Bijlagen bij COM(2024)173 -

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

dossier COM(2024)173 - .
document COM(2024)173
datum 16 april 2024
bijlage 1).


Geaggregeerd Schengenscorebord: gemiddelde scores per belangrijke dimensie van het Schengensysteem20

In het kader van de nieuwe aanpak van het Schengenmechanisme voor evaluatie en toezicht heeft de Schengencoördinator samen met de lidstaten een follow-up verricht ter ondersteuning van de uitvoering van de Schengenprioriteiten, zoals weergegeven op het Schengenscorebord. Dit draagt bij tot de versterking van de nationale governance, zoals blijkt uit recente bezoeken aan Litouwen, Finland, Letland en IJsland.

Schengencyclus 2024-2025

Tijdens de Schengencyclus 2024-2025 moeten de inspanningen gericht zijn op een degelijke voorbereiding van de Raden Schengen door middel van versterkte werkmethoden. Het eerste werkprogramma van de Raad Schengen, dat door het Belgische voorzitterschap is opgesteld, is een belangrijke stap in de richting van een stabielere Schengencyclus. De horizontale kwesties die voortvloeien uit het Schengenevaluatiemechanisme, zoals vastgesteld in de nieuwe landverslagen van de Schengenevaluatie, moeten beter worden geïntegreerd in de voorbereiding en follow-up van de Raadszittingen.

Dit kader moet worden versterkt om de vaststelling en follow-up van de gemeenschappelijke prioriteiten voor het Schengengebied te verbeteren door middel van een grotere politieke verantwoordelijkheid van alle lidstaten en een grotere verantwoordelijkheid op EU-niveau, voortbouwend op de vooruitgang die in 2023 is geboekt bij het consolideren van de Schengengovernance. Om deze doelstelling te bereiken gaat het verslag over de staat van Schengen 2024 vergezeld van een voorstel voor een aanbeveling van de Raad betreffende het Schengengebied voor de Schengencyclus 2024-2025. Met dit gestructureerde kader zullen de lidstaten worden ondersteund bij het aanvullen van hun individuele inspanningen met een gecoördineerd en gemeenschappelijk optreden via de Raad Schengen en zal het ook gemakkelijker worden gemaakt om nauwlettend toezicht te houden op de geboekte vooruitgang om een hoog niveau van uitvoering van de Schengenregels te waarborgen. Dit zal het vermogen van de Schengencyclus om veranderingen door middel van zowel individuele als collectieve acties teweeg te brengen, maximaliseren.


Volgende stappen:

- Goedkeuring door de Raad van het voorstel van de Commissie voor een aanbeveling van de Raad voor de Schengencyclus 2024-2025 en doeltreffend toezicht op de uitvoering ervan.

- Tijdige follow-up van de resultaten van de Schengenscoreborden 2024 met de steun van de Schengencoördinator.

- Gedegen voorbereiding en follow-up van de Raden Schengen door middel van versterkte werkmethoden en optimalisering van de instrumenten van de Schengencyclus.

- Gezien de cruciale rol van de agentschappen op het gebied van justitie en binnenlandse zaken bij de uitvoering van de prioriteiten van de Schengencyclus, moet de Raad Schengen zijn politieke adviesverlening voor operationele acties opvoeren om de lidstaten te ondersteunen bij de uitvoering van de Schengenprioriteiten en te zorgen voor de nodige synergieën.

Om de uitvoering van de prioriteiten voor het Schengengebied te ondersteunen en rekening houdend met de voorstellen die de lidstaten tijdens het raadplegingsproces hebben ingediend, zou in 2025 een van de volgende thematische evaluaties kunnen worden uitgevoerd:

1. beoordeling van processen en instrumenten ter ondersteuning van gemeenschappelijk situationeel bewustzijn voor grenzen, migratie en veiligheid op basis van een beter informatiebeheer, met het oog op een veerkrachtiger Schengengebied;

2. identificatie van gemeenschappelijke oplossingen om de risico’s in verband met identiteits- en documentfraude te ondervangen;
3. capaciteiten en processen om veiligheidsrisico’s in verband met irreguliere migratie aan te pakken, met bijzondere aandacht voor migrantensmokkel en infiltratie van terroristen.
3. ONZE PARAATHEID VERBETEREN MET HET OOG OP VEERKRACHTIGE BUITENGRENZEN

Irreguliere migratie bleef in 2023 een gemeenschappelijke uitdaging, hoewel het aantal irreguliere grensoverschrijdingen slechts op een vijfde van het niveau van 2015 lag. Hoewel op de Westelijke Balkanroute een aanzienlijke afname werd waargenomen, waren de binnenkomsten over zee bijzonder hoog in Italië, op de Canarische Eilanden en op de Griekse eilanden. Spanningen in de directe buurlanden en daarbuiten, in combinatie met de gevolgen van sociale, economische en klimatologische instabiliteit, zullen de migratiedruk naar het Schengengebied waarschijnlijk doen toenemen. De aanhoudende aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne heeft miljoenen mensen gedwongen een toevluchtsoord in Europa te zoeken, waardoor de capaciteiten in de lidstaten verder onder druk zijn komen staan. Aan de oostelijke landgrens worden opnieuw migranten geïnstrumentaliseerd door Rusland. De instrumentalisering van migranten en andere hybride dreigingen, met inbegrip van het risico dat de veerkracht van kritieke grensoverschrijdende infrastructuur wordt verstoord, kunnen verdere gevolgen hebben voor de capaciteit van de lidstaten om het Schengengebied in stand te houden.

Voorts bestaan er een dringende zorgen over grensoverschrijdende criminaliteit en criminele netwerken die de buitengrenzen van de lidstaten blijven benutten voor mensenhandel en migrantensmokkel.

Internationale samenwerking in de context van mondiale veiligheidsdreigingen is belangrijker dan ooit. Omdat de migrantensmokkel tot het verlies van een groot aantal mensenlevens op zee en steeds grotere aantallen niet-toegestane binnenkomsten in en verplaatsingen binnen het Schengengebied in verband met smokkel leidde, heeft de Commissie in november 2023 een wereldwijde alliantie opgericht om migrantensmokkel tegen te gaan. Hiermee moet een nieuw tijdperk van internationale samenwerking worden ingeluid, waarbij de nadruk ligt op het voorkomen van en het reageren op migrantensmokkel en het bieden van alternatieven voor irreguliere migratie als afschrikking voor migrantensmokkel.

Tegen deze achtergrond heeft de Europese Raad in 2023 herhaaldelijk21 benadrukt dat een alomvattende en gecoördineerde aanpak van de paraatheid en crisisrespons van de EU een belangrijke politieke prioriteit is. Dit is van essentieel belang voor een goed functionerend Schengengebied. Het situatiebeeld van het Schengengebied bouwt voort op inlichtingen uit verschillende bronnen aan de buitengrenzen, uit derde landen en binnen het Schengengebied. Het is noodzakelijk om de verstrekking en uitwisseling van informatie te optimaliseren, een grondige en gedegen risicoanalyse uit te voeren en de operationele respons tijdig aan te passen. Dit zal de paraatheid van het Schengengebied vergroten om gemeenschappelijke uitdagingen doeltreffend aan te pakken, waardoor het veerkrachtiger wordt, onder meer door een betere koppeling tussen de strategische en de operationele dimensie.


Belangrijke factoren die van invloed zijn op het situatiebeeld van de EU en de impact van dit beeld op Europese en nationale processen

Externe dimensie van het inlichtingenbeeld van de EU: van respons tot preventie

Om de EU in staat te stellen het hoofd te bieden aan het altijd veranderende mondiale landschap, zijn voortdurende waakzaamheid en aanpassing nodig. De veerkracht en paraatheid van het Schengengebied berusten op een inlichtingenbeeld dat gebaseerd is op een diepgaand inzicht in mondiale ontwikkelingen, dreigingen en opkomende uitdagingen in derde landen. De in derde landen ingezette Europese en nationale verbindingsfunctionarissen spelen een belangrijke rol bij het verstrekken van actuele informatie over ontwikkelingen en opkomende uitdagingen. Zij verzamelen, analyseren en delen informatie en leveren input voor de nationale en collectieve besluitvorming van de lidstaten op het gebied van grensbeheer, immigratie en veiligheid. Uit Schengenevaluaties in 2023 is echter gebleken dat sommige lidstaten de inlichtingenondersteuning van door andere lidstaten ingezette functionarissen niet efficiënt gebruiken, waardoor cruciale informatie ontbreekt. Tegelijkertijd worden prioritaire landen die op EU-niveau relevant zijn, niet effectief gedekt en lopen de mandaten van de nationale verbindingsfunctionarissen sterk uiteen, variërend van generieke tot gespecialiseerde taken. Bovendien is de methode voor het verzamelen van informatie versnipperd en worden de lokale netwerken niet volledig benut, waardoor er lacunes ontstaan in het inlichtingenbeeld van de EU22. De uitwisseling van informatie over transversale kwesties tussen functionarissen die worden ingezet voor grenzen en migratie en veiligheidsfunctionarissen is bovendien beperkt.

Om deze tekortkomingen aan te pakken, moet de inzet van Europese en nationale verbindingsfunctionarissen in prioritaire derde landen nauw worden gecoördineerd om de risico’s in deze landen tijdig te kunnen identificeren. Om hun volledige potentieel te ontsluiten, moeten verbindingsfunctionarissen strategisch worden ingezet door locaties, mandaten en rapportageverplichtingen in kaart te brengen en te optimaliseren. Zo zal hun waarde worden gemaximaliseerd, zullen de prioriteiten van de EU worden ondersteund en zullen overlappingen worden voorkomen. Bovendien moeten de bestaande netwerken van verbindingsfunctionarissen onder auspiciën van de EU-delegaties in prioritaire derde landen worden versterkt om te zorgen voor een geïntegreerde analyse, gevolgd door een operationele respons. Dit zal het mogelijk maken om lacunes te dichten, de politieke sturing te versterken en het verspreide strategische en operationele bewustzijn te bundelen om grensbeheer, immigratie en veiligheidsacties doeltreffender te maken. Verbindingsfunctionarissen en personeelsleden die in derde landen worden ingezet, dragen ook bij tot het voorkomen van risico’s op het gebied van irreguliere migratie en veiligheid door middel van hun operationele activiteiten.


