sector op het gebied van veiligheid in Europa. Dit is met name belangrijk met het oog op strategische veiligheidskwesties, zoals de toeleveringsketen van de digitale infrastructuur en de herkomst van technologische onderdelen.

In vergelijking met andere gebieden is de financiering door de EU van cruciaal belang voor onderzoek naar veiligheid. De EU neemt ongeveer 50% voor haar rekening van alle overheidssubsidies voor onderzoek naar veiligheid (op EU- en nationaal niveau) 57 . Sinds in 2007 het onderzoek naar veiligheid op EU-niveau van start is gegaan, heeft de EU meer dan 2 miljard EUR bijgedragen aan ruim 400 projecten op gebieden die onderhevig zijn aan EU-beleidsontwikkelingen. Denk aan scanners op luchthavens, geavanceerde forensische technieken, tools om online-radicalisering tegen te gaan, methoden voor het verzamelen van elektronisch bewijs in strafzaken en technologieën voor eerstehulpverleners. Toekomstige technologische trends als kunstmatige intelligentie, cognitieve systemen en data-analyses zijn ook ruim vertegenwoordigd in lopende projecten.

Recente projecten hebben aangetoond dat er een verband bestaat tussen onderzoek en de tenuitvoerlegging en ontwikkeling van beleidslijnen: bij de beveiliging van de grenzen en het beheer van de toeleveringsketen 58 , bij veiligheidsrisico's op chemisch, biologisch, radiologisch en nucleair gebied 59 , bij het omgaan met elektronisch bewijs 60 en bij het patrouilleren op het water 61 .

Gezien de bijzondere aard van de veiligheidssector (waar de markt voornamelijk wordt gevormd door overheden) kunnen toepassingen van onderzoeksresultaten alleen worden gewaarborgd wanneer onderzoek wordt erkend als een van de bouwstenen van een overkoepelend proces voor de ontwikkeling van capaciteiten bij beleidsmakers, deskundigen en mensen uit het bedrijfsleven en de academische wereld. Dat alle belanghebbenden al in een vroeg stadium nauw worden betrokken, is van groot belang om capaciteitslacunes te signaleren en capaciteitsprioriteiten te stellen die zo nodig onderzoeksvereisten kunnen activeren. De Commissie werkt nauw samen met alle belanghebbenden om een dergelijke benadering te stimuleren.

Om de resultaten onder de aandacht te brengen, kwamen op 5 en 6 december ongeveer 900 belanghebbenden uit heel Europa bijeen op het 2018 Security Research Event in Brussel. Daar werd de impact van door de EU gesubsidieerd onderzoek naar veiligheid getoond. In diezelfde week kwam ook de gebruikersgemeenschap op het gebied van beveiligde, veilige en weerbare gemeenschappen bijeen met aparte panels over allerlei onderzoeksthema's op het gebied van veiligheid. Ook vond toen de jaarlijkse vergadering van het internationale forum ter bevordering van innovaties voor eerstehulpverleners plaats (International Forum to Advance for First Responder Innovation).

In haar voorstel voor het toekomstige kaderprogramma voor onderzoek en innovatie (Horizon Europa, onderdeel van het volgende meerjarige financiële kader voor de periode 2021-2027) heeft de Commissie duidelijk gesteld dat onderzoek naar veiligheid een belangrijke prioriteit moet blijven. Een van de doelen van het Horizon Europa-programma is een grotere complementariteit met andere onderzoeksprogramma's bereiken, op gebieden zoals defensie. Ook wordt gestreefd naar synergieën met gerelateerde fondsen. Denk aan het Fonds voor interne veiligheid, het Fonds voor geïntegreerd grensbeheer (inclusief het instrument voor grensbeheer en visa), het programma Digitaal Europa en regionale fondsen. Het programma is er ook op gericht de rol van EU-agentschappen en deskundigen in de hele onderzoekscyclus te verbeteren.

