Bijlagen bij COM(1995)419 - Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technische samenwerking met Canada

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

BIJLAGE


BIJLAGE INZAKE DE VERSPREIDING EN HET GEBRUIK VAN INFORMATIE EN HET BEHEER, DE TOEKENNING EN DE UITOEFENING VAN INTELLECTUELE-EIGENDOMSRECHTEN

I. EIGENDOM, TOEKENNING EN UITOEFENING VAN RECHTEN

1. Al het onderzoek dat uit hoofde van deze Overeenkomst wordt verricht, is "gemeenschappelijk onderzoek". De deelnemers aan het gemeenschappelijk onderzoek ontwikkelen gezamenlijk gemeenschappelijke programma's inzake technologiebeheer (PTB's) (1), die ten minste de beginselen moeten bevatten met betrekking tot de eigendom en het gebruik, inclusief de verspreiding, van informatie en intellectuele eigendom die voortvloeien uit het gemeenschappelijk onderzoek. Deze programma's kunnen door de partijen worden herzien en moeten door het verantwoordelijke financieringsorgaan van de bij de financiering van het onderzoek betrokken partij worden goedgekeurd alvorens enige specifieke O & O-overeenkomst op het desbetreffende gebied kan worden gesloten. De gemeenschappelijke PTB's worden opgezet met inachtneming van de doelstellingen van het gemeenschappelijk onderzoek, de respectieve bijdragen van de deelnemers, de voor- en nadelen van het verlenen van vergunningen per grondgebied of per toepassingsgebied, de door de geldende wetgeving opgelegde voorwaarden, de behoefte aan arbitrageprocedures en andere factoren die door de deelnemers van belang worden geacht. Ook de rechten en verplichtingen inzake intellectuele eigendom met betrekking tot het door gastonderzoekers verrichte onderzoek en de daaruit voortvloeiende informatie worden in de gemeenschappelijke PTB's geregeld.

2. Ten aanzien van informatie of intellectuele eigendom welke voortvloeit uit het gemeenschappelijk onderzoek en niet in een gemeenschappelijk PTB is geregeld, wordt op de in punt 1 bedoelde wijze te werk gegaan, overeenkomstig de beginselen van het desbetreffende gemeenschappelijke PTB. Bij onenigheid die niet via de overeengekomen arbitrageprocedure kan worden opgelost, komt de informatie of de intellectuele eigendom toe aan alle deelnemers aan het gemeenschappelijk onderzoek dat de informatie of de intellectuele eigendom heeft voortgebracht, en heeft elke deelnemer op wie deze bepaling van toepassing is het recht om die informatie of intellectuele eigendom zonder geografische beperking voor eigen commerciële doeleinden te gebruiken.

3. Overeenkomstig de geldende wetgeving zorgt elke partij ervoor dat de andere partij en haar deelnemers over de intellectuele-eigendomsrechten kunnen beschikken die hun overeenkomstig de beginselen van deze bijlage toekomen.

4. Met inachtneming van de concurrentievoorwaarden op de onder de Overeenkomst vallende gebieden, streeft elke partij ernaar dat de krachtens deze Overeenkomst en de daaruit voortvloeiende regelingen verkregen rechten zodanig worden uitgeoefend, dat met name:

i) de verspreiding en het gebruik van gegevens die in het kader van de Overeenkomst zijn ontstaan, bekendgemaakt of anderszins beschikbaar gesteld, worden aangemoedigd;

ii) de vaststelling en de uitvoering van internationale normen worden bevorderd.

II. WERKEN DIE ONDER HET AUTEURSRECHT VALLEN

Auteursrechten die aan de partijen of aan hun deelnemers toebehoren, worden geregeld overeenkomstig de Berner Conventie (Akte van Parijs, 1971).

III. WETENSCHAPPELIJKE PUBLIKATIES

Behoudens het bepaalde in onderdeel IV en tenzij dit in het PTB anders is overeengekomen, geschiedt de publikatie van de resultaten van het gemeenschappelijk onderzoek gezamenlijk door de deelnemers aan dat onderzoek. Naast deze algemene regel is het volgende van toepassing:

1. Indien door een partij of door de overheidslichamen van die partij wetenschappelijke en technische tijdschriften, artikelen, rapporten, boeken, video-opnamen of computer-programma's worden gepubliceerd die het resultaat zijn van gemeenschappelijk onderzoek in het kader van deze Overeenkomst, ontstaat voor de andere partij, met schriftelijke toestemming van de uitgever, het wereldwijd geldende, alomvattende, onherroepelijke recht, met vrijstelling van royalty's, om die werken te vertalen, te reproduceren, te bewerken, te verspreiden en openbaar te maken.

2. De partijen streven naar de verspreiding op een zo ruim mogelijke schaal van wetenschappelijke geschriften die het resultaat zijn van gemeenschappelijk onderzoek uit hoofde van deze Overeenkomst en die door onafhankelijke uitgevers zijn gepubliceerd.

3. Op alle voor publikatie bestemde exemplaren van een werk waarop auteursrechten rusten en dat volgens deze bepaling tot stand is gekomen, dient de naam van de auteur(s) van het werk te worden vermeld, tenzij een of meer auteurs uitdrukkelijk wensen daarvan af te zien. Ook moet op een duidelijk zichtbare plaats worden verwezen naar de medewerking en de steun van de partijen.