Aanwezigheid van EU-verbindingsfunctionarissen in derde landen23

Frontex heeft verbindingsfunctionarissen ingezet24 en de Unie heeft een aantal statusovereenkomsten25 met derde landen ondertekend om operationele activiteiten van Frontex op hun grondgebied met uitvoerende bevoegdheden mogelijk te maken. Deze overeenkomsten hebben ook geleid tot de inzet van functionarissen van het permanente korps en de verlening van technische en operationele bijstand aan de grens tussen derde landen. Het afgelopen jaar heeft het Agentschap zijn steun voor grenstoezichtsactiviteiten versterkt door middel van een nieuwe generatie statusovereenkomsten met Albanië, Moldavië, Montenegro en Noord-Macedonië, die waarborgen voor de grondrechten omvatten. Er moeten ook snel nieuwe overeenkomsten worden gesloten met Servië en Bosnië en Herzegovina. Het Agentschap heeft ook verschillende werkafspraken26 gemaakt met autoriteiten van derde landen ter ondersteuning van activiteiten op het gebied van capaciteitsopbouw. Deze operationele steun moet echter ten volle worden benut, met name om ervoor te zorgen dat de nodige statusovereenkomsten en werkafspraken worden gemaakt met belangrijke landen van herkomst of doorreis van migratie naar de EU, zoals benadrukt in de evaluatie van de verordening betreffende de Europese grens- en kustwacht27. Tijdens de Schengencyclus 2024-2025 moeten de synergieën met andere EU-inspanningen in de betrokken derde landen worden versterkt en moeten de voorwaarden worden geschapen waaronder deze landen aan deze overeenkomsten en afspraken kunnen deelnemen.

Het gemeenschappelijk visumbeleid van de EU is, samen met een versterkte en meer strategische Europese aanwezigheid in derde landen, een belangrijk instrument voor de samenwerking van de Unie met partnerlanden, en vergemakkelijkt niet alleen het reizen, maar speelt ook een belangrijke rol bij het aanpakken van risico’s op het gebied van veiligheid en irreguliere migratie. Het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht maakt het met name mogelijk om gebieden te monitoren waar de Unie risico’s kan lopen als gevolg van misbruik van visumvrije regelingen. Het gaat onder meer om het hoge percentage asielaanvragen dat wordt ingediend door onderdanen van visumvrije derde landen28, dat een aanzienlijke belasting vormt voor de nationale asiel- en terugkeerstelsels, alsook de risico’s die verbonden zijn aan burgerschapsregelingen voor investeerders en het gebrek aan afstemming tussen het visumbeleid van de EU en het visumbeleid van bepaalde derde landen. Om deze risico’s aan te pakken, heeft de Commissie een voorstel ingediend om het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht te herzien29. Het voorziet in nieuwe gronden om visumvrije regelingen op te schorten en in flexibelere drempels om het opschortingsmechanisme in werking te stellen. Over het voorstel wordt momenteel onderhandeld. De Commissie is ingenomen met de algemene benadering van de Raad en verzoekt de medewetgevers snel vooruitgang te boeken met dit belangrijke dossier. Tegelijkertijd zal de Commissie verslag blijven uitbrengen over visumvrije derde landen in verband met migratie- en veiligheidsuitdagingen.

Een doeltreffende controle van de buitengrenzen

De veerkracht van het Schengengebied steunt op een robuust grensbewakingssysteem. Uit Schengenevaluaties die in 2023 voor de Baltische staten en Finland zijn uitgevoerd, is gebleken dat de capaciteiten, met name voor de bewaking van landgrenzen, zijn verbeterd. Zo heeft Finland sinds zijn laatste evaluatie in 2018 belangrijke stappen gezet om zijn grensbewakingscapaciteit te verbeteren. Deze versterking moet nu dringend worden voltooid om het hoofd te bieden aan de dreigingen en uitdagingen die voortvloeien uit de verplichting om een van de langste delen van de Schengenbuitengrenzen te beheren. De toelating van Kroatië tot het Schengengebied vereist ook versterkte bewakingsactiviteiten om nieuwe migratieproblemen aan de grens met Bosnië en Herzegovina aan te pakken. Wat de bewakings- en opsporingscapaciteit aan de zeegrenzen van de EU betreft, verrichten de meeste lidstaten bewakingsactiviteiten en beschikken zij over bewakingssystemen. In sommige lidstaten zijn er echter nog steeds tekortkomingen als gevolg van het ontbreken van geïntegreerde bewakingssystemen, in combinatie met ontoereikende governance, coördinatie en samenwerking, naast het nog steeds onvolledige situationele bewustzijn en een gebrekkige risicoanalyse. Deze tekortkomingen leiden tot een slechtere responscapaciteit van de nationale autoriteiten en de agentschappen aan de zeegrenzen van de EU.

De EU heeft haar operationele en financiële steun voor grensbeheer voor de lidstaten opgevoerd om hun capaciteiten te versterken30, onder meer door bewakingsvliegtuigen, patrouillevaartuigen en voertuigen met thermische beeldcamera’s aan te kopen, en door technologische oplossingen zoals onbemande luchtvaartuigen31 toe te passen.

Uit Schengenevaluaties aan de buitengrenzen van de EU bleek ook dat er intensiever gebruik wordt gemaakt van Eurosur, het centrale kader voor informatie-uitwisseling en operationele samenwerking binnen de Europese grens- en kustwacht. Het wordt gebruikt voor het opsporen, voorkomen en bestrijden van irreguliere immigratie en grensoverschrijdende criminaliteit en draagt bij tot het beschermen en het redden van de levens van migranten die de buitengrenzen proberen te overschrijden. De nationale coördinatiecentra hebben een prominentere rol gekregen op nationaal en EU-niveau, wat heeft geleid tot een efficiënt en geharmoniseerd beheer van de buitengrenzen van de EU. Hoewel de kwaliteit en het volume van de informatie-uitwisseling in Eurosur de afgelopen jaren zijn toegenomen, zijn de nationale en Europese situatiebeelden nog steeds versnipperd. Het is daarom belangrijk dat de lidstaten hun operationele resultaten en risicoanalyses in Eurosur integreren en dat zij de verwerking en analyse van informatie over grensoverschrijdende criminaliteit ten volle benutten. Voorts moet in het gebied voor de grens de verzameling en uitwisseling van strategische informatie met Frontex, tussen de lidstaten en, in voorkomend geval, met partnerlanden worden versterkt. Dit omvat inspanningen van de EU om partners in derde landen bij te staan bij de ontwikkeling van nationale coördinatiecentra met een Eurosur-component.

Frontex biedt een actieve ondersteuning van de activiteiten van de lidstaten op het gebied van grensbeheer en terugkeer, waarbij ervoor wordt gezorgd dat alle verplichtingen op het gebied van de grondrechten volledig worden nageleefd. In totaal worden momenteel 22 operationele activiteiten verricht, waaronder gezamenlijke operaties in Italië, Spanje, Griekenland, Bulgarije en Roemenië en aan de oostelijke landgrens. Aan de buitengrenzen van de lidstaten zijn meer dan 2 000 functionarissen van het permanente korps ingezet. Het permanente korps wordt tot 2027 geleidelijk opgebouwd om een nog betrouwbaardere en permanentere steun voor de lidstaten te worden. Rekening houdend met de gedeelde verantwoordelijkheid voor de bescherming van de buitengrenzen van de EU, moeten alle lidstaten bijdragen aan het permanente korps, in overeenstemming met hun verplichtingen. Tegelijkertijd moeten de lidstaten zorgen voor een doeltreffend antwoord op de oproepen van het Agentschap om personeel in te zetten. Hierbij moet rekening worden gehouden met de huidige dynamische omgeving in de lidstaten en in het Schengengebied en met de behoefte aan gespecialiseerde profielen om bestaande lacunes aan te pakken. Het is ook om noodzakelijk corrigerende maatregelen te nemen om de uitdagingen het hoofd te bieden die het permanente korps beletten de lidstaten volledig te ondersteunen, zoals blijkt uit de Schengenevaluaties. Het Agentschap zal verdere stappen ondernemen om ervoor te zorgen dat het permanente korps beter beantwoordt aan de operationele behoeften, onder meer door de opleiding over profielen waarnaar de vraag het grootst is, te verbeteren, in overeenstemming met het actieplan dat voortvloeit uit de evaluatie van de verordening betreffende de Europese grens- en kustwacht32.

Bovendien moeten tegen 2027 zowel de Europese als de nationale componenten van de Europese grens- en kustwacht de overgang van traditionele op middelen gebaseerde planning naar capaciteitsgerichte planning afronden. Op 26 maart 2024 heeft de raad van bestuur van Frontex de capaciteitenroutekaart voor de Europese grens- en kustwacht goedgekeurd. Hierin worden de plannen voor capaciteitsontwikkeling van de lidstaten en de meerjarenplanning van de middelen van het Agentschap gebundeld, om langetermijninvesteringen voor het beheer van de buitengrenzen en de terugkeer te optimaliseren. De lidstaten moeten zorgen voor de uitvoering van de nationale plannen voor capaciteitsontwikkeling, die regelmatig moeten worden bijgewerkt om een planning van capaciteiten op de middellange en lange termijn mogelijk te maken. Voor dit doel is in 2023 meer dan 201 miljoen EUR33 beschikbaar gesteld voor de operationele capaciteit van de lidstaten.

Noodplanning

Het afgelopen jaar hebben de EU en de lidstaten zich gericht op het opstellen en actualiseren van noodplannen om mogelijke crises aan de buitengrenzen aan te pakken. Rekening houdend met de veranderende geostrategische omgeving hebben verschillende lidstaten, met name Estland, Finland, Litouwen en Roemenië, simulatieoefeningen uitgevoerd om de bestaande procedures en capaciteiten te beoordelen om tijdig en doeltreffend te reageren op veranderingen in de situatie aan de buitengrenzen. Uit deze oefeningen is gebleken dat de bestaande noodplannen geschikt zijn om onvoorziene crises aan te pakken. De oefeningen hebben de lidstaten bovendien in staat gesteld om die plannen waar nodig bij te werken.

Uit de Schengenevaluaties van 2023 is gebleken dat alle lidstaten nationale noodplannen voor grensbeheer hebben vastgesteld, hoewel er nog steeds tekortkomingen zijn als gevolg van de beperkte samenwerking tussen instanties, waardoor een onvolledig beeld van de nationale capaciteiten ontstaat. De lidstaten moeten ook de drempels voor de activering van de verschillende niveaus van noodplanning harmoniseren en de Europese steun coherenter integreren.