Op 7 december 2018 heeft de Commissie een mededeling en gecoördineerd actieplan 62 voor de samenwerking inzake kunstmatige intelligentie vastgesteld. Daarin wordt gesproken over de noodzaak om de voordelen van kunstmatige intelligentie maximaal in te zetten in de veiligheidssector, waaronder rechtshandhavingsinstanties en bedrijven. Met dit gecoördineerde actieplan wil de Commissie beginselen omzetten in concrete acties die de Commissie en de lidstaten gezamenlijk kunnen ten uitvoer leggen. Alle drie de veiligheidsaspecten van kunstmatige intelligentie 63 zijn prominent aanwezig in alle acties, vanaf het onderzoeksstadium tot het op de markt brengen van dergelijke technologieën.

De Commissie heeft zich voorgenomen om de discussie over de risico's en kansen van kunstmatige intelligentie op te nemen in een bredere ontwikkelingsstrategie voor veiligheid. Daarbij moet rekening worden gehouden met diverse scenario's, behoeften, lacunes en alternatieven voor elk veiligheidsaspect. Bovendien wil de Commissie met het Comité voor het programma voor veilige samenlevingen bespreken of er al een relevante actie kan worden opgenomen in het Horizon 2020-werkprogramma voor 2020.

Wat onderzoek op het gebied van veiligheid betreft zal de Commissie:

·tussen maart 2019 en augustus 2019 een oproep tot het indienen van voorstellen in het kader van Horizon 2020 - Veilige samenlevingen uitschrijven voor 2019.

4.Externe dimensie

De EU heeft op 8 en 9 november 2018 in Washington tijdens de bijeenkomst van ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken van de EU en de VS een waardevolle uitwisseling gehad met tegenhangers in de Verenigde Staten. De deelnemers hebben zich opnieuw bereid verklaard om samen de gemeenschappelijke uitdagingen op het gebied van justitie en binnenlandse zaken het hoofd te bieden. Alle partijen benadrukten met name het belang van een effectieve manier om informatie te delen met het oog op de bestrijding van terrorisme. De EU en de VS benadrukten beide het belang van het delen van persoonsgegevens van passagiers als instrument om te voorkomen dat terroristen ongehinderd kunnen reizen. Ze hebben afgesproken om zich voor te bereiden op een gezamenlijke evaluatie in 2019, conform de bepalingen in de overeenkomst betreffende persoonsgegevens van passagiers tussen de EU en de VS. Daarnaast herhaalden de EU en de VS welke prioriteit zij toekennen aan de bestrijding van cybercriminaliteit en de verbetering van cyberbeveiliging. Beide partijen hebben afgesproken om te onderzoeken of het mogelijk is dat de EU en de VS een overeenkomst sluiten over elektronisch bewijs. De Europese Unie en de Verenigde Staten hebben zich ook uitgesproken voor de noodzaak om hun inspanningen voor het aanpakken van het gebruik van internet door terroristen om aanvallen uit te voeren en uit te lokken, op te voeren zonder dat individuele rechten in het geding komen, inclusief de vrijheid van meningsuiting. Beide partijen erkenden dat electorale systemen in democratische landen te kampen hebben met ongekende uitdagingen die samenwerking en de uitwisseling van goede praktijken tussen gelijkgestemde landen vereisen. De Europese Unie en de Verenigde Staten zijn overeengekomen een regelmatige dialoog over deze zaken op te zetten, te beginnen met de eerstvolgende bijeenkomst van hoge ambtenaren in 2019 64 .

De EU en Canada onderhandelen nog steeds over aanpassingen van de overeenkomst betreffende persoonsgegevens van passagiers. De Commissie blijft regelmatig verslag uitbrengen aan de Raad en de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken van het Europees Parlement over de ontwikkelingen.

Op 30 november 2018 heeft de eerste onderhandelingsronde plaatsgevonden voor een akkoord tussen de EU en Turkije voor de uitwisseling van persoonsgegevens tussen Europol en de Turkse autoriteiten die bevoegd zijn voor de bestrijding van de ernstige misdrijven en terrorisme. De Commissie heeft ook contact met de Israëlische autoriteiten met het oog op een eerste onderhandelingsronde met Israël. Op 3 december 2018 heeft een bijeenkomst plaatsgevonden tussen de EU en vertegenwoordigers van Algerije, Egypte, Jordanië, Libanon, Marokko en Tunesië om een mogelijke samenwerking te bespreken tussen de rechtshandhavingsinstanties in deze landen en Europol (bijvoorbeeld in de vorm van werkafspraken) en met het oog op eventuele afspraken over de uitwisseling van persoonsgegevens.