IV. GEHEIME INFORMATIE

A. Schriftelijke geheime informatie

1. Elke partij - of haar deelnemers, naar gelang van het geval - stelt in een zo vroeg mogelijk stadium en bij voorkeur in het gemeenschappelijke PTB vast welke informatie zij geheim wenst te houden met betrekking tot deze Overeenkomst. Daarbij moet onder meer rekening worden gehouden met:

- het geheime karakter van de informatie, d.w.z. dat de gegevens - als geheel of in de gegeven samenstelling van de onderdelen - niet algemeen bekend zijn bij deskundigen en voor hen ook niet gemakkelijk toegankelijk zijn met wettige middelen;

- de feitelijke of de potentiële handelswaarde van de informatie ingevolge het geheime karakter ervan;

- de voorafgaande bescherming van de informatie, in die zin dat door de wettelijk bevoegde persoon onder de gegeven omstandigheden redelijke maatregelen zijn genomen om de geheimhouding van de gegevens te garanderen.

2. Van de deelnemers mag normaal niet worden gevraagd geheime informatie aan de partijen te verstrekken. Ingeval de partijen kennis krijgen van dergelijke informatie, respecteren zij de vertrouwelijkheid daarvan en wordt deze niet verder bekendgemaakt door, binnen of tussen de partijen, zonder de schriftelijke toestemming van de deelnemer(s) aan wie de informatie toebehoort. Deze beperkingen worden automatisch opgeheven, wanneer de gegevens door de eigenaar ongelimiteerd worden bekendgemaakt aan deskundigen op het betreffende gebied.

3. Elke partij zorgt ervoor dat als geheim en dus als vertrouwelijk beschouwde informatie die ingevolge deze Overeenkomst aan de partijen wordt medegedeeld, door de andere partij gemakkelijk als zodanig kan worden herkend, bij voorbeeld door een passend kenteken of een beperkend opschrift. Dit geldt ook voor de gehele of gedeeltelijke reproduktie van de desbetreffende gegevens.

4. In het kader van deze Overeenkomst door een van de partijen verstrekte geheime informatie mag door de ontvangende partij worden verspreid onder personen die behoren tot of in dienst zijn van de ontvangende partij en andere betrokken departementen of instellingen van de ontvangende partij welke voor de specifieke doeleinden van het lopende gemeenschappelijk onderzoek gemachtigd zijn, mits deze geheime gegevens krachtens een schriftelijk akkoord inzake de vertrouwelijkheid worden verspreid en gemakkelijk - zoals boven vermeld - als zodanig kunnen worden herkend.

5. Indien de partij die de geheime gegevens in het kader van deze Overeenkomst verstrekt, vooraf schriftelijke toestemming verleent, mag de ontvangende partij de geheime gegevens op een ruimere schaal verspreiden dan volgens punt 3 is toegestaan. De partijen werken samen procedures uit voor het aanvragen en verkrijgen van een voorafgaande schriftelijke toestemming voor de verspreiding op ruimere schaal; elke partij verleent deze goedkeuring voor zover dit in het kader van haar binnenlandse beleid en haar nationale voorschriften en wetten mogelijk is.

B. Niet-schriftelijke geheime informatie

Niet op schrift gestelde geheime gegevens, of andere vertrouwelijke informatie, die worden verstrekt tijdens studiedagen en andere bijeenkomsten welke in het kader van deze Overeenkomst worden gehouden, of gegevens verkregen door de indienstneming van personeel, het gebruik van voorzieningen of gemeenschappelijke projecten, worden door de partijen of hun deelnemers behandeld overeenkomstig de beginselen welke onder A zijn vastgesteld, mits de ontvanger van dergelijke geheime of anderszins vertrouwelijke gegevens vooraf en schriftelijk is gewezen op het vertrouwelijk karakter van de te verstrekken informatie.

C. Beheer

Elke partij doet haar uiterste best om ervoor te zorgen dat geheime informatie die zij uit hoofde van deze Overeenkomst ontvangt, wordt beheerd zoals in de Overeenkomst is bepaald. Indien een van de partijen zich realiseert dat zij niet in staat is, of redelijkerwijs verwacht niet in staat te zullen zijn, om de onder A en B vervatte bepalingen inzake niet-verspreiding na te leven, stelt zij de partij die vermoedelijk door de verspreiding wordt benadeeld daarvan onmiddellijk in kennis. De betrokken partijen plegen vervolgens overleg om een passende gedragslijn vast te stellen.


Aanhangsel Indicatieve kenmerken van een gemeenschappelijk programma inzake technologiebeheer (PTB)

Het gemeenschappelijke PTB is een tussen de deelnemers aan gemeenschappelijk onderzoek te sluiten specifieke overeenkomst waarin hun respectieve rechten en verplichtingen worden vastgesteld. Wat de intellectuele eigendom betreft, heeft het gemeenschappelijke PTB normaliter onder meer betrekking op eigendom, bescherming, gebruikersrechten voor O & O-doeleinden, exploitatie en verspreiding, met inbegrip van regelingen voor gemeenschappelijke publikatie, rechten en verplichtingen van gastonderzoekers en arbitrageprocedures. Het PTB kan ook betrekking hebben op essentiële en achtergrondinformatie, regels voor het vrijgeven van geheime informatie, vergunningen en te verwachten resultaten.

(1) De indicatieve kenmerken van dergelijke PTB's zijn vermeld in het aanhangsel.