In combinatie met het waarborgen van een adequate respons aan de buitengrenzen vereist een alomvattende aanpak van migratie ook een solide noodplanning om de verhoging van migratiedruk te voorkomen. Ten opzichte van de migratiecrisis van 2015-2016 is de EU nu beter voorbereid op plotse toenames van migratiestromen. De Commissie werkt nauw samen met de lidstaten die kwetsbaar zijn voor een toename van het aantal aankomsten en die de noodmaatregelen hebben versterkt. Zo wordt in Italië met de steun van het EUAA en Frontex een noodplan opgesteld om de ontschepingsplaatsen snel te ontlasten en het opvangsysteem veerkrachtiger te maken34. Op de Atlantische route is het opvangsysteem in Spanje de afgelopen jaren regelmatig onder druk gezet, meer recentelijk met de toename van het aantal irreguliere binnenkomsten over zee op de Canarische Eilanden. In dit verband worden in het kader van het operationele plan van het EUAA inspanningen geleverd om een nationaal kader voor paraatheid en respons op noodsituaties in Spanje te ontwerpen en uit te voeren. De Commissie werkt ook nauw samen met Cyprus en het EUAA om een noodplan op te stellen om het hoofd te bieden aan de toegenomen toestroom over zee.

De vereisten die voortvloeien uit het migratie- en asielpact, met name inzake screening en crisisrespons, bieden de lidstaten samen met de lopende herziening van de nationale strategieën voor geïntegreerd grensbeheer een unieke kans om nationale noodplannen op te stellen voor belangrijke processen, dat wil zeggen grensbeheer, migratie en terugkeer, die geschikt zijn om huidige en opkomende uitdagingen aan te pakken.

Een gemeenschappelijk EU-systeem voor terugkeer ontwikkelen

Het verbeteren van de doeltreffende en snelle terugkeer van onderdanen van derde landen die niet of niet langer voldoen aan de voorwaarden voor toegang tot het Schengengebied, met name van onderdanen van derde landen die worden beschouwd als een bedreiging voor de openbare veiligheid, was een prioriteit van de Schengencyclus 2023-202435. Tijdens de Raden Schengen in oktober en december 202336 riepen de ministers op tot Europese operationele oplossingen waarbij gebruik wordt gemaakt van gemeenschappelijke instrumenten en waarbij de coördinatie op EU-niveau wordt verbeterd.

Tegen deze achtergrond is de aandacht het afgelopen jaar verschoven naar gezamenlijke inspanningen op EU-niveau waarbij prioriteit wordt verleend aan maatregelen met betrekking tot belangrijke derde landen. Om te zorgen voor complementariteit van de acties en een holistische aanpak heeft de EU-terugkeercoördinator met de steun van het netwerk op hoog niveau voor terugkeer een routekaart voor terugkeer met gerichte acties ontwikkeld. Hoewel het aantal daadwerkelijke gevallen van terugkeer laag blijft, leveren de gezamenlijke initiatieven reeds positieve resultaten op, zoals blijkt uit een toename van het aantal daadwerkelijke gevallen van terugkeer in het afgelopen jaar. In 2023 werden bijna 100 000 onderdanen van derde landen daadwerkelijk teruggestuurd, wat neerkomt op een stijging van 15 % ten opzichte van dezelfde periode in 2022, waaronder een stijging van 120 % van het aantal gevallen van vrijwillige terugkeer met steun van Frontex.

Uit de in 2023 uitgevoerde evaluatie- en toezichtactiviteiten in het kader van Schengen is gebleken dat er nog steeds belemmeringen zijn voor de uitvoering van terugkeerbesluiten. Ten eerste is er behoefte aan een strategische aanpak voor de toewijzing en planning van middelen op basis van de huidige en verwachte behoeften. De lidstaten moeten zorgen voor proactieve geïntegreerde planning, met het oog op de vaststelling en actualisering van de nationale prioriteiten en de toewijzing van middelen in het licht van de trends op het gebied van migratie en asiel en in overeenstemming met EU-initiatieven. In dit verband is Frontex in 2024 begonnen met de planning van vergaderingen37 voor gecoördineerde EU-acties op het gebied van identificatie en documentatie, terugkeeradvies en terugkeeroperaties. Alle lidstaten moeten de terugkeerinstrumenten van Frontex38 volledig integreren in hun nationale systemen.

Er is ook een strategische aanpak nodig voor zowel vrijwillige als gedwongen terugkeer, waarbij wordt gezorgd voor complementariteit van maatregelen en een voorkeur voor vrijwillige terugkeer. Het afgelopen jaar hebben de Commissie, de lidstaten en Frontex aanzienlijke vooruitgang geboekt bij de uitvoering van de EU-strategie inzake vrijwillige terugkeer en re-integratie39. Om de duurzaamheid van deze maatregelen te waarborgen, moeten alle lidstaten hun eigen nationale capaciteiten voor terugkeerbegeleiding40 opzetten, die een kernelement van de nationale geïntegreerde planning vormen. Tegelijkertijd is het beperken van het risico op onderduiken en secundaire bewegingen een essentieel onderdeel van een doeltreffend terugkeersysteem en vereist dit een doeltreffende prioritering en adequate middelen. In 2023 begonnen de lidstaten met het gebruik van meer geavanceerde alternatieve maatregelen voor bewaring, waaronder casemanagementsystemen. Indien bewaring overeenkomstig het EU-recht moet worden opgelegd, moet worden gezorgd voor voldoende opvangcapaciteit en adequate omstandigheden. In 2023 werden in Litouwen en Kroatië beste praktijken vastgesteld met betrekking tot bewaringsomstandigheden, hoewel de bewaringsaccommodaties in sommige lidstaten nog steeds ontoereikend zijn. De Commissie onderhoudt nauw en regelmatig contact met de autoriteiten van de lidstaten over deze kwesties, onder meer via follow-upactiviteiten in het kader van de Schengenevaluatie.

Ten tweede moeten de lidstaten de samenwerking en communicatie tussen de nationale autoriteiten verbeteren. Wanneer hiervan geen sprake is, belemmert dit de uitvaardiging van terugkeerbesluiten en de follow-up daarvan. In veel gevallen vergroot het gebrek aan specifieke IT-instrumenten ter ondersteuning van de samenwerking tussen autoriteiten de communicatiekloof. Het migratie- en asielpact, en met name de nieuwe screeningverordening en de terugkeergrensprocedures, zullen leiden tot een sterkere koppeling tussen de activiteiten aan de buitengrenzen en de asielprocedure. De asielprocedureverordening zal ook de kloof tussen het asiel- en het terugkeerproces dichten en aldus de werking van het terugkeersysteem en bijgevolg de werking van het Schengengebied verbeteren door ervoor te zorgen dat een negatief asielbesluit samen met een terugkeerbesluit wordt uitgevaardigd.

De samenwerking op nationaal niveau moet hand in hand gaan met een betere coördinatie op EU-niveau. In 2023 hebben de Commissie en de lidstaten hun inspanningen verdubbeld om ten volle gebruik te maken van alle beschikbare opties om meer wederzijdse erkenning van terugkeerbesluiten te bevorderen. Dit was gebaseerd op de aanbeveling van de Commissie van maart 202341 en werd vergemakkelijkt door de nieuwe terugkeersignaleringen in het Schengeninformatiesysteem. De Commissie werkt aan het identificeren van optimale situaties om deze mogelijkheid toe te passen, ook als onderdeel van de gerichte acties die in de routekaart voor terugkeer worden beschreven. Zij houdt met name vergaderingen met de lidstaten op deskundigenniveau om te bespreken hoe belangrijk het is om alle informatie — met inbegrip van biometrische gegevens — op te nemen in terugkeersignaleringen, gebruik te maken van SIS-terugkeersignaleringen met het oog op identificatie, het risico op onderduiken te beoordelen, de wederzijdse erkenning te vergemakkelijken en terugkeerders voor wie sprake is van een risico op onderduiken, te identificeren. Om de nieuwe signaleringen ten volle te kunnen benutten, moeten maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat een terugkeerbesluit na een signalering inzake terugkeer in het Schengeninformatiesysteem tussen de lidstaten kan worden gedeeld.

Samen met versterkte inspanningen om interne belemmeringen voor de uitvoering van terugkeer weg te nemen, is het verbeteren van de samenwerking op het gebied van overname de afgelopen jaren een belangrijke prioriteit geweest. Het toezicht op de samenwerking op het gebied van overname42 van derde landen die visumplichtig zijn, heeft bijgedragen tot de invoering van maatregelen om de samenwerking op het gebied van overname te verbeteren. Het heeft ook de mogelijkheden vergroot om de besprekingen over overname met derde landen te versterken, onder meer door nieuwe communicatiekanalen te openen waar eerder geen sprake was van gerichte betrokkenheid. De Commissie werkt momenteel aan haar vijfde beoordelingsverslag over samenwerking op het gebied van overname op basis van artikel 25 bis van de Visumcode, dat betrekking heeft op de samenwerking op het gebied van overname met 34 derde landen.

Het gemeenschappelijke antwoord op de uitdagingen van vandaag wordt echter belemmerd door een verouderd wettelijk kader inzake terugkeer dat in 2008 is vastgesteld, waarbij de onderhandelingen over de herschikking van de terugkeerrichtlijn nog moeten worden afgerond. De Commissie zal maatregelen nemen om de belangrijkste lacunes en zwakke punten van het huidige wetgevingskader te beoordelen en te evalueren en zal op basis daarvan de te volgen koers overwegen. Het doel is voort te bouwen op het gemeenschappelijke EU-systeem voor terugkeer, de nieuwe wetgeving van het pact aan te vullen en de Unie en haar lidstaten uit te rusten met doeltreffende terugkeerinstrumenten en de harmonisatie van de nationale terugkeerprocedures te vergemakkelijken. De Commissie zal ook voortbouwen op de resultaten van de lopende thematische evaluatie voor een doeltreffend EU-systeem voor terugkeer, waarin gemeenschappelijke oplossingen zullen worden vastgesteld, rekening houdend met de daarmee samenhangende uitdagingen.

Prioritaire acties om de paraatheid en de buitengrenzen van de EU te versterken

1. Maatregelen voor de externe dimensie van Schengen

- De inzet van Europese en nationale verbindingsfunctionarissen nauw coördineren door inzetlocaties, mandaten en rapportageverplichtingen in kaart te brengen en te optimaliseren.

- Zoveel mogelijk gebruikmaken van de inlichtingen van verbindingsfunctionarissen onder de auspiciën van de EU-delegatie om te zorgen voor een geïntegreerde analyse en operationele respons.

- De operationele steun van Frontex in derde landen maximaliseren door overeenkomsten te sluiten met belangrijke landen.

- Snel vorderingen maken met de herziening van het opschortingsmechanisme voor de vrijstelling van de visumplicht.

2. Maatregelen voor het beheer van de buitengrenzen van Schengen

- De geïntegreerde grensbewakingssystemen opzetten of bijwerken, in combinatie met meer capaciteiten, een verbeterde samenwerking tussen instanties en gedegen risicoanalyses.

- Operationele resultaten en risicoanalyses in Eurosur integreren en de informatie-uitwisseling over irreguliere migratie en grensoverschrijdende criminaliteit met Frontex en, in voorkomend geval, partnerlanden versterken.