De EU blijft de dialoog over terrorismebestrijding met partnerlanden voortzetten. Op 12 november 2018 zijn in Brussel bij de dialoog tussen de EU en India over terrorismebestrijding de uitwisseling van informatie, het gebruik van internet door terroristen en een mogelijke samenwerking met Europol aan bod gekomen. Op 29 november 2018 is in Brussel bij de dialoog tussen de EU en Pakistan over terrorismebestrijding besproken hoe de financiering van terrorisme kan worden bestreden in het kader van de Financiële-actiegroep. Op 12 november 2018 zijn in Algiers bij de dialoog tussen de EU en Algerije over terrorismebestrijding en regionale veiligheid onder leiding van hoge vertegenwoordiger/vicevoorzitter Mogherini de inspanningen besproken voor het herstellen van de veiligheid in Libië en de Sahel. Op 27 november 2018 heeft in Brussel een eerste bijeenkomst van hoge ambtenaren van de EU en Koeweit plaatsgevonden. Daarbij zijn de mogelijkheden besproken voor verdere uitwisseling en een mogelijke samenwerking op het gebied van zaken die te maken hebben met terrorismebestrijding, georganiseerde misdaad en cyberbeveiliging.

In november 2018 hebben militairen en wetshandhavers uit Irak meegedaan aan een training over het verzamelen van bewijs op een slagveld. Deze training heeft plaatsgevonden in het Stability Policing Centre of Excellence van de NAVO in de Italiaanse stad Vicenza, op een trainingslocatie van Italiaanse carabinieri. Deze training is onderdeel van een driejarig project van de EU, Interpol en de NAVO dat is opgezet om ervoor te zorgen dat de plegers van ernstige misdrijven en terroristische acties in conflictgebieden voor het gerecht worden gebracht. Dit project is een concrete EU-actie in het kader van het opbouwen van capaciteiten voor de wettelijke verzameling van bewijs van misdaden die door Daesh-militanten zijn begaan. Op de langere termijn zou dit de internationale samenwerking tussen de wetshandhavingsinstanties in Irak en de EU ten goede kunnen komen.


IV. CONCLUSIE

Uit dit verslag blijkt dat er flinke vooruitgang is geboekt bij onze inspanningen voor de totstandbrenging van een echte en doeltreffende Veiligheidsunie. Tegelijkertijd blijkt hieruit dat de medewetgevers en lidstaten zich nog meer moeten inspannen voor het voltooien van wetgevingsprocessen en het ten uitvoer leggen van vastgestelde maatregelen, zodat EU-burgers kunnen vertrouwen op een aangescherpte interne veiligheid. Met de Europese verkiezingen in mei 2019 in het vooruitzicht zijn de komende weken van doorslaggevend belang om nog meer vooruitgang te boeken bij het formuleren en ten uitvoer leggen van de nodige beleidslijnen op het gebied van veiligheid op EU-niveau.

(1)

      https://www.consilium.europa.eu/media/36775/18-euco-final-conclusions-en.pdf

(2)

      https://ec.europa.eu/commission/sites/beta-political/files/joint-declaration-eu-legislative-priorities-2018-19_en.pdf

(3)

     COM(2017) 793 final van 12.12.2017, COM(2017) 794 final van 12.12.2017, COM(2018) 478 final van 13.6.2018) en COM(2018) 480 final van 13.6.2018.

(4)

     COM(2018) 302 final van 16.5.2018.

(5)

     COM(2016) 881 final van 21.12.2016, COM(2016) 882 final van 21.12.2016, COM(2016) 883 final van 21.12.2016.

(6)

     COM(2017) 344 final van 29.6.2017.

(7)

     COM(2016) 272 final van 4.5.2016.

(8)

     Beheer van migratie in al haar aspecten: vooruitgang in het kader van de Europese migratieagenda, COM(2018) 798 final van 4.12.12.