- De doeltreffendheid van Frontex vergroten door de maatregelen uit te voeren die zijn vastgesteld in de evaluatie van de verordening betreffende de Europese grens- en kustwacht.

- Zorgen voor de actualisering en doeltreffende uitvoering van de nationale capaciteitsplannen in overeenstemming met de capaciteitenroutekaart van de Europese grens- en kustwacht.

- Alomvattende noodplannen voor grenzen, migratie en terugkeer vaststellen en actualiseren, waarbij wordt gezorgd voor geharmoniseerde drempels voor de activering van verschillende niveaus van noodplanning en een coherente integratie van de Europese steun.

3. Maatregelen voor een gemeenschappelijk EU-systeem voor terugkeer

- Opstellen van strategische geïntegreerde plannen voor de toewijzing en planning van middelen op basis van de huidige en verwachte behoeften, rekening houdend met migratie- en asieltrends, waarbij ook de planningsactiviteiten van Frontex in aanmerking worden genomen.

- Actief deelnemen aan de gerichte acties die in het kader van de EU-routekaart voor terugkeer zijn vastgesteld, door ook specifieke acties te leiden en de lidstaten te ondersteunen.

- De terugkeerinstrumenten van Frontex volledig integreren in het nationale terugkeersysteem, met inbegrip van het Recamas-model, de Frontex-toepassing voor terugkeer, re-integratiebijstand en de inzet van specialisten op het gebied van terugkeer.

- Solide en duurzame nationale capaciteiten voor terugkeerbegeleiding tot stand brengen in overeenstemming met de EU-strategie inzake vrijwillige terugkeer en re-integratie.

- Verbeteren van de samenwerking en communicatie tussen nationale autoriteiten, met name tussen asiel- en terugkeerautoriteiten, en tussen veiligheids- en terugkeerautoriteiten.

- Stappen ondernemen om ervoor te zorgen dat een terugkeerbesluit, of relevante delen daarvan, kan worden gedeeld wanneer een lidstaat na een signalering inzake terugkeer in het SIS om aanvullende informatie verzoekt, teneinde de samenwerking tussen de lidstaten op het gebied van terugkeer te versterken.
4. EEN GASTVRIJ SCHENGENGEBIED VOOR EEN CONCURRERENDE UNIE

Het afgelopen jaar heeft het Schengengebied het dagelijks leven van de burgers en hun manier van werken en zakendoen aanzienlijk verbeterd en reizen en interacties vergemakkelijkt. In het Schengengebied bevinden zich enkele van de populairste toeristische bestemmingen ter wereld. Elk jaar komen miljoenen reizigers het Schengengebied binnen, waarmee het de meest bezochte bestemming ter wereld is. In 2023 werd een sterke en positieve trend waargenomen, waarbij voor veel bestemmingen het aantal toeristen van 2019 werd overschreden. Vandaag de dag kunnen meer dan 1,4 miljard mensen uit ongeveer 61 landen visumvrij naar het Schengengebied reizen en in 2023 werden meer dan een half miljard overschrijdingen van de buitengrenzen geregistreerd, 92 % van het niveau van vóór de pandemie van 2019. Toerisme is goed voor bijna 10 % van het bbp van de EU en biedt werk aan ongeveer 22,6 miljoen mensen43. Deze opwaartse trend zal de komende jaren toenemen en het vliegverkeer naar Europa zal in 2024 naar schatting het niveau van vóór de pandemie met 5 % overschrijden44. Het waarborgen van vlot en veilig reizen naar het Schengengebied is daarom van essentieel belang voor het concurrentievermogen van de Unie, met name in een tijd waarin de EU wordt geconfronteerd met een sterke wereldwijde concurrentie. Volgens de Eurobarometer van 2023 over burgerschap en democratie koestert ongeveer 90 % van de burgers de vrijheid om binnen de EU te reizen, waarbij 89 % het ermee eens is dat dit hen persoonlijk ten goede komt en 83 % dat dit de economie ten goede komt. Uit de Eurobarometer van 2024 over Schengen blijkt dat 80 % van de bedrijven het er grotendeels mee eens is dat het Schengengebied een aantrekkelijk klimaat biedt voor hun bedrijf, waardoor meer dan driekwart van de bedrijven voornamelijk actief is in het Schengengebied. Het positieve effect van Schengen op de economie van de EU wordt zeer gewaardeerd door bedrijven: 81 % van de bedrijven beschouwt het Schengengebied als een van de belangrijkste verwezenlijkingen van de EU.

Modernisering van de externe dimensie van Schengen: naar digitale Schengenvisa

De afgifte van Schengenvisa is sinds 2020 gestaag toegenomen. In 2023 werden bijna 10,4 miljoen aanvragen ingediend en werden meer dan 8,4 miljoen visa afgegeven. De vraag is in 2023 verschoven, gekenmerkt door een toename van het aantal aanvragen uit India, Turkije en Noord-Afrika en een aanzienlijke daling van het aantal aanvragen uit Rusland45.

Er worden inspanningen geleverd om de aanhoudende lange vertragingen bij het maken van afspraken en de verwerking van visumaanvragen terug te dringen — een trend die wordt bevestigd door de Schengenevaluaties van 2023. De uitbreiding van het personeel46 in consulaten met steun van EU-financiering moet de lidstaten in staat stellen de snelheid en de kwaliteit van de verwerking van visa te verbeteren. Voorts heeft de Commissie een proefproject opgezet om één wachtlijst op te stellen voor alle lidstaten op één locatie, waardoor het risico op visumshopping zou worden beperkt doordat de mogelijkheid om consulaten te kiezen, wordt uitgesloten.

In november 2023 werd de verordening betreffende de digitalisering van de visumprocedure47 vastgesteld. Zodra de nieuwe regels zijn ingevoerd, zullen visumaanvragen via een onlineplatform kunnen worden ingediend, waarbij niet langer omslachtige procedures worden toegepast die voornamelijk afhankelijk zijn van papierwerk. De Commissie, eu-LISA48 en de lidstaten zijn reeds begonnen met de uitvoering, die samen met de volledige uitvoering van het vernieuwde Visuminformatiesysteem49, een snellere procedure voor de afgifte van visa voor zowel reizigers als autoriteiten mogelijk zal maken.

Even belangrijk voor het verbeteren van de efficiëntie van de visumprocedures is het waarborgen van een kwalitatief hoogwaardig onderzoek van visumaanvragen. Uit Schengenevaluaties in 2023 is gebleken dat het algemene onderzoek van visumaanvragen gedegen is en dat er procedures bestaan om een kwalitatief hoogwaardige besluitvorming over visumaanvragen op de meeste bezochte locaties te waarborgen. In sommige consulaten moet de verwerking van visa echter nog worden verbeterd door de samenwerking met externe dienstverleners en workflows op de consulaten te stroomlijnen en door beter gebruik te maken van de beschikbare IT-instrumenten. De deskundigen van de Commissie en de lidstaten hebben in 2024 onaangekondigde bezoeken afgelegd aan de consulaten van Duitsland, Polen en Spanje en hun respectieve externe dienstverleners in Mumbai, rekening houdend met het feit dat India een van de grootste visumplichtige derde landen is en een groot deel van de ingediende aanvragen vertegenwoordigt. Hoewel de drie lidstaten over het algemeen voldoen aan het Schengenacquis, staan zij allemaal voor uitdagingen met hun externe dienstverleners, met name wat betreft het algemene beheer van persoonsgegevens en nationale IT-systemen voor visumverwerking.

Bijdragen aan de digitale toekomst van Europa met veilige digitale grensoplossingen

De ontwikkeling van digitale oplossingen ter versterking van het grenstoezicht kan het Schengengebied in staat stellen zich als wereldleider op het gebied van het faciliteren van naadloos en veilig reizen te positioneren. Investeringen in onderzoek en innovatie, onder meer in het kader van Horizon Europa, stellen ons in staat om in de komende decennia Europese oplossingen voor digitale reissystemen te verkennen en te ontwikkelen. In 2024 zal de Commissie een voorstel doen voor een verordening betreffende de digitalisering van reisdocumenten en het faciliteren van reizen, om te zorgen voor soepelere en veiligere grensoverschrijdingen en tegelijkertijd de reisprocessen te stroomlijnen. Het vrijwillige gebruik van digitale reisdocumenten zal zowel de reizigers — in de vorm van snellere grenscontroles — als de grensautoriteiten ten goede komen door hen in staat te stellen de nodige controles uit te voeren voordat de persoon aan de fysieke grens aankomt. Bovendien zal het de uitvoering van het inreis-uitreissysteem ondersteunen door niet-Europese reizigers in staat te stellen gegevens voorafgaand aan hun reis in te voeren, waardoor knelpunten en de tijd die bij aankomst aan de grens wordt doorgebracht, worden beperkt.

De komende lancering van het inreis-uitreissysteem (EES) en het Europees reisinformatie- en -autorisatiesysteem (Etias) zijn belangrijke bouwstenen voor het opzetten van ’s werelds technologisch meest geavanceerde en interoperabele grens-, immigratie- en veiligheidsbeheersysteem. In 2023 zijn de inspanningen versneld om ervoor te zorgen dat het inreis-uitreissysteem in het najaar van 2024 in gebruik wordt genomen. Het afgelopen jaar heeft de Commissie Bulgarije, Finland, Frankrijk, Duitsland, Hongarije en Slowakije 25,5 miljoen EUR extra verstrekt voor geïntegreerde oplossingen voor de facilitering en automatisering van grensoverschrijdingen. Hoewel er in het hele Schengengebied aanzienlijke vooruitgang is geboekt, lopen sommige lidstaten nog steeds achter, met name wat betreft de doeltreffende uitrusting van grensdoorlaatposten. De Commissie roept alle lidstaten op dringend vaart te zetten achter de voorbereidingen voor de tijdige uitvoering van het systeem, zoals bekrachtigd door de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken in oktober 2023.


Stand van zaken met betrekking tot de gereedheid van de grensdoorlaatposten voor de ingebruikneming van het EES

Tegelijkertijd wordt gewerkt aan de start van Etias in de eerste helft van 2025. Het overgrote deel van het rechtskader is vastgesteld50. De lidstaten, eu-LISA en Frontex moeten snel de centrale en nationale Etias-eenheden opzetten om een betere identificatie van reizigers mogelijk te maken. Op dit moment geven 21 van de 30 lidstaten die Etias toepassen aan op schema te liggen bij de uitvoering van het project, terwijl negen lidstaten hebben aangegeven dat zij met moeilijkheden worden geconfronteerd, hoewel deze niet van invloed zijn op de ingebruikneming. Sommige lidstaten kampen nog steeds met aanbestedings- of contractuele problemen, terwijl drie lidstaten te kampen hebben met vertragingen bij de toewijzing van financiële middelen.

Digitale grensoplossingen als onderdeel van grondige grenscontroles

De lopende ontwikkeling en ingebruikneming van digitale grensoplossingen biedt een ongeëvenaarde kans om ’s werelds veiligste en meest geavanceerde grensbeheersysteem in te voeren. Deze ontwikkelingen moeten echter hand in hand gaan met hoogwaardige en geharmoniseerde grenstoezichtsprocedures. De kwaliteit van de grenscontroles aan de buitengrenzen is een belangrijke prioriteit van de Unie. Grote passagiersstromen leveren enorme economische voordelen op voor het Schengengebied, maar leiden ook tot een steeds grotere druk op de middelen die nodig zijn om een kwalitatief hoogwaardig beheer van de buitengrenzen op basis van gedegen risicoanalyses te waarborgen.

Uit de Schengenevaluaties blijkt nog steeds dat de kwaliteit van de grenscontroles aan de buitengrenzen van de EU sterk uiteenloopt, waarbij met name bijzonder lage niveaus in sommige lidstaten opvallen. Dit is te wijten aan beperkte middelen, onvoldoende opleiding, een onvolledige verificatie van de voorwaarden voor binnenkomst en een beperkt gebruik van detectieapparatuur. Bij een van de onaangekondigde bezoeken in 2023 werden ernstige tekortkomingen vastgesteld51. Hoewel verschillende lidstaten52 de systematische controles aan de buitengrenzen met gebruik van alle relevante databanken hebben opgevoerd, blijft de kwestie een belangrijk punt van zorg. Er wordt nog steeds te weinig gebruikgemaakt van de zoekfunctie voor vingerafdrukken in het Schengen- en het Visuminformatiesysteem53 om te controleren of sprake is van veiligheidsdreigingen en om identiteitsfraude op te sporen. Uit Schengenevaluaties is gebleken dat de kwaliteit van de grenscontroles die door de lidstaten worden uitgevoerd met behulp van automatische grenscontroleoplossingen (ABC-gates) moet worden verbeterd om ervoor te zorgen dat de controle van de voorwaarden voor binnenkomst in de EU aan de veiligheidsnormen voldoet.

Bovendien kunnen grenswachters dankzij het delen van op voorhand af te geven passagiersgegevens reizigers vooraf in de relevante databanken controleren voordat zij in de EU aankomen, wat bijdraagt tot hun vermogen om grensoverschrijdende criminaliteit te bestrijden en tegelijkertijd de wachttijd voor reizigers om het Schengengebied binnen te komen, te verkorten. Hoewel de Schengenevaluaties van 2023 over het algemeen een positief beeld vertoonden met een doeltreffend gebruik van deze gegevens, is uit de toezichtactiviteiten van vorig jaar gebleken dat sommige lidstaten54 nog steeds geen of geen toereikende systemen hebben ingevoerd voor het verzamelen en gebruiken van op voorhand af te geven passagiersgegevens. Het nieuwe kader zal het potentieel ervan verder versterken door het verzamelen van gegevens te automatiseren en de combinatie met persoonsgegevens van passagiers (Passenger Name Record — PNR) te vergemakkelijken om reizigers met een hoog risico doeltreffend te identificeren.

Gezien het potentiële risico voor het Schengengebied moeten alle lidstaten de grenscontroles dringend verbeteren door te zorgen voor voldoende middelen, passende opleiding en een doeltreffende uitvoering van grensprocedures voor een adequate beoordeling van de voorwaarden voor binnenkomst en een tijdige opsporing van veiligheidsrisico’s, onder meer door het gebruik van biometrische identificatie te verbeteren.

 

5. EEN VEILIG SCHENGENGEBIED IN EEN VERANDERENDE GEOSTRATEGISCHE OMGEVING

Ondanks de wereldwijde toename van de georganiseerde misdaad is Europa volgens de Global Organised Crime Index van 202355 nog steeds een van de regio’s van de wereld met een laag criminaliteitsniveau. Dit is voornamelijk het gevolg van stabiele en robuuste kaders voor de bestrijding van criminaliteit, waarbij criminele organisaties minder kansen vinden om hun activiteiten binnen onze grenzen uit te breiden. Hoewel Europa volgens de Global Organised Crime Index van 2023 een wereldleider op het gebied van veerkracht56 is, blijft de regionale stabiliteit ongewis. Met name de gevolgen van de oorlog in Oekraïne, het conflict tussen Israël en Hamas en de opkomst van gewelddadig politiek extremisme in de onmiddellijke nabijheid van de EU kunnen aanzetten tot radicalisering in de EU. Tegelijkertijd maken georganiseerde criminele netwerken gebruik van nieuwe mogelijkheden om te profiteren van de toegenomen verwevenheid van samenlevingen.

Naar een coherente aanpak van de bestrijding van drugshandel

Criminele groepen zijn in toenemende mate multinationaal en polycrimineel. Zoals in 2023 werd waargenomen, houdt een groot deel van het geweld dat gerelateerd is aan de georganiseerde misdaad in Europa verband met de illegale drugshandel, die een aanzienlijk aantal criminelen aantrekt en aanzienlijke winsten genereert57.

De toenemende diversiteit en complexiteit van de drugsmarkten in de EU brengt nieuwe uitdagingen met zich mee, die een alomvattend Europees antwoord vereisen. In de onlangs afgeronde thematische Schengenevaluatie inzake drugshandel werd benadrukt dat de EU en de lidstaten slechts een gedeeltelijk beeld van het verschijnsel hebben, aangezien slechts een klein percentage van de drugs die in het Schengengebied worden verhandeld, wordt opgespoord en in beslag wordt genomen. Opsporing moet hand in hand gaan met de ontmanteling van criminele structuren. Voorts zijn een geïntegreerde coördinatie en samenwerking tussen rechtshandhavingsinstanties van fundamenteel belang voor een multidisciplinaire aanpak van de bestrijding van drugshandel op alle niveaus. Het Schengenacquis en de bestaande instrumenten ter bestrijding van de georganiseerde criminaliteit vormen waardevolle middelen voor de bestrijding van drugshandel. Om het effect ervan te maximaliseren, moet de huidige toepassing ervan echter worden versterkt.

In oktober 2023 heeft de Commissie het EU-stappenplan voor de bestrijding van drugshandel en georganiseerde criminaliteit58 aangenomen, waarin onder meer maatregelen worden voorgesteld om de veerkracht van logistieke knooppunten, die vaak door mensenhandel worden getroffen, te vergroten en criminele netwerken met een hoog risico te ontmantelen. Het stappenplan wordt reeds uitgevoerd, zoals te zien is aan de start van de Europese havenalliantie. Dit publiek-private partnerschap brengt alle relevante belanghebbenden samen, met inbegrip van de particuliere sector, om oplossingen te vinden om havens te beschermen tegen drugshandel en criminele infiltratie. Samen met de uitvoering van de vastgestelde beste praktijken zijn deze initiatieven waardevolle hulpmiddelen voor de bestrijding van drugshandel.

Deze acties moeten worden aangevuld met een nauwe samenwerking met partners over de hele wereld om de belangrijkste aanvoerroutes aan te pakken. In 2023 heeft de Commissie samen met de betrokken lidstaten het bereik in derde landen opgevoerd, waarbij zij begon met Latijns-Amerika. Op basis van het door de EU en Ecuador ondertekende memorandum van overeenstemming zal in het voorjaar van 2024 een politieke dialoog op hoog niveau worden gehouden.

Van ad-hocmaatregelen tot gestructureerde grensoverschrijdende oplossingen om gemeenschappelijke uitdagingen aan te pakken

Bij grensoverschrijdende samenwerking wordt op doeltreffende wijze een evenwicht gevonden tussen het handhaven van de veiligheid van de burgers en het vermijden van verstoringen van grensoverschrijdende verplaatsingen59. Tegen deze achtergrond is de herinvoering van binnengrenstoezicht een specifiek punt van zorg voor de Commissie geweest. In het kader van het verslag over de staat van Schengen 2023 heeft de Commissie overleg gepleegd met alle lidstaten die betrokken zijn bij binnengrenstoezicht om de onderliggende redenen voor de herinvoering van dergelijke controles en de gevolgen ervan te bespreken. Uit het overleg met de Schengencoördinator60 is gebleken dat de controles in de meeste grenssegmenten niet systematisch van aard zijn en dat de grensoverschrijdende samenwerking over het algemeen is toegenomen. Op basis van de raadpleging heeft de Commissie ook een nieuwe Aanbeveling (EU)2024/26861 aangenomen, waarin de aanbevelingen van voorgaande jaren opnieuw worden onderzocht en aangevuld met de lessen die zijn getrokken bij de bestrijding van ernstige bedreigingen voor de openbare orde of de binnenlandse veiligheid.

Enkele lidstaten hebben in oktober 2023, als reactie op de toenemende migratiedruk aan de buitengrenzen van de EU en de toename van terroristische dreigingen in het Schengengebied, opnieuw controles ingevoerd aan nieuwe delen van de binnengrenzen. Sindsdien heeft de Schengencoördinator de nauwe dialoog voortgezet, zowel met de lidstaten die betrokken zijn bij het langdurige binnengrenstoezicht als met de lidstaten die betrokken zijn bij de recentere herinvoering van binnengrenstoezicht, om hen te ondersteunen bij de uitvoering van de in Aanbeveling (EU) 2024/268 vastgestelde maatregelen. Hierdoor is in de afgelopen maanden aanzienlijke vooruitgang geboekt in verschillende grenssegmenten. Met name meldden alle lidstaten die opnieuw binnengrenstoezicht hebben ingevoerd dat zij de grensoverschrijdende politiële samenwerking met hun buurlanden aanzienlijk hebben opgevoerd, met inbegrip van gezamenlijke patrouilles en samenwerking op het gebied van overname. Aan de Oostenrijks-Hongaarse grens worden besprekingen gevoerd om een taskforce grensbeveiliging op te richten, die zou zijn gebaseerd op een trilaterale overeenkomst tussen Hongarije, Servië en Oostenrijk en die een hoger niveau van samenwerking bij de bestrijding van grensoverschrijdende criminaliteit en grensbescherming mogelijk zou maken. Naast het regionale samenwerkingsinitiatief tussen Oostenrijk, Bulgarije, Griekenland, Hongarije, Roemenië en Slowakije volgens een routebrede aanpak, is ook de grensoverschrijdende samenwerking tussen Kroatië, Slovenië en Italië aanzienlijk versterkt na de ondertekening van een intentieverklaring door de hoofden van politie van de drie lidstaten om de gezamenlijke samenwerking verder te ontwikkelen, met inbegrip van de versterking van bilaterale gezamenlijke patrouilles en de organisatie van trilaterale gezamenlijke patrouilles aan de Kroatische grens met Bosnië en Herzegovina.