(9)

     https://www.consilium.europa.eu/media/35936/28-euco-final-conclusions-en.pdf

(10)

     COM(2018) 631 final van 12.9.2018.

(11)

     COM(2018) 640 final van 12.9.2018.

(12)

     De Europese Raad van 22-23 juni 2017 heeft de bedrijfstak opgeroepen nieuwe technologieën en instrumenten te ontwikkelen voor betere automatische opsporing en verwijdering van inhoud die aanzet tot terroristische daden. Dit moet zo nodig worden aangevuld met ter zake doende wetgevingsmaatregelen op EU-niveau. De Europese Raad van 28 juni 2018 was „ingenomen met het voornemen van de Commissie om een wetgevingsvoorstel in te dienen ter verbetering van het opsporen en verwijderen van inhoud die tot haat en terreurdaden aanzet.”

(13)

     Het Europees Parlement heeft er in zijn resolutie over onlineplatforms en de digitale eengemaakte markt van 15 juni 2017 bij deze platforms op aangedrongen „krachtigere maatregelen te nemen om illegale en schadelijke inhoud online aan te pakken” en heeft de Commissie verzocht voorstellen daartoe in te dienen.

(14)

     C(2018) 5345 van 9.8.2018.

(15)

      https://ec.europa.eu/info/funding-tenders/opportunities/portal/screen/opportunities/topic-details/isfp-2018-ag-ct-rad;freeTextSearchKeyword=;typeCodes=1;statusCodes=31094501,31094502;programCode=ISFP;programDivisionCode=null;focusAreaCode=null;crossCuttingPriorityCode=null;callCode=Default;sortQuery=openingDate;orderBy=asc;onlyTenders=false  

(16)

     JOIN (2018) 36 van 5.12.2018.

(17)

     COM(2018) 236 final van 26.4.2018.

(18)

     COM(2018) 794 van 5.12.2018).

(19)

     COM(2018) 637 final van 12.9.2018.

(20)

     COM(2018) 638 final van 12.9.2018.

(21)

     COM(2018) 636 final van 12.9.2018.

(22)

     JOIN(2017) 450 final van 13.9.2017.

(23)

     COM(2017) 477 final van 13.9.2017.

(24)

     COM(2017) 489 final van 13.9.2017.

(25)

     Document 9916/17 van de Raad.

(26)

     COM(2018) 225 final van 17.4.2018. De onderhandelingen over de bijbehorende richtlijn tot vaststelling van geharmoniseerde regels inzake de aanwijzing van wettelijke vertegenwoordigers ten behoeve van de bewijsgaring in strafprocedures (COM(2018) 226 final van 17.4.2018) lopen nog.

(27)

     COM(2018) 213 final van 17.4.2018.

(28)

     COM(2018) 209 final van 17.4.2018.

(29)

     COM(2018) 212 final van 17.4.2018.

(30)

     Richtlijn (EU) 2016/681 van 27.4.2016.

(31)

     Bulgarije, Tsjechië, Estland, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Cyprus, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Roemenië, Slovenië en Finland. De Commissie ontvangt momenteel de antwoorden van de lidstaten, waaronder kennisgevingen betreffende de relevante wetgeving, die momenteel worden geanalyseerd (zie ook voetnoot 47).

(32)

     Bulgarije, Frankrijk, Luxemburg, Oostenrijk en Griekenland (stand van zaken op 6 december 2018).

(33)

     Richtlijn (EU) 2017/541 van 15.3.2017.

(34)

     België, Bulgarije, Tsjechië, Estland, Griekenland, Spanje, Kroatië, Cyprus, Litouwen, Luxemburg, Malta, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië en Slovenië.

(35)

     Richtlijn (EU) 2017/853 van 17.5.2017.

(36)

     België, Bulgarije, Tsjechië, Duitsland, Estland, Ierland, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Cyprus, Letland, Litouwen, Luxemburg, Hongarije, Malta, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, Slovenië, Slowakije, Finland, Zweden, het Verenigd Koninkrijk.

(37)

     Frankrijk (stand van zaken op 6 december 2018).