Voorts heeft Europol zijn operationele steun aan de lidstaten ter bestrijding van migrantensmokkel opgevoerd. Zo heeft het Bulgarije ondersteund via een regionale operationele taskforce (OTF) om het onderzoek in gevallen van migrantensmokkel te versterken.

Voortbouwend op deze positieve ontwikkelingen werd het binnengrenstoezicht aan de Tsjechisch-Slowaakse grens, de Slowaaks-Hongaarse grens en de Pools-Slowaakse grens vanaf respectievelijk januari, februari en maart 2024 opgeheven. Een vergelijkbare vooruitgang wordt in de komende maanden verwacht aan de Italiaans-Sloveense en de Sloveens-Kroatische grens.

De lidstaten kunnen gebruik blijven maken van reeds bestaande bilaterale overnameovereenkomsten of -regelingen om een onderdaan van een derde land opnieuw over te dragen aan een naburige lidstaat, zoals bepaald in artikel 6, lid 3, van de terugkeerrichtlijn. Recente jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie62 bevestigt dat de tijdelijke herinvoering van binnengrenstoezicht de lidstaten niet ontslaat van de verplichting om de regels en waarborgen van de terugkeerrichtlijn toe te passen. Dit mag echter geen afbreuk doen aan het gebruik van bilaterale overnameovereenkomsten of -regelingen aan de binnengrenzen, in plaats van een terugkeerbesluit uit te vaardigen, aangezien de terugkeerrichtlijn uitdrukkelijk in deze mogelijkheid voorziet. De Schengencoördinator zal de uitvoering van bilaterale overnameovereenkomsten en -regelingen blijven bespreken en de samenwerking tussen de autoriteiten van de lidstaten bij de doeltreffende toepassing ervan blijven bevorderen. In dezelfde geest zullen de diensten van de Commissie nauwlettend toezien op de vaststelling van praktische regelingen voor de uitvoering van de overdrachtsprocedure63 in het kader van de herziene Schengengrenscode.

De Schengencoördinator zal de lidstaten ook blijven ondersteunen bij het versterken van hun grensoverschrijdende samenwerking om het binnengrenstoezicht geleidelijk af te schaffen, in het bijzonder aan de grenzen die aanvullende gezamenlijke maatregelen vereisen, met name de Frans-Spaanse grens, de Duits-Oostenrijkse grens en de Duits-Poolse grens. Dit toezicht onttrekt cruciale middelen aan het beheer van de buitengrenzen en heeft negatieve sociaal-economische gevolgen. Na het akkoord over de herziening van de Schengengrenscode zullen de lidstaten over aanvullende instrumenten beschikken om problemen op het gebied van veiligheid en migratie aan te pakken met behulp van alternatieve maatregelen, waaronder de nieuwe overdrachtsprocedure en een versterkte politiële samenwerking.

Het afgelopen jaar zijn tegelijkertijd inspanningen geleverd om te zorgen voor de volledige uitvoering van de maatregelen die zijn voorzien in de aanbeveling van de Raad van 2022 inzake operationele samenwerking op het gebied van rechtshandhaving64. Deze biedt oplossingen om problemen op het gebied van operationele samenwerking tussen rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten het hoofd te bieden. Er hebben vier workshops van deskundigen plaatsgevonden en de Commissie heeft een oproep gedaan voor operationele samenwerkingsprojecten op het gebied van rechtshandhaving in het kader van het Fonds voor interne veiligheidPolitie (9 miljoen EUR), in het kader waarvan reeds zes nieuwe projecten zijn gefinancierd waarbij dertien verschillende lidstaten65 betrokken zijn. De Commissie zal in de komende maanden verslag uitbrengen over de maatregelen die zijn genomen om de volledige uitvoering van de aanbeveling van de Raad te waarborgen en zal zich blijven inspannen voor de oprichting van een permanente deskundigengroep inzake operationele samenwerking op het gebied van rechtshandhaving, die zal dienen als platform voor de rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten om beste praktijken en uitdagingen op het gebied van grensoverschrijdende samenwerking uit te wisselen.

In de Schengenevaluaties van 2023 werden positieve ontwikkelingen waargenomen met betrekking tot nauwere politiële samenwerking, met name op lokaal niveau. Veel lidstaten staan nu toe dat autoriteiten uit naburige lidstaten die bij gezamenlijke operaties betrokken zijn, identiteitscontroles uitvoeren of personen vasthouden die dergelijke controles proberen te vermijden. Dit is van essentieel belang om te voorkomen dat criminele netwerken profiteren van de afwezigheid van controles aan de binnengrenzen. De lidstaten moeten echter nog steeds zorgen voor veilige realtimecommunicatie die over de grenzen heen kan plaatsvinden. Er lopen verschillende projecten, met name in het kader van het “BroadNet-project”, dat de operationele radioprocedures van het toekomstige pan-Europese radiosysteem zal bepalen.

Uit Schengenevaluaties is ook gebleken dat de werking van de centra voor politiële en douanesamenwerking is verbeterd, die de coördinatie van gezamenlijke patrouilles en de ontwikkeling van regionale gezamenlijke analyses nu doeltreffender ondersteunen. Er is echter ruimte om deze inlichtingen verder te integreren in risicobeoordelingen, door systematischer procedures voor de uitwisseling van informatie vast te stellen. De applicatie voor veilige informatie-uitwisseling (Siena) moet dringend in verschillende van deze centra worden uitgerold om een nauwere samenwerking en informatie-uitwisseling met Europol mogelijk te maken.

De lidstaten moeten een strategischere aanpak van grensoverschrijdende samenwerking hanteren, door ook de inlichtingen en informatie aan de buitengrenzen en binnen het Schengengebied te koppelen in één (nationaal) situatiebeeld door middel van versterkte samenwerking en informatie-uitwisseling tussen de centrale contactpunten, met de nationale coördinatiecentra en de centra voor politiële en douanesamenwerking via de applicatie voor veilige informatie-uitwisseling (Siena). Bestaande samenwerkingsinitiatieven moeten worden verankerd in regionale overkoepelende initiatieven. De nationale strategieën en processen met betrekking tot grensoverschrijdende criminaliteit en daarmee samenhangende uitdagingen, met inbegrip van secundaire bewegingen, moeten worden geactualiseerd. Zij moeten de nieuwe mogelijkheden in het kader van de Schengengrenscode en de aanbeveling van de Raad inzake operationele samenwerking op het gebied van rechtshandhaving omvatten. In dit verband speelt de actualisering van bilaterale overeenkomsten inzake grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van rechtshandhaving een belangrijke rol. Het nieuwe Benelux-verdrag inzake politiesamenwerking tussen België, Luxemburg en Nederland geeft het goede voorbeeld door een nauwere regionale samenwerking mogelijk te maken66, onder meer op het gebied van achtervolgingen en grensoverschrijdende bewaking. Voorts werken Roemenië en Bulgarije, ter voorbereiding van de volledige toepassing van het Schengenacquis in deze landen, hun bilaterale overeenkomsten met naburige lidstaten bij.

Informatie-uitwisseling en gegevensbescherming

Een veilig Schengengebied vereist een gestage informatiestroom tussen de autoriteiten in verschillende lidstaten, met volledige inachtneming van de hoge gegevensbeschermingsnormen van de EU. Het inreis-uitreissysteem en Etias, in combinatie met de nieuwe Eurodac-databank, bieden de Unie doeltreffendere instrumenten aan de buitengrenzen, die de identificatie ondersteunen, secundaire bewegingen voorkomen en bijdragen tot doeltreffendere procedures. Met het vernieuwde Schengeninformatiesysteem is de interne veiligheid van het Schengengebied versterkt door de toegang tot, het gebruik van en de gegevens in het SIS uit te breiden. De start in maart 2023 werd met succes uitgevoerd en het systeem werd door tal van autoriteiten in de lidstaten geïntegreerd, zonder operationele of technische problemen. Uit Schengenevaluaties is gebleken dat de lidstaten steeds vaker gebruikmaken van de nieuwe functies en nieuwe signaleringscategorieën in het systeem invoeren67, hoewel er nog ruimte voor verbetering is om het gebruik van deze gegevens te optimaliseren. Bovendien uploaden sommige lidstaten niet consequent vingerafdrukgegevens en is er ook een aanhoudend gebrek aan middelen en onvoldoende capaciteitsopbouw bij de Sirene-bureaus van de lidstaten, waardoor de algemene informatie-uitwisseling tussen de lidstaten aanzienlijk wordt belemmerd. Om een volledige uitwisseling van informatie te waarborgen, moeten alle lidstaten een volledig functioneel centraal contactpunt (Single Point of Contact — SPOC) oprichten dat over voldoende middelen beschikt, zoals bepaald in de in mei 2023 aangenomen richtlijn betreffende de uitwisseling van informatie tussen rechtshandhavingsinstanties. Zoals tijdens Schengenevaluaties is geconstateerd, maken veel SPOC’s nog steeds geen gebruik van één casemanagementsysteem. Hoewel meer dan de helft van de lidstaten goed gevorderd is met de omzetting van de richtlijn in nationaal recht, moeten de uitvoeringsinspanningen worden opgevoerd.

De lidstaten moeten er echter voor zorgen dat de intensievere uitwisseling van informatie, met inbegrip van persoonsgegevens, door rechtshandhavingsinstanties en justitiële autoriteiten plaatsvindt met volledige inachtneming van de vereisten inzake gegevensbescherming. De autoriteiten die grootschalige IT-systemen beheren en gebruiken, moeten ervoor zorgen dat de gegevensbeschermingsvereisten in de praktijk worden nageleefd en dat de naleving regelmatig wordt gemonitord om kwetsbaarheden in de systemen, met inbegrip van de onrechtmatige verwerking van persoonsgegevens, op te sporen. Uit de Schengenevaluaties die in 2023 werden verricht, is gebleken dat dit nog steeds niet de regel is. Bovendien houden gegevensbeschermingsautoriteiten niet altijd volledig toezicht op de rechtmatigheid van de verwerking van persoonsgegevens in grootschalige IT-systemen en moeten zij hun werkzaamheden intensiveren. Sommige gegevensbeschermingsautoriteiten hebben nog steeds extra financiële en personele middelen nodig.

Tot slot vereist de overgang op het digitale beheer van het Schengengebied een krachtig en flexibel beheer van de systemen. Daartoe voert de Commissie een evaluatie uit van het Agentschap van de Europese Unie voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen (eu-LISA), overeenkomstig artikel 39 van de eu-LISA-verordening68.

 

Prioriteiten voor een veiliger Schengengebied

- Uitvoering van een strategische aanpak van grensoverschrijdende samenwerking, waarbij de nationale en Europese prioriteiten op elkaar worden afgestemd en de inlichtingen aan de buitengrenzen en binnen het Schengengebied in één (nationaal) situatiebeeld met elkaar worden verbonden, door ook de centrale contactpunten te versterken overeenkomstig Richtlijn (EU) 2023/977.
- De nodige maatregelen voor politiële samenwerking vaststellen om bestaande en opkomende migratie- en veiligheidsrisico’s aan te pakken, in nauwe samenwerking met naburige lidstaten in de regio, door volledige uitvoering te geven aan Aanbeveling (EU) 2022/915 van de Raad inzake operationele samenwerking op het gebied van rechtshandhaving en in overeenstemming met Aanbeveling (EU) 2024/268 van de Commissie betreffende samenwerking tussen de lidstaten.
- De op alle niveaus beschikbare inlichtingen volledig benutten door Siena volledig uit te rollen, ook in de centra voor politiële en douanesamenwerking.
- Het gebruik van SIS-gegevens maximaliseren door gebruik te maken van alle nieuwe functies en door middelen en capaciteiten toe te wijzen aan de Sirene-bureaus.
- Ervoor zorgen dat meer informatie wordt uitgewisseld met volledige inachtneming van de vereisten inzake gegevensbescherming.
- Actief bijdragen aan het EU-stappenplan voor de bestrijding van drugshandel en georganiseerde criminaliteit door ook de beste praktijken toe te passen die zijn vastgesteld in de thematische Schengenevaluatie inzake de bestrijding van drugshandel.
6. VOLGENDE STAPPEN

Uit dit verslag blijkt dat cruciale wetgevende en operationele ontwikkelingen zijn verwezenlijkt om de in het verslag over de staat van Schengen 2023 vastgestelde prioriteiten uit te voeren. Er zijn met name specifieke maatregelen genomen om de Schengengovernancecyclus te consolideren en verder te versterken, de buitengrenzen van de EU verder te versterken, de doeltreffendheid van het terugkeersysteem te vergroten, de binnenlandse veiligheid te verbeteren en het visumbeleid van de EU beter uit te voeren. Er zijn ook belangrijke eerste stappen gezet om het Schengengebied te voltooien met de aanneming van het besluit van de Raad tot opheffing van de controles aan de interne lucht- en zeegrenzen met Bulgarije en Roemenië in december. In het verslag over de staat van Schengen 2024 zijn de resterende tekortkomingen in verband met de uitvoering van de cyclus 2023-2024 vastgesteld, alsook de nieuwe uitdagingen voor het Schengengebied en de prioritaire acties voor de Schengencyclus 2024-2025.

Daarnaast heeft de Commissie, om de uitvoering van deze prioriteiten te vergemakkelijken, ook een voorstel ingediend voor een aanbeveling van de Raad voor de Schengencyclus 2024/2025 en verzoekt zij de Raad deze tijdens de komende zitting van de Raad Schengen in juni 2024 aan te nemen69.

De elementen die in deze nieuwe Schengencyclus naar voren worden gebracht, moeten de basis vormen voor een intensievere politieke dialoog op zowel nationaal als Europees niveau, waaronder in zowel het Europees Parlement als de Raad.

1 Met het verslag over de staat van Schengen 2024 voldoet de Commissie aan de wettelijke verplichting om een verslag in te dienen overeenkomstig artikel 25 van Verordening (EU) 922/2022 van de Raad en artikel 33 van de Schengengrenscode.

2 C(2023) 8139 final.

3 Zo is de Raad, in vergelijking met de COVID-19-pandemie, bevoegd om tijdelijke reisbeperkingen voor de hele EU op te leggen in geval van wijdverbreide bedreigingen van de volksgezondheid en om afwijkingen van inreisbeperkingen toe te staan voor bepaalde categorieën personen die worden geacht essentiële reizen uit te voeren.

4 Richtlijn (EU) 2023/977 van het Europees Parlement en de Raad van 10 mei 2023 betreffende de uitwisseling van informatie tussen de rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten en tot intrekking van Kaderbesluit 2006/960/JBZ van de Raad (PB L 134 van 22.5.2023, blz. 1).

5 Verordening (EU) 2024/982 van het Europees Parlement en de Raad van 13 maart 2024 betreffende de geautomatiseerde gegevensbevraging en -uitwisseling ten behoeve van politiële samenwerking en tot wijziging van de Besluiten 2008/615/JBZ en 2008/616/JBZ van de Raad en de Verordeningen (EU) 2018/1726, (EU) 2019/817 en (EU) 2019/818 van het Europees Parlement en de Raad (de Prüm II-verordening) (PB L, 2024/982 5.4.2024, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2024/982/oj).

6 Richtlijn 2011/36/EU van het Europees Parlement en de Raad van 5 april 2011 inzake de voorkoming en bestrijding van mensenhandel en de bescherming van slachtoffers daarvan, en ter vervanging van Kaderbesluit 2002/629/JBZ van de Raad (PB L 101 van 15.4.2011, blz. 1).

7 Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende maatregelen voor de invoer, uitvoer en doorvoer van vuurwapens, hun essentiële onderdelen en munitie, tot uitvoering van artikel 10 van het Protocol van de Verenigde Naties tegen de illegale vervaardiging van en handel in vuurwapens, hun onderdelen, componenten en munitie, tot aanvulling van het Verdrag van de Verenigde Naties ter bestrijding van grensoverschrijdende georganiseerde misdaad (VN-protocol inzake vuurwapens) (herschikking) (COM(2022) 480 final).

8 COM(2023) 754 en COM(2023) 755.

9 COM(2023) 754.

10 Kroatisch nationaal bureau voor toerisme: “CROATIA VISITED BY 20.6 MILLION TOURISTS IN 2023”, persbericht, 3.1.2024: https://www.htz.hr/en-GB/press/press-releases/croatia-visited-206-million-tourists-2023.

11 In 2023 zijn de gezamenlijke patrouilles tussen Kroatië en Slovenië toegenomen tot 864, ten opzichte van 437 in 2022.

12 Besluit (EU) 2024/210 van de Raad van 30 december 2023 betreffende de volledige toepassing van de bepalingen van het Schengenacquis in de Republiek Bulgarije en Roemenië.

13 In november 2023 coördineerde de Commissie in overleg met Bulgarije een aanvullende en vrijwillige onderzoeksmissie. Dit aanvullende onderzoek leverde recente en aanvullende informatie op over de uitvoering van het Schengenacquis door Bulgarije, rekening houdend met de resultaten van de twee vorige missies. Document 16090/23 van de Raad.

14 “Bulgaria and Romania strengthen cooperation on border and migration management,” maart 2024, beschikbaar op https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/en/ip_24_1283.

15 Sinds Cyprus op het Schengeninformatiesysteem is aangesloten, zijn ongeveer twintig gezochte personen aangehouden op basis van een Europees aanhoudingsbevel, waarvan ongeveer driekwart reeds is overgeleverd aan de invoerende lidstaat.

16 Justitiële samenwerking in strafzaken, samenwerking op het gebied van drugs en artikel 26 van de Schengenovereenkomst, waarin de verplichtingen van vervoerders uiteen worden gezet wanneer zij onderdanen van derde landen vervoeren aan wie de toegang tot het grondgebied is geweigerd.

17 Toespraak over de staat van de Unie, 13 september 2023.

18 In overeenstemming met het gemeenschappelijk model voor geïntegreerde risicoanalyse (CIRAM).

19 De resultaten van de eerste en de tweede cyclus van Schengenevaluaties zijn verspreid over meer dan tweehonderd verslagen, met meer dan 5 000 aanbevelingen tot gevolg.

20 Het geaggregeerde Schengenscorebord geeft ook een score voor en visualiseert de algemene uitvoering van de aanbevelingen die voortvloeien uit Schengenevaluaties voor alle Schengenlidstaten. Overeenkomstig de methode die in december 2023 met de lidstaten is overeengekomen, is het onderverdeeld in zes beleidsdimensies, die elk betrekking hebben op belangrijke aspecten voor de doeltreffende werking van het Schengengebied: nationale Schengengovernance, de externe dimensie, het beheer van de buitengrenzen, terugkeer, alternatieve maatregelen voor binnengrenstoezicht en binnenlandse veiligheid. Op basis van de individuele Schengenscoreborden waarop aan de lidstaten scores worden toegekend voor de mate van uitvoering van de aanbevelingen, wordt met de visualisering de gemiddelde score per dimensie in alle lidstaten (weergegeven door gekleurde staven) getoond en laat deze zien hoe de scores van de lidstaten binnen elke dimensie over kwartielen worden verdeeld (aangegeven door het aantal lidstaten in elk kwartiel). Zo krijgt de dimensie “binnenlandse veiligheid” een totaalscore van 68 %. Binnen deze dimensie behalen negen lidstaten scores van 75 % of meer, scoren veertien lidstaten tussen de 50 en 74 % en heeft één lidstaat een score tussen de 25 en 49 %.

21 Buitengewone bijeenkomst van de Europese Raad (9 februari 2023), bijeenkomst van de Europese Raad (23 maart 2023), bijeenkomst van de Europese Raad (29 en 30 juni 2023), bijeenkomst van de Europese Raad (26 en 27 oktober 2023) en bijeenkomst van de Europese Raad (14 en 15 december 2023).

22 Ongeveer 20 % van de nationale verbindingsfunctionarissen is geregistreerd op het gemeenschappelijke platform voor informatie-uitwisseling.

23 Momenteel zijn er elf Europese verbindingsfunctionarissen voor migratie (EMLO’s) in elf derde landen; negen Europese verbindingsfunctionarissen voor terugkeer (EURLO’s) bestrijken dertien derde landen en het netwerk van immigratieverbindingsfunctionarissen (IAO), bestaande uit bijna 472 verbindingsfunctionarissen, wordt in meer dan honderd landen ingezet. De inzet van Frontex-verbindingsfunctionarissen (FLO’s) in derde landen bestrijkt in totaal vijftien landen. Europol heeft één uitgezonden functionaris in Moldavië. Het EUAA heeft alleen personeel voor langetermijnmissies, dat wil zeggen in de Westelijke Balkan, maar voorziet een verbindingsfunctionaris in Egypte. Eurojust herbergt elf verbindingsofficieren van justitie uit derde landen.