(38)

     Richtlijn (EU) 2016/680 van 27.4.2016.

(39)

     België, Bulgarije, Tsjechië, Estland, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Kroatië, Cyprus, Letland, Litouwen, Luxemburg, Hongarije, Nederland, Polen, Portugal, Roemenië, Slovenië en Finland. De Commissie ontvangt momenteel de antwoorden van de lidstaten, waaronder kennisgevingen betreffende de relevante wetgeving, die momenteel worden geanalyseerd (zie ook voetnoot 51).

(40)

     Richtlijn (EU) 2016/1148 van 27.4.2016.

(41)

     Bulgarije, Tsjechië, Denemarken, Duitsland, Griekenland, Estland, Ierland, Spanje, Frankrijk, Kroatië, Italië, Cyprus, Malta, Nederland, Polen, Portugal, Slovenië, Slowakije, Finland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk hebben de volledige omzetting gemeld. Litouwen, Hongarije en Letland hebben de gedeeltelijke omzetting gemeld (stand van zaken op 6 december 2018).

(42)

     België, Bulgarije, Denemarken, Ierland, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Kroatië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Hongarije, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal en Roemenië. De Commissie ontvangt momenteel de antwoorden van de lidstaten, waaronder kennisgevingen betreffende de relevante wetgeving, die momenteel worden geanalyseerd (zie ook voetnoot 48).

(43)

     Cyprus, Tsjechië, Duitsland, Denemarken, Estland, Spanje, Finland, Frankrijk, Kroatië, Hongarije, Litouwen, Nederland, Polen, Portugal, Zweden en het Verenigd Koninkrijk (stand van zaken op 6 december 2018).

(44)

     Richtlijn (EU) 2015/849 van 20.5.2015.

(45)

     België, Bulgarije, Denemarken, Estland, Ierland, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Kroatië, Cyprus, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, Slowakije en Finland.

(46)

     Richtlijn (EU) 2018/1673 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2018 inzake de strafrechtelijke bestrijding van het witwassen van geld.

(47)

     Spanje, Cyprus, Nederland, Portugal, Roemenië en Finland moeten nog kennisgeving doen van omzetting. Tsjechië, Estland en Slovenië hebben kennisgeving gedaan van gedeeltelijke omzetting, maar nog niet van volledige omzetting (stand van zaken op 6 december 2018).

(48)

     België, Luxemburg, Oostenrijk en Roemenië moeten nog kennisgeving doen van omzetting. Litouwen, Hongarije en Letland hebben kennisgeving gedaan van gedeeltelijke omzetting, maar nog niet van volledige omzetting (stand van zaken op 6 december 2018).

(49)

     Bulgarije, Griekenland, Cyprus, Luxemburg, Malta, Polen en Roemenië moeten nog kennisgeving doen van omzetting. België, Tsjechië, Estland, Spanje, Kroatië, Litouwen, Oostenrijk, Portugal en Slovenië hebben kennisgeving gedaan van gedeeltelijke omzetting, maar nog niet van volledige omzetting (stand van zaken op 6 december 2018).

(50)

     België, Bulgarije, Duitsland, Estland, Ierland, Griekenland, Spanje, Cyprus, Letland, Luxemburg, Hongarije, Nederland, Oostenrijk, Polen, Roemenië, Slovenië, Slowakije, Finland en Zweden moeten nog kennisgeving doen van omzetting. Tsjechië, Litouwen, Malta, Portugal en het Verenigd Koninkrijk hebben kennisgeving gedaan van gedeeltelijke omzetting, maar nog niet van volledige omzetting (stand van zaken op 6 december 2018).

(51)

     Bulgarije, Estland, Griekenland, Spanje, Cyprus, Letland, Nederland, Polen, Roemenië, Slovenië en Finland moeten nog kennisgeving doen van omzetting. Tsjechië en Portugal hebben kennisgeving gedaan van gedeeltelijke omzetting, maar nog niet van volledige omzetting (stand van zaken op 6 december 2018).