24 In Turkije — gevestigd in Ankara, Westelijke Balkan — Belgrado (gevestigd in Belgrado, voor Servië, Bosnië en Herzegovina en Montenegro) en Tirana (gevestigd in Tirana, voor Albanië, Noord-Macedonië en Kosovo*), West-Afrika — Niger (gevestigd in Niamey) en Senegal (gevestigd in Dakar, voor Senegal, Gambia en Mauritanië), Oostelijk Partnerschap (tijdelijk gevestigd in Chisinau, voor Moldavië, Oekraïne, Georgië, Armenië en Azerbeidzjan).

25 Albanië, Moldavië, Montenegro, Noord-Macedonië, Servië.

26 Albanië, Armenië, Azerbeidzjan, Belarus, Bosnië en Herzegovina, Canada, Kaapverdië, Georgië, Kosovo*, Moldavië, Montenegro, Nigeria, Noord-Macedonië, Rusland, Servië, Turkije, Oekraïne, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten van Amerika en Rusland en Belarus (de twee laatstgenoemde zijn opgeschort).

27 Verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de evaluatie van Verordening (EU) 2019/1896 betreffende de Europese grens- en kustwacht, met inbegrip van een evaluatie van het permanente korps (COM(2024) 75 final).

28 Tussen 2015 en september 2023 zijn meer dan een miljoen asielaanvragen ingediend door visumvrije onderdanen, wat neerkomt op 17 % van het totale aantal asielaanvragen. In 2023 werd 23 % van de asielaanvragen ingediend door visumvrije onderdanen.

29 COM(2023) 642 final.

30 Litouwen ontving bijvoorbeeld een aanvullende 24 miljoen EUR om illegale binnenkomsten uit Rusland en Belarus tot een minimum te beperken. Voorts werd nog eens 80 miljoen EUR beschikbaar gemaakt om het grenstoezicht langs de Westelijke Balkanroute te versterken. Dit vormt een aanvulling op de 55,8 miljoen EUR die in 2023 werd toegewezen om de grenstoezichtscapaciteit in Bulgarije en Roemenië te versterken. Er is ook aanzienlijke financiering beschikbaar gesteld voor de verbetering van de elektronische bewakingssystemen aan de landbuitengrenzen (141,2 miljoen EUR) in Bulgarije, Kroatië, Griekenland, Litouwen en Hongarije. Er is ook EU-financiering beschikbaar gemaakt voor de aankoop van uitrusting en het ter beschikking stellen hiervan aan het Agentschap voor zijn grensbewakingscapaciteit.

31 In 2023 werd aan zes lidstaten het gebruik van onbemande luchtvaartuigen toegekend voor bewaking in het kader van de specifieke actie van het instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid, die ter beschikking werden gesteld van Frontex. Deze apparatuur is toegankelijk voor het Agentschap voor een duur van maximaal vier maanden per jaar en omvat zes hybride op afstand bestuurde verticale start- en landingsvliegtuigen, drie systemen bestaande uit drie op afstand bestuurde verticale start- en landingsvliegtuigen, twee systemen ter bestrijding van onbemande luchtvaartuigen en twee verankerde bewakingssystemen.

32 Verordening (EU) 2019/1896 van het Europees Parlement en de Raad van 13 november 2019 betreffende de Europese grens- en kustwacht en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1052/2013 en Verordening (EU) 2016/1624 (PB L 295 van 14.11.2019, blz. 1).

33 Specifieke actie van het instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid inzake Frontex-uitrusting (uitrusting voor nationale componenten van de Europese grens- en kustwacht, aangekocht in het kader van het instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid en ter beschikking gesteld van Frontex om zijn operationele capaciteit te vergroten, overeenkomstig artikel 64, lid 14, van Verordening (EU) 2019/1896).

34 14,3 miljoen EUR aan noodhulp uit de thematische faciliteit van het AMIF werd toegekend aan de Internationale Organisatie voor Migratie om Italië te helpen bij de overdracht van migranten van Lampedusa.

359534/2/23 REV 2.

3615925/23.

37 Er hebben al twee vergaderingen met betrekking tot Bangladesh en Pakistan plaatsgevonden en in april 2024 zullen extra vergaderingen plaatsvinden.

38 Frontex heeft in 2023 ongeveer 40 000 terugkeeroperaties uitgevoerd (een stijging van 58 % ten opzichte van 2022). Slechts vijf lidstaten waren echter goed voor bijna driekwart van de door het Agentschap ondersteunde commerciële vluchten.

39 In 2023 hebben de lidstaten via de gezamenlijke re-integratiediensten van Frontex meer dan 97 000 mensen uit 34 derde landen terugkeer- en re-integratiesteun aangeboden.

40 EU-financiering en Frontex-steun hebben een belangrijke rol gespeeld bij de ontwikkeling van nationale structuren voor terugkeerbegeleiding.

41 Aanbeveling van de Commissie van 16 maart 2023 betreffende de wederzijdse erkenning van terugkeerbesluiten en het versnellen van terugkeer bij de uitvoering van Richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad (C(2023) 1763 final).

42 Artikel 25 bis van de Visumcode.

43 Het is goed voor meer dan 6 % van de totale werkgelegenheid in de EU.

44 IATA, “Air Passenger Market Analysis”, december 2023, beschikbaar op https://www-prod.iata.org/en/iata-repository/publications/economic-reports/airline-revenue-to-surpass-pre-pandemic-levels-in-2023/.

45 Op 9 september 2022 heeft de Raad ermee ingestemd de visumversoepelingsovereenkomst van de EU met Rusland volledig op te schorten. Op 30 september 2022 heeft de Commissie richtsnoeren aan de lidstaten gepresenteerd over visumprocedures en over grenscontroles voor Russische burgers aan de buitengrenzen van de EU. https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/nl/ip_22_5903.

46 In december 2023 waren reeds 16 personeelsleden ingezet bij consulaten in derde landen met financiële steun in het kader van het instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visabeleid. Het aantal zal de komende jaren naar verwachting toenemen, met als doel tegen 2029 1 527 personeelsleden in te zetten op consulaten.

47 Verordening (EU) 2023/2667 van het Europees Parlement en de Raad van 22 november 2023 tot wijziging van Verordeningen (EG) nr. 767/2008, (EG) nr. 810/2009 en (EU) 2017/2226 van het Europees Parlement en de Raad, Verordeningen (EG) nr. 693/2003 en (EG) nr. 694/2003 van de Raad en de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen wat betreft de digitalisering van de visumprocedure, PB L 2023/2667, 7.12.2023, ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2023/2667/oj.

48 Zodra de technische specificaties van het platform en van de digitale visa zijn vastgesteld, zal eu-LISA kunnen beginnen met de bouw van het EU-visumaanvraagplatform voor de ingebruikneming die voor 2028 gepland is.

49 Het herziene Visuminformatiesysteem zal naar verwachting in het najaar van 2026 volledig operationeel zijn.

50 Er zijn 26 uitvoerings- en gedelegeerde handelingen vastgesteld en drie aanvullende handelingen bevinden zich in de definitieve goedkeuringsprocedure.

51 De betrokken autoriteiten werken nauw samen met de Commissie, via de Schengencoördinator, om de ernstige tekortkomingen snel aan te pakken.

52 De ernstige tekortkomingen die in 2022 in Spanje en IJsland werden vastgesteld, zijn verholpen.

53 In 2023 bedroeg het gemiddelde aandeel controles in het Visuminformatiesysteem aan de buitengrenzen aan de hand van vingerafdrukken 48 %. Positief is dat België, IJsland, Letland, Luxemburg en Nederland de drempel van 80 % hebben gehaald.

54 Met name België, Frankrijk, Griekenland, IJsland en Letland.

55 Wereldwijd initiatief tegen transnationale georganiseerde misdaad: Global-organized-crime-index-2023-web-compressed-compressed.pdf (globalinitiative.net).

56 In de index wordt “veerkracht” gedefinieerd als het vermogen om door middel van politieke, economische, juridische en sociale maatregelen het hoofd te bieden aan georganiseerde criminele activiteiten als geheel in plaats van tegen individuele markten. Een totale score van 6,27, ver boven het mondiale gemiddelde van 4,81. Bijzonder hoge scores voor “internationale samenwerking” (7,24), “nationaal beleid en nationale wetten” (6,85) en “territoriale integriteit” (6,48).

57 Volgens Europol heeft de drugsmarkt in de EU naar schatting een minimale detailhandelswaarde van 31 miljard EUR.

58 Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over het EU-stappenplan voor de bestrijding van drugshandel en georganiseerde criminaliteit.

59 Het Schengengebied telt ongeveer veertig interne landgrensregio’s, die 40 % van het grondgebied van de Unie beslaan en waar bijna 30 % van de EU-bevolking woont.

60 PB L, 2024/268, 17.1.2024, ELI: http://data.europa.eu/eli/reco/2024/268/oj.

61 Aanbeveling (EU) 2024/268 van de Commissie van 23 november 2023 betreffende samenwerking tussen de lidstaten met betrekking tot ernstige bedreigingen voor de binnenlandse veiligheid en de openbare orde in het gebied zonder binnengrenstoezicht, PB L, 2024/268, 17.1.2024.

62 Zaak C-143/22.

63 De overdrachtsprocedure is een nieuw instrument om secundaire bewegingen binnen het Schengengebied aan te pakken. Het stelt de lidstaten in staat illegaal verblijvende onderdanen van derde landen die in grensregio’s in het kader van bilaterale samenwerking zijn aangehouden, over te dragen aan de lidstaat van waaruit zij rechtstreeks zijn gekomen.

64 Aanbeveling (EU) 2022/915 van de Raad van 9 juni 2022 inzake operationele samenwerking op het gebied van rechtshandhaving: https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=CELEX%3A32022H0915

65 Polen, Tsjechië, Duitsland, Spanje, Frankrijk, Oostenrijk, Ierland, Luxemburg, België, Litouwen, Letland, Roemenië en Bulgarije.

66 https://www.benelux.int/nl/publication/nieuw-benelux-verdrag-inzake-politiesamenwerking/.

67 Sinds 7 maart 2023 zijn er meer dan 430 000 signaleringen inzake terugkeer, meer dan 11 500 signaleringen van kwetsbare personen, meer dan 900 signaleringen van personen en voorwerpen met het oog op onderzoekscontroles en meer dan 45 signaleringen van onbekende personen die worden gezocht in het SIS ingevoerd.

68 Verordening (EU) 2018/1726 van het Europees Parlement en de Raad van 14 november 2018 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (eu-LISA), tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1987/2006 en Besluit 2007/533/JBZ van de Raad en tot intrekking van Verordening (EU) nr. 1077/2011.

69 De prioritaire tekstvakken die in dit verslag zijn vastgesteld, moeten worden gelezen als aanvulling op het voorstel voor een aanbeveling van de Raad en zijn bedoeld als nadere context.

NL NL