(52)

     Luxemburg, Oostenrijk en Roemenië hebben kennisgeving gedaan van gedeeltelijke omzetting, maar nog niet van volledige omzetting. De overige achttien lidstaten hebben de volledige omzetting gemeld en de beoordeling door de Commissie is aan de gang (stand van zaken op 6 december 2018).

(53)

     COM(2017) 612 final van 18.10.2017.

(54)

      https://ec.europa.eu/home-affairs/financing/fundings/security-and-safeguarding-liberties/internal-security-fund-police/union-actions_en , sluitingsdatum 16 januari 2019.

(55)

      https://www.uia-initiative.eu/en/urban-security , sluitingsdatum 31 januari 2019.

(56)

     Verordening (EU) 2018/1542 van de Raad van 15 oktober 2018 betreffende beperkende maatregelen tegen de proliferatie en het gebruik van chemische wapens.

    https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32018R1542

(57)

     Slechts acht lidstaten hebben aangegeven dat zij een gestructureerd nationaal onderzoeksprogramma op het gebied van veiligheid hebben.

(58)

     Bij dit CORE-project werd pionierswerk verricht bij de toepassing van blokketentechnologie in de toeleveringsketen. Diverse grote logistieke bedrijven (onder meer MAERSK-IBM, Seacon Logistics en Royal Flora Holland) gebruiken de ontwikkelingen in CORE om hun eigen logistieke systemen op internet te bouwen. Project ID: 603993, FP7-SEC-2013-1. Startdatum: 1.5.2014. Alle details zijn te vinden op: https://cordis.europa.eu/project/rcn/188515_en.html

(59)

     Het TOXITRIAGE-project resulteerde in een getoetst detectiesysteem voor chemische en biologische bedreigingen plus een efficiënt coördinatiemechanisme voor de triage van slachtoffers door diverse soorten eerstehulpverleners. Project ID: 653409, H2020-DRS-2014. Begindatum: 1.9.2015. Alle details zijn te vinden op: https://cordis.europa.eu/project/rcn/194860_en.html

(60)

     Bij het EVIDENCE-project is in kaart gebracht welke strategieën, doelstellingen en acties nodig zijn om een gemeenschappelijk Europees kader op te zetten om op een juiste en geharmoniseerde manier om te gaan met elektronisch bewijs. Deze resultaten zijn meegenomen bij de effectbeoordeling voor het wetgevingsvoorstel van de Commissie op dit gebied. Project ID: 608185, FP7-SEC-2013-1. Begindatum: 1.3.2014. Alle details zijn te vinden op: https://cordis.europa.eu/project/rcn/185514_en.html  

(61)

     Het CLOSEYE-project was het eerste voorbeeld van hoe door de EU gefinancierd onderzoek de kloof kan overbruggen tussen het signaleren van een capaciteitslacune en de inzet van technologische oplossingen om die lacune op te vullen. Bij dit project is voortgebouwd op eerder door de EU gesubsidieerd onderzoek over patrouilleren op de grenswateren. Het heeft oplossingen opgeleverd voor het verbeteren van de opsporing, identificatie en tracking van kleine boten op zee. Twee autoriteiten uit de lidstaten Spanje en Portugal hebben op basis van het resultaat van het CLOSEYE-project een overheidsopdracht geïnitieerd. Spanje heeft gebruikgemaakt van het ISF-Grenzen-instrument en heeft zo de synergieën tussen deze verschillende EU-fondsen optimaal benut. Project ID: 313184, FP7-SEC-2012-1. Begindatum: 1.4.2013. Alle details zijn te vinden op: https://cordis.europa.eu/project/rcn/108227_en.html

(62)

     COM(2018) 795 final van 7.12.2018.

(63)

     Cyberbeveiliging van op kunstmatige intelligentie gestoelde technologieën, de toepassing van kunstmatige intelligentie voor veiligheidsdoeleinden (zoals het voorkomen, opsporen en onderzoeken van strafbare feiten en terrorisme) en voorkomen dat kunstmatige intelligentie voor malafide en criminele doeleinden wordt ingezet.

(64)

      https://www.consilium.europa.eu/en/press/press-releases/2018/11/09/joint-eu-u-s-statement-following-the-eu-u-s-justice-and-home-affairs-ministerial-meeting/#